t
IOOK 8M ES M8THEEA
BLOOKER’S
CACAO
No. 92.
VToensdas: 16 November 1910.
65e Jaargang.
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
DAALDERS
Amsterdamsche Brieven.
Uit de Raadszaal.
ex-
een
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek t 0,40 per 3 maanden,
franco per postf0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
een extra vertegenwoor-
«De Telegraaf* beweert,
die
De Sarphatistraat
straat, ferm van breedte,
half afgewerkte straat.
VERGADERING van den Gemeente
raad van Sneek, op Dinsdag, den 8 No
vember 1910, ’s namiddags 7 uur.
{Vervolg).
16 Adres van de firma Tonnema en Co. e.a., inzake
verlaging prijs van het bedrijfsgas.
Dit punt wordt, zooals bij de ingekomen stukken
reeds is medegedeeld, van de agenda afgevoerd en tot
later aangehouden.
17 Adres van J. Vierstra alhier, om kwijtschelding
van nog te betalen pacht.
Adressant, pachter van de brug over de Woudvaart,
verzoekt kwijtschelding van pacht tot een bedrag van
f444.
Wijl Burg, en Weth. geen buitengewone omstandig
heden bekend zijn, die voor inwilliging van het verzoek
zouden pleiten, doch vooral om geen antecedent te
stellen voor volgende gevallen, en de pachter en zijne
borgen aansprakelijk zijn voor de pacht, stellen zij voor
het adres te wijzen van de hand.
De heer Brouwer is er voor rekening te houden met
de omstandigheden de man heeft een paar slechte
jaren gehad en zal finantieel te gronde gaan, indien
hij de som moet betalen.
I
(1 pond)
(4 pond)
(1 ons)
(4
0.80
0.42i
„0.18
„0.10
CACAO moet in de fabriek
in BUSSEN verpakt worden en
in dien vorm de gebruikers be
reiken; dan is er waarborg van
zuiverheid en kwaliteit.
De lage prijzen der bussen
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 27. cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
4
4
1 Hectogr,
4
De heer Blok heeft zich er over verwonderd dat in
het concept staat dat er geen bijzondere omstandigheden
aanwezig zijn om kwijtschelding van pacht toe te staan;
z.i. zijn er juist zeer bijzondere redenen om op het ver
zoek in te gaan; door het hooge water in den vorigen
winter kon toen geen terpaarde op de landerijen worden
gebracht en was er dus weinig scheepvaart terwijl
verder door het in exploitatie brengen van een terp te
Hartwerd, de schippers nu over Nijezijl naar Langweer
en omstreken varen. In 1908 en 1909 kon adr. de
pacht niet eens innen, laat staan nog eenige winst ma
ken. Adr. schreef destijds onder de toen geldende
omstandigheden voor 5 jaar voor de pachtsom in en
kon toen niet voorzien dat er door de brug minder
scheepvaart zou komen. Spr. wil de risico met hem
dragen en de pachtsom over de 2 laatste jaren voor
de helft kwijt schelden.
De heer Dwarshuis is het hiermede geheel eens, om
dat het hier eén buitengewoon geval betreft; voor de
toekomst wordt geen antecedent gesteld wijl ieder geval
toch op zichzelf wordt beschouwd. Spr. vindt ’t on
barmhartig en onbillijk dat de pachter de volle som
moet betalen.
De heer Scbyfsma zou den man ook wel wat willen
helpen, maar ziet geen mogelijkheid om van de voor
waarden af te wijken als men een huis te duur koopt,
moet men toch betalen.
De 'Voorzitter is van meening,dat men bij verpachtin
gen voorzichtig zijn en op risico rekenen moet. Gaat
men op het verzoek in dan zullen ieder jaar adressen
om restitutie in kunnen komen.
De heer Eennema merkt o.a. op dat er ook nog een
boot op Langweeris bijgekomen, waarop de heer Dwars
huis mededeelt dat »de Koerier* nu niet meer vaart.
De heer Pijttersen zegt dat men zich bij inwilliging
van het verzoek op een zeer gevaarlijk standpunt zou
plaatsen kan de man zelf niet betalen, dan zullen de
borgen moeten bijspringen.
De heer Schijfsma is er voor, dat het Dagel. Bestuur,
op billijkheidsgronden, eerst een onderzoek instelt en
zoo mogelijk nagaat hoe groot de schade voor den
pachter is.
De heer Elzer wijst er op, dat de pachter door den
hoogen waterstand in den vorigen winter enorme schade
heeft geleden; het moddertransport, dat hem de grootste
inkomsten bezorgde, is toen gestaakt. Dit kon de man
vooraf niet weten, waarom spr. barmhartig wil zijn
en hem iets tegemoet komen,
De heer dr. Bouma is nog niet overtuigd dat er een
buitengewone omstandigheid aanwezig is; wordt ergeen
terpmodder meer vervoerd, dan hebben ook de andere
brugwachters daarvan schade gehad.
De heer Blok trekt zijn voorstel, om de helft kwijt
te schelden, in en ondersteunt het voorstel van den
heer Schijfsma, om eerst een onderzoek in te stellen
en daarna een beslissing te nemen.
Het voorstel, om een nader onderzoek in te stellen,
wordt hierop met algemeene stemmen aangenomen.
18 Adres van G. Gorter, om dispensatie van bepalin
gen raadsbesluit stratenaanleg.
Burg, en Weth. stellen voor gunstig te beschikken op
adr.’s verzoek om de geplaatste afstekking ten noorden
van zijne fabriek aan den Oppenhuizerweg, voorloopig
te mogen houden zooals deze nu is geplaatst, onder
voorwaarde dat, met het oog op doortrekking der
straat aldaar, een gezegeld verband tot stand komt,
waarbij adressant of zijne rechtverkrijgenden zich ver
plichten de stekkage op eerste aanzegging te verwij
deren en het terrein, overeenkomstig het raadsbesluit
van 16 April 1910, in orde te maken.
De heer De Wolf zegt, dat er volgens het concept
besluit bijzondere redenen zijn om het verzoek in te
willigen en vraagt welke die zijn.
De Voorzitter licht toe dat de sloot aldaar behoort
aan den heer Vos te Bols ward, met wien adr. en de
Diaconie niet tot overeenstemming kunnen komen om
trent demping. Wordt daar een straat gelegd dan
zouden de bestaande huizen in de diepte komen.
Om zekerheid te hebben, dat een en ander later an
ders kan worden, wil men dit bij verbandschrift
regelen.
De heer De Wolf heeft vernomen dat de heer Vos
de sloot wel gedempt wil hebben, maar niet op zijn
kosten; verder vraagt de eigenaar vergoeding als er
een riool door de sloot gelegd wordt, wat spr. bil
lijken kan. Spr. acht verbetering aldaar wel wen-
schelijk.
De heer dr. Bouma zal zijn stem aan het voorstel
kunnen geven als het voor tijdelijk is. Deze zaak
hangt samen met den ellendigen toestand aan den Op
penhuizerweg. Vroeger zijn hier al eens plannen
aan de orde geweest tot verbetering maar toen was er
een kleine fout in en sedert zijn ze blijven liggen. Spr.
hoopt dat die plannen weer ter tafel zullen komen
en dat aan den Oppenhuizerweg de rioleering ook eens
goed geregeld wordt.
De Voorzitter zegt dat ’t in de bedoeling ligt van
Burg, en Weth. bij de behandeling der begrooting te
laten kiezen tusschen eenige werken, die dienen uit
gevoerd, waaronder ook de rioleering van den Oppen
huizerweg.
bewijzen, dat de kosten der ver
pakking niet van beteekenis zijn.
Bussen van 1 Kilogram (2 pond) ƒ1.50
maar ge moet er niet komen met een ge
zelschap vroolijke fransjes in after-dinner-stem-
ming.
Ge kent ’t Paleis en dus, zult ge zeggen,
ook de Sarphatistraat. ’t Kan zijn. En toch
veronderstel ik, dat de meesten niet anders
weten, of deze straat loopt van ’t Paleis naar
den hoek van Weesperpoort.
Als ge langs de bekende Oranje-Nassau-
kazerne wandelt, zijt ge in de Sarphatistraat,
dus eindigt vlak bij den Zeeburgerdijk.
is een rechte, vrij lange
maar ze blijft een
Bij het Paleis is het
een der mooiste deelen van de stad, de Hooge
Sluis biedt een der frappantste gezichten, maar
als men het Weesperplein voorbij is, dan staan
er enkele groote, doch niet fraaie militaire
gebouwen en aan het eind is dan de leelijke
Oranje-Nassaukazerne, een massieve steenmassa,
zonder stijl, zooals in Friesland de Leeuwarder
kazerne. Voor honderd jaren werd ’t gebouw
gemaakt; maarschalk Oudinot was de militaire
vader er van en het eigenaardige is, dat toen
voor het eerst het werk uitbesteed was. Ge
behoeft niet te vragen, dat het ding destijds
niet den tegenwoordigen naam droeg, want
in 1810 begonnen we juist onzen tijd van het
diepst verval; het was ’t jaar van onze inlijving
bij Frankrijk.
Nu ik toch in de buurt ben, mag ik u wel
even melden, dat we een opvolger voor den
heer Ressing, als directeur der reusachtige
electrische centrale, hebben; de heer Gritters
van Rotterdam komt hier en het schijnt de
heeren daar in de Maasstad niet best aan te
staan, dat ze een kundig man aan de hoofd
stad moeten afstaan. Een der R’damsche raads
leden vond zelfs, dat men den heer Gritters
had moeten vasthouden door een flinke salaris-
verhooging; hij vond ook, dat Burg, en Weth.
van A’dam de zaak minder net hadden aan
gepakt. Doch B. en W. van R’dam zeiden,
dat de A’dammers geen unfaire streken ge
bruikt hadden en had men plotseling ’t salaris
van den heer Gritters een eind verhoogd, dan
was het heele salarissysteem in die stad uit de
voegen gerukt. Genoemde heer ziet dus in
de verplaatsing een verbetering, zoowel van
aanzien als van financiën en dit vindt men te
R’dam misschien onprettig. Maar och, laten
ze zich spiegelen aan ons. Waar A’dam zoo
lang met de onderwijzerssalarisregeling boven
aan stond, begint er thans een exodus van
onze onderwijzers naar de hofstad en zelfs
misschien, naar R’dam; 88 A’damsche meesters
staan op het Haagsche groslijstje, ’t Hindert
niets, zegt onze wethouder De Vries.
We hebben dus weer een vorstelijk bezoek
gehad. Nu, de vorst, die kwam, had er den
tijd voor. Als gekroonde, dus nog in functie
zijnde vorsten reeds zooveel tijd kunnen beste
den aan reizen, dan mag een ex-vorst wel ge
rekend worden, er alle tijd voor beschikbaar
te hebben. Zoo’n ex-vorst, onttroonde monarch,
heeft echter iets tegen; hij is beperkt in zijn
reisroute. Zoo zal bijv, koning Manuel geen
voet meer zetten in Portugal, de ex-vorst van
Perzië mag uit Zuid-Rusland een pleizierreisje
willen maken, het zou hem slecht afgaan als
hij ’t Perzische land en volk eens van naderbij
wilde leeren kennen. Een prins-gamelle kan
vol courage naar Parijs gaan en zeggen, dat
hij zoo goed als eiken Franschman z’n militie-
plicht wil vervullen, de Fransche regeering is
er dan haastig bij een spaak in ’t wiel te
steken.
Zoo kwam dan Abd-el-Aziz per Koningin
Wilhelmina* van Lissabon te A’dam. Maar de
onttroonde sultan van Marokko deed dit heusch
niet, omdat hij zoo’n trek in spelevaren had.
Marokko is voor hem verboden terrein; daar
zou men hem misschien ter dood brengen. Maar
van Spanje heeft Zijne Majesteit nu juist niet
de alleraangenaamste herinneringen en daarom
ging hij over zee, vergezeld van een gevolg
van vijf personen. Iets bijzonders dus voor
deze mailboot der maatschappij »Nederland«.
Gewoonlijk is ’t gezelschap op zoo’n boot nog
M vrij cosmopolitisch, maar Mooren vervoert
tnen er toch heel weinig mee, al doen de boo
ten dezer maatschappij ook geregeld Langer
en Algiers aan.
Dus, Z. M. ging over zee om niet door
Spanje te moeten sporen. Z. M. had het be
ter kunnen treffen. Vooreerst is de Koningin
Wilhelmina* de oudste boot der maatschappij
en bestemd om reserveboot te worden; de in
richting dier boot is dus wel fijn, maar niet
zoo fijn en geriefelijk als die der nieuwste
booten. En ten tweede had Z. M. aanleg voor
zeeziekte en ge weet dat de golf van Biskaye
oen leelijk traject biedt. De ex-sultan moest
dus wel zeeziek worden en heeft zich gedu
rende de zeereis steeds in zijn hut opgehouden.
Ten derde moest de boot te IJmuiden een
rijdje in quarantaine liggen, omdat Lissabon
besmet is verklaard.
Doch alles kwam toch in orde en haven
meester Kotting was door den burgemeester
ter begroeting gezonden, terwijl ook de maat
schappij «Nederland*
diger gezonden had.
dat een persman Z. M. heeft geinterviewd. Nu
zoo’n interview is met eenige bedachtzaamheid
best uit een persduim te zuigen.
Er was weinig belangstelling voor den vorst.
Niet te verwonderen. Wie weet, wanneer
precies zoo’n mailboot aan de kade gemeerd
ligt en dan ook, sedert de «Nederland* hare
aanlegplaats naar de IJkade heeft overge
bracht, is de aardigheid van de aankomst er
grootendeels af, De sultan, die heusch be
weerde een aangenaam zeereisje gehad te
hebben en die er in z’n Moorsche zijden burnou
heel frappant uitzag (bovendien is z’n voor
komen majestueus!), stapte in een auto om in
Bracks Doelen te logeeren, welk hotel voor ’t
fijnste van onze hoofdstad geldt. Door de late
aankomst, de straatverlichting deed reeds een
uur lang diénst, heeft de sultan zeker weinig
van onze stad gezien en op z’n rijtoer, ’s avonds
in een gesloten rijtuig, zal hij ook wel niet ’t
karakteristieke onzer stad opgemerkt hebben.
Tech heeft Z. M. nog inkoopen gedaan in een
winkel in de Paleisstraat. Vrijdagmorgen ver
liet hij de stad om per trein naar Brussel te
reizen. Hij zou nog eens terugkomen?
Om kort te gaan, ’t bezoek van den
sultan, die toch in alle opzichten voor nieuws
gierige A’dammers een zeer belangwekkend
persoon moest zijn, heeft hier op verre na niet
zooveel belangstelling gewekt als dat van den
ex-president Roosevelt.
Terwijl door de Noordzeesluizen te IJmuiden
zulke groote schepen geschut worden, gaan er
door de Oranjesluizen niet anders dan binnen
schepen. Wat een verschil bij voorheen, toen
alles over Pampus en door de Zuiderzee moest.
De grootste booten, die van hier over de Zui
derzee gaan, zijn de booten der Holland
Friesland-lijn, de «Bolsward* en de »Heerenveen*.
Een zeldzaamheid was dezer dagen, dat een
werkelijke zeestoomer van hier over de Zui
derzee naar Harlingen voer. Het was de «Am-
steldam*, een boot van bruto 2100 ton, dus een
vrij groote boot.
Onnoodig te zeggen, dat de stoomer geheel
ongeladen was, zoodat er slechts 27 palm diep
gang gemeten werd. Daar behoefde niet veel
bij te komen om de reis on mogelijk te maken.
Toch zullen ze te Enkhuizen wel vreemd
hebben opgezien. Want wel ziet men daar
de booten en ponten op Stavoren, ook pas
seert er nog al eens een Rijnaak en zoo’n
sleepkaan meet wel eens over de 90 meter,
maar toch, zoo’n platte schol lijkt niet op
zeeboot.
Nu hebben we zeker ook lang genoeg aan
den IJkant vertoefd; het bosch van 40 bunder,
dat een der raadsleden aan den overkant ver
langde, is er toch nog niet en het weer is
alles behalve aanlokkend voor menschen, die
niet van vliegend weer houden. Ik zal u dus
maar weer in de stad brengen. Ik breng u
naar de Sarphatistraat, genoemd naar den man,
die zooveel voor de eerste uitbreiding der stad
gedaan heeft. Iedereen, die een paar maal in
de hoofdstad geweest is, kent het Paleis voor
Volksvlijt, waar Willem Royaards de premières
van Vondel’s «Lucifer* geeft. Vondel’s «Adam
in ballingschap* heeft bij Royaards meer dan
honderd voorstellingen beleefd. Hubert Cuypers
componeerde de muziek, die stemming aan de
uitvoering moest geven. Ook voor de «Lucifer*
heeft dezelfde Cuypers de dragende muziek
geschreven. Moet ik u aanraden, de vertol
king te gaan zien? Ik ben verlegen met het
antwoord. Komt ge hier om eenige los-vroo-
lijke uren te slijten, dan wilt ge denkelijk
liever naar vatiété of operette, of naar Prot, maar
houdt ge van iets ernstigs moois, dan moet
ge «Lucifer* gaan zien. Het is mooi, wordt
heerlijk vertolkt, is schitterend gemonteerd,
R COURANT,
raws- ej miwiM
n
n
n
n
9
V
9
n