VOOR SKBEK ÏJ 0I8TME5.
DEDOODE ÏÏILLIOMAIR.
Uit de Raadszaal.
Feuilleton.
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
Orficieele Advertentie.
en
iC
KENNISGEVING.
Loting voor de Nationale Militie.
rit
n-
;u
7
en
de ge-
HOOFDSTUK XXXVII.
50)
at
onder d
in
o-
Tienduizend mark.
Werktuigelijk nam de majoor het papier in handen,
de
is-
or
nd
nd
na
4,
ist
re
n-
L-
tie
:1e
a-
?d
15,
75
ral
or
in,
ks
in
en
fi
rn,
getuigschrift van
d zonen,
Heinz Werling was in zijn schrijfvertrek bezig met
het nazien van papieren zijns broeders, toen een bedien
de kwam zeggen, dat mijnheer Hartmann hem wenschte
te spreken.
Gewoonlijk moesten de bezoeken worden aangediend
bij den secretaris, die gemachtigd was om alles af te
doen; heden was de secretaris afwezig, daarom kwam de
boodschap nu rechtstreeks bij James Walter.
Toen hij den naam Hartmann hoorde, dacht hij daarbij
alleen aan Richard.
Zeg maar, dat ik op dit oogenblik bezigheden
heb, zeide hij tot den bediende. Als mijnheer Hartmann
even wil wachten, ben ik tot zijn dienst. Als ik schel,
kan je mijnheer hier binnenlaten.
Werling behoefde slecnts weinigen tijd om te overleg
gen, wat hij tot den jonkman zeggen zou. Hij wilde het
gesprek daarheen leiden dat de naam van den commis
saris Schmelzer werd genoemd, in de hoop door Ri
chard’s bekendheid met Jenny, toch misschien iets te
vernemen omtrent de onderzoekingen der politie. Ook
hij had in de krant het bericht omtrent de verdwenen
cognacflesch gelezen en was daarover lang niet op
zijn gemak. Hij herinnerde zich duidelijk, dat hij dien
nacht bij de verwisseling van kleeren die flesch naast
het ledikant opden vloer had zien liggen. Den volgenden
morgen vond hij de flesch terug in een zak van zijn
overjas. Hij had het etiket er af gewasschen en verbrand
en de flesch in een kast van zijn slaapkamer geborgen,
waar ook het testament van zijn broeder lag; die kast
hield hij altijd gesloten.
VERGADERING van den Gemeenteraad
van Wymbritseradeel, op Zaterdag, den
7 October 1905, des voormiddags te 11 uur.
Tegenwoordig zijn 14 leden; afwezig de heer D. O.
Hokwerda.
Voorzitter de heer M. H. Tromp, Burgemeester.
Secretaris de heer J. Poppinga.
Na opening der vergadering door den Voorzitter,
wordt het gebed door den Secretaris gelezen.
Punten van behandeling:
1. Notulen van den 5 September 1905.
Na lezing door den Secretaris, worden ovengenoemde
notulen onveranderd vastgesteld en gearresteerd.
2. Ingekomen stukken en inededeelingen.
De Secretaris doet mededeeling van
a. Een schrijven van de afd. »Wolsum« der Nederl.
Door een sleepende borstkwaal valt t hem zwaar,
laatstgenoemde betrekking langer waar te nemen, waar
om hij gaarne zijne laatste levensdagen, met zijne
ziekelijke echtgenoote in rust zou willen doorbrengen.
Waar hij echter onbemiddeld is en bij ontslag uit zijne
betrekking zonder inkomsten zou zijn, wijl hij, wegens
zijn leeftijd, niet in het pensioenfonds heeft kunnen
deelnemen, verzoekt hij, bij toekenning van eervol ont
slag met ingang van 1 Jan. 1906, een dusdanig pen
sioen, dat hij voldoende in zijn levensonderhoud kan
voorzien.
Volgens een overgelegd geneeskundig attest van dr. J.
Hannema te Sneek, is adr. lijdende aan chronische bron-
chitusen bij eenige inspanning dadelijk buiten adem.
B. en W. herinneren, dat adr. gedurende 34 jaar als
gemeente-veldwachter en sedert 1885 ook als gemeente-
bode steeds tot genoegen is werkzaam geweest. We
gens zijn leeftijd heeft hij niet in het pensioenfonds
kunnen deelnemen, terwijl hij toch zijn beste krachten
in dienst der gemeente heeft gesleten. Indien adr. in
het pensioenfonds was opgenomen geweest, dan zou hij
nu recht hebben op een jaarlijksch pensioen van f374.
B. en W. stellen voor adr. op zijn verzoek eervol
ontslag te verleenen tegen 1 Jan. 1906, onder toeken
ning eener jaarlijksche toelage van f 300, in te gaan
met denzelfden datum, mits het eervol ontslag uit zijne
betrekking van gemeente-veldwachter gelijktijdig in
gaat.
De heeren van der Leij en Jorritsma willen de toe
lage op f 325 bepaald zien; adr. heeft steeds een bui
tengewone plichtsbetrachting aan den dag gelegd; ook
kan dit geval niet worden gelijk gesteld met dat van den
oud-veldwachter Belkmeer,die een alleenloopend persoon
was en ook f 300 kreeg. Adr. heeft eene ziekelijke echt
genoote, waarom h. i. eene toelage van f 325 niet on
billijk kan worden genoemd.
In stemming gebracht wordt het voorstel van de
heeren van der Leij en Jorritsma aangenomen met 13
tegen 1 stem, die van den heer de Boer.
5. Adres van Kerkvoogden der Nederlandsch Her
vormde Gemeente te Oppenhuizen betreffende over
dracht van de straatverlichting aldaar.
In dit adres wordt er op gewezen, dat gedurende
vele jaren, de straatverlichting te Oppenhuizen door de
zorg en op kosten van de Ned. Herv. Gemeente aldaar
geschiedde, die daartoe niet verplicht was. Behalve dat
door de baldadigheid der jeugd vele glazen in de lan
taarns werden vernield, werden ook steeds verdere
herstellingen door het Kerkbestuur bekostigd. Waar
ook in het naburige üitwellingerga en in andere dorpen
de straatverlichting van wege de gemeente plaats vindt,
is men niet voornemens in Oppenhuizen, evenmin als in
den winter 1904—’05, de lantaarn verlichting weer te
doen plaats hebben op kosten van adr. en wordt ver
zocht hierin van gemeentewege te voorzien, waarvoor
men bereid is de verschillende lantaarnpalen etc. over
te dragen.
B. en W. stellen voor, evenals in de meeste dorpen,
ook in Oppenhuizen van gemeentewege voor straatver
lichting zorg te dragen, indien adr. bereid zijn de
aanwezige verlichtingsartikelen gratis aan de gemeente
over te dragen.
De heer van der Leij zegt, dat dit laatste ook de
bedoeling is.
Neen, niet het hoofd laten zakken, sprak hij. De
volgende post brengt mij wellicht betere tijding. Ik wil ’t
ergste niet vreezen, voordat de laatste vonk van hoop
is uitgedoofd.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
meente Sneek,
Gelet op art. 26 der Militiewet 1901 en art. 24 van
het Koninklijk Besluit van den 2den December 1901
(Staatsblad no. 230);
Brengen ter openbare kennis, dat de Loting van hen,
die in dit jaar in deze Gemeente voor de lichting 1906
der Nationale Militie zijn ingeschreven, zal plaats heb
ben in de Concertzaal alhier. Op Maandag, den 16
October e. k. des voormiddags te 91/, uur;
dat op Dinsdag 17 October ter Secretarie der ge
meente door of van wege de lotelingen aanvraag kan
geschieden voor de getuigschriften ter bekoming van
vrijstelling wegens broederdienst.
Om vrijstelling wegens eigen militairen dienst of dien
van broeders te verkrijgen, moet men overleggen een
paspoort of ander bewijs van ontslag, of een uittrek
sel uit het stamboek of een bewijs van werkelijken
dienst; dit bewijsstuk kan, zoo het niet reeds onder
den Burgemeester berust, ten minste tien dagen vóór
den dag, waarop de zitting van den militieraad wordt
geopend, op de gewone Secretarie-uren bij den Burge
meester worden ingeleverd.
Ter bekoming van vrijstelling wegens broederdienst
moet men bovendien overleggen een
den Burgemeester, waaruit het getal zonen, tot het
gezin behoorende, blijkt.
De opgave van eene reden van vrijstelling bij de lo
ting ontslaat hem, die vrijgesteld wenscht te worden,
niet van de verplichting om bij den militieraad de reden
van vrijstelling in te brengen, hetgeen in elk geval bij
dit college moet worden gedaan op het daarvoor be
stemde tijdstip.
Sneek, den 26 September 1905.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
ALMA, Burgemeester.
JAC. van der LAAN, Secretaris.
oescniRking op een verzoek van J. Uosterhout en an
dere herbergiers in deze gemeente, om te hunnen be
hoeve bij de Regeering ontheffing aan te vragen van
het bepaalde in art. 43 der Drankwet, waardoor alsdan
personen beneden 16 jaar in hunne localiteiten, waar
sterken drank in het klein wordt getapt, zonder geleide
zouden kunnen worden toegelaten;
b. Missive van Burg, en Weth. van Sneek, houdende
mededeeling, dat door den Raad dier gemeente, in
zijne vergadering van 30 September j.l. is besloten,
aan den heer N. J. Beversen te ’s Gravenhage, voor
den aanleg van een tram StavorenBalkSneek,
f 20.000 subsidie te verleenen;
e. Een adres van 12 inwoners van het dorp Abbega,
er op wijzende dat de Abbegaster opvaart thans zeer
wordt verontreinigd, wijl daarin faecaliën enz. worden
geworpen, wat met’toog op de volksgezondheid niet wen-
schelijk is, daar het water voor verschillende doelein
den wordt gebruikt. Adressanten verzoeken daarom
voor de kom van het dorp Abbega het tonnenstelsel in
te voeren, wat gevoegelijk zou kunnen geschieden door
vanuit Oosthem de werkzaamheden te laten verrich
ten
d. Een adres van ingezetenen uit het dorp Oppen
huizen, daarbij mededeelende, dat thans eene lantaarn-
verlichting in hun dorp ontbreekt, wat groot gevaar en
ongerief oplevert, wijl zich overal aan weerszijden der
weg slooten bevinden. Waar in andere dorpen van ge
meentewege in den winter voor straatverlichting wordt
zorg gedragen, achten zij het billijk, dat ook in Oppen
huizen de verlichting van wege de gemeente ge
schiede.
De Voorzitter zegt dat het adres sub c nog in onder
zoek is en dus nader ter tafel zal komen; aan het adres
sub d kan de aandacht worden geschonken bij de be-
behandeling van punt 5, waarmede het verband houdt.
Spr. stelt voor de beide andere ingekomen stukken voor
kennisgeving aan te nemen.
Conform wordt besloten.
3. Adres van het hoofd der school te IJsbrechtum,
om van het geven van herhalingsonderwijs ontheven
te worden.
Adressant werd in 1902 belast met het geven van
herhalingsonderwijs en verzoekt thans dat op te dragen
aan den hulponderwijzer E. Hazelhoff aldaar, die ook
in ’t bezit der hoofdacte is.
Na 2 drukke vermoeiende schooltijden heeft adr., op
zijn 58-jarigen leeftijd, weinig lust ook nog daarna
onderwijs te geven en verzoekt hij van een 3e les te
worden ontheven.
B. en W. kunnen er zich indenken dat adr. op zijn
leeftjjd, na schooltijd geen lust en opgewektheid heeft
meer lessen te geven en stellen voor, daar er nog een
goede leerkracht aanwezig is, adr. op zijn verzoek ont
slag te verleenen als hoofd der herhalingsschool te IJs
brechtum en als zoodanig te benoemen de heer E.
Hazelhoff aldaar.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt con
form besloten.
4. Adres van A. Faas te Oppenhuizen, om hem
eervol te ontslaan als gemeente-bode, onder toekenning
van pensioen.
Adressant is sedert Mei 1872 als veldwachter in
dienst der gemeente, eerst te Nijland en na 12 Mei
Plotseling fronste de majoor het voorhoofd.
Heb je hem je schulden genoemd en gaf hij je
toen deze chèque? vroeg hij met beklemd hart. Richard,
je hebt toch geen tien duizend mark schuld?
Bijna, vader.
De majoor zuchtte diep.
Goed, sprak de majoor. Je schulden moeten be
taald Worden maar door mij. Ik zal trachten geld los
te maken, maar dit geld kan je niet aannemen, Richard,
neen, dat kan je niet! Ik zal er over denken, hoe
dit het best kan gedaan worden, maar in ieder geval
zend ik deze chèque nog hedenmiddag aan uen heer
Walter terug.
Richard liet het hoofd zinken.
Ge hebt gelijk, vader, zeide hij, maar mijne
schulden, die die behoeven nu niet alle betaald te
worden, dat is zoo dringend niet. Ik zal trachten zelf
iets te verdienen, en betalen als ik kan. Ik kan de ge
dachte niet verdragen dat ik u zooveel verdriet en zorg
heb veroorzaakt en dat ge bovendien nu dezen last ook
nog op u zoudt nemen.
De groote blauwe oogen van den majoor schoten vol
tranen; de oude heer legde de handen op de schouders
van zijn zoon en zei spoedig:
Ik schenk je vergiffenis, Richard. Vandaag geef
ik aan den heer Walter zijn chèque terug; morgen
zullen wij dan samen eens overleggen, wat er gedaan
moet worden.
Bleek en voldaan verliet Richard de kamer. Nauwe
lijks was de deur achter hem dicht, of de majoor zonk
zuchtend in een stoel neer.
Ik zal het betalen, mompelde hij, maar het zal
mij groote offers kosten. In het ergste geval
Hij stond op, richtte zich in zijn volle lengte op en
haalde diep adem.
eene beslissing genomei
der ingekomen stukken.
6. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot
aankoop van een perceel grond, ten behoeve van een
in te richten mestverzamelplaats voor de dorpen Op
penhuizen en Üitwellingerga.
Ingekomen is eene aanbieding van P. Hettinga te
üitwellingerga, om een perceel grond te koopen, ge
legen aan de zeven poelen en de Westerbrugsloot
aldaar, ter grootte van 6 are 70 centiare, voor de
som van f 100.
Verder is van heeren Kerkvoogden der Ned. Herv.
Kerk een schrijven ingekomen, waarin zij mededeelen
de invoering van het tonnenstelsel te Oppenhuizen
mede te willen helpen bevorderen, door een stukje grond
aan de vaart aldaar voor tijdelijke berging van faeca
liën enz. aan te bieden, wanneer bij ijsgang het door
den adr. Hettinga aangeboden perceeltje voor mestver
zamelplaats, niet is te bereiken. De huur kan door
partijen nader worden overeengekomen; op kosten der
gemeente moet een stek ter afscheiding gemaakt en ’t
polderdijkje onderhouden worden, terwijl de opgéslagen
faecaliën steeds zoo spoedig mogelijk weder vervoerd
moeten worden.
B. en W. adviseeréh, het door den heer Hettinga
aangeboden perceel grond aan te koopen, daar het voor
't beoogde doel geschikt en de prijs billijk is ’t eenige
bezwaar is dat het hoekje grond alleen over water is te
bereiken, doch hieraan kan tegemoet worden gekomen
door op de aanbieding van hh. Kerkvoogden in te
gaan, om voor tijdelijke berging een stukje grond te
huren, waarvoor billijke voorwaarden worden gesteld.
De heer Hettinga wijst er op dat door heeren Kerk
voogden geen huursom wordt genoemd, terwijl de heer
A. H. Tromp vraagt, of deze aanbieding tijdelijk of voor
vast is.
De heer van der Leij antwoordt, dat de te stellen
huursom gering en dus geen bezwaar zal zjjn de be
doeling is, het gebruik van den grond tot opzage te
verleenen.
De heer Okma wil in dit geval B. en W. machtigen
de aanbieding van hh. Kerkvoogden aan te nemen, mits
men den grond geregeld kan gebruiken.
^Hiermede kunnen alle leden zich vereenigen en wordt
dan ook dienovereenkomstig besloten.
7. Adres van ingezetenen van Nijezijl, tot invoering
van het tonnenstelsel aldaar.
Adressanten, A. v. d. Meer en 17 anderen, allen hoof
den van gezinnen, wonende te Nijezijl, onder Oosthem,
verzoeken voor de bebouwde kom het tonnenstelsel in
te voeren als zijnde bevorderlijk voor de openbare ge
zondheid en zindelijkheid.
B. en W. meenen, dat het niet mogelijk is de bedie
ning van Nijezijl bij Folsgare en Nijland te voegen.
Wijl echter het tonnenstelsel reeds in het tot de ge
meente IJlst behoorend gedeelte van Nijezijl is inge
voerd, zou ’t wenschelijk en zeker niet kostbaar zijn
indien de gemeente IJlst zich ook met de zorg voor het
tonnenstelsel in het overig gedeelte van Nijezijl wilde
belasten.
B. en W. stellen dan ook voor, hen te machtigen
dienaangaande met het gemeentebestuur van IJlst in
onderhandeling te treden en indien dit niet tot het
ge wenschte resultaat mocht leiden, B. en W. alsdan de
Nadat hij bedacht had, hoe hij het gesprek op
Schmelzer zou brengen, schelde hij. Het volgende oo
genblik meldde de bediende
Mijnheer Hartmann en trok de deur onmiddelljjk
weder in het slot.
Heinz Werling stond bij den haard en staarde onmid
dellijk in het vuur. Nadat de majoor een paar schreden
voorwaarts had gedaan keerde de millionnair zich om
ten einde zijn gast te begroeten. Oogenblikkelijk besefte
hij dat hij zich vergist had slechts met moeite
onderdrukte hij een kreet van schrik. Zoodra de majoor
het gelaat van James Walter zag, deinsde hjj terug
onder een ui troep van ontsteltenis.
Wie zijt gij? vroeg hij heesch. Spreek, wie zijt
gij
Terstond begreep Heinz Werling, dat hem hier geen
keuze overbleef. Langzaam trad hij op den majoor toe
die niet anders meende, of een doode was uit het graf
opgestaan, en zeide bedaard
Ik ben Robert Werling.
Nog altijd staarde de majoor hem in de grootste
ontsteltenis aan; de woorden welke hij hoorde, kon hij
nog niet recht vatten.
Doch spoedig herinnerde hij zich, hoe sprekend de
broeders op elkander geleken hadden, en nu begreep
hij het. Sedert het huwelijk van zijne zuster had hij
Heinz slechts weinig en Robert volstrekt niet meer
gezien.
Zijt gij Robert Werling? sprak hij, toen hij eenigs-
zins bekomen was. Zijt gij de schurk, die zijn broeder
in het ongeluk stortte en zijne zuster den dood aandeed?
En zijt ge nu onder een valschen naam, als millionnair,
naar hier gekomen, naar men zegt
Ja, ik ben pas kort weder op Duitschen grond.
Ik zocht naar middelen om het verleden weer goed te
doch sloeg er geen enkelen blik op.
Met zijn groote blauwe oogen staarde hij Richard
verwonderd aan en toen werd plotseling zijn gelaat
donkerrood van verontwaardiging bij de gedachte, dat
een vreemdeling het gewaagd had aan iemand uit het
geslacht Hartmann geld aan te bieden.
Dat verdraag ik niet dat duld ik niet, dat je
dit geld aanneemt! riep hij, sidderend van ingehouden
toorn. De Hartmann’s zijn geen bedelaars! Verduiveld
jongen, waar was je familietrots, toen je dat papier
aannam? Het zal niet lang meer duren, of ik zie je
nog van huis tot huis gaan met een bedelbrief en een
inteekenlijst. Ik geloof waarachtig dat je in staat bent
om aan den hoek van een straat te gaan staan en je hand
op te houden om aalmoezen te ontvangen.
Het bloed steeg Richard naar de wangen.
Ik heb er niet om gevraagd en het ook niet ten
geschenke gekregen, zei hij. Mijnheer Walter gaf het
mij in handen en voegde er bij dat hij het mij in leen
gaf. Zoo kwam het mij wel aannemelijk voor; maar ge
hebt gelijk, ik zal het hem terugzenden.
Neen, ik zal zelf naar hem toe gaan. Hij had er
in elk geval een goede bedoeling bij. Ik zal hem aan-
toonen ik zal hem
Jims- n mmwBiiD
1885 te Oppenhuizen, terwijl hij met ingang van laatst-
gemelden datum ook ais gemeente-bode werkzaam is.
Chr. Geheel-onthouders Bond, daarbij hartelijk dank
zeggende voor de door den Raad genomen afwijzende
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1OOO regels 2’/, cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
Hierop wordt het voorstel van B. en W. met alge-
meene stemmen aangenomen en is dus daardoor tevens
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tjjde aangenomen.