ft
MMS- ES JIIÏERTEJTIEBLAII
ÏMR SJEES EJ WIWl
1
1
«s.
Woensdag1 1 Januari 1908.
63e Jaargang.
ITo. 1.
y
z.
Het nieuwe jaar
=1 1908. C—
De Vioolspeler.
JE
ffl
i 1
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
Uit de Raadszaal.
Feuilleton.
I
1
rt
i
\t
J
f
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
ze schijnbaar
Doch wat heeft ze wei-
Vrij bewerkt door AMO.
II
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 27, cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
Va
Al weer een nieuwe jaarkring aangevangen.
Voor kinderen en jongelieden is dat iets nieuws,
omdat het hun nog niet zoo dikwijls is over
komen, maar voor ons, ouderen, is het reeds
zoo dikwijls gebeurd, dat we het reeds een
gewoonte vinden; en toch ook voor ons
geeft ’t oude vervlogen jaar z’n overpeinzin
gen, het nieuwe z’n .verwachtingen. Wij,
ouderen, zouden haast, evenals de Grieken
kunnen rekenen. De oude Hellenen hadden
om de vier jaren hunne Olympische spelen
en noemden daarnaar een tijdperk van vier
jaren eene Olympiade. Wij hebben om de
vier jaren een schrikkeljaar en hebben dit al
zoo vaak beleefd, dat we haast op de Griek-
sche wijze een overzicht van de vervlogen
jaren zouden kunnen nemen.
Een schrikkeljaar! Dit brengt ons in de
herinnering de groote Romeinsche veroveraar
Julius Cesar, met wiens naam de eerste kei
zerstitel genoemd wordt. Hij, die liever de
eerste op een dorp in ’t hooggebergte wilde
zijn, dan de tweede in ’t allesbeheerschende
Romeinsche rijk, hij, die geheel Frankrijk eu
België veroverde en met de Batavieren een
verbond sloot, die zelfs naar Brittenland over
stak en terugkeerend van zijne overwinningen
de oppermacht in Rome aan zich trok, die
Cajus Julius Cesar, orde stellende op alles,
wilde ook orde stellen op den tijd en voerde
de tijdrekening in, waarbij drie jaren van
365 dagen zouden atwisselen met een schrik
keljaar van 366 dagen.
Deze tijdrekening werd gehandhaafd tot
het laatst der zestiende eeuw, toen Paus Gre
gorius XIII eene verbetering aanbracht. De
Juliaansche jaarrekening maakte de jaren ge
middeld iets te groot, ongeveer elf minuten
per jaar. Daardoor waren we bij de zon iets
ten achter gekomen en om dit te verhelpen,
bepaalde de nieuwe Gregoriaansche tijdreke
ning, dat men eenige dagen moest overslaan
en dus van 1 op 12 November moest springen.
(Denk aan onze Friesche verhuurtijden12
Mei12 Nov.). Vérder zou men om de vier
jaren een schrikkeljaar houden, maar de eeuw
jaren, die niet door vierhonderd deelbaar zijn,
vervielen tot gewone jaren. Zoo bleef 1600
VERGADERING van den Gemeente
raad van Wyrnbritser acted, op Zaterdag,
den 28 December .1907, ’s middags te
12 uur.
Tegenwoordig zijn 11 leden; afwezig met kennisge
ving de heer A. 11. Tromp, zonder kennisgeving do
heeren Oppedijk, Okma en Miedema.
Voorzitter de heer H. M. Tromp, Burgemeester.
Secretaris de heer J. Poppinga.
Nadat de Voorzitter de vergadering heeft geopend,
wordt het gebed door den Secretaris uitgesproken.
Punten van behandeling:
1. Notulen van den IA December j.l.
De notulen dezer vergadering worden, na lezing
door den Secrètaris, onveranderd vastgesteld en ge
arresteerd.
2. Ingekomen stukken en mededeelingen.
De Voorzitter deelt mede dat zijn ingekomen:
a. Een scbrijven van den heer A. H. Tromp, be
richtende dat hij verhinderd is, in deze ’vergadering te
genwoordig te zijn;
b. Het Prov. Blad no. Ill, inhoudende het besluit
van Ged. Staten, tot vaststelling van de jaarwedden
der gemeente-ontvangers, waaruit blijkt dat dejaarwed-
de van den ontvanger dezer gemeente met ingang
harten, zooals vroeger te Milaan en te St. Petersburg.
Nog voordat zij een noot gezongen had, werd zij met
uitbundigen bijval ontvangen. Zij stond op om met
thrigingen en een vriendelijk glimlachje te danken voor
deze ontvangst, en nam toen weer plaats in den leun
stoel, die naast den kapelmeester van het orkest stond.
Men begon, doch naar de ouverture werd niet veel
geluisterd, de aandacht was geheel gevestigd op de
jeugdige beroemde zangeres, daar op het tooneel.
Zij was geheel in het wit gekleed, slechts hier en
daar toonde haar toilet eenige frissche bloemen; ook
had zij een fraaie ruiker in de hand. Thalberg had
ëen kostbare Indische sjaal over zijn arm gedragen
en dien over de rugleuning van haar stoel geworpen,
toen zij ging zitten. Die sjaal had zij van de koningin
gekregen toen zij kort geleden ten paleize voor een
kleinen hofkring was opgetreden. Zij droeg ook den
armband, haar door den Keizer van Kusland geschon
ken. In haar kapsel droeg zij een diadeem met dia
manten bezaaid, dat was een geschenk van den Ko-
ning van Frankrijk; in haar ooren droeg zij een paar
knoppen met groote diamanten van het zuiverste
water. r
Voor het uiterlijk zat Stella daar heel bedaard, maar
in haar binnenste was het verre van rustig. De liefde
voor Giotto, ongerustheid over zijn wegblijven, angst
het beschikbare aantal kaarten was reeds uitverkocht, over een mogelijk ongeluk, hielden hare gedachten vc.ort-
m ---_x -»- burend bezig. Zij luisterde niet naar de muziek Van
het Orkest, maar keek wel naar de aanzienlijke gasten,
die daar beneden voor haar zaten.
Ha I nu had zij gevonden wat zij zochtHare oogen
dwalen niet langer, zij vestigt ze op een persoon. Die
persoon kijkt ook haar aan Stella weet hetlady
Gwendolin Lascelles heeft haar herkend.
Zij keek in een andere richting en toen weer naar Hg geleidde haar naar een eereplaats, waar lord Wel-
Gwendolin, die naast haar vader zat. Stella was ver
wonderd, dat de opgesmukte markiezin niet hier was.
Zij wist niet, dat de trotsche dame in het laatste tijd
perk was van een ongeneeslijke ziekte, die haar ten
grave sleepte.
Ten derden male keek Stella naar hare schoone me
dedingster, ja. zij was nog schoon, zeer schoon, maar
toch veranderd. Er lag iets vermoeids in hare trekken,
iets zoekende in haar blik. Neen, de schoonheid had
Gwendolin niet gelukkig gemaakt.
Het orkest had zijn nummer ten einde gebracht,
mijnheer Thalberg nam plaats aan de piano, de signora
werd de muziek overhandigd en na een kort voorspel
begon Stella te zingen.
Had hare lieve verschijning reeds aller harten vero
verd, de eerste noten van haar zang vestigden haar
roem. Het auditorium geraakte in een geestdriftige
stemming, men kon nauwelijks tok de eerste pauze
wachten om zijn bijval door handgeklap te kennen te
geven. Toen het nummer geheel teneinde was, stond
het bij allen vast, dat Stella de beste zangeres der
wereld was.
Hierop volgde een solo van een beroemd »blazer«,
een orkestnummer en toen een tweede zangnummer
van de signora. Hiermede was de eerste afdeeling van
het concert ten einde. Het auditorium verspreidde
zich in de kamers en salons, waar hier en daar buf
fetten gereed stonden, beladen met koude spijzen en
heerlijke dranken.
Van een afzonderlijk buffet voor de prima donna ^„as
hier geen sprake. Lord Asherton geleidde als gast
eene hertogin naar het groote salon, voorzag haar van
ververschingen en liet haar toen over aan een anderen
heer. Hij zelf ging daarna heen om Stella te halen.
HOOFDSTUK XVII.
49). (Vervolg.)
Lord Asherton kwam zelf aan de deur om haar te
begroeten; hij behandelde haar geheel als een geliefd
kind. Hij kende haar liefdesgeheim en deelde in hare
bezorgdheid.
>Hij is niet gekomen, mijn beste, het spijt me, dat
ik het zeggen moet,* zeide lord Asherton.
»Maar houd u goed en wees overtuigd, dat het niet
zijne schuld is. H ien of andere onvoorziene voorval
moet hem opgehou n hebben.*
»Hij heeft gezegd, dat hij komen zou als hij nog
leefde*, fluisterde Stella.
>Dat had hij niet moeten zeggen, mijn beste. De
dood is slechts een van de tallooze hinderpalen bij de
regelingen, die wij voor onze zaken treffen. Wij moeten
altijd voorwaardelijk spreken; de minste hinderpaal
i brengt onze berekening soms in de war. Maar het
staat bij mij vast, dat hij ons niet zonder ernstige reden
zal teleurstellen.*
Lord Asherton sprak zoo, om Stella gerust te stellen,
maar hij was zelf verre van gerust over Giotto’s weg
blijven, dat stellig aan ëen ernstige gebeurtenis moest
te wijten zijn.
»Ik twijfel niet, of hij komt nog wel opdagen van
avond. Als hij er nog niet is voor het einde der ouver
ture, zal ik de eer hebben u aan de gasten voor te
een schrikkeljaar, maar 1700, 1800, 1900,
2100 e’iiz. zijn gewone jaren en 2000 en 2400
zullen weer schrikkeljaren zijn.
Op die wijze komt onze jaarrekening bijna
met de zonnetijd overeen en we zouden nog
een kleine wijziging, door Gregorius XIII ver
ordend, moeten noemen, die de zaak ongeveer
tot in deel en van seconden regelt. Doch ge
noeg, laten we alleen opmerken, dat de Rus
sen, die met hun Grieksch-Katholieke Kerk
zich van de Roomsch-Katholieke Kerk hadden
afgescheiden, ook de nieuwe regeling van den
Roomschen opperpriester niet aannamen en
nog steeds volgens Julius Cesar rekenen. De
Russen kwamen dus in 1900 weer een dag bij
ons ten achter, omdat zij toen wel een
schrikkeljaar hadden.
Doch hierover basta. We hebben aan de
schrikkeljaren niets anders, dan dat ze ons
een dag meer bezorgen en kunnen niet, als
de oude Hellenen, van een soort Olympiaden
spreken. Bij hen waren de Olympische spelen
in de velden van El is (in ’t westen van
Morea) gehouden, de voornaamste gebeurtenis.
Dan stroomden uit alle deelen van Hellas de
Grieken bijeen en dagen lang werden wed
strijden, zoowel op geestelijk als op lichame
lijk gebied, gehouden. De prijs voor den
overwinnaar bestond uit een krans van lau
rierbladen, meer niet. Maar ’t verwerven van
den lauwerkrans werd door de Grieken als
de hoogste eer beschouwd, die hier op aarde
kon behaald worden.
Zulke Olympiaden hebben wij niet. Maar
wie weet, misschien krijgen wij geregeld om
de zoo en zooveel jareneen Vredescon
ferentie. In 1899 werd op initiatief van den
Czaar ’t eerste Vredescongres gehouden en in
’t afgeloopen jaar nam dezelfde Nicolaas II ’t
initiatief tot de tweede Vredesbijeenkomst.
Onze residentiestad Den Haag mocht beide
keeren de eer genieten de hooge afgevaar
digden uit alle deelen der wereld te ontvangen.
Was in 1899 het Huis ten Bosch gekozen als
vergaderzaal, verleden jaar werd de historische
Ridderzaal genomen, ornaat het getal afgevaar
digden zooveel grooter was. En over eenige
jaren zal er wel weer een Vredescongres ge
houden worden, als misschien het Vredespaleis,
waarvoor Andrew Carnegie zijne millioenen
schonk, en waarvan de eerste steen in 't bijzijn
van alle wereldafgevaardigden door president
Nelidof, den Russischen gedeputeerde, gelegd
stellen. De heer Thalberg heeft verzocht uw eerste
zangnummer te mogen begeleiden op de piano, als
Giotto dan nog niet hier is. Voorwaar, dat is een eer,
die hij de beroemde zangeres Malibran niet zou hebben
aangedaan.
Daarop geleidde hij Stella naar de kamer, waar de
muziek-kunstenaars en professors vereenigd waren.
Oogenblikkelijk werd zij daar omringd en met den
meesten eerbied door allen behandeld.
Het bepaalde uur sloeg en het uitgelezen gezelschap
ging uit de zaal van ontvangst naar de concertzaal. De
openslaande deuren tusschen drie groote ontvangkamers
waren weggenomen. De achterste kamer werd ingeno
men door het orkest, en dan bleef er nog eenige ruimte
op het opgeslagen tooneel ter beschikking voor Stella.
De beide andere kamers vormden samen een mooie
zaal, waarin dames en heeren uit de hoogere kringen
hunne plaatsen innamen. Er was vooruit kennis gege
ven, dat telaatkomers niet werden toegelaten.
Zij, die een plaats hadden gekregen, hadden er be
hoorlijk voor betaald, maar de inteekenhjst was alleen
aangeboden bij de voornaamste adellijke familiën, bij
hooggeplaatste regeeringspersonen en bij mannen met
een gevestigden naam op het gebied der kunst. Wel
werden ook door andere personen toegangskaarten
gevraagd, maar die kregen allen hetzelfde antwoord
1
Toen het aanzienlijk gezelschap en het orkest hunnè
plaatsen hadden ingenomen, allen wachtten op een tee-
ken om te beginnen, trad de beroemde Thalberg met
Stella naar voren en geleidde haar naar den fraaien
leunstoel, die voor haar was gereedgezet. Na een
buiging voor het aanzienlijke gezelschap nam zij in dien
zetel plaats. Haar voorkomen, hare bewegingen, haar
liefelijke eenvoud veroverden ook hier terstond aller
Ben. Zoodat het jaar der tweede conferentie
den norm der slagschepen van 15000 a 16000
op 20000 ton gebracht heeft; want dat is nu de
maat voor groote slagschepen.
En toch gelooven we, dat de algemeene
vredesgedachte vorderingen zal maken. Niet
de ideeën der vorsten, maar die der volkeren
zullen in de goede richting voort stuwen. Laten
we dus blijven hopen, hopen op betere tijden.
Veel bijzonders heeft 1907 verder niet opge
leverd. De grijze Zweedsche koning, klein
zoon van den Franschen generaal Bernadotte,
is overleden. Deze vorst, uit de jongste vor
stelijke familie, maar geestelijk van den meest
vorstelijken adel, hoog geëerd in zijn rijk en
ook daarbuiten, om zijne geestesgaven, heeft
ondanks zijne höoge eigenschappen, moeten
beleven, dat de vreedzame Noorsche revolutie
hem van de kroon van Noorwegen beroofde.
Veel aandacht trok het bezoek van keizer
Wilhelm aan ’t Engelsche hof. Maar ondanks
dat bezoek versterkt koning Edward de vriend
schap, die hij tusschen zijn machtig rijk en
andere Europeesche staten wist te leggen, bui
ten Duitschland om.
Wat zal 1908 geven? De oplossing van
het Marokko-vraagstuk, waarnaar reeds zoo
lang werd uitgezien
werd, als dat paleis gereed is.
Als want dat bouwen schijnt in zijn ge
boorte lange lijdensweeën te moeten door
staan; en die eerste-steenlegging van verleden
jaar schijnt niet veel anders dan een comedie
te zijn geweest, noodig geoordeeld, omdat de
samengekomen heeren toch iets moesten
bemerken van hun aanstaand paleis.
De Vredesconferentie zou men de allesover-
heerschende daad van ’t gepasseerde jaar kun
nen noenlen, als ze werkelijk beantwoord
had aan ’t doel, waarvoor
werd bijeengeroepen.
♦nig succes gehad!
De conferentie van 1899 wekte groote ver
wachtingen op.
De Czaar, de vorst van het machtigste rijk,
■dus de meestgerechtigde tot het doen van de
zen grooten stap, was de man, die 't congres
op touw zette. Wat ideale gedachte. Hij,
die beschikte over de grootste macht, wiens
rijk zich als eene groote massa uitstrekt van
Duitschland tot Japan, die meerdere millioenen
soldaten op de been kon brengen, die dus nie
mand tevreezen had, hij riep de wereld op,
om vrede te maken, een duurzamen vrede.
Het scheen, of ’t Duizendjarig rijk van ge-
^pk en vrede* ging aanbreken.
En nu hebben we reeds het Tweede
Vredescongres gehad en er is nog niet veel
anders gedaan dan enkele onderdeelen van den
vrede, pardon, van den oorlog te reglementee-
ren. In Den Haag is verder 't Arbitrage-hof
gevestigd, maar dat heeft nog veel te wei
nig, ja bijna geen klandisie.
Na de eerste conferentie volgde eerst de
Boksersopstand in China en daarna werd de
machtige Rus door den Japanner aangegrepen
en verslagen. Czaar Nicolaas zag zijne vlo
ten vernietigd, zijne legers verslagen en jaren
lang zijn reusachtig rijk door binnenlandsche
beroerten verscheurd. Toch nam hij, geholpen
door president Roosevelt, ’t initiatief tot de
tweede conferentie. De meeste staten zonden
met hunne gezanten meerdere specialiteiten op
militair, rechts- en staatkundig gebied.
De conferentie splitste zich in deelen en cn-
derdeelen, die weken en weken lang vergader
den. Maar ’t resultaat was, zooals we reeds
zeiden, zeer gering. Engeland heeft op de
slotzittingen gewacht om zich nog duchtiger
te versterken, nog zwaarder slagschepen te
bouwen. En natuurlijk volgden de andere lan-
J
ÏV
5
i r-
I
- m j' -