JIW8- EJ IIIIEIITESTIEIILUI IWIl SIM ES OUSTIlEkEl. Het duizendjarig rijk. DE HALFGOD. Zaterdag 6 Mei 1911. 6Be Jaargang. No. 36. Uitgever: B. FALKENA Mzn., Singel, Sneek. Feuilleton. gaan. Slot volgt. Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS. ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek 10,40 per 3 maanden, franco per post f0,50. Abonnementen worden te allen tijde aangenomen. Edele menschenvrienden Een edel mil- voor de stichting van een In een loge zat een opmerkelijk jonge en schoone vrouw aan de zijde van een afgeleefden grijsaard. Het was graaf Zaitay, de gewezen Spaansche gezant, met zijn gemalin. Een gedistingeerd uitziende jonkman öp de galerij fluisterde zijn buurman toe Zij is de doch ter van een op de flesch geganen baron, en zij heeft den oude, die haar grootvader wel wezen kon, enkel om zijn geld genomen. Het is een miserabel huwelijk. Het jonge wijfje klaagt steen en been. De graaf had zijn vrouw reeds den mantel omgehan gen en beiden maakten zich tot vertrekken gereed, toen de dame weder ging zitten. Zullen wij niet heengaan, liefste vroeg de oude. Neen. Wil je dan nog blijven Ja. Zooals je verkiest, liefste. De gravin leunde in haar stoel achterover en plukte nerveus aan den kanten zoom van haar geparfumeerd zakdoekje. Haar oogen brandden van den walm der gaslichten haar hoofd dreigde te bersten van de luid en van een in gevaren een welbehagen vindende dar telheid. Het applaus zwelt tot een orkaan I Directeur Rienzi zou den man wel hebben willen kussen want de goede uitslag van den avond en van het seizoen was nu verzekerd. De voltigeur werkte, om de geijkte uitdrukking te bezigen, glad en zeker. Zijn verrichtingen,tot dusver door niemand geëvenaard, werden door het publiek met steeds klimmende belang stelling gevolgd. ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500 regels 3 cent en van 1000 regels 21/, cent. Groote letters naar plaatsruimte. gezien. Intusschen het is in de praktijk een bekende waarheid, dat de «lappen* onder de circusrijders in den regel niet de slechtsten zijn. Op ’t programma volgde Brown, de Koning der Vol- tigeurs, die op een wilden, in de pampa’s van Patagonië gevangen mustang, den leeuwensprong zou vertoonen. Fanfares kondigden het verschijnen van den held van den avond aan en zie alsof er een electrische stroom langs de zitbanken was gevaren, zoo werd nu opeens de aandacht van het publiek levendig. Alle binocles richtten zich naar den ingang en in het volgende oogenblik reeds sprong de Koning der Voltigeurs op een prachtigen hengst naar binnen. Een heerlijke gestalte een Rinaldini in jockey- kostuum Om zijn stouten kop fladderden blauwzwarte lokken. Zijn bliksemende oogen schoten stralen van levenslust en zijn slanke lichaam vertoonde spieren van staal. Daar glijdt hij eensklaps van zijn paard en nadert een ijzeren pilaar in het midden der rotonde. De direc teur raakt met de zweep even de achterpooten van den schimmel aan, die in duizelingwekkende vaart rondloopt. Brown trekt zijn schouders te zamen, als een tijger, die zich tot den sprong gereed maakt en met een geweldigen aanloop is hij op den rug van het paard. Het ijs was gebroken. Een oorverdoovend applaus brak los. De voltigeur galoppeert, met de voeten nauwelijks het paard aanrakend, als een vliegende Mercurius rond. Zijn slanke lichaam wiegt hij coquet op de heu pen, zijn jockeypet werpt hij in de lucht en vangt haar weder op, zijn witte tanden laat hij triomfantelijk blinken 1 Hij is een toonbeeld van teugelooze kracht ruchtige muziek. Maar de met zijn leven spelende rui ter had haar betooverd met onweerstaanbare macht en met stille voldoening merkte zij op, hoe de schitte rende oogen van den voltigeur zich telkens bij het voorbij vliegen op haar vestigden, en hoe die blikken vergezeld gingen van een galanten, uitdagenden glimlach. Haar half gesloten oogen rustten vol welbehagen op de fiere gestalte van den jongen kerel en wanneer zij dan af en toe een zijdelingschen blik liet dwalen naar den afgeleefden roué daar naast haar, dan kwam er een schamper, bitter trekje om haar malsche lippen. Dit was de eerste maal in haar leven, dat zij verlokt werd tot het maken van een vergelijking tusschen den aris tocraat met den oud-adellijken naam en een onbekenden kunstenmaker, en waarlijk, deze vergelijking viel niet ten gunste van den edelman uit. In het brein der jonge vrouw spookten dien avond allerlei wilde, revo- lutionnaire gedachten. Zij vergat alles om haar heen en zag slechts hem, die lachend met alle gevaren den spot dreef en zijn slank lichaam als gevleugeld door de lucht slingerde een halfgod gelijk. Voel je je niet wel, liefste? vroeg de oude graaf weer, die van de vertooning al lang genoeg had. Je zit daar zoo stil, scheelt er wat aan Niets, luidde het bitse antwoord. Zij ontwaakte eerst uit haar gemijmer, toen daverende losbarstingen van applaus, den voltigeur terug riepen. Brown’s donkere oogen zochten de gravin en hoewel zij kalm, als een marmerbeeld daar zat, maakte hij toch een buiging naar baar loge, gelijk een gladiator voor de Caesarin. handen in het haar rende de directeur Rien- on Va|D uu mane8e naar den circus. Hij had een echt 5?1Ukklgen dag’ De voorstelling was reeds tot het 7 nnw e,uu1mmer van het programma gevorderd en B onTOraSi*'’*1'6 het publiek zich niet uit zijn koele I hrw vr.rJ1' 'gheid laten opschudden. Geen applaus, geen \En frinhr°ieP ?et Z1°h hooren. Heen hand roerde zich, t i de Première niet trok, dan was het gansche B H o13 verloren te beschouwen. ff nan wJlende hoePels> de geleerde poedel, de dansende I mpi op den neus van den clown, ja, lieve he- 1 aan^a kunsten had het publiek reeds honderdmaal n er n’ ?aapt’ 00r de honderd-en-eerste maal wilde men ziin meör naar kijken. August zette vergeefs I slatro a h®entje voor. Zijn grappigheden misten vol- ,i„ i .ogde uitwerking. Vergeefs ook krabbelde B oor ®elastieken man zich met den voet achter zijn B mor galerij, die anders dergelijke intermezzi B door o es,ft placht te begroeten, onderscheidde zich B dendheid6’ n °Drer het vriesPunt, gedaalde terughou- B laatoto -- -u directeur brak het angstzweet uit. Een I Browö ÖU een?®e hoop hield hij nog op den voltigeur I zou pfinSe?e8tlgd’ echter deze bij machte blijken I koren v v°° verweDde en veeleischende menigte te be- '5 oenen na °°r zwaar gold had de directeur Rienzi hem dert had^H rd6nt o°°r den neus weg£ekaaPt 5 doch se- den «kunstenaar* nooit anders dan dronken naar alle Onze Koningin werd ver- wel in Hare residentie te Een heele eer voor ons Vrijstaat door Engeland ingepalmd. De tweede conferentie kon bijna niet op tijd bijeen geroe pen worden, omdat dit toch wel door den Czaar moest geschieden en deze juist in een geweldigen strijd met Japan gewikkeld was. Intusschen heeft Uncle Sam een stuk van de vrije republiek Columbia afgenomen om het Panama-kanaal in z’n macht te hebben. In tusschen moest Venezuela door vlagvertoon meer dan eens tot rede gebracht worden; in tusschen werd een reuzenoorlog, naar aanleiding van Marokko, slechts met moeite door de con ferentie van Algeciras voorkomen; intusschen zijn op den Balkan vreedzaam weg heel sterke stukken vertoond; intusschen zijn twee, drie of vier mogendheden bezig Perzië te verslinden; intusschen gaat het heel eigenaardig in en aan de grens van Mexico; intusschen ziet men nu al voor oogen de toekomstige botsing tusschen Amerika en Japan, die nog tot verrassende resultaten zou kunnen leiden, daar Amerika geen flink leger heeft. En bovendien er is geen tijdperk in de geschiedenis aan te wij zen, waarin de reeds zoo drukkende lasten voor de krijgstoerusting nog zoozeer verzwaard zijn en nog steeds worden. Met ongeloovigen glimlach leest men van de schijnheilige voor stellen van Britsche zijde over inkrimping der uitrustingen van de oorlogsvloten. Het ant woord van den Duitschen rijkskanselier was brutaal, sloeg alle hoop den bodem in, maar was ten minste eerlijk. En neem nu nog eens de rassenstrijd, die in de toekomst nog reuzenafmetingen kan aan nemen. Over twee jaren is ’t arbitrage-paleis gereed en komt waarschijnlijk ’t derde Vredescongres bijeen, dat zeker nog wel door vele gevolgd zal worden. We juichen bij voorbaat die con gressen toe, maar - ’t duizendjarig rijk van vrede zal nog wel niet komen. De volken willen wel arbitrage, maar zonderen af de zaken, die de eer en ’t bestaan des rijks raken. Nederland heeft arbitrage voor alle zaken ge accordeerd met Denemarken en Italië, doch als Duitschland en Engeland nu eens op eigen initiatief tot Nederland en België kwamen en zeiden: We wenschen arbitrage voor alle zaken! Dan zou men nog eens een stap verder kunnen komen. En als eenmaal, 'tgeen we niet hopen, het gele ras eens de hegemonie ter wereld ver overde, wat zal er dan van alle vredesideeën en arbitrage terecht komen of overblijven? anderen. Neen, van hem, die zich in vele opzichten als de grootste, de machtigste der vorsten kon voordoen. Van den Czaar aller Russen, alleenheerscher over een rijk, dat zich als één reusachtig geheel van de Duitsche grenzen tot de Behringstraat, van de Pamir- hoogvlakte tot de Noordelijke Ijszee uitstrekt. Was ’t niet schoon, niet verheven, niet ideaal, (fat juist de machtige, die niemand behoefde te vreezen, wiens initiatief dus in de verste verte niet aan bezorgdheid voor eigen bestaan kon toegeschreven worden, dat de Czaar de eerste vredesconferentie bijeen riep? Uitnoodigingen werden gezonden beschaafde natiën, zocht het congres willen ontvangen, land; erkenning van het feit, dat te midden der kalme, degelijke Nederlanders het best een vredescongres kon gehouden worden. Men had ook Monaco of Montenegro, San Marino of Andorra kunnen kiezen, als zeer kleine staatjes. Maar Montenegro heeft een kleine, doch nog fe strijdlustige bevolking. San Marino, Monaco en Andorra zijn niet geheel vrij, alleen vrij bij de gratie der groote nabuur. Men koos Nederland, dat toch lang niet tot een der onbeduidende landjes kan gerekend worden en dat midden in de beschaafdste wereld ligt. Een erkenning van onze soliditeit, waar we groot op mogen juichten ’t eerste congres toe. liardair gaf schatten Arbitragehof. Elk land zond z’n eminentste mannen om waardig in het Huis ten Bosch op te kunnen treden. Maar reeds ’t bijeen roepen gaf iets anders dan vrede en eendracht te zien. Enge land weigerde z’n medewerking, als men Transvaal en Oranje-Vrijstaat ook uitncodigde. En een land als Engeland moest toch noodzakelijk meedoen. Stel u een wereldcon gres voor den vrede voor, waarbij het schit terendste wereldrijk niet zou vertegenwoordigd z ijn. Italië wilde niet mee doen als men ook den Paus inviteerde. Nu, de Paus was geen we reldlijk vorst meer, dien kon men passeeren, terwijl Italië, als tot de groote mogendheden behoorende, er toch wel bij moest zijn. De eerste Haagsche conferentie gaf heel wat luister te zien, schitterende oraties te hooren, maar leverde weinig resultaten. En daarna werden Transvaal en Oranje- De geestelijk, verstandelijk sterkere is blij, omdat hij zulke groote gaven bezit, maar hij ziet daarom niet laag neder op de minder ver standelijk begaafden; hij maakt gebruik, geen misbruik van zijn verstandelijk overwicht. Dat zou zoo ongeveer het duizendjarig rijk zijn. Vrede op aarde, ongestoorde vrede Nergens wezenlijk gebrek, omdat allen geza menlijk er voor zorgen, dat niemand der na- tuurgenooten met wezenlijk gebrek zal hebben te kampen. Waarde lezers, zou er iemand op de wereld zijn, die aan de mogelijkheid gelooft, dat ooit deze ideale toestanden zullen heerschen? We gelooven het niet. Wel gelooven we, dat er veel verbetering op allerlei gebied zal komen. Er is reeds heel veel verbeterd in den loop der tijden en vooral de laatste tijd heeft veel verbetering gebracht en we gelooven vast en zeker dat we nog niet aan ’t eind zijn. Maar daarmee is ’t duizend jarig rijk van geluk en vrede nog niet bereikt. We gaan verder en durven beweren: Stel eens, dat op een gegeven moment alles op de wereld zoo goed mogelijk in orde was. Overal vrede en geluk. Nergens afgunst en zucht naar heerschappij. Zoodat ieder zou zeggen: Och, nu hebben we eindelijk de wereld, zooals ze moet zijn en blijven. Zou de toestand lang zoo blijven? We durven vermoeden: Geen tien jaren en geen jaar! Een der voornaamste zaken, waarnaar tegen woordig gestreefd wordt, is de sociale verbe tering. Reeds veel is er verkregen, maar ook hier zien we de ideale toestand niet ge- makkelijk komen. Wat verkregen wordt, gebeurt door strijd, met haat en wrok in de zielen. Wat verkregen is, brengt geen, toena dering. Waar verbittering en wrok, haat en nijd de richtsnoeren zijn, kan ’t rijk van ideale vrede, van algemeen geluk niet gemakkelijk gevestigd worden. Een andere voorname zaak, die in de aller laatste jaren op den voorgrond drong, is de vredesbeweging op staatkundig (militair) gebied. Zeker, zeker, we hebben eerbied voor de groot- sche vredesbeweging. Heel de wereld zag met bewondering en hoop naar Den Haag, toen daar op initiatief van den Russischen czaar de eerste vredesconferentie gehouden werd. Wat grootsch beginnen! Van wien ging het initiatief uit? Niet van den vorst van een klein land, die toch geen kans zou hebben, ooit zich te verrijken met de bezittingen van Het duizendjarig rijk? Zou ’t ooit komen? Zou ’t mogelijk zijn, dat eenmaal op onze wereld een tijdperk aanbreekt en stand houdt, waarvan men zal kunnen getuigen: Nu is er vrede op aarde. De kleine staat behoeft geen vrees te betoonen voor den grooten, dat deze hem misschien wenscht in te palmen of ook maar een deel van zijn grondgebied, van zijn koloniën, van zijn rechten en vrijheden zal ontnemen. De eene grootmacht behoeft niet meer angstvallig naar de andere te zien, of deze misschien ook te sterk vooruit gaat in bewapening, een grooter leger, zwaarder ge schut, grooter en meer oorlogsbodems aan schaft. De kleine staat laat even vrijmoedig zijn stem in ’t koor der volkeren hooren als de groote, omdat hij weet, daartoe ’t recht te bezitten. De kleine man weet, dat hij niet door den groot-kapitalist, groot-industriëel of wien dan ook onderdrukt wordt. De rassen even in gelijke vrijheid naast en door elkaar. een overwicht van blank of geel, bruin of rood of zwart. Allen beschouwen elkaar als menschen, die als zoodanig evenveel, niets meer en niets minder, recht van bestaan hebben. X X, r 1

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1911 | | pagina 1