ft
MEI W S- ES WEKTEVI'IEIILID
IWR SJEEk ES 0Ï8TREEES.
r»
p
Blanca’s geheim.
No. 17.
Zaterdag; 26 Februari 1610.
66e Jaargang.
Genotmiddelen
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
Feuilleton.
(Wordt vervolgd.)
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
ver
zou
oude Spartanen,
om
Ze
Het leven voert ons
ons wordt afgebroken.
over menige brug, die achter
alleen in ons land den toestand
eens met die van een kwarteeuw
geheel naar leefden
en dapper te zijn.
en Friezen,
ren hielden van pooien,
derstukken in
aantoonen. Ziet
Steen, van Adriaan
deze beiden te blijven;
Bewerkt door AMO.
HOOFDSTUK XXXIV.
^9)- Vervolg.
Overweldigd door de herinnering aan den vreesdij
en nacht, zweeg graaf Norton eenige minuten, voor
dat hij weer voortging
»Pe begrafenis was voorbij. Ik trok den giftigen pijl
et geweld uit mijn hart. Ik wilde niet van je afzien,
naanks waarschuwing en vermaning, zwoer ik me-
zetven, dat ik je niet wilde verliezen ter wille van
'Tm .nkzinnigen man. Maar toch was ik dê-
zetrae met meer van vroeger. Toen ik weer thuis
as, klonk dag en nacht een stem in mijn binnenste:
tin lot kan je ook treffen Denk aan het lot van je
moeder. En dan dacht ik aan die voorspelling
j n van huwelijk bruid en bruidegom
gescheiden worden, zal het geslacht der Nortons uit-
erven Gaf dat niet duidelijk te kennen, welk lot
iulj wachtte. Had mijn vader mij niet voorzegd, wat
Un bruid te wachten stond Ja, dat was het ik
moest je vermoordenNiets, niets zou je daarvan
unnen redden Die gedachte beroofde mij van mijn
verstand, sedert wist ik evengoed als mijn vader, dat
waanzinnig wasik leed aan een soort van vervol
gingswaanzinik ontvluchtte je, omdat ik in je per
soon het noodlot zag, dat me vervolgde. .Vroeger of
later zal ik haar vermoorden klonk het voortdurend
n mijn binnenste. Maar mijn liefde wees mij den weg
om ons beiden te reddenhet kostte mij een zwaren
Maar Bertha schudde het hoofd.
»Neen«, antwoordde zij, «ik verlaat Victor niet. Ik
zou het nooit gedaan hebben, als ik alles geweien had,«
en de tranen stroomden haar langs haar wangen.
Met groote inspanning vatte hij haar hand en bracht
die aan zijn lippen.
’’Als je het geweten had, als ik het gewaagd had je
alles te zeggen, zou je dan niet vol ontzetting me ont
vlucht hebben vroeg hij, terwijl hij haar nauwlet
tend aankeek. «Zou je niet angstig geworden zijn voor
een man, die naar je leven stond
Onbevangen keek zij hem aan en antwoordde
»Als ik geweten had, hoe je vader je moeder be
handelde en hoe zijn waanzin op je overging, dan zou
ik oprecht medelijden met jé gehad hebben en daaruit
zou de liefde geboren zijn, die ik je eenmaal beloofde.
Nooit zou ik je verlaten hebben nooitEn ik
weet ook, Victor, dat het nooit zou gebeurd zijn, wat
je vreesde Zoo waar ik op dit oogenblik naast je neer
kniel, zoo waar weet ik, dat je nooit je hand tegen mij
zoudt hebben opgeheven
.Geloof je dat vroeg hij met bevende stem, terwijl
zijn oogen begonnen te schitteren.
»Ik weet het ik gevoel het antwoordde zij met
overtuiging. «Je zoudt het nooit gedaan hebben! Daar
zou ik geen oogenblik bang voor geweest zijn en langza
merhand zou de gedachte, dat je waanzinnig waart,
ook wel uitgesleten zijn. Het was te veel op eens
voor je, Victor, alles, wat je vernam, en dat beroofde
je van je verstand. Had je het van je kunnen
krijgen, om mij je vertrouwen te schenken, dan
alles anders gegaan zijn
Zij sprak met zooveel opoffering, dat hij er door
werd meegesleept. De smartelijke uitdrukking kwam
weer op zijn gelaat.
klaren aan
duivel.
Vergelijk
van heden
geleden.
Langzamerhand is de drankaccijns gestegen.
Vroeger verdiende de herbergier nog genoeg,
als hij den borrel voor drie centen verkocht;
de drankaccijns was vrij laag. Doch langza
merhand werd deze laatste verhoogd.. Eerst
bij kleine getallen. Want, ieder dronk immers
drank, of tenminste bijna ieder. Voor het
halen van een borrel behoefde men zich niet
te geneeren, omdat het algemeen was. De
menschen, die van af de straat in de voorka
mers der huizen blikten, mochten ’t gerust zien,
dat de flesch met glaasjes op tafel stond. De
arbeider haalde, zonder er ook maar eenigszins
heimelijk mee te zijn, z’n Zondagsborrel.
Maar langzamerhand drong de waarheid door
en wel deze: De drank is des duivels. De
drank maakt krankzinnigen. De drank bevor
dert armoede. De drank onthoudt vrouw en
kinderen het hoogst noodige, waar het ver
diende geld door den huisvader grootendeels
verbrast wordt. De drank sloopt de sterkste
lichamen, ondermijnt de krachtigste gestellen.
De drank doodt of vermindert de werkkracht,
de energie. De drank voert tot mis- en wan-
strijd, maar ik verliet je Ik had me de offers
heel anders voorgesteld. Overtuigd van je weinige
liefde,dacht ik, dat het lijden alleen aan mijn zijde
zon zijn. Ik had slechts de keuze tusschen je te doo-
den of je te verlaten Als ik laf genoeg zou geweest
zijn om bij je te blijven, dan zou het tot een misdaad
gekomen zijn, maar omdat ik aanhoudend het ontbloo-
te zwaard boven je hoofd zag zweven en het dreigend
ongeluk niet anders kon voorkomen heb ik je ver
laten Dit heeft ons gescheiden, Bertha, dat is het
d-dstere geheim, dat ik van mijn vader erfdeOordeel
nu, Bertha, of je mij vergiffenis kunt schenken.»
Hij zweeg.
Zonder zich te verroeren, had zij voor zich heen zit
ten staren, maar nu richtte zij zich op, keek hem diep
in de oogen en gleed op baar knieën.
Met de armen om zijn hals geslagen, boog zij dee
moedig het hoofd en voor de eerste maal in haar leven
drukte zij een kus op zijn lippen.
♦Vergiffenis? Moet ik je vergiffenis schenken, man?»
vroeg zij met bevende stem. «Ach, neen, ik ben het,
die vergiffenis noodig heb«.
HOOFDSTUK XXXV.
»Dus was mijn opoffering nutteloos 1 Zonder reden
leed ik zoo zwaar onder de scheiding van
Tante Elisabeth viel hem vastberaden in de rede
en zei de
«Dat is zelfkwelling, Victor Kom, Bertha, ga mee
en rust wat uit, al die opwinding doet hem kwaad.
Als je den geheelen nacht hier blijft, slaapt hij geen
seconde en hij kan den slaap niet ontberen. Victor,
zeg het haar ook eens, zij zal wel naar je woord
luisteren
Dat was een moeilijke taak voor hem, maar hij be
greep toch ook, dat zijn tante gelijk had. Hjj had
geen rust noodig, wat was er aan zijn leven gelegen
maar zij moest rust hebben. Hij overwon dus zijn
eigen verlangen en zei
»Ja ik moet bekennen, dat ik wat vermoeid ben
Ga nu heen, Bertha Morgen kunnen wij den gehee
len dag bij elkaar zijn Ga nu een paar uren ten
minste rust nemen
Nog tegenstribbelend stond Bertha,opzij legde
de kussens voor hem terecht en sprak
«Je wilt het zoo 1 Nu, goeden nacht dan, Victor
Tracht ook wat te slapen, opdat je morgen gesterkt
bent.«
Toen kuste zij hem en verliet de kamer. Tante Elisa
beth ging mee tot aan de deur. Bertha keek haar
droevig aan en fluisterde
«Ach, waarom verdroogt de levensader, als de
mensch het geluk bereikt heeft en slechts de hand
behoeft uit te steken om het te grijpen Wat kon
den wjj nu allen gelukkig zijn
We noemden zoo even de oude Batavieren
Maar ook onze latere voorvade-
Alleen reeds de schil-
onze musea kunnen dit duidelijk
naar de stukken van Jan
van Ostade, om maar bij
vele, zeer vele stuk
ken geven zwelgpartijen te zien, Zelfs de zes
Staalmeesters van Rembrandt zien er niet naar
uit, alsof ze geregeld lid van de blauwe knoop
waren.
Doch niet alleen die bekende schilderijen,
ook de geschiedenis wijst uit, dat onze voor
vaderen uit den grooten tijd, en daarvoor en daar
na, hielden van drinken.
En het eigenaardige is dit of het goedje
nu jenever of brandewijn, bier of arak of opi
um, wijn of absinth heet, altijd werkt ’t om
de hersenen te benevelen, de zinnen te be
dwelmen, het lichaam en den geest te bederven.
Hoe is ’t er tegenwoordig mee gesteld?
Gelukkig mag men constateeren, dat alom
een steeds sterker wordend streven valt waar
te nemen, een streven om den oorlog te ver-
den drankduivel en den opium-
Sommige studeerkamers of kantoorlokalen zijn in
den regel veel te warm of worden te slecht geventi
leerd, terwijl de verlichting veelvuldig te wenschen
overlaat. Soms hangen de lampen zeer dicht boven
de hoofden der werkers en is de grond koud, zoodat
de gulden regel: «Warme voeten en een frisch hoofd,*
omgekeerd wordt.
daden. De drank doch waartoe verder
door te gaan. Ieder kan zelf dit lijstje volle
diger maken; desnoods met behulp van een
nummer van een der tijdschriften tegen koning
alcohol.
Zoo is het mogelijk geworden, dat, ondanks
het feit, dat nog steeds de groote meerderheid
des Nederlandschen volks drinkt, dat toch de
wetgever met gemak maatregelen tegen het
drankmisbruik en tegen ’t verkrijgbaar stellen van
drank kan nemen of vermeerderen. Durfde
men voor eenige jaren den accijns van 57 op
63 te brengen, voor een paar maanden ging
men van 63 tot 90. En de meerderheid des
volks, die drank gebruikt, zag geen kans om
deze zeer groote verhooging tegen te gaan.
We zouden haast durven beweren, dat het
bij deze verhooging niet blijven zal, dat er
nog meer verhooging van den drankaccijns in
’t verschiet is. Maar ook, dat langzamerhand
strengere maatregelen op andere wijze en be
ter doeltreffend tegen koning Alcohol genomen
zullen worden dan de verouderde Vergunnings-
wet. Steeds grooter wordt de strijd tegen
den drank, steeds talrijker in alle kringen het
aantal personen, dat geen drank wil gebruiken,
steeds meer sympathie ondervinden de alcohol-
bestrijders.
Vooral in deze tijden, nu de krankzinnigen
gestichten steeds meer patiënten opnemen, en
daar het bekend is, dat juist de drank zoo’n
groot percentage voor die inrichtingen verschaft,
zal de invloed van hen, die het misbruiken en
ook het gebruiken van alcoholhoudende dran
ken bestrijden, sterker worden.
En zeker niet tot schade van het Neder-
landsche volk
En ook niet tot schade van de Nederlandsche
schatkist, die een belangrijk deel van haar
inkomsten zou moeten derven, maar op andere
wijze gemakkelijk vergoeding zou vinden,
omdat een niet drinkend volk werk- en kapi-
taalkrachtiger is en dus meer lasten kan dragen.
Toen tante Elisabeth na een geruimen poos onhoor
baar de kamerdeur opende, stond zij verbaasd stil.
Nog altjjd had Bertha de armen om haar echtenoot
geslagen en de vrede op zijn bleek gelaat zeide haar
dat hunne harten eindelijk elkander hadden verstaan
aan den rand van het graf.
Wat konden woorden hier zeggen? Zij naderde.
«Bertha*, zei ze, «het wordt laat en de reis heeft je
vermoeid. Kom, ga nu wat rustenIk zal wel bij
Victor waken
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 27, cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
zoo niet i
eenkomst vaak zeer
deden die mannen niet;
leven met jagen, visschen en oorlogvoeren.
Het werk drong hen dus niet. Vooral in
den winter was er tijd te over om bijeen te
komen. Veel nieuws hadden ze elkaar natuur
lijk niet te vertellen en daar was ’t ook niet
zoo zeer om te doen. Neen, al spoedig waren
drank en dobbelspel de hoofdzaak. Natuurlijk
werd er ook goed gegeten; want onze voor
ouders waren robuste kerels,zeer groot en sterk
en ze hadden gezonde magen. Maar dan
kwam het verkeerbord, ging de kroes met
dobbelsteenen rond en dronk men bier. Niet
spoedig waren die krachtige naturen boven hun
bier. Maar de voorraad was groot en het
bier koppig. En langzamerhand kwam de
hitte van den drank zich vereenigen met de
hitte van ’t spel.
Ook andere oude volken hadden hunne ge
notmiddelen.
Bij de volken van ’t Zuiden van Europa
en van Vóór-Azië, was ’t vooral de wijn, die
de zinnen moest streelen. Denk hier! ij aan de
bekende scene uit het leven van Noach, die
de kracht van ’t druivensap nog niet kende en
er onbewust den invoed van ondervond, daar
bij ten spot strekkende van Cham, een zijner
drie zonen.
Herinner u het leven der
Stoere mannen, die er
gezond, sterk, gehard
aten allen dezelfde, weinig aangename zwarte
soep en ze dronken water. Toch was de wijn
in hun land niet onbekend. Immers, wat de
den dfe oudere Spartanen om hunne kinderen
afschuw voor dronkenschap in te boezemen?
De Heloten was een door de Spartanen in
harde slavernij gehouden volk. Reeds aan de
jonge Spartanen werd geleerd, die arme sla
ven te minachten. Wat deed men nu om die
jongeren afschuw voor dronkenschap in te
prenten? Men liet de slaven wijn drinken,
zooveel, dat ze liederlijk beschonken werden
en dan strekten ze tot spot van de jeugd.
Maar hieruit blijkt toch dat men in Grie
kenland den wijn kende.
Uit het Nieuwe Testament, waarin het leven
van Christus verhaald wordt, weten we, dat
ook in dien tijd de wijn een heel gewoon ge
notmiddel was van ’t Joodsche volk. Denk
bijv, aan den bruiloft te Kana; aan de arbei
ders, die op verschillende tijden in den wijn
gaard kwamen; aan het Laatste Avondmaal;
om maar een paar voorbeelden te noemen.
En behoeven we uit te wijden over het
wijngebruik bij de Romeinen? Denk bijv, aan de
bacchanaliën in den tijd van Rome’s hoogste
weelde.
Ook de volken van ’t Verre Oosten hadden
en hebben hunne genotmiddelen: opium en
prikkelende, bedwelmende dranken.
Richt uw oogen naar Afrika, naar ’t land, waar
de onbeschaatde negers wonen. Weten ook de
zen niet, hoe onbeschaafd zij ook mogen zijn,
prikkelende dranken te bereiden? En de
beschaafde(?) Europeanen, die hen in slavernij
brachten, hun rijkdommen afnamen, brachten
hun daarvoor in ruil waardelooze prullen als
koralen en hardgekleurde stoffen, vuurwapenen
en jenever.
De arme negers lieten zich verleiden tot ’t
aannemen van den volkskanker. Zoodat de
gewetenlooze Europeesche handelaar al spoedig
voer zijn sterke drank meer dan honderdvou
dige waarde in ruil wist te krijgen.
Richt ook uw oogen naar Amerika. Wat
is de ondergang geweest, of heeft er ten min
ste machtig toe medegewerkt, om de Rood
huiden van Noord-Amerika als volk ongeveer
te vernietigen? Was ’t niet het vuurwater
van den bleeken broeder?
Zoo zouden we meer voorbeelden kunnen
aanhalen. Doch laten we in ons eigen land
blijven.
Bijna alle, of liever alle volken van de oud
ste tijden tot op heden, hielden er genotmid
delen op na. Middelen om den smaak te stree
len of om de zinnen te verzetten.
Vooral dit laatste moet men op den voor
grond stellen. Om de zinnen te verzetten!
Neem onze voorvaderen, de Batavieren en
Friezen en hoe ze verder ook mogen heeten.
Ze kenden nog weinig beschaving; hunne
kleeding was zeer primitief; van hunne wo
ningen kan men hetzelfde getuigen; ook in
spijs en drank kenden ze weinig variatie. Maar
toch hadden ze een genotmiddel. Ze wisten
reeds bier te brouwen en wel een biertje, dat
nog al koppig scheen te zijn. Wanneer ze
dan bijeenkwamen om den tijd te verdrijven,
de mannen namelijk, want de vrouwen telden
mee, dan duurde zoo’n gezellige bij
lang. Want och, werken
ze passeerden hun
SN
OURANT
F
-
It