T
(CT/ Wi
MOTS- Eli IfflRTEfflEIILi»
VOOR SIM Ei M8TMEJ.
BEDOODE MILLIOMAIB,.
60e Jaargang.
Zaterdag 16 Juli 1606.
No. 66.
Een kijkje over de grenzen.
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
b-
Feuilleton.
voerd, die
HOOFDSTUK XX.
V
f
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
r
i
r
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 21/, cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
voor goed meetelt in ’t wereldconcert.
Nog om een reden is de Russisch-Japansche
oorlog van groot belang. De nu gevoerde
strijd is de eerste groote strijd tusschen een
volk van het gele ras en een van ’t blanke
ras met gelijke wapenen, krijgskunde enz. van
den modernsten tijd. En in dien strijd wordt
de blanke onophoudelijk door den kleineren gele
verslagen. Nu mag aangevoerd worden, dat
de Rus maar half tot het beschaafde Europa
behoort, hier staat tegenover, dat Rusland juist
het grootste land met blanke bevolking is.
Men kan verder beweren, dat in Rusland alles
bederf is en dat de regeering buiten het voe
ren van een geweldigen oorlog nog groote bin-
nenlandsche woelingen heeft te bestrijden.
Dit is waar. Maar zouden toch alle blanken
niet heel wat in de schatting der Japanners en
Chineezen gedaald zijn? Want ook ter zee
hebben de Japanners een kracht vertoond, die
verbazing wekt; zij hebben van de Russen
meer schepen vernield of afgenomen, dan de
eigen Japansche vloot telde.
Een zaak van beteekenis kan, in haar gevol
gen, de kwestie Duitschland-Frankrijk-Marokko
worden. Een eigenaardige zaak! Frankrijk
was geïsoleerd. Engeland wilde dit zijn. Frank
rijk kreeg zijn lieven Russischen bondgenoot.
na zijn Boerenoorlog druk om
met Frankrijk, Italië enz. erg eensgezind te
zijn. Men sprak reeds van Duitschland’s isole
ment, den driebond Duitschland-Oostenrijk-
Italië niet meer tellende. De vurigste wensch
van Engeland was vervuld: Duitschland was
in een hoek gedrongen. Doch Wilhelm meng
de zich in de Marokko-zaak, die Frankrijk als
eigen terrein dacht te beschouwen. Men sprak
reeds van oorlog, de grootste dwaasheid, die
twee West-Europeesche landen kunnen begaan,
doch Frankrijk kwam bij. Delcassé, de
Fransche minister, viel en de minister-presi
dent Rouvier stemde toe in wat Duitschland
verlangde, in een Marokko-conierentie volgens
’t Madridsche congres. Men beweert nu, dat
Duitschland voor den vorm zijn zin krijgt en
Frankrijk inderdaad winnaar is. De tijd zal
’t moeten leeren. Frankrijk zit nu als tusschen-
persoon aan den eenen kant Engeland, aan
den anderen Duitschland.
Doch er is voor Duitschland meer te be
disselen, alweer met Engeland als tegenstan
der Duitschland, dat geen buitenlandsch
bezit van beteekenis heeft, zoekt met opmer-
kort geleden de gevangenis heeft verlaten en waar
schijnlijk onder politietoezicht staat.
Zoudt ge het mij morgen kunnen mededeelen?
Dat geloof ik wel.
Dan kom ik morgen terug.
Zeer aangenaam; doch zou ik uw naam en adres
ook mogen weten? Het kon gebeuren dat ik nog iets
te bespreken had.
Dat zal wel onnoodig zijn, nu ik toch morgen terug
kom. Goeden morgen!
Wat nu gedaan? dacht James Walter, toen hij
weer op straat was.
Nu hij den sleutel van zijne woning in handen had,
was hij eigenlijk van plan geweest die vandaag in ge
bruik te nemen, maar na rijp overleg besloot hij dezen
nacht nog in het hotel te blijven. »Uit het hotel zal
ik een boodschap zenden, dat ik morgen de woning
betrek; dan kunnen zij er zich op voorbereiden.*
Hij kwam door de bekende straten, en herkende
menigeen, dien hij uit vroegere tijden kende; doch nie
mand herkende hem. «Zonder baard zie ik er ook heel
anders uit«, dacht de millionnair; »ik geloof, dat zelfs
mijne vrienden te Kaapstad mij nu niet zouden her
kennen.*
Hij dineerde in het hotel, maar was zeer ernstig
gestemd en sprak zelfs geen enkel woord met den
kellner. Den avond bracht hij in den schouwburg door
en na afloop daarvan ging hij te bed.
Den volgenden morgen ontving hij bij den heer Emil
Westholz zwart op wit de verlangde inlichting. Zijn
broeder was weer op vrije voeten en woonde op een
kamer in de Reichenbergerstraaf no. 192.
Ik zal de zaak maar meteen aanpakken en dade
lijk naar Heinz gaan, dacht de millionnair, zoodra hij
weer op straat was. Het is beter, dat ik met hem op
goeden voet kom, dan dat ik het laat aankomen op eene
25)
Mocht hij haar vinden, dan zou hij goed voor haar
wezen, terwille van zijn vroegeren deelgenoot. Wees
zij zijn grootmoedige schenking af en werd zij lastig,
dan zou het gerecht hem wel helpen.
Het was immers belachelijk, iemand te willen be
schuldigen na verloop van zooveel jaren!
Robinet was indertijd te Kaapstad schuldig be
vonden en veroordeeld wat had James Walter daar
mee uit te staan? Die was nu millionnair, en verre
verheven boven de onzinnige aanklacht van een arme
gouvernante, wier verstand beneveld was door het ver
lies van haar aanstaanden echtgenoot.
Gedurende de reis naar Europa had James Walter
dit alles reeds meermalen overdacht; maar hier te
Berljjn, in een hotel, waar een der kellners een landge
noot van Fernand Robinet en Thérèse Loraine was,
kwam de zaak hem toch anders voor. Misschien volgde
nu wel spoediger eene ontknooping het was wel
niet waarschijnlijk, maar mogelijk was het toch.
James Walter sliep lang; hij ontwaakte eerst, toen er
op de kamerdeur werd geklopt. Louis, de kellner,
meldde, dat er een bode van zekeren heer was geko
men met een brief voor hem.
Ja, juisH Neem den brief maar aan voor mij.
Breng daarna ook mijn ontbijt binnen, na een half uur
ben ik gereed.
De brief bevatte een sleutel en eenige regels, waarin
We leven in de laatste jaren wel in een tijd
van beroering op staatkundig gebied. Het is,
alsof de vredesconferentie van czaar Nicolaas
alle kwade geesten heeft wakker geschud en
aangevuurd, om nu eens voor goed te laten
merken, dat al dat hopen op voortdurende vre
de maar een ijdele hoop is. Het is ook, alsof
de Nederl. regeering, die voor Carnegie’s geld een
huisvcor’t Arbitrage-hof moet bouwen, schuch
ter is een geschikte plaats voor dat gebouw
aan te wijzen. Dat men deze zaak ook juist
aan de Nederlanders moest overlaten en dat
deze juist nu het toppunt van Jan-Sali-achtig-
heid wisten te bereiken door eenige jaren om
te treuzelen met naar een geschikte plaats te
zoeken.
Er staat nu weer een groote oorlog bijna
aan ’t einde. De gevolmachtigden van de beide
strijdvoerenden zijn op reis en er zal wel een
einde moeten komen aan een reuzen worste
ling, waarin de geweldig groote door den pas-
opgekomen Japanner onophoudelijk verslagen
werd. Er kan nog een groote slag geleverd
worden door de legers in Mantsjoerije. De Rus
sische zeehaven en vesting Wladiwostock kan
nog kwade oogenblikken krijgen en dit kan
grooten invloed hebben op den gang der on-
derhandelingen.
Velen zullen benieuwd zijn naar den uitslag
dezer onderhandelingen, waarbij in ieder geval
door Rusland nog al menige concessie zal
moeten worden gedaan.
Wanneer men spreekt over den Fransch-
Duitschen oorlog van 1870/71, heet deze nog
steeds de geweldigste oorlog van de laatste
tijden. Die krijg was geweldig, dat is waar,
’t Ging tusschen twee verschillende volken van
’t Arische ras om de hegemonie in een deel
van Europa. En daarbij versloeg de krachtige
Germaan den vurigen Franschman.
Maar als men er goed over nadenkt, is de
Russisch-Japansche oorlog in zijn beteekenis
geweldiger, zeer veel geweldiger, ’t Is net, alsof
men nu in de toekomst een einde meent te
kunnen ontdekken van de hegemonie, die Eu
ropa zoo lang over de geheele aarde gehad
heeft. We zeggen niet: 't einde van de hege
monie van het blanke ras, want daarvoor heeft
dit zich te veel over de wereld verbreid.
Maar is ’t niet een opmerkelijk schouwspel!
Chilisalpeter
Patentkali
Superphosphaat
Kaïniet
Vergis u echter niet: waar gij patentkali geeft, behoeft
ge geen kaïniet te geven en omgekeerd, als gij kaïniet
op de bedden gestrooid hebt, kunt gij de patentkali
missen. Ik zal dat aanstonds nader uitleggen. Alvorens
echter verder te gaan, wil ik u eens wat zeggen. Gij
zult misschien voor de verschillende tuinbouwgewas-
toevallige ontmoeting waarbij mij de tijd kon ontbre
ken tot het geven van ophelderingen. Nu ik hem ge
vonden heb, komt het er op aan die Thérèse Loraine
te ontdekken.
Werktuigelijk greep hij in zijn brieventasch naar
haren brief die was verdwenen! Deze ontdekking
deed hem zoo hevig ontstellen, dat het koude zweet
hem op het voorhoofd parelde. Goede hemel, als
iemand dien brief gevonden had!
Spoedig echter herstelde hij zich. Als hij alles goed
beschouwde, wat was er dan aan gelegen? Als iemand
den brief had gevonden en daaruit voordeel wilde trek
ken, dan behoefde hij slechts te zeggen dat het een
poging was om hem geld af te persen, en daarmee
was het afgedaan.
Nu zou hij dan naar Heinz gaan. Maar neen, zoo
op klaarlichten dag zich in de Reichenbergerstraat
vertoonen, dat kon hij niet. Daarom keerde hij naar
het hotel terug: hij wilde den avond afwachten. Eerst
zou hij dan zijn bagage naar zijn woning laten over
brengen en vervolgensmet zijn broeder gaan spreken,
dien hij zoo zwaar verongelijkt had.
HOOFDSTUK XXL
Gusta Hapke was levensmoede. Stil verdriet knaagde
aan haar hart en benam haar zelfs den lust om te
lezen in de stuiversromans, die zij anders zoo gretig
verslond. Wat bekommerde zij zich nu om de smart
van Miranda, de dochter van den boschwachter, die
ontbrandde in liefde voor den jongen graaf, welke be
reid was zijn naam, titel, roem en eer, ja alles wat hij
bezat, op te offeren alleen om haar zijne vrouw te mo
gen noemen! Wat gaf zij er nu om, dat de jonge erf
genaam in een krankzinnigengesticht werd geplaatst
door zijn voogd, een ellendeling, wien het te doen was
om zijn eigen dochter, de zwartoogige Arabella, den
graventitel te verschaffen! (Wordt vervolgd.)
Kunstmest in den Tuinbouw.
(Slot.)
2. Met hoeveel kunstmest moet de tuinier zijn bed
den bemesten? Laat ons eerst de kalk nemen. Om de
twee jaar moet de tuinier aan eiken vierkanten meter
2 ons landbouwkalk geven, in het voorjaar uit te strooi
en en onder te werken.
Wat de andere vier aangaat, de hoeveelheid, die men
daarvan geven moet, hangt natuurlijk af van den aard
van de vrucht. Gij begrijpt wel, dat koolsoorten, als
roode kool, witte kool enz. eenigszins andere behoeften
hebben dan uien, peetjes, sla enz, toch is er wel een
gemiddelde aan te geven, dat men zoo ongeveer altijd
nemen kan. Dat gemiddelde is:
1/2 ons per vierkanten M.
1/2
1/2
2
Overal op de wereld hebben de blanken steeds
getracht, zaken te doen. Dat zaken doen be
stond in de verovering van grondgebied en ’t
verkoopen van handelsartikelen. En van die
handelsartikelen waren drank, wapenen en
opium drie hoofdzaken. In Afrika ging dit
uitmuntend; de zwarte bevolking van dit we
relddeel wist zich niet te verheffen uit den
toestand van vernedering en slavernij en nam
wapenen en drank gretig uit de handen der
blanke kooplieden aan, om zich nog meer te
vernederen. Tegen China werd een oorlog ge-
gewoonweg de opium-oorlog ge
noemd wordt, omdat Engeland daardoor 't
recht wilde verkrijgen, dit volk-vernietigend
bedwelmingsmiddel bij de gele menschen vrij
in te mogen voeren. Maar de gele menschen
gaan niet den weg der zwarten. In hun oer
oude beschaving en daardoor van eeuwen her
gevormden trots, hadden zij een voorbehoed
middel tegen staatkundige en oeconomische
vernietiging door de blanke heerschappij. Ter
wijl de Chinees nog bezig is, zich te hervormen,
is de Japanner daar zoo goed mee klaar, dat
’t een oorlog durfde beginnen tegen een ge
weldig rijk.
De Japanner heeft begrepen, wat de blan
ken door hun uitvindingen op machine- en
krijgskundig gebied beteekenen en heeft zich Engeland deed
zoo haastig mogelijk geschikt gemaakt, om die
zelfde zaken ook zelf te kunnen gebruiken. In
1894 was de Japanner, die toen den grooten,
maar nog niet ontwaakten Chineeschen broeder
versloeg, genoodzaakt, zich de vruchten zijner
overwinning door een Europeesche coalitie te
zien ontnemen. En thans! De Russenhaat en
’t eigenbelang heeft den Brit met den Japan
ner vereenigd en ’t blijkt nu reeds, dat dit ten
voordeele van den Japanner was. En met
krachtig zelfbewustzijn durft de Japanner te
verklaren, dat ’t geen inmenging duldt in de
afwikkeling zijner zaken met Rusland.
En nog is merkwaardig, dat de onderhande
lingen geheel buiten West-Europa omgaan. Op
een Amerikaansch oorlogsschip gaan de Japan
sche onderhandelaars naar een stad in Amerika,
waarheen zich ook de Russische gevolmach
tigden richten.
Ging de Fransch-Duitsche krijg alleen tus
schen twee volken van denzelfden taaltak van
’t menschdom, hier gaat ’t tusschen twee ver
schillende en deze oorlog beteekent ook nog,
dat het gele ras voor goed is ontwaakt en
de agent meldde, dat hij noodzakelijk op reis moest
en daarom den sleutel door een zijner bedienden liet
brengen. Binnen eenige dagen hoopte hij terug te kee-
renendan naar de verdere bevelen van James "Walter
te komen vernemen.
De millionnair voegde den sleutel bij zijne overige,
die op zijne kisten en koffers pasten, stak den sleutel
ring weer in den zak, legde den brief in zijne brie
ventasch en verliet het hotel.
Allereerst ging hij naar een smalle zijstraat, bleef
daar staan voor een ouderwetsch huis, las in het voor
portaal de namen van de bewoners, en toen hij daar
onder gevonden had wat hij zocht, klom hij drie smalle
trappen hoog en schelde aan bij een deur, waaraan een
naambordje bevestigd was met het opschrift: »Emil
Westholz, kantoor voor inlichtingen op handels- en ander
gebied.*
Een klerk opende de deur en op zijne vraag naar
den heer Westholz geleidde de jonkman den millionnair
naar het kantoorvertrek van zijn patroon.
Waarmede kan ik u van dienst zijn? luidde de
begroeting van een bejaard, klein uitgedroogd man
netje.
Ik ben een Zuid-afrikaan, antwoordde James
Walter. Ge zijt mij aanbevolen door een vriend; ik
wenschte door uwe tusschenkomst inlichtingen te
verkrijgen.
Zeer gaarne. Welke zaak betreft het?
James Walter vertelde hem wanneer en onder
welke omstandigheden Heinz was veroordeeld gewor
den.
De zaak is zeer eenvoudig, vervolgde hij. Alles
wat ik wil weten is, of die man nog in de gevangenis
zit, of, wanneer hij op vrije voeten is, waar hij dan
woont. Zoudt ge daartoe langen tijd noodig hebben?
Het is niet moeilijk iemand te vinden, die pas
kelijke energie een uitweg door Turkije en
Klein-Azië naar de Perzische golf. Een
spoorweg KonstantinopelPerzische golf (Bag
dad) is in aanleg. Maar deze kan zonder
Fransche hulp en met Engelsche tegenwerking
niet zoo best tot stand komen? Zouden de
Duitsche gezant Radolin en de Fransche pre
mier Rouvier hier ook eens over gesproken
hebben, terwijl Marokko alleen de aanleiding
bleet
En ondertusschen geven de Vereenigde
Staten ’t voorbeeld, hoe een groot rijk meer
vermag dan een aantal concurreerende staten.
Voor West-Europa en zijn invloed op de we
reldgebeurtenissen zou ’t mooi zijn, dat 't ook,
tegenover de andere wereld, één lijn trok.
Dan was ’t niet mogelijk geweest, dat bijv, de
groote Uncle Sam zijn toeziend voogdschap
zoo zeker over Zuid- en Middel-Amerika uit
oefende.
We wilden maar eens een kijkje werpen
over de grenzen. Daar zal nog veel te bele
ven vallen, wat nu nog slecht te vermoeden
isRusland’s herlevingde Oostenrijksche
affaire; de Balkan-verwarring; enz.
Mocht ’t Vredespaleis veel van die affaires
op vreedzame wijze beredderen
.7
I
f
i
br
IURANT.