WOU SKEEK ES OKTREEEI
Ons Frieseb Volkssanatorium,
SUMS- ES lllïEfflSTIElILJll
A
kinderliefde.
Zaterdag 16 December 1905.
60 e Jaargang.
No. 100.
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
Feuilleton.
groo-
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
1
TE JOURE.
j
I
wordt een
een waar
Papa, vroeg de kleine Willy, hebben de werkelijke
Engelen in den hemel ook zoo schoone gouden vleuge
len en van die lange zilveren trompetjes?
Het ernstige gelaat van den man plooide zich tot een
gullen glimlach.
Ik weet het niet, kindlief, maar ik zou denken dat
de Engelen alles bezitten, waarnaar zij verlangen.
Maar, wanneer zij nu niet blazen kunnen! Gelooft u,
dat die vrouw Mantgen blazen kan?
Wat weet ge van die Mantgen, Willy?
Dat is de vrouw, pa, die buiten op den mijlsteen
bevroren is gevonden. Juffrouw Meta heeft me gezegd
dat zij nu een engel is.
Als juffrouw Meta dit gezegd heeft, zal het zeker
wel zoo zijn.
’t Scheen, dat een plotseling opkomende gedachte hem
van het vroolijk gesnap van het kind afleidde; want
hij staarde met droevigen blik in de vlam eener kaars
en aan zijn mondhoeken verschenen twee diepe, zorg
volle trekken. Willy kreeg sinds eenige oogenblikken
geen antwoord, doch met eene standvastigdheid, zijn
leeftijd eigen, werd hij niet moede zijne weetgierige
vragen te richten.
Paatje, heeft vrouw Mantgen veel pijn gehad, toen
zij bevroren is?
Liefkozend streek het kind met zijne kleine zachte
handjes over de wangen van den man, die als uit een
zwaren droom ontwaakte.
Neen, Willy, zij heeft haast niets daarvan gevoeld.
Omdat zij zeer vermoeid was, had zij zich op den
mijlsteen neergpzet om uit te rusten; toen is zij zacht
ingesluimerd, juist zooals gij eiken avond in uw bedje
inslaapt.
Ja, en toen werd zij een engel met gouden vleugelen.
Maar als zij niet blazen kan, zal zij dan niet tieurig
ongezonde redeneeringen mag vullen. En ik geloof,
Rudolf, gij deedt beter hem niet bij die verkeerde be
ginselen te steunen.
Hare stem, welke van nature week en zacht was,
had nu een scherpen, onvriendelijken klank. De knaap
drukte zich verschrikt nog vaster dan te voren tegen
zijn pa aan.
Harders werd in zijne beantwoording, waartoe hij
zijne lippen reeds geopend had, gestoord door het geluid
der huisschel, welke met schrillen klank overging. Hij
stond op en zette het kind op het tapijt neder.
Het is zes uur, zeide hij, terwijl hij den blik vol onrus
tige spanning op de deur gericht hield. Wie kan op
Kerstavond ons op dit uur nog bezoek willen brengen?
Ik ben er volstrekt niet nieuwsgierig naar, merkte
zijne vrouw op, en gij behoeft niet ongerust te zijn dat
het mijne moeder zal wezen, zij kent uwe beginselen
en aal u in uwe feestelijke stemming met haar onwel
kom bezoek niet komen storen.
Mijn feestelijke stemming! herhaalde hij met onbe
schrijfelijke bitterheid. Gij zijt zeer onbillijk, Helene,
zooals gg het in den laatsten tijd voortdurend tegen mij
geweest zijt; niet ik ben het, die de schuld draagt aan
deze treurige vervreemding.
Ja, ik weet het, antwoordde zij achteloos, het is natuur
lijk, dat mijne moeder u om vergeving zou moeten
smeeken en u op hare knieën bedanken, dat gij de
goedheid hadt mij tot uwe gade te nemen.
De lippen van den man beefden zichtbaar; hij keerde
zich echter om en zweeg. Onmiddellijk daarop trad het
dienstmeisje binnen.
Een telegram voor den heer Harders, zei ze. De
bode vraagt, of hij soms een antwoord medenemen
moet.
(Wordt vervolgd.)
van het gebouw is
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 21/, cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
Onder herhaalde dankbetuigingen voor de ontvangen
geschenken hadden de beide dienstmeisjes het vertrek
verlaten, en de kleine familie bevond zich eindelijk al
leen.
Rudolf Harders had zijn zoontje, een aanvallig
knaapje van vijf jaren, op den arm genomen, om hem
den wassen engel, die zich boven aan de spits van den
kerstboom bevond en naar wien hij al zoo lang met
groote, stralende blikken gestaard had, meer van nabij
te laten beschouwen.
Zijne jeugdige echtgenoote bladerde, op een sofa
gezeten, zonder groote aandacht in een boek, dat zij
naast vele prachtige geschenken onder aan den kerst
boom gevonden had. Met recht konden de menschen
vol bewondering over de opvallende gelijkenis van het
kind en zijne beeldschoone, nauwelijks drie en twintig
jarige mama spreken.
’t Waren dezelfde weemoedige trekken, dezelfde
mooie, bruine oogen onder hunne geteekende wenk
brauwen; slechts met dit verschil, dat uit die heldere
oogen van het liefelijke kindergezicht, met hunne be-
tooverende uitdrukking, heilige onschuld glinsterde,
terwijl die onder de lang bewimpelde oogleden der
bleeke elegante vrouw koel en moede voorover blikten,
alsof de levendige ziel, die zij weerkaatsen moesten, al
gestorven was of in diepe sluimering lag.
zijn boven in den hemel?
Waar zij zich bevindt, is geen treurigheid meer.
Vrouw Mantgen heeft hier op aarde veel nood en ellen
de verduurd. Zij heeft zwaar moeten arbeiden en niet
altijd bezat zij het noodige voedsel om haren honger
te stillen; van dat alles weet zij nu niets meer.
De knaap knikte, ten teeken dat hij het begrepen had
en vroeg verder:
Meta zegt, dat de Engelen den ganschen dag zingen
en muziek maken.
Geloof maar altijd alles wat de juffrouw u vertelt,
Willy, zij kan u op dit alles veel beter antwoord geven
dan ik. Kijk echter nu eens naar dat mooie schaap en
die bontgekleurde trommel.
Doch Willy liet zich niet in zijn gedachtengang sto
ren.
Als het bevriezen geen pijn doet en de Engelen het
zoo goed hebben, waarom zetten ook wij ons dan niet
op den mijlsteen om in te slapen?
Met onstuimige teederheid drukte Harders zijn kind
aan zijn hart en kuste het herhaalde malen op de wan
gen.
Omdat het voor u nog lang geen tijd is om engel te
worden, mijn lieveling. Ge zult eerst nog tot een
flinken grooten man moeten opgroeien. Hebt gij mij niet
dikwijls uwen wensch te kennen gegeven om een sol
daat te worden, die op een zoo prachtigen schimmel
rijdt, juist als die generaal van uw tinnen soldaatjes?
Het donkere kopje van het kind bewoog zich afkeu
rend.
De bleeke vrouw, op de sofa gezeten, wendde zich met
zekere misnoegdheid naar beiden om, sloeg het boek
toe en sprak
Ik zal de gouvernante eens ernstig onderhouden, dat
zij de verbeelding van den jongen niet langer met zoo
weer een kamer, waarin een lift uitkomt, die
het eten beneden uit de keuken naar boven
brengt. Een muur scheidt deze kamer van de
ruime eetzaal en een loket in dien muur ver
bindt lift- en eetkamer. Weet men nu boven
dien nog, dat de keuken niet onmiddellijk on
der de liftkamer ligt, dan behoeft het geen be
toog, dat de onaangename etensgeur zich
heel moeielijk in het gebouw kan verspreiden.
Overigens bevinden zich op deze en de vol
gende verdieping de vertrekken voor de pa
tiënten. Treden we zoo’n kamer binnen, dan
treft het ons in de allereerste plaats, dat alle
behang en alles wat stofnesten kan vormen,
zijn verwijderd. De vloer is belegd met lino
leum, de wanden zijn glad en dus gemaak-
kelijk af te zeepen.
Behalve zijn ledikant met toebehooren heeft
elke patient een tafeltje, tevens nachtkastje,
een stoel en een kast, terwijl ruime wasch-
bekkens aan den wand, gelegenheid geven om
toilet temaken. Verder is gezorgd voor over
vloedig licht en lucht en zijn in de beneden
verdieping doelmatige badkamers ingericht.
Een waterleiding zorgt, dat overal overvloed
van zuiver water beschikbaar is; een centraal
verwarmingstoestel verwarmt alle kamers door
middel van heet water: in een woord, alles is
ingericht naar de eischen, die men tegenwoor
dig aan een ziekenverblijf stelt.
Zie daar, lezer! ons toekomstig Sanatorium
met enkele woorden beschreven: phantasie nu
nog, zeker, maar toch niet geheel in de betee-
kenis, die men er gewoonlijk aan hecht. Het
gebouw staat er, de kamers en zalen zijn er,
en de inrichting is onder deskundige leiding
zoo herhaaldelijk besproken en berekend, dat
de verwezenlijking slechts een kwestie is van
tijd en geld!
Maar, ook de omgeving
een kijkje overwaard.
Het geheel afgesloten terrein beslaat een
oppervlakte van ongeveer 6 H. A. Voor waar
een ruime wandelplaats. Links van het ge
bouw, aan de overzijde van de laan, verheft
zich een heuvel van 13 Meter. Het gebouw
tje op zijn top is nu een belvedère, maar zal
later het reservoir bevatten voor de waterlei
ding. Aan den voet staat de machine, die het
water uit te boren nortonputten zal oppom
pen. Die heuvel biedt verder een uitstekende
beschutting voor de patiënten tegen Westen en
Noordwesten wind.
vestigen. Denk er eens over na, welk een zegen
een dergelijke inrichting voor onze provincie
zal kunnen worden. Denk eens over de kos
ten, sla den blik rond in eigen omgeving, ver
gelijk de gevraagde som eens met het aantal
inwoners van Friesland, ik twijfel niet of uw
pessimisme mocht het bestaan hebben
wordt omgezet in optimisme en u
strijder mee voor het groote doel:
vöZArsanatorium in Friesland.
Een lid van het voorloopig Bestuur.
KORT VERSLAG van het verhandelde
in de Vergadering der Kamer van Koop
handel en Fabrieken te Sneek, op 12 Dec,
1905.
Aanwezig de h.h. P. Reinouts van Haga, Voorzitter,
S. Henstra, J. Smit Ez., W. Nieveen, E. Priester en J.
van Loon, Secretaris. Afwezig met kennisgeving de
h.h. A. L. Hansma en A. Dekker.
1.
Na opening der vergadering worden de notulen der
vorige gelezen en ongewijzigd vastgesteld.
2.
Worden gelezen en behandeld de ingekomen stukken:
a. het adres van de Kamer te Hoogezand—Sappe-
meer aan Z. E. den Min. v. Landb., H. en N., inzake de
toepassing der Veiligheidswet. Wenschelijk wordt
geacht, dat de door Inspecteurs v/d Arbeid gegeven
voorschriften niet mondeling doch schriftelyk aan hoof
den van fabrieken of werkplaatsen worden verstrekt.
De praktijk heeft geleerd, dat mondeling gegeven voor
schriften misverstand hebben veroorzaakt of niet zijn
begrepen of worden vergeten.
De Kamer wil te dien opzichte het verzoek van
HoogezandSappemeer gaarne steunen.
Een tweede verzoek, om aan hoofden of bestuurders
aanteekeningslijsten te doen uitreiken, wil de Kamer
niet ondersteunen. Zij acht dit, gelijk bij het Toezicht
op het Stoomwezen is gebleken, onnoodig en lastig;
b. eene missive van de»Vereeng. tot bestrijding van
knoeierijen in den Boter- en Kaashandel* met afdruk
van een adres aan Z, E. den Min. v. Lb., H. enN.
Dit uitvoerig adres behelst het verzoek aan den Mi
nister, eene Wet uit te vaardigen, die de knoeierij in
den B. en K.-handel onmogelijk maakt. De zaak is van
groote beteekenis en meermalen ook in deze Kamer
behandeld. Daar er tegenstrijdige belangen bij in het spel
zijn, is voorzichtige beoordeeling aanbevolen. Na het
voor en tegen van de voorgestelde maatregelen te heb
ben overwogen, wordt besloten eene commissie te be
noemen, die het gevoelen van deskundigen zal inwin
nen.
Het overige terrein aan deze zijde van de
waar tus-
daar een bank of een prieel
Wanneer men een groot plan wil verwezen
lijken, is het natuurlijk, dat er bezwaren wor
den in het midden gebracht.
Dat dan ook Herema State aan critiek zou
blootstaan, was te verwachten. Ernstige en
minder ernstige bedenkingen zijn bij het voor
loopig Comité ingekomen en weerlegd. Soms
echter gaven de geopperde bezwaren zoo dui
delijk blijk van totale onbekendheid met het
landgoed, dat onze wakkere voorzitter onge
duldig het hoofd schudde en mompelde: »Laat
ze dan toch zelf eens gaan zien!”
Die opwekking, om eens met eigen oogen
het kostbaar geschenk van den heer en me
vrouw Driessen te gaan bekijken, hoop ik, dat
langs dezen weg weerklank zal vinden in rui
men kring.
Ik heb hierbij niet het oog op opponeeren-
de deskundigen, ofschoon het zij terloops
opgemerkt de ondervinding heeft geleerd,
dat ook sommigen hunner dien raad broodnoo-
dig hebben; maar mijn woorden zijn gericht
tot het groote publiek, tot allen, die belang
stellen in onze grootsche onderneming. Wan
neer straks vaarten en kanalen met een be
trouwbaren ijsvloer zijn belegd, dan zal voor
velen een tochtje naar Joure een aangenaam
uitstapje zijn en reeds een wandeling langs
Herema State doen zien, welk een heerlijk
landgoed voor het beoogde doel is afgestaan.
Kan men toegang verkrijgen dan valt het
grootsche nog meer op.
Een breede, overoude lindelaan doorsnijdt
het buiten in zijn geheele lengte van Oost
naar West. Rechts daarvan vindt men de
hechte, ruime State met zijn breed bordes, zijn
vorstelijke vestibule, groote zalen en talrijke
kamers.
Denken we ons een oogenblik, dat het doel
reeds is bereikt en we werkelijk het Friesche
Sanatorium voor beginnende borstlijders heb
ben betreden. Vlak tegenover den ingang
vinden we dan de ruime directiekamer, rechts
daarnaast de kamer van den geneesheer: daar
tegenover de wachtkamer. De gang, die deze
beide kamers scheidt, geeft toegang tot de
enorm groote uitspanningszaal, die de geheele
breedte van het gebouw beslaat. Links van
de directiekamer is het trappenhuis en daarnaast
laan is beplant met boomgewas,
sohen hier en
des zomers tot zitten uitnoodigt.
Aan de rechtsche zijde van de laan vindt
men eindelijk achter het -woonhuis een
ten schilderachtigen vijver. Tegenwoordig is
dit een vrijwel stilstaand water, maar met een
kleine verandering is het gemakkelijk stroo-
mend te maken. Volgens een ander plan is
hij voor demping aangewezen, wat echter veel
kostbaarder is.
Langs den rechteroever vindt men al weer
een zeer lommerrijke laan, die uitloopt op de
oranjerie, welke met weinig kosten is te ver
anderen in een lighal voor 24 patiënten. De
ligging op het Zuiden maakt haar voor dit doel
bij uitstek geschikt. Voor de overige lijders
zullen twee draaibare lighallen worden ge
plaatst, die het voordeel bieden, dat ze steeds
van den wind af kunnen worden gedraaid.
Ware het niet, geachte lezer, dat ik bevreesd
was al te onbescheiden te worden tegenover
de redactie, ik zette mijn beschrijving meer in
bijzonderheden voort. Nu echter moet ik mij
beperken en besluiten met mijn aanvangs
woord: ga er eens heen!
Maar of gij en ik leeken in het vak
dé gelegenheid nu al geschikt vinden, dat zegt
nog heelemaal niets. Daarom is dan ook het
advies gevraagd van twee Amsterdamsche
hoogleeraren van naam, de heeren Pel en Rui-
tinga, en ook zij vonden, dat de voordeelen,
die Herema State aanbiedt, van dien aard zijn,
dat het jammer zou zijn als het vorstelijk aan
bod niet werd aanvaard.
Welnu, tot die aanvaarding is in de verga
dering van 16 Nov. j.l. te Leeuwarden be
sloten.
Bouwplannen en begroeting waren reeds
vroeger gemaakt, zoodat niets meer de verwe
zenlijking van ons i leaal in den weg staat dan,
we zeiden het reeds boven,het geld.
De begrooting beloopt, wat de verbouwing,
inrichting, meubileering enz. betreft schrik
niet lezer de som van f 57,000,Hoe zul
len we dat geld bijeenbrengen?
Het was mijn bedoeling dezen keer niet,
daarover te schrijven. Een volgende maal hoop
ik voor dit en andere punten nog eens een plaatsje
aan de redactie te vragen. Ditmaal zij het
voorgaande genoeg om de algemeene aan
dacht nog eens op deze gewichtige zaak te
B-f
R COURANT
N E