t)
ÏIEIWS- BS ABfflMfflBBLAII
VOOR 80 ES OMSTlU’kl^.
Afscheidsvoorstelling.
No. 24
Zaterdag 23 Maart 1912.
67e Jaargang.
r
Sympathie.
Uitgever: B FALKENA Mzn., Groote Kerkstraat, Sneek.
Feuilleton,
I
mensch
tot
van
ALLERLEI
dig, maar vraag mij nu niets.
nog
zullen hem later
met hem eens
Gunt uw kind alle vrijheid en vrooljjkheid, welke
gij met uw gezond verstand, uw geweten, uw liefde
tot kinderen verantwoorden kunt.
Vleiden we ons zelf niet, dan zou ons de vleierij
van anderen weinig of geen kwaad doen.
De mensch bezit een wondergroot talent om
zich in eigen oogen te rechtvaardigen.
Dit blad verschijnt WOENSDAGS en ZATERDAGS.
ABONNEMENTSPRIJS voor Sneek t 0,40 per 3 maanden,
franco per post f0,50.
Abonnementen worden te allen tijde aangenomen.
ons zelven
dien mensch
ont-
née gegeven worden in het Theatre Francais;
benefice van Daniel Vergy, die daar mede af
scheid neemt van het tooneel. De voornaam
ste artisten van de Comédie Francais, het
Odéon, de Groote Opera en de Opéra Comique
hebben hun medewerking toegezegd. Het pro
gramma zal nader gepubliceerd worden.
Mevrouw Gabrielle Dornys legde de cou
rant neer, waarin zij deze aankondiging had
gelezen.
Daniel Vergy
Hoeveel herinneringen wekte die naam.
Zij woonde nog, als meisje, bij haar ouders
in hetzelfde huis te Montpellier, dat nu haar
eigendom is en waar zij zich heeft terug
getrokken met haar oude dienstbode Horten
se zij woonde hier als 18-jarig meisje,
toen een reizend tooneelgezelschap eenige
voorstellingen kwam geven. Een jonge ac
teur, Daniel Vergy, speelde de heldenrollen
in de drama’s, die vertoond werden en zijn
spel had Gabrielle als geëlectriseerd. Zij
had persoonlijk kennis met hem willen ma
ken, wat in een provincieplaats als Mont
pellier niet moeielijk was en in het daglicht,
zijn mannelijk-schoon gelaat ongegrimeerd,
bracht hij een nog dieperen indruk op haar
te weeg. Slechts een kleine aanmoediging
was voldoende geweest om hem aan haar
voeten te brengen; den tegenstand van haar
ouders, de praatjes der kleinsteedsche men-
schen had zij moedig getrotseerd en een jaar
later, toen Daniel aan een der Parijsche
schouwburgen was geëngageerd, trouwde zij
met hem.
Een huwelijk uit liefde en toch, hoe on
gelukkig had het haar gemaakt!
Hij was een kunstenaar van den bloede,
steeds klom zijn succes, hij werd geëerd en
dat de een of de ander zich door woord of
daad die liefde had onwaardig gemaakt.
En waanneer we ons nu afvragen, wat moeten
we verkiezen in het leven, een kringetje van
sympathieke personen, met wie we kunnen
meegevoelen, en die ook ons begrijpen of
hier en daar een storend element dat de at
mosfeer van rust en vrede, die ons omgeeft,
verbreekt, ja, dan zal menigeen de voor
keur aan het eerste geven.
De mensch is nu eenmaal van het gemak
gediend, en ’t is lastig, wanneer onze gedachten
niet begrepen worden, onze handelingen ver
keerd worden uitgelegd. Lastig en onaange
naam is het, maar tegenwerking is opwekkend
en staalt onze wilskracht.
En dan, welk een vreugde, als een ziel, die
ons tot nu toe niet begreep en wier uitingen
ons onaantrekkelijk waren, meer en meer zich
in hare schoonheid voor ons openbaarde, zich
voor ons opende als een bloemknop voor de
zonneschijn. En hoe dikwijls gebeurt het ons
dan niet, dat we zeggen»Dat is nu de mensch
met wie ik het in den beginne niet kon
vinden en nu stel ik ’m zoo hoog
Dan leeren we hoe verkeerd het is een
oppervlakkig oordeel te vellen en hoe vaak
het gebeurt, dat een schijnbaar onsympathiek
wezen groote, edele deugden in zich verbergt.
Er zijn zooveel menschen, die minder schijnen
dan ze zijn, ’t zij door een zekere schuwheid
of onhandigheid of door hun geslotenheid van
karakter.
Hun leven is heel wat moeilijker dan dat
van die gelukskinderen, die door een aan
trekkelijk uiterlijk en algemeene menschen-
liefde alle harten innemen.
Natuurlijk zijn er ook menschen, die ons
onsympathiek zijn en blijven, omdat die weinige
aantrekkelijkheid niet is een masker, waarachter
de goede mensch zich verbergt, maar de open
baring van hun ware gevoelens. Er zijn zoo
ADVERTENTIëN 4 cent per regel. Bij abonnement van 500
regels 3 cent en van 1000 regels 27, cent. Groote letters naar
plaatsruimte.
HoedenspMen. Bij het spelen in de kinderkamer
rolt een bal onder de kastde kinderen probeeren er
bij te komen, maar dit lukt niet.
De eene kleuter stelt voor »fk haal vaders wandel
stok, dan kan ik er wel bij.«
Maar de ander»Nee, moeders hoedespeld, die is
langer.*
van die menschen, wier hoogste genot het is,
personen of zaken te bevitten
Alle gezegden en daden van anderen worden
op de laagste manier uitgelegd en niet zelden
wordt den geduldigen toehoorder een »Nu
ja,jij laat je alles wijsmaken!* toegevoegd.
Ook op allerlei dingen hebben ze wat aan
te merken en, zou men hen gelooven, dan
was er niets goeds op de wereld. Waardeering,
dankbaarheid, meegaandheid bestaan voor hen
niet en zij wrijven zich van voldoening in de
handen als zij iemand anders weer eens flink
het land aangejaagd hebben
Nu, als zulke menschen
zijn, geen wonder! Zij zijn de kanker
maatschappij en ge behoeft niet te beproeven
hen tot andere gedachten te brengen.
Zij weten het veel beter dan gij en lachen
om uw onnoozelheid. Ze zijn gevaarlijke in
dividuen en hun macht strekt zich ver uit.
Mèt sophismen en een overtuiging, een betere
zaak waardig, weten ze dikwijls zwakke karak
ters tot hun meening over te halen en hun leer
te verbreiden.
Hoe minder we met dergelijke menschen te
doen hebben, hoe beter.
En mochten wij ze ontmoeten, laten we
ons dan wapenen met een stalen harnas, waarop
de venijnige degenstooten van het sarcasme
afstooten, zonder eenigszins te deeren
Stel u schadeloos, wanneer ge een waarlijk
beminnelijk mensch ontmoet en geef uiting
aan uw gevoel van waardeering.
Wij, Hollanders, zijn stijf, vinden gauw iets
»gek« en er hoort heel iets toe om in ons
den gloed van geestdrift te ontsteken. En
toch, wat zouden we veel goeds kunnen doen,
wanneer wij ombewimpeld blijken gaven van
onze instemming, wanneer iemand anders eens
voor zijn meening durft uitkomen.
We zijn zoo lauw en we
wel eens zeggen, dat we het
brengen in de stem, waarmee hij een frag
ment uit een zijner oude rollen voordroeg
in een tooneelstuk dat nu niemand meer
kende, maar weldra was die vonk weer uit
gedoofd, hij snakte naar adem, toen hij een
laatste inspanning deed en men juichte hem
toe, eer uit medelijden dan uit bewondering.
Hij boog, hij had het begrepen, het was ge
daan, voor altijd gedaan en tranen vloeiden
u onsympathiek
der
Eigenaardig is het, wanneer geheel vreemde
menschen met elkaar in aanraking komen, hoe
soms ééne enkele geuite gedachte, één woord,
ja zelfs één blik van den een voldoende is,
aan den ander te verraden, dat hij te doen
heeft met een verwante ziel en een nadere
kennismaking hoogst waarschijnlijk tot beider
geluk zou kunnen dienen.
Overal in ons drukke, oppervlakkige leven,
in trein of boot of tram kan 't ons gebeuren,
dat een zielvol gelaat, een sprekend oog ons
voor een oogenblik boeit en er, als ’t ware, een
aantrekkingskracht uitgaat
mensch.
En dan kunnen we soms tot
zeggen »Hoe jammer, dat we
niet kunnen vasthouden en hij ons weer
glipt vóór we onze gedachten hebben uitge
wisseld tegen de zijne.*
Maar onze levensstroomen gaan een ver
schillenden weg en alleen een vtiendelijke her
innering is over van de vluchtige kennismaking.
In ieder menschenleven komt dat voor.
Vooral zij, wier werkkring medebrengt, dat
zij zich dikwijls moeten verplaatsen, moeten
betrekkingen verbreken met menschen, die hun
sympathiek waren.
Op een andere plaats vinden zij weer een
nieuw kringetje gereed en zelfs de vrienden,
die hun het liefst waren, worden dikwijls op
den langen duur verwaarloosd voor anderen,
die gemakkelijk te bereiken zijn. Ach, het
leven werkt soms zoo scheidend, wel eens meer
dan de dood. Deze levensles moeten wij al
len leeren.
En toch, wanneer we in ons jeugdig enthou
siasme eeuwige trouw of vriendschap zweren
aan vriend of vriendin, we zouden iedereen
tegenspreken, die wilde beweren, dat na 20
jaren die vriendschap bekoeld zou zijn, zonder
waren terwijl, juist nu, een woord van
sympathie wonderen had kunnen verrichten.
Een enkel waardeerend woord kan den moed
weer doen herleven.
Het is me zoo begrijpelijk, wat ik eens
hoorde omtrent een Duitsch predikant, die in
een zielvolle taal over de nooden der maat
schappij had gesproken.
Zijn gehoor was niet talrijk geweest en
moedeloos vroeg hij zichzelven af of zijn rede
op iemand indruk zou hebben gemaakt, toen
hem een briefje werd ter hand gesteld van
twee jeugdige bakvischjes, die in oprechte be
woordingen uiting gaven aan haar sympathie
voor den redenaar, die zoo schoon gesproken
had. De waardeerende woorden van die kin
deren beurden den moedelooze op en waren
hem tot zegen.
Laten wij daarom ook ons door niets laten
weerhouden, blijken te geven van onze sympa
thie, daar, waar alle krachten worden ingespan
nen om een goed doel te bereiken.
W. C.
doen en laten. Het kon niet anders of
Hortense, die het geheele leven van haar
meesteres deelde, moest die ongerustheid op
merken. maar als zij er naar vroeg, luidde
het antwoord onveranderlijk:
Mij deert niets, wees maar niet be
zorgd.
De oude dienstbode schudde het hoofd en
ging zuchtend weer aan haar werk.
Op zekeren morgen, toen zij haar meeste- langs zijn wangen, toen hij achteruit loopend
res als naar gewoonte wilde wekken, vond
zij deze al geheel gekleed, met een stofman
tel om, haar hoed op en een reistaschje in
de hand.
Wat is dat nu? riep zij verwonderd.
Ik ga op reis, Hortense.
Mevrouw gaat op reis?
Naar Parijs!
Lieve hemel, wat is er dan gebeurd?
Dat zal ik je later wel vertellen, spoe-
De zaal van het Theatre Francais was vol
met een uitgelezen publiek, waarvan sommi
gen zich Vergy nog uit zijn glorietijd herin
nerden, anderen wel eens van hem hadden
gehoord, maar de meesten slechts kwamen,
omdat de entreeprijzen fabelachtig hoog wa
ren en tout Paris de aïscheidsvoorstelling
moest bijwonen.
Achter in een donkere baignoire zat Ga
brielle en zij hoorde de menschen om haar
heen praten over Vergy en over de rollen
die hij vroeger had gespeeld in stukken, die
nu niet meer opgevoerd werden, die uit den
tijd waren, even als hij. Naar hetgeen er
op het tooneel gebeurde keek noch luisterde
die eenzame bezoekster, totdathij ten
tooneele verscheen.
Wat was hij oud geworden!
Die magere, bleeke man, met zijn inge
vallen gelaat, met zijn bevende stem en wan
kelenden gang, was dat de schitterende kun
stenaar van weleer, die alle harten voor
zich won?
Met een bovenmenschelijke inspanning wist
hij nog iets van het oude vuur te doen op
gloren. wist hij nog een weinig klank te j
van het tooneel strompelde.
De matinee is geëindigd. Achter de cou
lissen nemen de kunstbroeders en zusters
met een handdruk en eenige vriendelijke
woorden afscheid van den beneficiant. De
tooneelknecbts bergen het decor, de electri-
I cien draait de lichten uit, de zaal is donker
en ledig.
Daniël Vergy is nog in zijn kleedkamer,
bergt zijn costuum op en sluit zijn toilet-
doos, die hij nu niet meer; noodig zal heb
ben. Hij is alleen, maar, hij kan nog niet
scheiden. Met langzame schreden keert hij
nog eens naar het tooneel, waarop hij zoo
veel lauweren heeft behaald en dat hij nu
niet meer zal betreden. Eensklaps valt hij
op een stoel neer en snikt. 0! nu te kunnen
sterven, haar niet te kennen, de toekomst
van vergetelheid, die hem aangrijnst. Mis
schien gaat zijn gedachte op. dat oogenblik
terug naar die kleine stad in het Zuiden,
waar hij eens een liefde won, die hij zoo
lichtzinnig heeft miskend en gebroken.
Een zachte hand raakt zijn schouder aan.
Hij ziet op.
Gabrielle
Zij staat voor hem, te pntroerd om te
kunnen spreken, maar in haar oogen zijn
ook tranen, zooals in del zijne.
Je vergeeft mij Je kunt mij
vergeven
Arme vriend, ik had een mededingster,
die zich tusschen ons plaatste, maar die je
nu verlaten heeft: je kunst. Zij is heen
gegaan, je vrouw keert tot je weder.
gevierd door tal van bewonderaars en be
wonderaarsters; zij was en bleef het een
voudigste vrouwtje uit de provincie, dat
haar man liefhad, hem voor zich alleen wil
de en maar niet kon begrijpen dat de kunst
en het succes ook rechten op hem deden
j gelden. Er kwam spoedig verkoeling tus-
Den 27 dezer zal een buitengewone inati- schen hen, daarna volgden twisten, die wel
afgewisseld werden door verzoeningen maar
telkens wederkeerden en ten slotte had zij
I hem verlaten om terug te keeren naar Mont-
I pellier en weer bij haar ouders te gaan wo
nen. Dezen waren nu gestorven en zijzelf
was oud geworden, het mooie, goudblonde
haar had plaats gemaakt voor zilverwit.
Nooit .was de gedachte aan een anderen
man in haar opgekomen, al was haar huwe
lijk ontbonden en droeg zij weer haar naam
van weleer. Van verre had zij de schitte
rende loopbaan van haar man gevolgd, gele
zen hoe Parijs hem toejuichte, hoe andere
groote steden elkaar het voorrecht betwist
ten den groeten Vergy op hun tooneel te
zien, hoe hij den roem der Fransche tooneel-
speelkunst ver over de grenzen verspreidde.
Daarna was het keerpunt gekomen: de
schouwburgen, waar hij vroeger zijn triom
fen had gevierd, sloten de een na, den ander
hun deuren voor hem, eenige jaren reisde
hij nog in de provincie, maar de impressario’s
engageerden hem niet meer, omdat er met
hem niets meer te maken viel.
De afscheidsvoorstelling, die het Théatre
Francais hem nu aanbood, zou hem nog
eenigen tijd voor de ellende bewaren, maar
dandan zou niets hem meer kunnen
redden.
Daaraan dacht Gabrielle.
Zeker, die man had haar schoonste ver
wachtingen teleurgesteld, had haar gedoemd
tot een eenzaam, vreugdeloos levenmaar
was er ook aan haar kant geen ongelijk ge
weest, was het alleen zijn schuld dat zij
elkaar nimmer hadden leeren begrijpen?
Eenige dagen leefde zij in groote ongerust
heid, zij, anders altijd zoo vriendelijk jegens
ieder, zoo kalm en regelmatig in al haar
NEEKER COURANT.
i
4