NIEUWS- EN ADVERTESTIEBLAD I Tentoonstellingsgedachten. 1 VOOR XAEEk ES DUSTMEN. "t. BE DOODE ÏÏILLIOMAIR. 60e Jaargang. Woensdag 9 Augustus 1905. No. 63. B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek. Uitgever: Officieele Advertentie. Feuilleton. bij L RD. Co. ll F d. HOOFDSTUK XXIV. Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden, franco per post f0,50. Abonnementen worden te allen tijde aangenomen. 1. 2. rZ A.. 3n K. 4. 5. 6. 7. 8. nen, jven. a. s. Goldstein, die een kenner was van vrouwelijke schoonheid, liet den blik vol bewondering een oogen- blik op Liesbeth rusten, hij meende dat hij nog nooit zulk een bekoorlijk meisje bad gezien. Het verheugt mij bijzonder u te zien, majoor, begon hij. Wees zoogoed hier plaats te nemen. Daar wij echter over zaken te spreken hebben, zou het mis schien beter zijn, als deze jonge dame Deze jonge damo is mjjne nicht; zij weet, waarom ik hier kom, viel de majoor hem in de rede. Ik begrijp ufamiliegeheim er gaat toch niets boven een familiegeheim, hé? Het spijt mij bijzon der, datik mij tot u moest wenden wegens het geld, dat ik aan uw zoon geleend heb; maar aangezien de wissel uwe handteekening draagt, is u daarop voorbereid. Genoeg mijnheer. Ik heb mijn zoon dezen morgen reeds gesproken en, zooals hij mij zeide, hebt ge hem twee duizend mark geleend. Ik heb van uw zoon een accept van drieduizend mark in handen, voorzien van uw endossement Mijn endossement, mijnheer, is een Neem mij niet kwalijk majoor, viel Goldstein hem in de rede, met een medelijdenden blik op de jonge dame, maar als het uw endossement niet is, zou mij dat meer leed doen, dan ik kan uitspreken. Mijnheer uw zoon is zulk een flink jonkman zulk een flink jonkman. De majoor, die met gebalde vuist deze lofspraak aan hoorde, had gaarne aan zijne gevoelens lucht gegeven, doch zijne nicht legde waarschuwend de hand op zijn arm. Oom, fluisterde zij vermanend. Wees niet bezorgd, kind! Ik weet, met wien ik te doen heb. Ik heb genoeg van uw praatjes, mijn heer. Geef mij den wissel, ik geef u het geld. VERGADERING van den Gemeenteraad van Sneek, op Woensdag, den 9 Augustus 1905, ’s namiddags 61/, uur. Punten van Behandeling: Resumtie der notulen. Mededeeling van ingekomen stukken enz. Onderzoek geloofsbrieven der gekozen leden van den Gemeenteraad. Aanbieding der Gemeente-rekening, dienst 1904. Rekening der Schutter^ over 1904. Begrooting der Algem. Armvoogdij, dienst 1906. Schutterij-begrooting, dienst 1906. Adres van M. ten Gate qq inzake restitutie van schoolgeld. 9. Alsvoren van JE. van Eijek, dienst 1904. 10. Benoeming Commissaris der Muziek- en Zang school. 11. Rekening der Gem. Muziek- en Zangschool, dienst 1904/1905. 12. Adres van mej. A. Eisma, om eervol ontslag als onderwijzeres in de nuttige handwerken. 13. Vaststelling plan van verbouwing van het voor malig Stadswerkhuis. 14. Stemming ingevolge art. 50 Gemeentewet, be treffende punt 10 der agenda dd. 4 Juli 1905. 15. Adres van de wed. J. Huisman, om pensioen uit de gemeentekas te mogen ontvangen. 16. Vaststelling le Suppl. Kohier van den Hoofd. Omslag, dienst 1905. 32) Een knap jongmensch, zoo net, zoo aristocratisch in zjjn optreden. Zooals hij is, zou ik er nog een paar meer kunnen gebruiken. Toen hij de zaak oprichtte, nam Goldstein alleen per sonen in dienst met een vriendelijk, aangenaam voor komen; hij wilde op die manier zijne klanten in den waan brengen, dat zij te doen hadden met de inrichting van een menschenvriend, wiens eenig streven was zijne medemenschen uit den nood te helpen. Daarom wilde hij zich ook niet in de kaart laten zien door een klerk, die hem al te slim was. De jonkman, die in de voorka mer zijn kantoorwerk deed, was de zoon van een officier, die door Goldstein te gronde gericht was; de zoon dien de hem nu als klerk voor tien en ’n halve mark per week. De naam Geluk maakte op den patroon een bijzonderen indruk. «Ge zult steeds «Geluk»* in mijn kantoor vinden!» was de aardigheid waarop hij gewoon was zijne klanten te onthalen. Nadat Goldstein majoor Harttmann een kwartier had laten wachten, schelde hij en gelastte den heer binnen te laten komen. Daarop schoof hij zijn stoel achteruit, ging met den rug naar het vuur zitten en zette zijn gelaat in de vriéndelijkste plooi, waarin hij het brengen kon. Met onzekere schreden, zwaar leunend op den arm zjjner nicht, trad de majoor binnen. Ais dit blad verschijnt, is de tentoonstelling van bloemen, enz. voor ’t laatst nog druk be zocht. Voor ’t laatst! Een geheele week is ’t dan druk, zeer druk gewfeest in de beide school gebouwen aan de Kloosterstraat en op de bij - behoorende terreinen. Een mooie gedachte was ’t, een tentoonstel ling van bloemen, planten, bouquetten, enz. te houden. Bloemen zijn voor de menschen veel meer waard dan menigeen denkt. In bloemen zit poëzie, zit leven, zit smaak. Zij verzach ten en veredelen ’t menschelijk bestaan. Het is werkelijk prachtig, dat de smaak voor bloemen, voor planten, voor mooie heesters en boomen in den laatsten tijd zoo zeer is toege nomen. Vooral hierin het Noorden des lands wist men weinig van planten af. Doch veel ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500 regels 3 cent en van 1000 regels 21/» cent. Groote letters naar plaatsruimte. is hierin veranderd. De steden zorgden hoe langer hoe meer voor behoorlijk verzorgd plantsoen. De bolwerken werden met boomen en bloemperken bezet en parken aangelegd. Overal ontstonden vereenigingen Floralia, die beoogden bij de groote massa den smaak voor bloemen en planten er in te krijgen of te ver meerderen. Voor geringen prijs werden plan ten beschikbaar gesteld en door 't houden van geregelde tentoonstelling en keuring der later weer bijeengebrachte bloemen werd de ambitie zeer verhoogd. Het is waar, de algemeene welvaart van ons volk is verhoogd. Men eet beter, men woont beter en men kleedt zich beter dan voor een halve eeuw. De loonen zijn vrij wat ver hoogd, zoodat voor de groote massa deze gun stiger levenswijze mogelijk geworden is. Doch er is ook meer poëzie in ’t leven ge komen en daarvoor zorgen niet het minst de bloemen. Kom in de eenvoudige, of zelfs zeer armoedige huisjes. Wat brengen alleen een paar potjes bloemen een levendigheid in de sombere omgeving. De verzorging dier teere plantjes is ten minste al één ideaal in deze aan idealen vaak zoo arme omgeving. De ambitie voor bloemen veredelt den mensch. Men kan verschillende liefhebberijen er op na houden. De een doet aan paarden sport, een ander vindt het zoo mooi er naar te zien, hoe een aantal wielrenners zich al maar door afbeulen om elkaar een eindje voor te komen. Zit daar ook maar een ietsje poëzie in? In Spanje doet men aan stierengevechten. Met een voor onskalmeN ederlanders on begrij pelij ke hartstocht volgt een groote menigte den strijd der stieren tegen diegenen die hen tergen. Daar zit veel poëzie in, werkelijk! Iédere beweging van den stierenvechter moet bevallig zijn, wil deze aan de toeschouwers voldoen. Met edelen zwier moet elke beweging gedaan worden. Geen schrik of angst moet blijken uit de vlugge bewegingen. De kleeding der toreadors, hun gang, ja alles moet zwierig zijn. Daar zit dus veel poëzie in, doch ’t is een wreede poëzie; ’t is poëzie met bloed er door heen en met ster- vensgerochel van gewonde beesten en soms van gewonde menschen. Doch bloemen geven een zachte, teere, lieflijke poezie. Wie van bloemen houdt, kan niet tegelijkertijd wreed zijndie teere blaad jes, die lieflijke kleuren verbannen elke wreede gedachte. hebben aan het bedrog. Wilt ge mij den wissel geven, riep de majoor woest. Ge deedt beter met morgen terug te komen, maar alleen. Ik ik zal over de zaak nadenken; ik moet er eerst mijn advocaat over spreken. Eigenlijk moest ik de zaak in handen van de politie geven en uw zoon op staanden voet laten gevangen nemen. Maar ...ter wille van deze jonge dame zal ik niet overijld te werk gaan. Ook doet ge beter, u er eens op te beslapen, ma joor; kom dus morgen terug in een betere stemming. Ik verwacht u om twaalf uur. Hiermede opende hij de deur en de majoor die intusschen had ingezien dat hij niet slim had gehandeld, bedwong zich en, leunende op den arm zijner niche, verliet hij de kamer. Goldstein ging weer op zijn gemak bij het vuur zitten. Morgen zal hij mij vier duizend mark betalen. Doet hij dat niet, dan jaag ik hem in doodsangst. Voor dat hij zich blootstelt aan een openbaar verhoor, neemt hij liever vrede met alles. Om den goeden naam van zijn zoon niet te benadeelen, zal hij ten slotte ook wel vijfduizend mark betalen. Die «goede naam» is toch een kostelijk ding voor mijn zaken! Maar het zou verduiveld duur worden, als Plotseling bleef hij steken. Op den rand van de tafel., juist waar de jonge dame geleund had, lag een zakdoek van fijn batist. In der hoeken daarvan was de naam ge borduurd «Liesbeth Werling.« Goldstein fronste het voorhoofd. Vreemd, mompelde hij. De man, die door Hollen berg belast is met de »zorg« voor graaf Ahlers, heet ook Werling dat is toch geen naam, dien men veel hoort noemen. Eer de majoor morgen terugkomt, moet ik iets meer omtrent die jonge dame weten. Daarom vinden we ’t een gelukkig ver schijnsel, dat in de laatste tijden de smaak voor bloemen, planten, heesters en boomen zoo zeer vergroot is. En daarom begonnen we ook met te zeggen, dat ’t zoon mooie gedachte was van de Vereeniging tot Bevor dering van het Vreemdelingenverkeer, om juist een 3/<9<?»r<fwtentoonstelling te houden. ’t Lust ons niet, hier een opsomming te geven van ’t vele schoons, dat te zien was. ’t Is zoo moeilijk namen te noemen, want dan heeft men al gauw l’embarras du choix, Laten we, om één voor allen te danken, de heeren Tromp Meesters, van Steenwijk, noe men, die èn de tentoonstellingscommissie, èn de talrijke bezoekers door hun buitengewone inzendingen aan zich verplicht hebben. Zoo als we reeds zeiden: We zullen één noemen, omdat ’t niet doenlijk is, allen te noemen. Ook al ’t andere, wat zich bij planten en bloemen aansloot, was mooi. Bij tentoonstellingen behoort feest, pret, jool; de menschen moeten nu eenmaal daar door gelokt worden. Stel u een expositie te Dusseldorf voor met alleen groote en kleine machines, groote en minder groote blokken ijzer en staal, met niets dan ijzer en staal dus. Eén groote verzameling van ijzer en staalHoeveel duizenden zouden er eens komen kijken? Neen, bij een tentoonstelling behoort vreug de. Er moet muziek zijn. Er moet in één woord op allerlei wijze genoten kunnen worden. De menschen moeten een gedachte van pleizier, van eens echt genieten krijgen. En omdat er overal en altijd reeds zooveel te genieten valt, moet er een aparte attractie, een clou zijn. Natuurlijk is de Sneeker tentoonstelling geen world’s fair, maar toch hier is ge zorgd voor genoegens. Willy Hansché met zijn corps zorgde voor flinke muziek. Er was uitmuntende gelegenheid om de maagkwestie te verhelpen, er was gymnastiek en bal cham- pêtre. Er was zoo waar een aparte feestzaal, waarin de goochelaar en de mimiker en het raadselachtig duo, enz. tal van personen aan genaam wisten bezig te houden. En --er was ook bij deze tentoonstelling een clou, een echte clou! En dat was de hondententoonstelling, de eerste in Friesland. Ze duurde twee dagen, maar we stellen Bij deze woorden greep hij in zijn zak en haalde een pakje bankbiljetten te voorschijn. Nog een enkele minuut, sprak de brave Gold stein. De wissel is reeds verscheidene dagen vervallen, ik moet u derhalve om drie duizend vijfhonderd mark verzoeken ik heb aan den notaris en aan allerlei schrijverij een menigte uitgaven moeten doen. Dit was te veel voor den ouden heer. Schurk! riep de majoor woedend. Mijn zoon heeft mij alles verteld. Ge hebt hem twee duizend mark gegeven voor den wissel, dien hij in uwe tegenwoordig heid op de rugzijde vóórzag van mijn naam. Gij hebt hem daartoe aangespoord en nu zijt ge nog zoo onbeschaamd, dat ge van mij het geld eischt wegens mijn endossement! Met opgeheven handen en ontsteld gelaat keek Gold stein naar boven. O, wat een verdorven jongmensch! riep hij uit. Hij bracht mij den wissel, die reeds van uw endosse ment was voorzien, en zeide, dat hij u had overgehaald om uw handteekening te geven. Daarom gaf ik hem het geld, doch nu ge mij zegt dat hier valschheid in geschrifte is gepleegd, kan ik het geld niet aanne men. Steek die bankbiljetten maar weer in uw zak; aan schurkenstreken mag ik geen hulp of medewerking verleenen. Wat! riep de majoor, razend van woede. Durft ge zoo iets zeggen? Ik zal de politie er mee bekend maken. Ge gaat in de gevangenis gemeene schurk! Ge ge Liesbeth keek hem smeekend aan. Om u doet het mij zeer leed, mejuffrouw, sprak Goldstein met kalme onderwerping, maar een vervalsch- ten wissel kan ik niet uit mijne handen geven, en het is een zware aanklacht van uw oom, dat ik deel zou voor, dat de heeren en dames van ’t honden geslacht, die zich aan 't menschengeslacht re presenteerden, dien tijd al meer dan welletjes zullen hebben gevonden. En ook de bewoners van de Kloosterstraat zullen beslist niet on wennig worden, als ze de «muziek» van ’t hon dengenre moeten ontberen, ’t Is me dan ook een muziekje. Men zou met veel recht kunnen beweren, dat kikvorschen muzikaler aangelegd zijn dan honden. Een kikkerconcert harmoni eert altijd. En een hondenconcert! ’t Is nog niet eens zoo frappant als een kattenconcert! Doch met dat al is toch de hondententoon stelling ge moogt gerust beweren, dat ze zich niet bij de hoofdzaak aanpaste, de clou geweest. Er waren een honderdtal bees ten; kleintjes, echt snoezerig; en dan reuzen als b.v. de St. Bernards en andere soorten. Voor de echte liefhebbers, de menschen met honden- vetstand, was er veel te genieten, want van tal van soorten van ’t edele hondenras waren prachtige exemplaren aanwezig. De keuring door de jury lokte veel belangstelling en na afloop van die keuring kwamen de karrijders met wagen en bespanning. Maar verder had den onze viervoeters èn Zaterdag èn Zondag druk bezoek. De hondententoonstelling werd wèl gefrequenteerd! De firma A. van Hattem (Diana A. v. H.) zorgde voor de installatie (de benches) en de voeding met haar hondenbrood, enz. Van ’t weer gesproken, och, die paar buiige tijden waren lastig, maar overigens was ’t opperbest weer. En gelukkig niet al te warm. Want daar was het terrein niet erg tegen beschut (de honden hadden het beste plaatsje.) En dan er was behoefte aan regen. En een feestelijk gestemd tentoonstel- lingspubliek kan wel een enkel buitje verdragen Over de drukte gesproken! Was het alle dagen zeer gezellig en druk, Zondag was het buitengewoon druk, Zondagavond was het piramidaal druk! En ’t was een mooi idee van de commissie om de entrée op een dub beltje te stellen. Men hoort anders zoo vaak zeggen: «Ja, daar kunnen wij toch niet bij komen. Dat feest is voor de lui met centen!» Hier kon ieder profiteeren Voor de verlichting, illuminatie, enz. was ook best gezorgd, ’s Avonds leverde het feestterrein doorgaans een keurig gezicht op. Natuurlijk bedierf de regen nog al vrij wat. y N ons 3. 11 JURANT.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1905 | | pagina 1