WWS- EJi ADVEMÏÏIEBLAD
I
ÏWR SIM KJ ML
Ongelijk in Rang.
Woensdag:
No. 37.
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
I
LANDWEER. OPKOMST ONDER D WAPENEN.
MILITIE. OPKOMST ONDER DE WAPENEN.
Feuilleton.
Vrij bewerkt door MJ. KORV8NG.
2de
3de
4de
5de
6de
7de
8ste
9de
10de
11de
;17 Sept. 29 Sept.
3 Sept. 15
DATUM
ONDERDEELEN.
KORPSEN.
Voor
Plaats van opkomst.
Behoorende tot
I en II.
I de landweer-infanterie
127 Augustus 8 Sept.
1ste en 2de compagnie
korps pontonniers
dat de reserve-onderofficieren, die den rang bekleeden van adjudant-onderofficier of van sergeantma-
1ste regiment vestingartillerie
korps pantserfortartillerie
regiment genietroepen
|28 Juli
,11 Juli
voor
3e regiment veldartillerie
13 Augustus30 Augustus;
1ste, 2de, 3de en 4de
3de en 4de comp. hospitaalsoldaten
26 Mei
2 Juni
2de regiment veldartillerie
23 Juni
5 Juni
de 5de en de 6de batterij
3de
22 Sept.
zijne «voorname*
HOOFDSTUK XIII.
29.)
20 October
128 Juli
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
III en IV
I-IV
I—IV
I—IV
Dag van ver
trek met
groot verlof.
2de
3de
4de
I 3 Sept.
;30 Juli
4 Augustus
4 Augustus 11
29 Sept.
29
6 Augustuses Augustus|25 Augustus
17 Sept. 29 Sept. 6 October
,22 Sept.
8
27 October
onder
de wapenen?-1?11
r houden of
I geroepen.
en
>n
or
I.
A..
en
K.
16 Juli
23
23 Juni
30
2
23
23
vervoerbewijzen, daartoe ter Secretarie der
van
I 1ste en 3de compagnie
2de en 4de
Datum van vertrek met
groot-verlof.
i Voor ben, die
van opkomst krachtens art.,
lOOderMilitie-
wet 1901 on- I
der de wape- overigen.
Dag
van
opkomst.
8 Sept.
8
8
8
8
22
6 October
8 Sept.
6 October
6
Diever (tentenkamp aan den
weg naar Frederiksoord)
idem
Beverwijk (stationsplein)
Utrecht (genie-kazerne)
Dordrecht(pontonniers-kazerne);
hieronder vermelde lichtingen en korpsen, om zich krachtens art. 111 der Militiewet 1901 in dit jaar op de hier
aangegeven tijdstippen bij hun korps in werkelijken dienst te begeven, te weten:
reg. grenadiers en jagers
1ste reg. infanterie
2de
3de
4de
5de
6de
7de
8ste
9de
10de
11de
Het verkeer met prins José oefende op Angelina een
gunstigen invloed uit. Haar gezonken levensmoed leefde
langzamerhand weder op; met eiken dag geraakte zij
meer in de hoopvolle stemming, aan haar leeftijd eigen.
Zij las met den prins, besprak het gelezene met hem,
en werd door hem onderwezen in de kunst van klavier-
spelen, waarin hij een meester was.
«Weet ge wel, dat ik mijne zuster niet meer zoo erg
mis, sedert ik u ken?* zeide zij op zekeren dag tot den
prins, toen zij aan het klavier zat en hare wangen van
inspanning gloeiden. »Ia, dikwijls als ge mij raadt en
helpt, schijnt het mij toe alsof gij beiden slechts één
persoon zijt. En soms schijnt het mij ook toe, alsof
gij tot mij in andere betrekking staat dan Gemma;
misschien wel omdat ge zachtzinniger en geduldiger
zijt dan zij, omdat gij mij altijd begrijpt
Zij zweeg en wilde haar oefening hernatten. Medina
trok echter hare handen zacht van de toetsen weg.
»Wie zou u ooit beter kunnen verstaan dan uw zus
ter, die met u opgegroeid is?« vroeg hij. »Ik zie bij voor
beeld, dat ge mij iets verbergt, wat u kwelt; maar ik
kan niet doorgronden, wat ’t is. Voor uw zuster zou
18 Juni
25
28 Mei
18 Juni
18
dat stellig zeer gemakkelijk wezen.*
»Dat is dus niet voor u verborgen gebleven?* ant
woordde Angelina zenuwachtig, en er voer haar een
zachte rilling door de slanke leden. «Nu, zie eens, Gem
ma bemerkte daar niets van.* Er speelde haar een
droeve glimlach om dé lippen. «Zij had het toen te druk
met zich zelve, zij was verloofd en gelukkig,* voegde
zij er op zachten toon bij.
Medina geloofde, dat het oogenblik gekomen was,
waarin Angelina hem haar geheim zou toevertrouwen;
maar hij vergiste zich. Wel was zij op ’t punt om te
zeggen «Raad mij, help mij! Zie zoo en zoo is het
mij gegaan. Spreek, wat moet ik doen om Fedor tot
den mijne te maken!* doch zekere beschroomdheid,
welke zij zelve niet wist te verklaren, hield haar er
van terug, ook in deze zaak jegens Medina openhartig
te zijn.
«Niet waar, nu ziet ge zelf, dat ge mij beter begrijpt
dan mijn zuster,* vervolgde zij na een oogenblik z wij -
gens. »Ge moet echter niet denken, dat mijne liefde
voor Gemma ook slechts een greintje verminderd is,
sedert ik dit begon te beseffen. O neen, Gemma zal
even als vroeger in mijn hart de eerste een voorname
plaats innemen,* verbeterde zij blozend.
»Een voorname plaats,* dacht de prins. »En wie neemt
de eerste plaats in? Dat die plaats reeds is ingeno
men, bemerkte ik door hare verlegenheid en haar blozen.
Naar het schijnt, ben ik op het spoor van het zoo
zorgvuldig bewaarde geheim. Het moet een trouwelooze
geweest zijn, die met haar hart gespeeld heeft, dacht
Medina.
Een paar dagen later vroeg hij met een onschuldig
gezicht, of er behalve Sulkowsky nog meer man
nen van aanzienlijken rang tot de gasten in haar va
ders herberg hadden behoord.
Het pionierbataljon en de techni-
sche spoorwegcompagnie (voor
malige 1ste tot en met 8ste com
pagnie van het korps genietroepen) 9 Juli
Lichting 1900.
de 6de batterij
Lichting 1901.
1ste, 2de, 3de en 4de bataljon
I 1ste, 2de, 3de en 4de
1ste, 2de, 3de en 4de
1 1ste, 2de, 3de en 4de
I 1ste, 2de, 3de en 4de
1ste, 2de, 3de en 4de
j 1ste, 2de, 3de en 4de
I 1ste, 2de, 3de en 4de
1ste, 2de, 3de en 4de
I 1ste, 2de, 3de en 4de
1ste, 2de, 3de en 4de
13
13
13
13
27
10 Sept.
13 Augustus 30 Augustus
110 Sept.
10
7 Mei
reg. grenadiers en jagers
1ste reg. infanterie
;20 Augustus;30 Augustus
I 8 October
22 Sept. 129 Sept.
118 Augustus;25 Augustus
113 Augustus 30
30
30
30
30
15 Sept.
29
6 Augustus 18 Augustusl25 Augustus
16 Juli 28 Juli 4
4 Augustus 11 r
11 ’18
28 Juli 4
I 4 Augustus! 11
4 11
II 18
25
28 Juli
4 Augustus
De BURGEMEESTER der gemeente Sneek,
Gelezen de missive van den heer Staatsraad, Commissaris der Koningin in Friesland, dd. 26 Februari jl.
no. 452, le afd. M/S met den daarbij behoorenden staat, betreffende de opkomst onder de wapenen in 1906 van
het personeel der landweer, tot het houden van oefeningen als bedoeld bij art. 11 der Landweer wet
Gelet op gemeld wetsartikel, zoomede op 65 der Landweerinstructie I, zoomede op het Kon. Besluit dd.
5 Sept. 1904 (Staatsblad no. 220) in verband met art. 15, 2e lid, der Landweerwet
Roept bij deze op de in deze gemeente gevestigde en mitsdien tot het le landweerdistrict behoorende
dienstplichtigen der landweer
lo. die in de jaren 1903, 1904 en 1905 voor den dienst bij de landweer zijn bestemd, met uitzondering van
hen die behooren tot de hospitaal-soldaten
2o. de reserve-onderofficieren en de reserve-korporaals, die krachtens de door hen aangegane verbintenis
tot vrijwilligen dienst of krachtens de door hen geteekende «Aanvullingsverklaring* tot de landweer behooren;
om naar de onderscheiding van de hieronder vermelde wapens of dienstvakken op de aangeduide plaatsen
en tijdstippen tot het houden van oefeningen voor den tijd van *es dagen de dag van opkomst en vertrek
met groot verlof daaronder begrepen onder de wapenen te komen.
Het personeel
uit de
landweerdistricten;
23
30
16
23
23
30
6 Augustus! 18
9 Juli 21 Juli
16 28
6 Augustus l8 Augustus 25
22 Sept.
idem
de landweer-vesting-artillerie
de landweer-genietroepen
de landweer-pontonniers
Ter toelichting en opheldering opmerkende
lo. -- j--_
joor-administrateur, twee dagen vóór den dag, bestemd voor de opkomst* van dienstplichtigen van het wapen en
het onderdeel, waartoe zij behooren, moeten opkomen en dat bovendien, voor zooveel noodig, het personeel van
den staf van het bataljon en, zoo noodig, de sergeantmajoor-administrateur der compagnie onder de wapenen
blijven, zoolang eenig onderdeel van het bataljon of van de compagnie tot het houden van oefeningen onder
de wapenen is
2o. dat de verlofgangers zich moeten aanmelden vóór 12 uur ’s middags van den voor opkomst aangewezen
dag, terwijl zij, die gevestigd zijn in eene gemeente van waar zij vóór dat uur de plaats van opkomst niet
kunnen bereiken, zich zoo spoedig mogelijk daarna moeten aanmelden
3o. dat de verlofgangers bij de opkomst onder de wapenen moeten zijn voorzien van al de voorwerpen van
kleeding en uitrusting, door hen bij hun vertrek met groot verlof medegenomen en van die, welke hun
later zijn uitgereikt
4o. dat de verlofgangers ter verkrijging van daggeld en daanuc Gecreiaue
gemeente hun verlangen, hetzij persoonlijk, hetzij langs anderen weg, één of twee dagen vóór den dag
opkomst hebben kenbaar te maken
5o. dat de verlofgangers, die wegens ziekte of uit anderen hoofde, mochten achterblijven, voor zoover
doenlijk, daarvan onmiddellijk onder overlegging van bewijsstukken of opgaaf van redenen, kennis hebben te
geven ter Secretarie der gemeente
6o. dat, zij het dan ook ten overvloede, wordt herinnerd, dat aan deze oefeningen niet behoeft te worden
deelgenomen door hen, die daarvan tegelijk bij de vergunning tot uitoefening van de buitenlandsche zeevaart
of tot verblijf in het buitenland voor langer dan één jaar zijn vrijgesteld, noch door hen, die behooren tot
een der krachtens art. 15, tweede lid, der Landweerwet bij Koninklijk besluit van 5 September 1904, (Staats
blad no. 220) aangewezen categorieën van dienstplichtigen, welke in tijd van vrede deze oefeningen niet
behoeven bij te wonen
7o. dat indiening van verzoeken om vergoeding of om ontheffing van den te vervullen landweerdienst geen
doel kan treffen, zoolang het aanhangige wetsontwerp tot aanvulling van de Landweerwet niet tot wet is
verheven, en dat na die eventueele wetsaanvulling de regeling nopens de wenschelijke wijze van indiening
der verzoeken om vergoeding ter algemeene kennis zal worden gebracht.
Sneek, den 3 Mei 1906. De Burgemeester voornoemd: ALMA.
De BURGEMEESTER van Sneek,
Gezien den, bij de beschikking van den Minister van Oorlog, dd. 27 Maart 1906 Vlfde afd., no. 276, behoo
renden staat, aan wijzende welke verlofgangers bij de Militie te land in 1906 voor de herhalingsoefeningen onder
de wapenen zullen moeten opkomen, met vermelding der tijdvakken voor hun verblijf onder de wapenen
yastgesteld; zoomede de daarop betrekking hebbende missives van den Staatsraad, Commissaris der Koningin
in deze provincie;
Roept bij deze op de in deze gemeente gevestigde verlofgangers van de Militie te land, behoorende tot de
1ste, 2de, 3de, 4de, 5de, 6de,
7de en 8ste compagnie
9de en 10de compagnie
alle compagnieën
alle compagnieën
alle compagnieën
3 Sept.
zouden uitspreken, en daarom gaf hij er de voorkeur
aan slechts nu en dan terloops van
bekenden te spreken.
Sulkowsky fronste bedenkelijk het voorhoofd, toen
hij zijn schoonvader de namen van bekende aristocra
ten en van andere hooggeplaatste personen hoorde noe
men. Pij dacht er het zijne van, en kwam met zijne
vermoedens dicht bij de waarheid. Gemma beschouwde
Ferrari’s toespelingen op zijn omgang met aristocraten
als gewone pocherij van haar vader, en schonk daarom
geen aandacht aan zijne woorden. Eerst toen Angelina
begon te klagen, dat zij er tevergeefs op had aangedron
gen de huishouding op eenvoudiger voet in te richten
en dat voornamelijk het onthalen der gasten groote
sommen gelds kostte, eerst toen werd Gemma opmerk
zamer en vroeg wat soort van gasten het eigenlijk
waren, die Ferrari zoo dikwijls bezochten en waarom zij
hier kwamen.
Angelina verhaalde nu van de woeste speelavonden,
die bij het drinken van zware wijnen tot diep in den
nacht werden gerekt.
Gemma sprong verschrikt op en riep haar man er
bij, aan wien zij in vliegende haast mededeelde wat zij
zoo pas vernomen had.
»Hoe dikwijls wordt hier in huis gespeeld?* vroeg
Sulkowsky ernstig.
»Drie of vier keeren per week,* antwoordde Ange
lina.
Alsof zij haar wilde beschermen, sloeg Gemma den
arm om haar jongere zuster.
«En vertoef jij onder die zoogenaamde gasten?* vroeg
zij.
«Ik heb de heeren zeven of acht keeren moeten be
groeten, en eenmaal heb ik voor hen gezongen en ge-
Lichting 1899.
lste, 2de, 3de en 4de bataljon
1ste, 2de, 3de en 4de
j lste, 2de, 3de en 4de
lste, 2de, 3de en 4de
lste, 2de, 3de en 4de
lste, 2de, 3de en 4de
j lste, 2de, 3de en 4de
lste, 2de, 3de en 4de
lste, 2de, 3de en 4de
lste, 2de, 3de en 4de
lste, 2de, 3de en 4de
lste, 2de, 3de en 4de
de lste, de 2de, de 3de, de 4de,
de 6de batterij
«O ja, nadat Gemma verloofd was kwamen er zelfs
zeer vele,* antwoordde Angelina snel, zonder hem aan
te zien.
»En vroeger? ik bedoelin denzelfden tijd toen de
prins er kwam?*
»Toen kwamen er slechts weinige.* Zij bloosde en
hare handen beefden zichtbaar. «Ja, zeer weinig Peter
Stwolinsky, een vriend van mijn zwager en nog een
paar heeren.*
Fedor’s naam kwam niet over hare lippen, en daardoor
kwam de brave roodharige, lange, dunne Peter bij Me
dina in verdenking, dat hij Angelina het hoofd op hol
gemaakt en haar daarna verlaten had, en in zijne ge
dachten maakte prins José den goeden man daarvan een
ernstig verwijt.
Stwolinsky had hiervan natuurlijk niet het minste
vermoeden. Hij bemoeide zich als altijd ijverig met zijne
recruten, deed in stilte den armen zooveel goed als hij
kon, beknorde den trouwen «ezel* Jefim, at weinig en
slecht, en dronk ontzettend veel slappe thee.
Sedert den dag van Gemma’s huwelijk bad hij Po
lenka niet weder gezien. Hij wist, dat zij dikwijls de
gast van Czernischew en Olga was, en daarom bezocht
hij het jonge echtpaar nimmer, ofschoon Olga en Gre
gor hem met uitnoodigingen overstelpten.
September kwam en bracht nog eenige mooie dagen.
In de eerste helft der maand ontving Ferrari een brief
van Gemma, waarin zij meldde, dat zij spoedig met
haar man een bezoek zou komen brengen, en eenige
dagen later lag Angelina, snikkend van vreugde, in
de armen barer zuster.
Ferrari was zoo verstandig geweest zijnen «vrienden*
te laten weten, dat hij hen vooreerst niet kon ontvangen.
Hij begreep zeer goed, dat Gemma en Roman hun
■'"W’
'en vol
,'fr. h
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 21/, cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
1 ]ULI