r SERGE PANINE. k Firma Westerhof, SNEEK. SNEEKERCOURANT (ÓLte Jaargang)WYMBRITSERADEEL (14* Jaargang) f2000 “ST. f200 f 150 f 75 f 50 f 25 DE eJON’G’-S MEUBELFABRIEK „NEDERLAND” PZrJ.fl.HUIZlNGfl .■GRONINGEN V. krfTCLCFOCN N’lUbkU BEHANGER’/ X X"’ Ho, 86. L Officieel Orgaan der Gemeente Sneek. De Abonne’s op dit blad worden op aanvraag Gratis verzekerd tegen de gevolgen van Ongelukken voor onderstaande RECL AMEKOLO M. Uitgevers: Firma H. BRANDENBURGH Ged. Poortezijlen, - Hoek KleiflZand - Sneek. TELEFOON No. 150. RECLAME CACAO Stoom-Koffiebranderij en Theehandel. Kruideniers- en Grutterswaren, Comestibles etc. Nieuwstijdingen. Uit Den Haag. Zaterdag 25 Juli 1914. 30e Jaargang. Verschijnt Dinsdags- en Vrijdagsavonds. bedragen. (Risico gedekt door de Bollandsche Algemeene Verzekeringsbank te Schiedam.) rt Feuilleton. bij verlies van een Duim. de beste voor» het geld bij verlies van elke andere Vinger. bij O v e r 1 ij d e n. ANM EX iet A. B. 1 tafeltje t i i Nadruk verboden. Wordt vervolgd r i Zoo eens DOOR GEORGE OHNET. - 7 - zou „Zag Sjora”, terwijl rondom hem (denk beeldige) ateenen, (imaginaire) revolverko- gela floten, marechauaaéeaabels (niet) flitaen in den zonneachijn, zou „Zèg Sjora” zijn bittertje drinken, zijn kalme ijzige koel bloedigheid toonen. Dat waa de roem. Heel de club, heel de aooa, heel Duinoord, atraka heel het land, zouden gewagen van de koele kalmte van Sjora Helaas, terwijl hij expostuleerde met een hoofdinapecteur, gesticuleerde over zijn rech ten en dat al die rommel hèm Sjora niet aanging, haalde de bediende borrel, stoel en tafel weg, pende het Witte Be stuur een excuusbriefje aan de politie voor het onhebbelijk optreden van hun medelid. Zoo’n „Zag Sjors”! Adres voor 1ste kwaliteit Telefoon Winkel 200. Kantoor 6. Maar hoe moet „Zag Sjors” doen uit komen, dat hij het stilzwijgen over zijn hel- OPPEN HUIZEN, 24 Juli. De heer J. K. heeft reeds een toom kuikens, broed 1914, aan den leg. Hjj wil trachten uit deze eieren nog een broed 1914 te halen. BOLSWARD, 22 Juli. Onze èvroegere stadgenoote Mej. G. N. van der Meer ia te Utrecht geslaagd voor het 2e gedeelte van het practisch Apothekers-examen. IJTENS, 22 Juli. Voor de vacante be trekking van onderwijzeres alhier hebben zich 27 sollicitanten aangemeld. LEMMER, 22 Juli. Tot kantonrechter te Haarlemmermeer ia benoemd mr. J. H. ten Bokkel Huinink, thans kantonrechter alhier. De 2 e luitenant-kwartiermeester J. J. Brand van het landweer-district Sneek komt van 3 tot en met 15 Augustus a.s. bjj het 9e regiment infanterie onder de wapenen. Vrljz. Dem. Bond. Het Bestuur van den Vrijz.-Democr. Bond heeft mr. M. S. Kalma te Groningen be noemd tot propagandist voor de provincies Groningen, Friesland en Drente. denfeiten wenecbt te bewaren, wanneer het niemand bekend is, dat hij ze ooit verrichtte, litteeken noch eerekruis ze verraden Hoe moet hij doodzwijgen, wat nimmer bestond? Ziedaar de grootste aller moeilijkheden in de carrière van »Zèg Sjors”. Doch ook daarop ia raad. Als „Zèg Sjora” zelf niet spreken kan van zijn avon turen, is zijn vriend „Zag Sjors-II” er nog om ze te paa te jagen, ze in anecdo- tisehen vorm in het gesprek op het tapijt te brengen. Dat ia de consequentie, helaas, van hel- denvereering. Men eert zijn groote man nen net zoo lang, dat men van pure na righeid zelf (nog) geen groot man te zijn, er toe komt zijn fantaisie te hulp te roe pen of dwaze dingen te doen, die eventueel door de sage tot heldendaad aan kunnen groeien. nu en dan gebruikt het heele land op eena eenzelfde uitdrukking waarvan niemand weet hoe men er aan komt. „Be slist” en „reuze” zijn van dat genre zoo- als „reken maar van yea” en nu reeds wat verouderd „zag Sjors „Zèg Sjora” beteekent eigenlijk „meneer Hagenaar Jr.,” het aankomend residentie- bewonerfje, dat in geaffecteerde spraak en maniertjes de ouderen uit „beslist” aristo cratische familie’s wil nadoen en napraten. »Zèg Sjors” draagt heel licht geel-groene zeemleeren handschoenen, halverwege den handpalm teruggedraaid, zoodat het bene- denatuk tegen zijn vingers kleppert »Zag Sjors” loopt met een rijzweep-rot- tinkje, al houden zijn relaties tot het edelst dier der schepping op bij ’n ons paarde- rookvleesch of een ritje in een kermis-hip- podróme. „Zag Sjors” spreekt over zijn verblijf in Duitschland (omdat hij van Nijmegen naar Montferland of van Valkenburg naar Aken is geweest) met het zelfde gewicht, waar mede Dr. Cook, beroemder gedachtenis, van zijn Noordpool expeditie verhaalde. „Zag Sjora” evenwel is in zijn fort als hij kan opsnijden. Onder de lui, die hij naiiapt zijn officieren, zijn Indischlui, die ge varen hebben gekend, gevaren van allerlei aard en graad. Dat zij om hun avonturen, vooral wanneer zij er zelf de beau róle in spelen zoo weinig spraakzaam zijn, is de grootste grief, die „Zè.g Sjors” tegen zijn veel bewonderde modellen heeft. Vooral omdat zijn namaak hier zoo on eindig ver beneden de „real article” blijft. Avonturen verzwijgen, die ge gehad hebt, onverschillig spreken over militaire feiten, gaat U goed af, zoo een litteeken bewijst van strijd, zoo het „Ridder” spreekt van overwinning „Het is dus onherroepelijk Gij bemint hem „Genoeg om u zooveel leed te veroorzaken, genoeg om aan niemand, behalve hem, toe te behooren.” Pieter dacht een oogenblik na, nam een be sluit en sprak „Welaan dan, gij zijt vrij, ik geef u uw woord terug.” Micheline stiet een kreet van blijdschap uit, die haar gewezen verloofde deed verbleeken. Het speet haar, dat zij hare vreugde niet beter had weten te verbergenzij naderde Pieter. „Zeg, dat gij mij vergeeft „Ik vergeef u!” „Gij schreit nog.” „Ja, ik beween ’mijn verloren geluk. Ik meende, dat het beste middel om bemind te worden was, dat men verdiende dit te worden. Ik heb mij vergist, ik zal moedig mjjne dwa ling boetten. Verontschuldig mijne zwakheid en geloof, dat gij nooit oprechter en trouwer vriend zult hebben dan mij.” Micheline reikte hem de hand en stak met een glimlach haar voorhoofd uit naar de lip pen van den jonkman. Deze drukte er lang zaam een broederlijken kus op, die het heete spoor van den even te voren geroofden uit- wischte. Op hetzelfde oogenblik weerklonk in huis eene heldere stem, die uit de serre kwam en den naam van Pieter noemde. Micheline trilde. „Het is moeder,” zei ze. „Zij zoekt naar u. Ik verlaat u. Vaarwel, en wees nog duizend maal gedankt uit het diepst mijner ziel.” En met lichten tred verdween Micheline achter een dicht boschje van bloeiende seringen. Pieter richtte werktuigelijk zijne schreden naar het huis. Hij beklom de vijf marmeren trappen der stoep en ging in het salon. Toen hij de deur weder dichtdeed, verscheen me vrouw Desvarennes. „Zag Sjors” is aan geen leeftijd gebon den. Het zijn niet alleen de jongetjes, die voor hun verjaardag een voetbal kregen, die in loop en spraak, als het kan in das en haardracht de grootste spelers van het eer ste elftal van de Groote Haagache clubs pogen te imiteeren. Er zijn ook mannen bij, vol wassenen, wien de lauweren van anderen het slapen belet. Daar is de meneer van De Witte, onze groote sociëteit op het Plein, waar de deftige menschen, die niet door geboorte of rang te exclusief deftig zijn, als lid toe behoorden. De Witte heeft vele privilegiën van ouds her. Witte, Nieuwe of Litteraire Sociëteit. Wit omdat de gevel rood en geel is. Nieuw, omdat de Club meer dan ’n eeuw bestaat. Litterair, omdat de onderschriften der plaat jes in de Fransche en Duitsche humoristi sche illustraties zoo getrouw gelezen worden. Een der privilegies is dat de leden ’s zomers, behalve op hun eigen stoep ook mogen zitten op het middenvak van het Plein. Dit had eenige raison, zoolang er is onmogelijk, dat gij mij zoo spoedig uit uw hart verbannen hebt Ik heb u zoo innig lief. Herinner u onze toegenegenheid uit oude da gen, Micheline, herinner u” Hij redeneerde niet meer, hij smeekte Mi cheline gevoelde, dat zij haar wensch zou krij gen. Zij werd door medelijden bewogen. „Helaas, arme Pieter, mijne toegenegenheid was enkel goede vriendschap, mijn hart is niet veranderd voor u. De liefde, die ik gevoel, is geheel anders, ziet ge. Als die mijn hart niet ingenomen had, zou ik uwe vrouw hebben kunnen zijn. En ik acht u zoo hoog, dat dit mij gelukkig zou gemaakt hebben. Thans even wel begrijp ik het onderscheid. Gij, dien ik aanvaard had, zoudt nimmer voor mij meer geweest zijn dan een feeder metgezel. Maar hij, dien ik gekozen heb, zal mijn meester zijn.” Pieter stiet een kreet uit bij deze zoo open hartige en zoo wreede bekentenis. „Ach, hoe doet gij mij lijden!” Bittere tranen liepen langs zijne wangen en gaven verlichting aan zijn bedrukt gemoed. Hij liet zich op een stoel vallen en gunde zich een oogenblik de harde voldoening om zijne smart niet meer te bedwingen. Micheline, die meer getroffen was door zijn wanhoop dan door zijne verwijtingen, kwam naar hem toe en wischte zijn gelaat af met haar kanten zak doek. Hare blanke hand kwam dicht bij den mond van den jonkman en heftig drukte hij er een kus op, die veel had van een beet. Daarna, door deze daad vervoerd, stond hij op met oogen, die van uitdrukking veranderd waren, en vatte het meisje in zjjn armen. Mi cheline sprak geen woord. Zij keek Pieter koel en vastbesloten aan en boog zich achter over om de aanraking van zijne gretige lippen te vermijden. Die blik was voldoende. De ar men, die haar omknelden, lieten los en Pieter, een stap achterwaarts doende, stamelde „Vergeef mij, gij ziet, dat ik mijn verstand verlies.” Toen streek hij met zijn hand over zijn voorhoofd, alsof hij eene booze gedachte wilde verjagen „Dat zijn harde woorden,” sprak zij. „Zijn zij niet verdiend riep Pieter uit, die zich niet langer inhield. „Gij ziet mij bevend, met tranen in de oogen aankomen, en niet alleen hebt gij geen vriendeljjk woord voor mij over, maar gij beschuldigt mij bovendien bijna van onverschilligheid. Gij verwijt mij, dat ik vertrokken ben. Maar hebt gij dan de beweeg redenen niet begrepen, die mij deden heen gaan Ik wilde met u trouwengij waart rijk, ik arm. Om dit verschil uit te wisschen, besloot ik naam te maken. Ik solliciteerde naar eene dier wetenschappelijke zendingen, waaraan zooveel gevaren verbonden zijn, dat zij ontwijfelbaar voor hen, die zich er aïtn toewijden, den dood aanbrengen of hem be roemd maken. Ik ging heen. Is dat uwe grief Ach, geloof mij, dat ik u niet zonder een ver scheurd hart verlaten hebEen jaar lang, bijna alleen, door vermoeienis uitgeput, onop houdelijk in gevaar, hielp de gedachte, dat ik voor u leed, mij alles verdragen. En als ik, te midden der onmetelijke woestijn, overmees terd werd door treurigheid of ontmoediging, riep ik u voor mijne verbeelding op, en uw lief gelaat gaf mij met de hoop al mijne geest kracht terug. Ik zeide tot mijzelven „Zij wacht mij de dag zal komen, waarop ik den prijs voor zoovele opoffering ontvang”.... Welnu, Micheline, die dag is aangebroken. Hier ben ik, en ik vraag mijne belooning. Zij is zooals ik mocht verwachten, niet waar Terwijl ik naar roem streefde, ontnam een ander, die praktischer en meer bij de hand was, mij uw hart. Zoo is dan mijn geluk verwoestO, gij hadt wel gelijk om mij te vergeten De dwaas, die zoo ver weg gaat van zijne verloofde, ver dient niet, dat men hem getrouw blijft Het is een onverschillige hij kan niet liefhebben Deze heftige woorden schokten Micheline diep. Voor de eerste maal las zij in de ziel van haar verloofde. Zij begreep, hoe zij bemind werd, en betreurde, dat zij dit vroeger niet zoo duidelijk geweten had. Als Pieter vroeger zoo gesproken had als nu, wie weet De gevoelens van Micheline zouden misschien de oude breede schaduw-werpende iepen stonden, doch sedert tram, storm en gc- meenteplantsoenen alle boomen deden ver dwijnen, is de aardigheid er vrijwel af en moet men al een bijzonder „buitenmensch“ zijn om liever in den brandenden zonne schijn inplaats van in de koele hall het belletje van halfzes af te wachten. Kort en goed, er zijn menschen die vast houden aan hun privilegie als een Hol- landsche stad in de middeleeuwen. Het Plein de lezer weet het was dezer dagen als eindpunt van den tram- dienst het middenpunt aller relletjes. Straat jongens en achterbuurters bemoeilijkten de politie in haar werk en maakten telkens charges en afzettingen noodzakelijk. Het Plein was dus op sommige momen ten in staat van beleg, om zoo te zeggen. Wie er niet te maken heeft, verzochten de kranten, verzocht de politie, blij ve weg. Zoo’n verzoek leidt natuurlijk tot niets, want dan juist komt meneer Publiek tot de wetenschap, dat er wel iets te doen moet wezen en dat op hem dus de taak rust eventjes, al is het maar een kwar tiertje, to gaan kijken. Een lid van De Witte, die van de ramen der Sociëteit uit alles kan zien, is dus aan zich zelf en aan de conversatie van mevrouw zijn'echtgenoote verplicht, er heen te gaan en alles haarfijn te bezichtigen Doch hoe heldhaftig het reeds is door een afgezette ruimte te gaan om de soos te bereiken, voor „Z&g Sjors” die naar daden, naar roem snakt is het nog niets. „Zag Sjors” wist beter. Mocht een Witte-lid niet op het mid denvak zitten Wel ja toch immers De bediende zeulde een tafeltje naar het beroemde middenvak, bracht een stoel, bracht een slappe Boonekamp. „Zag Sjors” zat. Dit was de glorie, dit zou in de krant. Kalm, te midden der woedende baren, 13) „Pieter, gij weet het, dat ik nog maai’ een kind was.” „Neen,” hernam de jonge man met gesmoorde stem, „ik zie het nu, gij waart reeds eene vrouw, dat wil zeggen, een zwak, onstandvastig en wreed wezen, dat zich weinig bekommert om de liefde, die het inboezemt, en alles op- otfert aan de liefde, die het gevoelt.” Zoolang Pieter zich beklaagd had, gevoelde Micheline zich overstelpt en machteloos, maar nu ging de jonge man haar beschuldigen. Zij kreeg in een oogwenk hare tegenwoordigheid van geest terug en verzette zich. NIEUWE SHEERER COURANT ABONNEMENTS-PRIJS Pe^ jaar fl.50, franco per post f2.buitenland f5. Afzonderlijke nummers 3 cent. ADVERTENT1B-FHIJS 15 regels 35 cent, elke regel meer 6 cent. Bij abonnement belangrijke korting. Ingezonden Mededeelingen 10 eent per regel. anders geweest zijn zij zou hem zonder twijfel bemind hebben. Zij was er vanzelve toege bracht. Doch Pieter had het geheim zijner vurige liefde voor het meisje in zich bewaard. De wanhoop, die hij gevoelde bij het denk beeld van haar te verliezen, was noodig om deze vurige bekentenissen uit zijn hart te voor schijn te roepen 2 „Ik zie wel in, dat ik onrechtvaardig en wreed tegenover u geweest ben,” zeide Miche line „ik begrijp, dat gij mij verwijtingen kunt doen, maar ik ben niet alleen schuldig. Gij moet u zelven ook beschuldigen. Al wat ik daar van u gehoord heb, heeft mij zeer ge schokt ik ben diep terneergeslagen, dat ik u zooveel verdriet moet veroorzaken maar het is te laat, ik behoor mij zelve niet meer toe.” „Behoordet gij dan u zelve toe?” „Neen, dat is waar, gij hebt mijn woord, maar wees edelmoedig. Maak geen misbruik van het gezag, dat mijn gegeven woord u toekent. Dit woord vraag ik u heden terug „En als ik weigerde het u terug te geven Als ik wilde beproeven u op u zelve te her winnen,” sprak Pieter op krachtigen toon. „Heb ik het recht niet om mij zelven te ver dedigen En wat zoudt gij van mijne liefde denken, als ik er zoo gemakkelijk toe besloot om u te verliezen Er volgde een oogenblik van stilte het on derhoud had het hoogste punt van opgewon denheid bereikt. Micheline begreep, dat het haar toekwam om er een eind aan te maken. Zij hernam op vasten toon: „Een meisje zooals ik breekt haar woord niet. Dat behoort aan u toe, maar mijn hart aan een ander. Spreek één woord, en ik ben bereid om mijne belofte te houden, om uwe vrouw te worden. De beslissing staat aan u Pieter wierp het meisje een blik toe, die tot in het binnenste harer ziel drong. Hij las daarin het besluit om rond en eerlijk te han delen, doch zag tevens, dat zij nimmer hem kon vergeten, die onweerstaanbaar al hare ge dachten had ingenomen. Hij wilde een uiterste poging wagen. „Luister,” sprak hij op warmen toon, „het Groote Advertentiën kunnen uiterlijk tci Maandags- en Donderdags- avonds ingezonden worden, kleine tot Dinsdags- en Vrijdags- morgens 10 uur.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1914 | | pagina 1