IMll WEI ES «MIES.
Een verkiezingspraalje,
NIEUWS- ES AhTERTESTIEBLAD
BLOOKER’s
DAALDERS
CACAO;
Om het geld.
No. 101.
Saterdag 17 December 1910.
65e Jaargang.
J N
Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek.
Feuilleton.
als
weer
ver.
een reuzendrama
reu-
samen-
de lords worden gekortwiekt,
Ierland zelf regeering krijgt of
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek t 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
ons opschrift niet
toch op de ver-
Duitschland.
En wat ziet men als gevolg van dit alles?
De Rus, waarvan men voor dertig jaren ge
loofde, dat hij, steeds voortdringende in Azië,
een vijand van de Britsche Aziatische politiek
zou zijn, die een vernietiger der Britsche kracht
in Azië zou worden; diezelfde Rus is eerst door
Engeland in ’t gedrang gebracht. Engeland
sloot een verbond met Japan en maakte het
Japan mogelijk, Rusland uit de Gele zee te
jagen; gekortwiekt in zijn grootsche plannen,
door de schuld van Engeland, kwam Rusland
tot den trotschen Brit en is er mee in entente
vereenigd tegen Duitschland.
Frankrijk, dat door Engeland uit Egypte
werd gebannen, dat intusschen de geheele Sa
hara veroverde, maar toen ’t bij die verovering
de Zuidgrens van Egypte naderde, door En
geland met brutale hoogheid teruggejaagd
werd, dat zelfde Frankrijk is sedert eenige
jaren verbonden door een entente met Rusland
en Engeland. Zoodat de fiere Gallische haan,
die in ’70 '71 moest ondervinden, wat Ger-
maansche kracht vermag, nu schijnbaar al z’n
trotsche veeren heeft afgelegd.
Hendrik, riep zij verschrikt, en staarde de haar zoo
bekende, krachtige gestalte aan.
Ja, sprak hij kalm, en keek haar met zijn trouwe,
blauwe oogenlachend aan,ik ben het werkelijk, Marietje.
In haar volle lengte opgericht, bleef zij voor hem
staan, een schoon toornig beeld.
Hij had een andere ontvangst verwacht. Hij had
nooit opgehouden haar lief te hebben. En zij, Marietje,
had toen ook een ander genomen heel gauw zelfs.
Hendrik wilde zichzelf wijs maken, dat hij zich niets
te verwijten had, maar dan vergiste hij zich toch;
met harde woorden bracht zjj hem zijn trouweloosheid
onder het oog.
Het arme meisje heb je laten loopen, maar de rijke
weduwe staat je beter aan, niet waar, Hendrik
Maar, Marie’je - verder kwam hij niet.
Neen, Hendrik, laat dat. Mijn man heeft me geno
men, omdat hij me liefhad, en hij is erg goed voor me
geweest.
Ja, antwoordde hij zacht, dat heb ik ook hooren ver
tellen. En Marietje, ge kunt me gelooven, maar het
dee me goed dit te hooren, want ik weet wat het be-
teekent als het niet zoo is.
Zij wist, dat hij de waarheid sprak en niettegenstaande
haar toorn, had zij medelijden met hem. Maar vreemd
toen zij hem een beetje minder ernstig in de oogen
zag, die hij smeekend en vol verlangen op haar gericht
had, was het haar plotseling of de gestorvene vóór haar
stond en haar aankeek met zijn liefdevolle oogen,
waarin nooit eenigen twijfel aan de liefde zijner vrouw
te lezen stond. Toen ontwaakte ook weer in haar het
berouw, en opnieuw ontvlamde haar toorn tegen den
man, die nu smeekend vóór haar stond.
Hendrik scheen evenwel aanhaar zwijgen een ande
ren uitleg te geven, want hij trad op haar toe en hield
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 21/, cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
haar de hand voor.
Kom Marietje, vleide hij, laten wij de zaak
opvatten, waar wij haar geëindigd hebben.
Met een heftige beweging duwde zij de baar toegesto
ken hand terug.
Ga, riep zij woest, en kom niet meer in dit huis en
onder mijn oogen.
Ach, zuchtte hij, dat geld dat vervloekte geld.
Toén evenwel legde hij haar uit, dat ook hij niet met
leege handen kwam. Het vaderlijk erfdeel was hem
uitbetaald kort geleden was het hem uitbetaald, en
werktuigelijk tastte hij in den borstzak van zijn jas.
Een verachtelijke trek gleed over haar schoon gelaat.
Hendrik bemerkte het wel en ging voort Neen, Ma
rietje, je moet mij goed begrijpen
Ga ga 1 riep ze koel en wees hem gebiedend de
deur.
Toen werd ook hij boos.
Dat vervloekte geld is de schuld van alles, riep hij.
Wil je mij niet, dan wil ik ook het geld niet 1 Hier,
daar heb je het. Hij haalde een pakje bankbiljetten
voor den dag en wierp het haar voor de voeten. Te
gelijk was hij de deur en het huis uit.
Bleek, met groote, brandende oogen staarde zij hem
na. Plotseling sloeg zij de handen voor het gelaat en
snikte luid.
Na dien tijd leidde Hendrik een onbestemd leven
een vaste betrekking kreeg hij niet meer. Met de
weinige duizenden, die hij geërfd had, had hij een
zaak kunnen beginnen; hij twijfelde er ook niet aan, of
Marietje zou hem het geld dadelijk teruggeven, als hij
er om vroeg. Maar dat wilde hij niet en zoolang hij
werk had, dacht hij er niet aan maar op zekeren dag
raakte dat gedaan, en nadat hij weken lang op de haven
had rondgeslenterd, werd hij bang voor de toekomst.
eerste koloniale mogendheid en ook de eerste
industriëele staat!
En juist in de laatste jaren heeft zich de
Britsche wereldmacht niet weinig geconsoli
deerd. Stormen hebben er gewoed; stormen,
die andere groote rijken zouden gedegradeerd
hebben; maar die ’t Britsche rijk er steeds
krachtiger deden opleven. Neem den opstand
der Sepoys, waardoor Indië ontrukt zou wor
den aan de Engelsche heerschappij. Door ge
weldige krachtsinspanning en in veel bloed
werd de groote beweging onderdrukt en later
noemden zich de Engelsche vorsten Keizer van
Indië. De Franschen waren de lieden, die ’t
initiatief namen voor ’t Suez-kanaal, die boven
dien ’t protectoraat bezaten over ’t christendom in
de Oostersche landen. Maar'de Engelschen
hebben in 1882 Alexandië gebombardeerd,
toen Frankrijk nog steeds zwak was van
wege 1870’71 en Duitschland zijn vleugels
nog moest uitslaan. Daardoor kon Engeland
zich nestelen in Egypte.
In 1899 kwam de oorlog in Zuid-Afrika,
die met geweldige opofferingen en inspanning
gewonnen werd. Heel Europa hoopte dat de
Boeren ’t zouden winnen en er werd haat ge
kweekt in de harten der Boeren en derNeder-
Hij, die tot nu toe met eerlijken arbeid zijn brood
verdiend had, zou tot den bedelstaf geraken, als hij
niet naar Marietje ging en haar om het geld vroeg.
Marietje zat voor het raam te naaien zij droeg nog
steeds haar donkere rouwkleeren. Toen Hendrik bin-
nenkwam, viel het werk haar uit de hand. Angstig
staarde zij hem aan.
Wees maar niet bang, Marietje, begon hij op ver
ontschuldigenden toon, ik ga dadelijk weer weg, maar ik
moet je een vraag doen. Wil je mij het geld terug
geven, ik kan het op ’t oogenblik goed gebruiken.
Zij huiverde, en op zachten, weifelenden toon ging
hij voort Ik ben nu al acht weken zonder werk en
zal ten gronde gaan, als ge mij niet helpen wilt.
De jonge vrouw boog het hoofd en keek zwijgend
voor zich. Vaalbleek werd haar gelaat. Hendrik keek
haar vragend aan, maar geen geluid kwam over haar
lippen. Plotseling kwam Hendrik op het denkbeeld,
dat Marietje zelf in verlegenheid geraakt was, en het
geld niet meer had. Die gedachte joeg hem schrik aan
dan was hij verloren. Schuw keek hij om zich
heen, en hoewel het vriendelijke vertrek er nog even-
zoo uitzag als twee jaar geleden, meende Hendrik in
zijn angst toch, dat het een armoedigen indruk maakte.
Krampachtig drukte hij zijn hoed tusschen de handen,
en ging moeilijk ademend voort
Neen Marietje, laat het dan maar als je het zelf
gebruiken kunt, wil ik er niets van hebben. Dan moet
ik dan vaarwel, Marietje, en denk tusschenbeide
nog eens aan mij.
Met een bezwaard gemoed liep hij naar de deur,
maar vóór hij zoover was, hoorde hij een zachte stem
zijn naam noemen
Hendrik
Met gebogen hoofd bleef hij staan, maar keerde zich
ia plaat» n» losse cacao
of poederchocolade,
BUSSEN
gij betaalt minder
en krijgt betere kwaliteit,
vierkante bussen van ons 10 ets.
M M 1 ons 18
pond 427,
t» n n 1 pond 80
2 pond 15Q
Engeland heeft heel wat voor in de wereld.
Vooreerst is ’t, de koloniën er bij gerekend,
de grootste macht in aantallen vierkante mij
len; dan (na China,) de volkrijkste mogend
heid, hetgeen veroorzaakt wordt door ’t bezit
van Indië, waar ongeveer 300 millioen men-
schen wonen; ook heeft het op zee de supre
matie, met z’n oorlogsvloten reeds sinds meer
dan twee eeuwen, met z’n handelsvloot reeds
anderhalve eeuw; verder leidden de omstandig
heden er toe, dat de Vereenigde Staten, die
zich afscheidden van 't moederland, een reus
achtige Engelsch-sprekende natie zijn geworden,
waarin millioenen Ieren, Duitschers, enz. enz.
zijn opgeslokt, die gehouden zijn het Engelsch
als de landstaal te erkennen; daardoor is de
Engelsche taal versterkt in de positie van te
zijn de taal der scheepvaart en van alles wat
daarmee annex is; en hierbij komt nog zooveel.
We plaatsen hier een punt om uit te rusten
van ’t zin-formceren. Want we konden nog
doorgaan. Hoe lang, bijv., is Engeland thans
niet op ’t toppunt van zijn bloei; hoe lang is
’t niet alleen de eerste handelsmogendheid, de
’t Was weer eensde oude geschiedenis. Hij beminde
een meisje zonder geld, maar zijn ouders wilden van
het huweljjk niet weten. Zij wisten een andere, rijke,
voor hem. Hendrik zou wel dwaas zijn, als hij deze
niet nam. Vader bromde, moeder huilde ’t was om
dol te worden.
En Hendrik trouwde de rijke, maar ’t huwelijk was
er dan ook naar; en toen zijn vrouw op jeugdigen leef
tijd stierf, herademde Hendrik en dacht meer dar. ooit
aan zijn oude liefde, zijn Marietje.
Ook zij was getrouwd, met een zeevarende, een wel
gesteld man. Zij was voor hem een trouwe gade ge
weest en toen hij na verloop van jaren met zijn schip
verging, betreurde zij hem oprecht.
H(j had haar liefgehad, dat wist Marietje. In haar
rouw kon zij evenwel niet nalaten zich zelve aan te
klagen, wel was zij haar echtgenoot nooit onaangenaam
geweest, maar zij had hem toch bedrogen. Zij had
Hendrik willen toonen, dut zij hem vergeten en uit haar
hart verbannen had. Toorn tegenover den trouwelouze
vervulde haar ziel, en zoo werd zij de vrouw van den
taan, die haar werkelijk liefhad.
Dit waren de gedachten, die na den dood van haar
echtgenoot zich aan Marietje opdrongen, en als zij dan
aan Hendrik dacht, werd zij telkens boozer.
Op zekeren dag trad Hendrik bij haar binnen. On
verwacht stond hij vóór haar, zeer onbeholpen in de
lange, zwarte jas.
wel eenige vrijheid geven, zoodra ’t er noodig
bleek. Intusschen is Ierland eigenaardig ver
minderd in aanzien, nadat ’t begin dier vrij
heid kwam. In 1850 woonden er ruim acht
millioen menschen en thans geen vijf millioen.
(Vergelijk daar bijv. Nederland eens mede,
dat sedert 1850 bijna verdubbeld is in bevol
king.) De hoofdmassa derlersche natie woont
thans in Amerika, opgenomen in den grooteri
stroom, die daar uit zooveel landen ’t Yankee-
ras hielp vormen.
En nu?
Reeds voor jaren streed Gladstone voor ler-
sche home rule. Hij leed de nederlaag. Die
strijd was slechts een onderdeel van den strijd
tusschen de twee groote partijen, die reeds eeu
wen in Engeland bestaan.
Gladstone leed de nederlaag; hij bleef toch
de Grand Old Man; zijn idee heeft deelen van
de Engelsch liberale partij afgescheurd, heeft
de tories versterkt daarmee.
Maar zijn idee bleef doorwerken en nu
staan, sedert een paar jaren, de Ieren op het
midden der wipplank, waardoor zij een van
beide helften kunnen doen overhellen..
Maar ook ondanks deze mooie positie,
blijven zoowel liberalen als tories een echt En
gelschen strijd voeren en ondanks deze
mooie positie blijft de lersche kwestie van
home rule slechts een bijkomende omstandig
heid in den grooten Britschen strijd. En hoe
die strijd ook moge eindigen (We weten nu
reeds, dat de unionisten ten derden male ver
slagen zijn), toch blijft daardoor het Britsche
wereldrijk onaangetast.
Een wonder grootsch schouwspel! Onder
elkaar wordt daar een strijd uitgevochten, die
in andere landen een revolutie zou brengen,
minstens gelijk misschien aan de hevigste om
wentelingen in andere landen, maar het rijk,
in al zijn glorie, blijft onaangetast, blijft het
groote, schitterende, alles vermogende Britsche
wereldrijk.
Daar wordt in Engeland
afgespeeld en toch, dit drama schokt het
zenrijk niet in zijn wondervreemde
stelling. Als
of niet,
niet, het groote rijk blijft.
Hoe groot gaat het in Engeland met de
verkiezingen. En toch, hoe klein zijn ze nog,
vergeleken met de beteekenis van het groote
rijk
De oorlog van duizend dagen, die een zee
van haat in Zuid-Afrika scheen te kweeken,
heeft opgeleverd een vereenigd Zuid-Afrika,
trouw blijvende aan de Britsche hegemonie.
Canada, waar zooveel Fransch sprekende
en van Franschen afstammende menschen wo
nen, dat zelfde Canada, zich ontwikkelend tot
een flinke macht, heeft z’n volle vrijheid, maar
blijft leven onder de beschermende vleuge
len van ’t Britsche moederland.
Australië werd even onafhankelijk als Ca
nada, maar ook daar is men lid van ’t Britsche
wereldverbond.
Nieuw-Zeeland, evenals Australië een land
van vrijheidlievende menschen, is ook even vrij
als Australië en Canada.
Geen Engelschman zou ’t in zijn hart krijgen,
op dit tweelingeiland dwang uit te oefenen.
En ditzelfde tweelingeiland blijft zich fier hou
den onder de hoede van den Britschen lui
paard.
Diezelfde onafhankelijke koloniën, Canada,
Australië en Nieuw-Zeeland zonden regimenten
naar Zuid-Afrika, om de Britsche suprematie
te helpen vestigen.
En thans gaan ze allen met den Afrikaander
samen om de reusachtige Britsche wereldmacht
landers tegen ’t perfide Albion, haat en hoop in - te consolideeren.
Dit is reuzenwerk geweest.
En vooral reuzenwerk, als men hierbij let op
de besoignes, die de Brit in eigen huisgezin had
te verwerken.
Ziet ge wel, lezer, dat
geheel verkeerd is, dat we
kiezingen terecht komen.
Terwijl Engeland een wereldrijk vormde, in
alle zeeën stations voor zijn vloten bezette,
reusachtige moeilijkheden te overwinnen had
en ook overwon: (alleen de United States was
een te machtig element!) had ’t dicht bij huis
de Ieren. Een flink volk, want er zit verstand
in. En toch geen flink volk, want er zit
niet in de kracht, die meebrengt zelfstandig
heid of de dood.
(Er zijn van die volken, die geest en ver
stand in overvloed hebben, maar die geen
geestkracht genoeg bezitten om een eigen
huishouding op te kunnen richten.) De Ieren
zijn eeuwenlang onderdrukt, hebben diepe ar
moede geleden, kregen eindelijk in den loop
der 19e eeuw eenige vrijheid. Die vrijheid
werd ruimer, steeds ruimer. Want de Brit,
met zijn groot, wereldomvattend hart, kon daar
MEEKER COURANT.