NIEUWS- ES iPÏERTEJTIEBLlD
ïvOli SJEEk i.l MSTHEkEl.
1
Robert’s droom.
1
II
p
lï
Woensda&r 13 April 1310.
65e Jaargang.
No. 30.
Uitgever: B FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
Feuilleton,
Amsterdamsche Brieven.
beginnen zoo’n beetje 't voorjaar
doch
dat
om
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek f 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
eenmaal
Zij
liet Dauvers knarsend op zijn tanden daarop volgen.
Ge hebt een gezin ongelukkig gemaakt. Geluk en
vrede heerschte er, voordat gij uw vervloekten voet
daar over den drempel hebt gezet. Wat een toeval,
dat ge mij nu juist in handen moet vallen.
Och kom, Dauvers, ge spot slechts, zeide Fuisel
lachend, uw heele familie lijkt wel te bestaan uit
zulke spotvogels en dan is daarvan uwe zuster, die mij
-1 om den hals is gevallen, wel de ergste.
Als een tijger sprong Dauvers op Fuisel, zijne vin
gers klemden zich om zijn hals. Een korte, maar ver
woede strijd volgde, beide mannen worstelden op
den vloer. Dauvers lag boven en kneep met een on
gekende woestheid en kracht de keel dicht van zijn
slachtoffer.
Hij zag de uitpuilende oogen en de uitgestoken tong.
Hij gevoelde hoe het lichaam van den ander zich wrong
en kronkelde, hij hoorde een rochelend geluid. Plotse
ling was het stil dood doodstil
Mijne zuster is door jouw toedoen grafwaarts ge
dragen, daarom heb jij moeten sterven door mijne
hand, zeide hij wreed.
Hij stond op en rekte zich als iemand die een vol
daan gevoel heeft, kalm uit. Een gevoel van vreugde
tintelde door zijn aderen; er was immers een schurk
minder op de wereld en bovendien zijne zuster was
gewroken.
Dauvers genoot een eigenaardige rust. Bij gevoelde
zich als door opium bedwelmd. Slechts een enkele
maal, wanneer hij aan zijne goede moeder, een weduwe,
dacht, werd hij bang, doch dat duurde dan ook maar
een paar minuten. Het was hem of hij plotseling in
de lucht zweefde. Ternauwernood herinnerde hij zich
dan hoe de wanden beefden en de vensters rinkelden,
Robert Dauvers was met gunstig gevolg aan het
hoofd geopereerd. Nadat hij eenige dagen in een chaos
van verwarde droomen buiten kennis had gelegen, was
zijn bewustzijn teruggekeerd.
Toen hij ontwaakte lag hij in een ziekenstoel in den
turn zijner moeder, waarin de eerste teekenen van het
lenteleven prijkten.
Zoo langzamerhand kreeg hij zijn herinnering terug
en doorleefde hij weer dien verschrikkelijken Februari-
waarvan hem alles met bovennatuurlijke duide-
p.. voor den geest kwam.
Hij had gereisd in een coupé le klasse van dea D
4 ,n’ a*6 ’n dien stikdonkeren nacht van Keulen naar
Antwerpen reed. Hij was ingeslapen en droomde van
een bandiet, dien men maar ongestoord liet rondloo-
Pen. Hij was ontwaakt en had toen plotseling den
fflan, van wien hij zooeven droomde, voor zich gezien,
s aa,i e. ’n de SatlP van de coupé. De ander had hem
staan ^eü<^ aan8ez*en- Hevig ontsteld was Robert gaan
en ik zijn dezen nacht de eenige passagiers in
ezen wagon, Robert Dauvers, had de man gezegd. Ik
eb alles doorzocht en vond alleen u in den slaap des
rechtvaardigen. Het is heerlijk niet waar, zulk een
slaap te kunnen slapen.
Weet u wel dat ik naar bloed dorst, naar uw bloed,
nn volgens ’t beweren der dragers werd er
ook nog een omweg gemaakt. Toen ze dicht
bij de begraafplaats gekomen waren, weiger
den ze voor ’t bedongen loon verder mee te
gaan.
Gelukkig werd de zaak geschikt, zoodat deze
staking nog geen tien minuten duurde.
Natuurlijk worden hierover meerdere grapjes
verkocht. Zoo wist een outsider te vertellen,
dat ’t vroeger eens gebeurd was, dat een on
dernemer van begratenissen voor een nette
teraardebestelling zorgde, onmiddellijk daarna
loon wel eens niet uitbe-
Kort van beraad, laat hij
weer terugbrengen op zijn
sters zijn) op de straat een heele file.
Bloemen in de bloemenwinkels,
gaat ’t heele jaar even druk door.
Veel bloemen ook in de winkels voor dames
hoeden. Veel bloemen. Vooral de firma Mars
in de Kalverstraat heeft geen moeite gespaard
om de prachtigste natuurbloemen op de be-
driegelijkste wijze te imiteeren. En de dames
zijn er dus op aangewezen een heelen kunst-
bloemtuin op hare mooie hoofden mee te dra
gen dezen zomer.
Nu, zoo’n bloemenhoed lijkt heel wat mooier
dan een echte chantecler-hoed.
Ten minste in ’t oog van ons, mannen, die
eigenlijk niet mogen beweren, verstand van
de damesmode te hebben.
Een stationchef le klasse loopt vol waardig
heid over het perron. Een trein staat tot vertrekken
gereed.
Een generaal in groot tenue komt haastig zenuw
achtig aangeloopen en tikt den stationchef op den
schouder.
Conducteur zoo spreekt hij hem aan
waar staat de trein naar Utrecht?
Chef (doodkalm): Tweede perron, korporaal
hoe de vlammen alles dreigden te vernielen en
verder wist hij niets, tot op het oogenblik, dat hij
zich in den tuin zijner moeder bevond.
Eén gedachte bezielde hem steeds wanneer hij
over deze verschrikkelijke zaak nadacht, nl. door het
spoorwegongeluk zou zijne daad nimmer kunnen wor
den ontdekt. Zijn moeder zou nooit de waarheid
vernemen. Mocht de wroeging voor hem zijn leven
lang een bijna .ondragelijke last zijn, het strekte hem
toch tot troost, dat zijn moeder gespaard werd voor de
wetenschap dat haar zoon, na den dood van haar
dochter, haar eenig kind, een moordenaar was.
Toen Dauvers opzag, trokken de bloeiende takken
van een appelboom zijn aandacht en hij bemerkte dat
daaronder een aardig meisje zat, dat in een boek bla
derde. Zij droeg een witte nauw-aansluitende japon,
die haar mooie vormen prachtig deed uitkomen.
In heur baar had zij een paar bloesems van den
appelboom gestoken.
Het aanschouwen van dit meisje verdrong voor een
oogenblik alle andere gedachten en hij begon zich op
geruimd te gevoelen.
Zij klapte haar boek dicht, keek op haar horloge in
haar d'rmband, stond daarna op en verdween in de
richting van het huis. Toen Dauvers haar niet meer
zag, overviel hem een eigenaardig gevoel van verlaten
heid. Wie was dat meisje? Waar was zijne moeder?
Wie zou bet hem kunnen zeggen? Och, er waren zoo
vele vragen, die hu zijne moeder wilde stellen en ook
zoo vele, die hij niet durfde te doen. De lente was
er nu al, alles wees er op. Februari was het, toen
het ongeluk gebeurde. Wat was er al niet geschied
in die vele dagen, die er tusschen hel toen en het
heden lagen? Waarom liet men hem hier alleen Ha!
daar kwam eindelijk zijn moeder.
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 27, cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
gende: Het werk aan de Nieuwe Tolstraat
van den heer Jansen is dat, waar reeds con
flict kwam één dag vóór de stakingsplan-
nen publiek werden. Het werk aan de Fre-
derik Hendrikstraat is dat, waar de metselaars
en opperlieden de partiëele staking wilden toe
passen. Eerst wilde men daar de patroon tot
toegeven dwingen om natuurlijk later op an
dere werken ’t zelfde middel te beproeven.
Waarop de vereenigde patroons, gedwongen
door hunne statuten, de staking voor alle
anarchistische metselaars en opperlieden pro
clameerden.
Verder werken de patroons aan een blok
huizen in de Valeriusstraat, achter het Concert
gebouw.
Natuurlijk veel politie om toezicht te hou
den: gewone politie, bereden agenten en re
chercheurs.
Tal van stakers posten overal, maar vooral
bij de drie genoemde werken De politie moest
verleden Donderdagavond, bij ’t naar huis bren
gen der werkwilligen, met de blanke sabel de
menigte uiteendrijven.
Laat ik verder zeggen, dat aan de Admiraal
De Ruyterweg (langs de electrische tram, in
de gemeente Sloten, vlak bij de stad), aan nieuw
werk gearbeid wordt, dat aldaar aan de nieu
we R.K. kerk, onder Sloterdijk, ook goed
doorgewerkt wordt, zoodat daar voor een week
met veel plechtigheid de eerste steen gelegd
kon worden, dat ook aan de nieuwe R.K. kerk
in de Jacob Obrechtstraat (achter ’t Concertge
bouw) weer een weinig gearbeid wordt, (ik zag
er ten minste steenen naar boven hijschen),
dat men met den opbouw in gewapend
beton van een huis aan de N. Z. Voor
burgwal geregeld doorgaat, dat klein burger-
werk ook zoo ongeveer doorgaat; maar dat
overal elders ’t nieuwwerk stilstaat.
Ik heb me Donderdag de moeite getroost,
dit te kunnen constateeren. Wat echter een
lastig onderzoek is. De afstanden zijn zoo
groot in de nieuwe stad en er zijn uren mee
gemoeid om ook maar enkele plaatsen te be
zoeken.
Voor een globaal overzicht van den stand
der staking is zelfs de ijverigste correspondent
aangewezen, ten minste gedeeltelijk aangewe
zen, op de Amsterdamsche dagbladen, die voor
’t plaatselijk nieuws in alle wijken hun aan
brengers hebben, die dus elk slechts een deel
van ’t geheel behoeven te observeeren.
Ge begrijpt dit gemakkelijk. In een stad
als Sneek ga je in een half uurtje alles afkij
ken, maar hier is dat anders.
Loop eens alle werken af, tracht dan nog
de vergaderingen der stakers in Handwerkers
Vriendenkring (Nieuwe Achtergracht bij de
Roeterstraat) of elders bij te wonen, wees pre
sent bij ’t naar huis brengen van de werkwilligen
en zorg daarbij niet in ’t gedrang te geraken,
tracht verder te weten te komen, wat op de
patroonsvergaderingen besloten wordt, en zoo
voort.
Wie ook last van de staking kan krijgen,
dat is de gemeentelijke telefoondienst.
Zooals ik reeds eerder schreef, heeft de ge
meente een centraalgebouw aan de Raadhuis
straat, hoek Singel en Spuistraat, vlak bij ’t
Hoofdpostkantoor. Dit gebouw kan slechts
voor ruim 10 duizend abonné’s zorgen en daar
dit getal al bijna bereikt is, terwijl 't getal
aansluitingen reeds ver over de 11 duizend
loopt, was de gemeente tijdig begonnen voor
een tweede telefoongebouw te zorgen, dat ge
maakt wordt aan de Hobbema-kade, achter
het Rijksmuseum.
Tijdig, ja! Maar eerst kwam verleden jaar
de staking der grondwerkers en nu ligt ’t met
selwerk sedert 5 maanden stil.
Laat ik nog op een feit wijzen: Een patroon
was in rechten aangesproken wegens niet op-
tijd-oplevering van een werk. De kantonrech
ter heeft echter uitgemaakt, dat deze patroon
docr een wettig contract met de andere patroons
verhinderd was door te laten werken en daarom
geen boete wegens te late oplevering behoeft
te betalen.
De winkeliers van de Dapperstraat, waar ’t
midden der straat over de geheele lengte wel
een sloot, een diepe sloot gelijkt, (men zou er
juist beginnen met ’t metselen van een groot
riool), klagen steen en been en zonden adres
sen aan de overheid. Men boorde mompelen,
dat hier de genie zou helpen. Maar intus-
schen blijft ’t midden dier drukke winkelstraat
een sloot en kunnen de winkeliers constatee
ren dat hun stand verloopt.
Doch nu basta over de staking. Ze had zoo
vlug moeten geëindigd zijn als die van de
dragers eener R.K. begrafenisvereeniging. De
zen moesten een lijk uit de Indische buurt naar
’t St. Barbara-kerkhof brengen en waren aan
genomen tegen een bepaalden prijs. Nu is
dit een afstand als Sneek Nijland. Minstens.
Terwijl we dit schrijven, gaat ’t nog slecht
met de staking. Of beter gezegd: Het staken
gaat nog jammerlijk best, maar de daardoor
veroorzaakte toestand wordt er niet beter, eer
slechter op. De bemiddeling van den heer
Delprat, destijds waarnemend burgemeester,
werd door de patroons onmogelijk geacht;
eveneens die van den heer Hovy.
Deze laatste gaf echter zijn pogingen
partijen bij elkaar te brengen, niet op; piet
anderen vereenigd, deed hij een nieuwe po
ging. Alweer bleven de patroons op hun stuk
staan en de arbeiders, gedreven door de niet-
georganiseerde (partij van Domela N.) metse
laars en opperlieden, wilden evenmin over de
verzoeningsbrug komen.
Verleden Donderdag begonnen een 50-tal
patroons, op drie karweien. Te voren hadden
zij bekend gemaakt, daar te zullen beginnen,
s morgens om 7 uur. Werkwilligen konden
zich aanmelden en dan zouden de patroons
zien, of er ook op meer plaatsen kon gewerkt
worden. De drie werken, waar de patroons,
bijgestaan door weinige gezellen, begonnen,
werden met zorg uitgekozen. Men nam wer
ken, die, wat ’t metselwerk betrof, ’t verst ge
vorderd waren. Nog merkwaardig is ’t vol-
Maar hoe vermoeid zag zij er uit. Toen hij echter
dat eene woord »moeder« riep, klaarde haar gezicht op
alsof op eens alle zorgen van haar hart waren afge
wenteld.
De dokter bad haar gezegd dat haar zoon weer
geheel genezen zou en nu reeds had hij «moederge
roepen. Hij had haar dus herkend!
Geheel opgemonterd liep zij op hem toe, de tranen,
die van vreugde over haar wangen gleden, droogde ze
af en hartelijk drukte zij hare lippen op die van haren
zoon.
Lieveling, fluisterde zij. Jij bent mij weergegeven.
Ik had zonder jou ook niet kunnen leven en Rob, juist
op den dag van jou ongeluk is ons leed verzacht, want
Fuisel is dood.
Ja, dat weet ik, antwoordde hij, het gelaat van haar
afwendend. En nu beste Rob, zeide zij vol moed, wij
zullen nu niet meer over hem spreken, wij zullen nu
in het vervolg alleen voor elkander leven.
Neen, we zullen niet meer over hem spreken,
zeide hij bij zich zelf denkend: het spoorwegongeluk
heeft het geheim begraven. De hemel geve, dat het
steeds begraven Hijft.
Moeder, zeide hij na een kort zwijgen, wat was dat
voor een meisje daar zooeven onder den appelboom?
Heb jij haar al gezien? De dominee noemt haar je
beschermengel. Zij heeft je helpen verplegen. Hoe
veel zij reeds voor je gedaan heeft, zal je wel nooit
vernemen.
Is zij dan een verpleegster? Zij lijkt nog zoo jong,
antwoordde hij.
Neen. De verpleegster is vandaag weg gegaan. Wij
dachten, dat het je aangenamer zou zijn ons alleen
om je te hebben. Maar Lieske heeft meer dan een
verpleegster voor je gedaan, zei mevrouw Dauvers. Zjj
bemerkte, dat het
taald kon worden.
dadelijk ’t lijk
kosten
Ziezoo, we 1
te bespeuren. In de parken reeds perken met
mooie bloemen; de knoppen beginnen uit te
botten.
Er komen reeds buitenlanders in de stad,
natuurlijk ook met de bedoeling de prachtige
bloemententoonstelling in ’t naburige Haarlem
te bezichtigen.
De booten op Zaandam varen weer om ’t
half uur, in plaats van om ’t uur, zooals in
den winter.
Op ’t Leidsche plein vormen de bloemen-
verkoopers (eigenaardig dat ’t geen verkoop-
1