Getallenvooroordeelen.
g
VOOR Wffi EJ OKTREEES.
SIEEWS- ES IDTOEfflBBLl»
DE DOODE IILLIOMAIR,
Woensdag/16 Augustus 1605.
60e Jaargang.
No. 65.
t.
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
n.
Feuilleton.
r
r 1
Kantongerecht te Sneek.
uk.
n.
HOOFDSTUK XXVI.
-
I
1
it
u
Vonnissen van 6 Augustus.
G. W. G., 19 jaar, vrijwilliger bij het korps ge-
wegens het verwekken van
.1
over
over
algemeen omtrent enkele
1
nietroepen, te Utrecht,
burengerucht, waardoor de nachtrust kan worden ver
stoord, eene boete van f 2 of 1 dag hechtenis.
2 J. v. d. V., 26 jaar, schipper, ged. te Menaldum,
wegens openbare dronkenschap, eene boete van f 1,50
of 2 dagen hechtenis.
weer thuis ben
Zij ging de deur openen en was niet weinig ver
wonderd twee heeren voor zich te zien. Deze keken
haar scherp aan.
Is er behalve
een der beide heeren.
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 27» cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
tranen zou uitbarsten.
De twee beambten gingen intusschen naar boven.
Volg mij maar, ik ken de weg, zei Schmelzer met
gedempte stem tot zijn collega, doch wees voorzichtig,
de trap kraakt zoo erg.
Het is gelukkig, dat wij hem thuis treffen, ik heb
het niet durven denken. Ik zou er op gewed hebben,
dat hij zich dezen morgen reeds uit de voeten had
gemaakt.
SstSstvermaande Schmelzer. Er brandt
licht in zijn kamer.
Denkt ge, dat hij tegenstand zal bieden vroeg
Proft, terwijl hij zijn revolver te voorschijn haalde.
Hij heeft stellig een wapen bij zich. Laat mij vooraan
gaan.
Op de teenen sloopen zij naar de deur. Proft drukte
zacht op de kruk.
De deur is niet met sleutel of grendel gesloten,
fluisterde hij.
Daarop hief hij de revolver op, riep zijn collega
scherp toe »Nurukte de deur wijd open en trad
binnen, op den voet door Schmelzer gevolgd.
Mijn hemel, wat slaapt die man vastriep Proft,
terwijl hij de revolver liet zakken en op de beweging -
looze gestalte in het ledikant wees.
De ander deed een schrede voorwaarts, boog over
den man heen, keek hem in het gelaat en riep
Wij komen te laat 1 Heinz Werling is dood
Proft’s eerste gedachte was, dat Werling de hand
aan zich zei ven had geslagen.
Haal gij den dokter, sprak hij tot zijn collega
al is hij dood toch moet de dokter komen.
Arme kerel 1 mompelde Schmelzer met een blik
vol medelijden op den doode, en hij dacht aan het
gelukkige huisgezin, waaraan hij indertijd Heinz Wer-
34)
Doch nu werd hare vriendin zeer verontwaardigd
en vroeg hoe zij zoo onbeschaamd kon wezen en of
Gusta haar had meegenomen, in plaats van zij Gusta.
Van het eene woord kwam het andere, van beide kan
ten kwamen bittere gezegden, totdat Liesje Muller zei-
de dat Gusta haar mond maar dicht moest houden.
Dit was te erg verontwaardigd sprong Gusta op, ver
liet den schouwburg en ging naar huis.
Het was half elf toen zij den sleutel in het slot
omdraaide; voorzichtig opende zij de deur van de
huiskamer en keek naar binnen. De kamer was koud.
Zij stak de lamp aan en zag rond alles was nog
zooals zij het voor eenige uren had verlaten. Zij ging
in de keuken.
Met een diepen zucht denkend aan den verloren
avond, waarvan zij zich zooveel genoegen had voor
gesteld, ging zij naar haar kamertje, om hare Zondag-
sche kleeren weg te bergen. Zij luisterde of zij mijn
heer Werling nog hoorde, zij hoorde niets, door een
reet onder de deur zag zij licht. »Hij schrijft nog,«
dacht ze. Zij ging weer naar beneden en wilde juist
de kachel aanmaken, zoodat tante niets van haar uit
gaan zou bemerken, toen er zoo heftig werd aangescheld,
dat zij van schrik den lucifer uit de hand liet vallen.
Hemel, wie kan dat zijn? Dat kan tante nog
niet wezen. Zou er bezoek komen Gelukkig, dat ik
u nog iemand in huis? vroeg
Neen, tante is niet thuis, zij is op bezoek.
Wie is uw tante De eigenares van dit huis
Ja, mijnheer.
Best! Je behoeft niet bang te wezen, meisje,
maar je moet ons binnenlaten. Wij willen den heer
spreken die hier woontmijnheer Werling.
Wilt u even hier wachten zei Gusta, want ik
ben alleen. Dan zal ik mijnheer Werling roepen.
Het beste is, geloof ik, dat wij zeggen, wie wij
zijn, Proft, anders maakt het meisje zich ongerust,
sprak Schmelzer nu.
Daarop wendde hij zich tot Gusta en deelde haar op
geruststellenden toon mede, dat zij beambten van de
geheime politie waren.
Wat? Mijnheer Werling heeft toch geen kwaad
gedaan? riep Gusta verschrikt.
Dat weet ik niet. Het is jammer, dat je alleen
thuis bentmaar je behoeft je volstrekt niet angstig te
maken. Daar is bovendien een agent van politie, die
zal wel verklaren dat wij geen dieven zijn.
Hij wenkte dan politieman om nader te komen.
Kom binnen en blijf bij dit meisje, terwijl wij
naar boven gaan, sprak Schmelzer en tot Gusta gewend
voegde hij er bij Wees maar niet bezorgd, wij willen
mijnheer hoven slechts een paar vragen doen.
Bleek en bevend, halfdood van angst omdat zij de po
litie in huis had, ging Gusta met den politieagent in
de huiskamer, waar zij op een stoel neerzakte, niet
recht wetende, of zij in onmacht zou vallen dan wel in
getallen. De kermismuziek, die je telkens in
de ooren ruischt of krast, de drukkere bewe
ging op straat en ’t feit, dat je al een om
weg moet maken om de kermisdrukte te ont-
loopen, als dat al mogelijk ware, maakt,
dat je midden in de kermis, zonder ’t te wil
len, als van zelf met kermisideeën begint,
waar je ook over wilt schrijven.
We zouden dus over getallenvooroordeelen
spreken, doch Maar enfin, de kermis maakt
't een mensch alweer gemakkelijk. Ons stuk
mag niet te lang zijn en er is reeds een heel
stuk geschreven.
Over getallen zou men anders heel wat kun
nen zeggen- Niet over optellenaftrekken,
enz. We bedoelen over de bij- (bijgeloovige)
gedachte, die zoo
getallen bestaat.
Daar hebt ge ’t getal drie; de bespreking
daarover vult al heel gauw een heel artikel.
En ’t getal vijf. En ’t getal zeven. En elf,
’t je-weet-wat-getal. Elf wekt steeds spotlust.
Trek eens nummer elf bij een loting! Wordt
eens nummer elf in de een of andere rang
schikking!
En dan ’t getal dertien
Dit is voor velen ’t ongeluksgetal. Men hoort
van menschen, die voor geen geld met z’n der
tienen aan tafel zouden zitten bij een maaltijd,
of in een gezelschap, of in een vergadering.
Dan zouden er heel wat ongelukken te duch
ten zijn. Nu willen we wel gelooven dat alleen
de vrees voor rampen reeds rampen kan ver
oorzaken en dat ’t verder ook heel wel eens
gebeuren kan, dat iemand, die eens met een
dozijn anderen vereenigd was, later zelf of bij
een van de twaalf anderen rampspoed ontmoette
en dat natuurlijk aan ’t ongelukbrengende der
tiental toeschreef.
Men kan dit getal echter toch niet geheel
missen. Een jaar bijv, heeft 4X13 weken.
En de bakkers zijn zeker nooit bang voor dit
getal geweest, want die verkoopen de beschui
ten bij 13 of 2X13 tegelijk.
We kunnen zelfs een sterk voorbeeld uit de
geschiedenis aanhalen, waarin men ’t getal 13
als geluksgetal ontmoet. Het is ’t volgende:
Op recht wonderlijke wijze werden koning
Lodewijk XIII van Frankrijk (16011643)
en Anna van Oostenrijk een paar. Men was
er aan ’t Fransche hof op attent gemaakt, dat
er in de wereld een prinses was, die den-
zelfden leeftijd als den toen 13-jarigen Lo-
Voor zoovelen in en bij Sneek is ’t nu zoo’n ge
lukkige tijd. Het is kermis! Vreugde voor
zoo velen, die aan kermis doen en een tijd van
antipathie voor hen, die tegen zulke vermake
lijkheden zijn. Doch vreugde voor hen, die
van de kermis houden en die ’t beuren mag
om zich en de hunnen van kermis- en feest-
geld te voorzien. Vreugde voor hunne kin
deren, die reeds lang te voren van de kermis
droomen. Genot voor de grooten, die kome
die- en variété-gezelschappen willen zien.
Pret, vaak dolle pret voor hen, die van dans,
van muziek, van nog zooveel manieren van
uitgaan houden. Kunstgenot smaken zij, die
hooge dramatische kunst willen en kunnen
genieten.
Vreugde smaken de ouders, wie ’t beuren
mag hun kinderen kermispret te laten smaken.
Nog meer vreugde genieten die ouders, welke
er zuinig voor moeten zijn, ja weken te voren
moeten uitzuinigen en berekenen, om toch hun
kinderen onschuldige kermispret te bereiden.
Doch de reinste vreugde genieten de kleinen,
die nog niet weten, dat er kwaad, en welk
kwaad op dit ondermaansche bestaat en
bedreven wordt. De kleinen, die alleen droo
men van draaimolens en draaiorgels, die de
paljassen zoo aardig vinden om hun bizarre
bewegingen en kleeding, die liever vier dan drie
oliekoeken tegelijk ontvangen, die de grootste
wafel of de grootste buil suikergoed ’t bekoor
lijks! vinden. In dit opzicht werkt de kermis
tijd net als de Sinterklaastijd. Alleen vinden
we de Sinterklaastijd mooier, poëtischer voor
’t kinderleven. We gaan daarin mee met onzen
te vroeg gestorven De Genestet, die, als hij
alle Sinten wilde negeeren, toch in de Sint
van 5 en 6 December wilde blijven gelooven.
(Lees hiervoor zijn ernstig-komisch gedicht
Sinterklaasavond.
Doch we willen ook meegaan met degenen,
die om hun rijper kroost een weinig tegen de
kermispret opzien. En we kunnen ons inden
ken in de gedachten van die partijen, welke
beslist tegen de kermis zijn.
Doch genoeg hierover. We wilden heele-
maal niet polemiseeren over den kijk, dien ver
schillende richtingen op openbare feesten als de
kermis hebben en alleen even causeeren over
dewijk had en dat ’t getal dertien voor die
beiden nog bijzondere beteekenis had, daar
Lodewijk in Frankrijk ook de dertiende koning
van dien naam was en Anna de dertiende
prinses van.’t Spaansch-Oostenrijksche huis.
Verder telde zoowel de naam Anne d'Aulri-
che Anna van Oostenrijk) als »Loys de
Bourbon* oude schrijfwijze voor Louis
Lodewijk) juist dertien letters. Zulk een merk
waardige wenk van ’t toeval moest men vol
gen en zoo werden deze beiden samen een
paar. Later trok men nog al in twijfel, of dit
hooge paar werkelijk voor elkaar bestemd was
geweest, want er kwamen geen kinderen.
Jaar na jaar verliep en deze echt bleef kin
derloos. En toch zouden zij, die aan geluk
gedacht hadden, gelijk krijgen. Want in het
23ste jaar van hun trouwen werd er een
prins, de latere Lodewijk XIV, de groote
koning, de »Roi soleil*, geboren. En kijk eens
aan drie en twintig heeft in ’t Hollandsch
13 letters en luidt in ’t Fransch: »vingt-trois
ans« en hier telt men ook weder 13 letters. En
wonder boven wonder, buiten deze »Loys«
kreeg Anna van Oostenrijk ook nog een klei
nen »Phillippe (Oude schrijfwijze) en »Loys« en
sPhillippegeven te zamen ook weder 13
letters.
Wie nu nog durft te meenen, dat ’t getal
13 een ongeluksgetal is, moet ’t zelf maar
weten.
Hoe kwamen we ook haast van de kermis
op de vermaarde getallen Ja, zult ge zeg
gen, de kermis 'zit u in ’t hoofd. Dit is waar.
Maar onze kermis duurt ook juist een week,
dus 7 dagen; alweer een van de mooie getal
len. Nu, we hopen, dat onze kermis èn voor
degenen, die er wel, èn voor die er niet aan
doen, een gelukkig zevental dagen mogen vor
men. Voor ons heeft ze reeds ’t geluk aange
bracht een artikeltje voor de courant te ver
schaffen.
3 P. S., 51 jaar, schipper, ged. te Terhorne, idem
alsvoren, eene boete van f 1,50 of 2 dagen hechtenis.
4 H. B., 39 jaar, werkman te Sneek, wegens over
treding der Leerplichtwet, bij 2e herhaling gepleegd,
eene boete van f 5 of 2 dagen hechtenis.
5 H. de H., 65 jaar, koopman te Sneek, zonder de
vereischte vergunning eene inrichting houden, bestemd
tot bewaring en verwerking van lompen, eene boete
van f 5 of 3 dagen hechtenis.
6 C. S., 40 jaar, bakker te Sneek, wegens overtre
ding der Veiligheidswet, eene boete van f 6 of 3 dagen
hechtenis.
7 J. S., 32jaar, broodbakker te Sneek, idem alsvo
ren, eene boete van f 6 of 3 dagen hechtenis.
8 G. Z., 46 jaar, scheepstimmerman te Sneek, we
gens overtreding der Arbeidswet, eene boete van f 3
of 2 dagen hechtenis.
9 A. B., 33 jaar, te Sneek, idem alsvoren, 3 boeten
van 50 cent of 1 dag hechtenis voor iedere boete.
10 C. H., 58 jaar, smid te Sneek, idem alsvoren, eene
boete van f 1 of 1 dag hechtenis.
11 0. L., 27 jaar, timmerman te IJlst, wegens
zonder schriftelijke vergunning van B. en W. een ge
bouw voor een gedeelte vernieuwen, eene boete van f 8
of 4 dagen hechtenis.
12 R. B., 65 jaar, tapster, weduwe van Re
W. te Sneek, wegens overtreding der Drankwet, eene
boete van f 3 of 2 dagen hechtenis.
13 G. K. P., 44 jaar, sigarenmaker te Sneek, we
gens het visschen in gesloten vischtijd, eene boete van
f 3 of 2 dagen hechtenis.
14 M. M., 48 jaar, broodventer te Sneek, idem als
voren, eene boete van f 3 of 2 dagen hechtenis.
15 J. B., 69 jaar, visscher te Sneek, idem alsvoren,
2 maal gepleegd, de 2e maal des nachts, 2 boeten, een
van f 4 of 2 dagen, en een van f 8 of 4 dagen hech
tenis.
16 A. v. d. V., 32 jaar, visscher te Abbega, wegens
eens anders vischwater bevisschen zonder vergunning
van den eigenaar of rechthebbende, eene boete van f 4
of 2 dagen hechtenis.
17 J. v. d. B., 29 jaar, koopman te IJsbrechtum,
als geleider van een hondenwagen, waarvoor een hond
is aangespannen, dezen hond niet voorzien hebben van
een muilband, welke het bijten verhindert, eene boete
van f 3 of 2 dagen hechtenis.
18 M. S., 33 jaar, vrachtrijder te Hommerts, idem
alsvoren, eene boete van f3 of 2 dagen hechtenis.
19 T. E., 43 jaar vethandelaar te Bolsward, idem
alsvoren, eene boete van f 3 of 2 dagen hechtenis.
20 D. R. H., 12 jaar, en J. B. D., 11 jaar, beiden zon
der beroep, te Oosterwierum, wegens het zoeken naar
eieren van kievitten, ieder eene boete van f 2 of 1 dag
hechtenis.
ling had moeten ontrukken.
De ander was minder gevoelig en nam de brandende
lamp van de tafel om het gelaat van den doode te kun
nen bezien.
Zie eens, hij heeft willen ontvluchten. Om zich
onkenbaar te maken, heeft hij zijne knevels afgeknipt.
Dan begrijp ik niet waarom hij zelfmoord heeft
gepleegd; wie weet, is hij niet aan een beroerte ge
storven. In ieder geval zal ik spoedig den dokter ha
len en onzen chef bericht geven.
Proft begon de kamer nauwkeurig te onderzoeken.
Hij vond de schaar en de afgeknipte knevelharen.
Ik begrijp echter niet, waarom hij den geheelen
dag nog hier gebleven is, mompelde hij bij zich zelven.
Hij moet gedacht hebben dat hij veilig was, dood kan hij
nog niet lang wezen, deze lamp schijnt weinig langer
dan twee uren gebrand te hebben.
Hij trok alle laden open, zocht in alle kasten, bekeek
elk stukje papier, doch kon niets vinden, wat maar
in de verste verte geleek op een spoor van den misdaad
waaraan hij den doode schuldig achtte.
Dat hij hier de gestolen juweelenzou vinden, had hij
niet verwacht, doch wel meer geld dan Heinz op eer
lijke manier in bezit kon krijgen. Als dader of mede
plichtige aan zulk een moord en diefstal zou hij niet
gevlucht zijn zonder een goed deel van den buit mee
te nemen.
Intusschen verscheen de dokter en deze verklaarde
na een langdurig onderzoek, dat de overledene aan een
hartkwaal was gestorven.
Thans gingen de beambten met hun arbeid voort;
zij doorzochten de kleeren van het lijk en spoedig toonde
Proft met een zegevierenden glimlach de twee bankbil
jetten van vijfhonderd mark, die graaf Ahlers’ naam op
de rugzijde vertoonden. (Wordt vervolgd).
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
LS-
it
tURANT