SERGE PANINE. Westerhof’s Koffie SNEEKERCOÜRANT(67ste Jaargang) en WYMBRITSERADEEL(14deJaargang) Java Preanger 70 MEUBELFABRIEK „NEDERLAND J./l.HUIZINGA GRONINGEN TCLCFOON N? Ui BEHANGGEX Zaterdag 3 October 1914. 31e Jaargang. No, I. R EC L AMEKO LOM. Nieuwstijdingen. Nederland en de Oorlog. 60 ets. per pond. a Amsterdamsche Snufjes. Amsterdamaohe typen. N” Feuilleton. 3 5 2 2 ANNEX A H pakt jden. II. B. S. Hagtema, genoegen Nadruk verboden. ging de bankier van I kwam bij n. Noordwolde K. Okkinga, teit. en. Cayrol werden door eene aan- sympathie tot elkander getrokken. y y Werkloozenka.sen. Door den minister van Landbouw is aan de besturen van gemeenten, met een ge meentelijk werkloozenfonds of waar werk- loozenkassen gevestigd zjjn, zoomede aan vakbonden en vakvereenigingen, die een werkloozenkas hebben, een circulaire gericht, waarin enkele punten uit vroegere circulai res nader worden toegelicht teneinde ver schil van opvatting te voorkomen en eenheid van toepassing te bevorderen. SNEEK. Met goed gevolg is aan de Amsterdamsche Universiteit het tweede na tuurkundig examen aigelegd door onzen vroegeren stadgenoot den heer Tj. Hal- bertema. Vanwege de Geref. Gemeente te Utrecht is tot zendelingarts te Poerworedjo (Ned.-Indiö) benoemd onze vroegere stadge noot de heer Dr. J. C. Flach, geneesheer op de stichting >Dennenoord< te Zuidlaren. Dr. Flach hoopt het volgende voorjaar naar Poerworedjo te vertrekken. Benoemd tot ambtenaar ter secretarie le klasse alhier de heer K. Brouwer, vo lontair ter secretarie der gemeente Baarde- radeel. het Dagblad de Telegraaf in verband met de publicatie van een oorlogsteekening van den keer Louis Ramaeckers. De S. S. en het Steuncomité. De directeur-generaal van de maatschappij tot Expl. van S. S. deelt mede dat het re sultaat van den tot het personeel van de 8. 8. en de N. O. S. geuiten oproep om steun aan het Kon. Nationaal Steuncomité, is geweest dat f 37.859 is afgedragen aan dat comité. Een vergissing. De regeering heeft o. a. in de provincie Groningen de langs de Duitsche grenzen gelegen gemeenten in staat van beleg ver klaard, zoo schrjjft men aan de „N. R. 0.” Het heeft intusschen de aandacht getrokken, dat daarbjj ook genoemd wordt Kantens, eene gemeente, die midden in de provincie noch aan de grenzen, noch aan zee ligt. Het is waarschijnlijk, dat men ook het eiland Rottum in staat van beleg heeft willen begrijpen, doch dit eiland behoort tot de gemeente Warffum. In de gemeente Kantens ligt een dorpje, dat ook Rot tum heet; het ligt voor de hand, dat hier eens naamverwisseling heeft plaats gehad, en een aanduiding daarop is wel de om standigheid, dat de regeering achter het '■Voord Kantens tusschen haakjes»voor zooveel betreft het onderdeel Rottum liet volgen. De «Staatscourante van eergisteren bevat nu de volgende verbetering Onder de provincie Groningen staat Kantens) voor zooveel betreft het onderdeel Rottum); lees: Warffum (voor zooveel be treft het onderdeel Rottumeroog). Onder de provincie Zeeland staat: Ril- land-Bath (voor zooveel betreft het onder deel Volcker Polder); lees: Rilland-Bath (voor zooveel betreft het onderdeel Völcker- polder). Colleges van Zetters. Door Ged. Staten dézer provincie zjjn, ter voorziening in de met den 1 Januari 1915 door gewone aftreding in de colleges van zetters voor 's rjjks directe belastingen in de volgende gemeenten van Friesland openvallende plaatsen, de navolgende per sonen benoemd. BaarderadeelD. 8. Schoustra. Ooster- wierum en G. D. van der Ploeg, Winsum. Bolsward: B. F. Wartena en T. IJ. de Boer, Bolsward. DoniawerstalB. IJ. Agricola en A. K. Jansma, St. Nicolaasga. GaasterlandA. Hofstra, M. van der Goot, Sondel. Hemelumer Oldephaert en A. A. Bajema, Warns, en Koudum. HennaarderadeelA. Gaastra, Oosterend, en J. Osinga, Kubaard. Hindeloopen8. Borneman en W. Bak ker, Hindeloopen. IdaarderadeelP. G. Halbertsma, Grouw, en A. A. Jaarsma, Wartena. Lemsterland E. Lourens, Echten, en W. H. Visser, Lemmer. Rauwerderhem J. van der Woude, Deer- sum, en H. Kiestra, Poppingawier. SlotenR. P. van Djjk en T. M. Hof man, Sloten. SneekJ. Huges, F. Blok en J. H. Bont, Sneek, .Stavoren: T. T. de Jong en IJ. J. Vis ser, Stavoren. Workum J. C. Nauta en Workum. WjjmbritseradeelH. D. Oppedgk, Hom- merts J. Feenstra, Woudeend, en J. Koop- mans, Goënga. Ijlst: S. O. de Vries en R. S. Groenveld, Ulst. POPPINGAWIER, 30 Sept. Wegens hare benoeming te IJtens heeft mej. A. Heslinga zich teruggetrokken en is in hare plaats op de voordracht voor onderwgzeres te Poppingawier geplaatst mej. J. H. Hee- ren te Vrouwenparochie. OUDEMIRDUM. Door bemiddeling van mevr. Posthumus MesjesStar Numan al hier zal in het interneeringskamp door de Balk, en Hollandsche en Belgische militairen de mu ziek beoefend worden. Bereids hebben zich een 16-tal manschappen bjj het op te rich* ten muziekkorps aangemeldals dirigent zal optreden de heer J. Cannegieter te Balk. De verschillende muziekinstrumenten zjjn door genoemde mevrouw in bruikleen af gestaan. Mollen- en Kikvorechenwet. Een wetsontwerp is ingediend, houdende bepalingen tot bescherming van mollen en kikvorschen. Zooals reeds in de Memorie van Toel., welke het ontwerp der Nuttige Dierenwet in 1914 vergezelde, is uiteengezet zjjn voor het oogenblik bjj uitsluiting noodig, be schermende voorschriften met betrekking tot mollen en kikvorschen. Met het oog op den voortdurend stijgen den prjjs hunner huidjjs worden de mollen in groote massa gevangen, in Nederland zelfs meer dan in eenig ander Europeesch land. Daardoor is de mollenstand in ver schillende streken binnen een bMrekkeljjk korten tjjd merkbaar achteruitgegaan. In sommige streken van ons land worden de mollen door de landbouwende bevolking beschouwd als nuttig, in andere als scha delik. Om deze redenen verdient het aan beveling den gebruikers van gronden vrij heid te laten, om naar hun persoonlek inzicht mollen op hun land te dulden of ze te vervolgen. Tegengegaan moeten slechts worden de buitensporigheden, die een uit vloeisel zjjn van den handel in mollenhui- denpaal en perk moet worden gesteld aan de driestheid, waarmede mollenvan- gers van beroep zich op gronden van der den begeven, om daar de mollen weg te vangen. De artt. 1 en 3 van het ontwerp beoogen hierin te voorzien. Art. 2 heeft ten doel de vervolging, waar aan de mollen zjjn blootgesteld, in den wortel aan te tasten, door nameljjk den handel in mollen en mollenhuiden te verbieden, tenzjj met machtiging van den Commissaris der Koningin. Ook deze mach tiging moet slechts worden uitgereikt aan personen, die te goeder naam en faam be kend staan. Naast die van de mollen heeft de ver volging der kikvorschen in de laatste jaren groote afmetingen aangenomen, in verband met de steeds stjjgende vraag naar z.g. kikkerbilletjes voor de Parjjsche restaurants. Het nut van de kikvorschen voor den land bouw is minder betwist dan dat van de mollen. Ook voor de veehouderjj is de kikvorsch door het zuiveren van slooten een nuttig dier. Ongetwjjfeld staat daartegenover schade. De kikvorsch eet vischbroed, doch dit nadeel vermag het nut, dat het dier sticht, niet uit te wisschen. Daar de kikvorschen slechts in bepaalde gedeelten van het land aan vervolging zjjn blootgesteld, zoo voor het eogenblik in het bjjzonder in Zeeuwsch-Vlaanderen en West- Friesland, is het niet noodig, evenals met betrekking tot de mollen, voorschriften tot bescherming van kikvorschen, geldend voor het geheele rjjk vast te stellen. Volgens artikel 4 zullen bepaalde ge deelten van het rjjk kunnen worden aan- ct. 5 3 0 3 NIEUWE SNEEKER COURANT gewezen, waar de kikvorschen wetteljjke bescherming zullen genieten. In die gedeel ten zal hat verboden zjjn kikvorschen té verhandelen, alsmede om kikvorschen ten getale van meer dan tien of deelen van kik vorschen te vervoeren, behoudens de moge lijkheid van ontheffing door den commissa ris der Koningin. Vrjjgelaten is het vervoeren van een ge ring aantal kikvorschen, ten einde in de aangewezen gedeelten van het rjjk niet de liefhebberij onmogeljjk te maken van het aanleggen en onderhouden van zoogenaamde terraria en aquaria. Het Chineesche vrouwtje. (Van een onzer Amsterdamsche waarnemers.) Ja, wjj mogen haar met recht onder de Amsterdamsche typen rekenen, al aan schouwde ze niet aan onze lage kusten het levenslicht. In het Hemelsche Rjjk is ze trouwens evenmin geboren. Java is haar Heimat, en het is haar ideaal, te avond of morgen weer naar Tropisch Nederland te rug te keeren. Maar dan moet ze eerst geld verdiend hebben, een zak vol geld, want dat vloeit hier sneller dan op Java. Zeven jaat trekt ze nu al met haar drie kinderen langs de straten, bjj voorkeur krui sende door de oude stad, waar ieder haar kent, haar geschiedenis weet. Ze ziet er eenvoudig en degeljjk uit. Haar zwarte haar is keurig opgemaakt, en het toetje van achteren zit altjjd precies in het midden. Ze doet aan de nieuwe mode mee, en draagt geen hoed. Een oliejas, die ze waarschjjnljjk van een goedhartigen stuurmansleerling heeft cadeau gekregen, beschut haar tegen regen en wind. Want er uit gaat zjj, weer of geen weer. Hoe zou ze anders het geld ooit bjj elkaar krjjgen Alsmoderne, zelfstandige vrouw, de Vrouw 1914, heeft ze den broek aan. Geen mon daine of demi-mondaine haremrok, zooals Gerzon en Hirsch die hebben trachten te lanceeren. Haar broek is weer van het zelfde degel jjke oliegoed, en onder de lange jas valt bjj nauweljjks op. En zoo loopt ze daar dan, het Java-Chi- neesje, langzaam slenterend van Centraal station naar Dam en van Dam naar Munt, eentonig mompelend, zoodat alleen de be langstellenden het verstaan kunnen, in bjjna Haarlemmerdjjksch dialectVaif cente 1 Belangstellenden zjjn er altjjd, hoewel de nieuwsgierigen het winnen, en het artikel, waarvoor zjj den alleen-verkoop voor Ne derland bezit bontgekleurde ballen van papier, zooals ouderweteche mensshen ze onder hun petroleumlamp hebben hangen, om de petroleumdruppels op te vangen die ballen kan ze in tal van vormen wrin gen, ze maakt er waaiers van, rozen, va zen, enz. en met haar teere vingertje de ballen voortdurend veranderend, weet ze voldoende belangstelling op zich te concen- treeren krjjgt ze er ook best in. Ze wordt steeds omringd door twintig tot veer tig menschen, ja, meer dan eens heeft ze in de Kalverstraat bjj het gebouw van de Groote Club een volksoploop veroorzaakt. Maar wanneer de politie haar tot doorloo- Huisvesting van uitgeweken vreemdelingen. Omtrent de oprichting van het Provin ciaal Comité voor huisvesting van buiten- landsche vluchtelingen, afdeeling Friesland, kan nog worden gemeld, dat dit Comité bestaat uit de heeren J. Soutendam en G. Hibma te Harlingen, M. J. Houwink en E. Priester te Sneek, A. Eisma en D. Ter- henne te Bolsward, J. Plet en L. Faber te Heerenveen, en mr. D. van Welderen baron Rengers, C. H. van Duysen en P. A. Bruin- sma te Leeuwarden, allen bestuursleden van de plaatseljjke Vereenigingen voor Vreem delingenverkeer. Vergoeding aan kostwinners. De minister van oorlog heeft bepaald, dat indien aan een militieplichtige, ter zake van wiens verblijf in werkeljjken dienst vergoeding wegens kostwinnerschap wordt genoten, tjjdeljjk verlof wordt verleend voor een tjjdvak van vier achtereenvolgende da gen of minder, de vergoeding mag worden uitbetaald ook over die verlofdagen. Wordt het verlof echter verleend voor den tjjd van vjjt of meer achtereenvolgende dagen, dan mag uitkeering van vergoeding over den verloftjjd niet plaats hebben. Staatsmeelbedrijf. De hoeveelheden tarwe en tarwemeel, nog bjj de meelfabrikanten beschikbaar, worden eerstdaags door de regeering opge nomen. Van regeeringswege zal tarwe beschik baar worden gesteld aan die meelfabrikan ten, die aan de te stellen voorwaarden voldoen. Binnenkort zullen in verband hiermede de maximum-prjjzen voor tarwe, tarwemeel en rogge worden herzien en zullen maxi- mumprjjzen worden gesteld voor roggemeel en voor verschillende broodsoorten. De aanvoer van tarwe voor regeerings- rekening zal geregeld worden voortgezet. Onderweg naar Nederland is een door de regeering in Amerika aangekochte belang- rjjk? partjj meel. Handhaving onzer neutraliteit. De Amsterdamsche justiiie heeft in op dracht der regeering procesverbaal opge maakt tegen de uitgevers van de „Illustra tion’*. In het nummer van 8 Augustus van dat blad kwam het bekende kaartje voor, waarop door middel van een pjjltje geheel ten onrechte was aangegeven, alsof de Duitschers bjj hun aanval op Luik, bjj Eysden over Nederlandsch gebied zouden zjjn getrokken. Het nummer van 29 Augustus bevatte een teekening van George Scott, voorstel lende een Duitsch soldaat, met den voet op het lichaam eener vrouw, brandende huizen op den achtergrond, en het onder schrift: „Leur fatzon de faire la guerre” („Hun manier van oorlogvoeren”). Da beide nummers zjjn door de Amster damsche justitie aan de politie toegezonden, ten einde daarover de leden der firma Meu- lenhoff Cie, te Amsterdam te hooren, welke firma, zooals men weet tjjdeljjk de „Illu stration” (ook de bewuste nummers) hier te lande heeft laten nadrukken omdat uit Frankr jjk geen exemplaren de firma bereikten. Ook is proces-verbaal opgemaakt tegen „Serge, het is nog niet laat”, zeide zij. „Als wij eens naar het bal der werklieden gingen kijken Ik heb het beloofd, en die goede men- een gelukskind u meegij zijt eene bekoorlijke vrouw.” Gij ziet, u is mijn geluk in aller oog Jeanne fronste hare wenkbrauwen en gaf geen antwoord, maar maakte met het hoofd een beweging van minachting en trotschheid. Cayrol ging voort zonder deze teekenen te zien, die de voorboden van een storm waren. „Men benijdt mij, en ik begrijp dat. Ik zou met niemand ruilen. Zie, onze vriend prins Panine is zeer gelukkig, hij trouwt eene rijke vrouw, die hem liefheeft en die hij vergoodt. Welnu, hij is niet gelukkiger dan ik!” Jeanne stond eensklaps op en sprak toornig, terwijl zjj haar man een flikkerenden blik toe wierp „Mijnheer „Vergeef mg,” hernam Cayrol nederig. „Ik schijn u belachelijk toe, maar wat zal ik er aan doen Ik kan mijne vreugde niet ver bergen. En gij zult zien, dat ik dankbaar ben. Mijn gansche leven zal ik trachten u aange naam te zijn, en als begin bereid ik u eene verrassing.” „En dat zal wezen?” zeide Jeanne onver schillig. zich zelve te strijden, wilde zij dadelijk uit Serge’s nabijheid gaan. Op onhandige wijze verlamde Cayrol deze poging van kloek verzet. Zij gaf er hem de schuld van. Zonder de re denenen, waarom zijne vrouw zoo handelde, te doorgronden, vermoedde hij, dat zij iets had, ’t welk haar onaangenaam aandeed. Hij wilde dien slechten indruk bestrijden en Jeanne aan iets anders doen denken. „Gij waart heden avond verrukkelijk mooi”, zeide hij en kwam met een galant uiterlijk nader. „Men heeft u zeer bewonderd en ik was er trotsch op. Gij moest mijne vrienden eens gehoord hebben Het regende gelukwen- schen van alle kanten „Wat zijt gij. Cayrol Alles loopt rijk en hebt Jeanne, door volmaakt.' Cayrol wi\ef zijne handen van g hij genoot reeds vooruit de blijde verassing, die bjj zijne vrouw ging bereiden. „Gij meent, dat wij naar Parijs terugkeeren om daar als burgerlui onze wittebroodsweken door te brengen?” Jeanne huiverde. Cayrol koos ongelukkige woorden. „Welnu, volstrekt niet,' voort. „Van morgen af kom ik niet op mijn kan toor. Mijne kliénten kunnen praten wat ze willenik bekommer mij niet meer om de zaken en wij gaan op reis.” Jeanne knikte als bewijs van tevredenheid. Een straal van vreugde kwam op haar gelaat. Op reis zjjn, ver weg gaan, dat zou haar rust geven. „En waar gaan wij naar toe Dat is juist de verrassing. Gjj weet, dat de prins en zijne vrouw ook op reis gaan »Ja, maar zij wilden niet zeggen waarheen,” viel Jeanne hem niet zonder een angstig voor gevoel in de rede. „Aan mij wel. Zij gaan naar Zwitserland. Welnu, wij gaan ze daar opzoeken Cayrol had bepaald geene goede ingeving. Jeanne schrikte als een hinde, die in het kreu pelhout een schot hoorde knallen. „Ze daar opzoeken I” riep ze uit. „Om de reis gezamentlijk voort te zetten. Met zijn vieren, de twee jonggehuwde paren. Oat zal heerlijk zijn Serge, met wien ik over dit plan sprak, begon tegenwerpingen te ma ken, maar de prinses kwam mg te hulp. En toon hij zag, dat zijne vrouw en ik het eens waren, begon hij te lachen en zei„Gij wilt het Ik stem er in toe. Laat ons er niet lan ger over sprekenOnder ons gezegd, hij kwam er tegen op voor den vorm. {Wordt vervolgd.) 28) „Neen, mama niet, Jeanne niet en gij ook niet”, hernam de jonge vrouw levendig, „noem mij altijd Micheline. Dat is minder deftig, maar het is hartelijker.” Mevrouw Desvarennes kon de begeerte niet weerstaan om hare dochter nog eens aan haar hart te drukken. „Dierbaar kind,” sprak zij aangedaan, „gij hebt behoefte aan toegenegenheid, evenals de bloemen behoefte hebben aan zonneschijn Maar ik heb u lief!" Na een poos zwijgens, hernam zij„Wij hebben u lief!” En zij reikte haar schoonzoon de hand. Daarna namen hare gedachten een andere rich ting en zij zeide „Maar ik bedenk daar, Cayrol, dat gij, bij uw terugkeer naar Parijs, eenige brieven voor zaken moet meenemen, die ik ga gereed maken.” „Hoe zaken Zelfs op mijn trouwdag hernam Micheline. „Wel, dochter, er is meel noodig.” ant woordde de patroon lachend. „Terwijl wij ons vermaken, eet Parijs en daar heeft men een zeer goeden eetlust Micheline verliet hare moeder en haar man. hoorde hem toe. Dit joeg haar vrees aan. Zou zijn naam altijd op hare lippen zweven en zijn gelaat voor hare oogen staan Moest zij deze kwelling des harten dulden Goddank, zij was op het punt om heen te gaan. De drukte, het zien van andere plaatsen dan die, waar zij in Serge’s nabijheid geweest was, zouden haar aan de kwelling, die zij on derging, onttrekken. Haar man zou haar weg leiden en haar beschermen dat was zijn plicht en zij zou hem daarin krachtig bijstaan. Zij dacht aan Cayrol met al haar wilskracht. Zij hield zieh aan hem vast als een schipbreuke ling aan een stuk drijfhout, krampachtig en met al de kracht der wanhoop. Jeanne en doening van Hij gevoelde zich door zijne vrouw geroepen en kwam binnen. „Eindelijk zeide zg. Cayrol glimlachte, daar hij zich over dezen uitroep Verwonderde. Jeanne vervolgde zonder hem aan te zien „Hoe is het, mijnheer, gaan wij weldra heen De verwondering van den bankier nam toe. Maar het was hem lang niet onaangenaam en hij verborg zijne bevreemding. „Zoo aanstonds, dierbare Jeanne,” gaf hij tot antwoord. „Waarom dit oponthoud?” vroeg de jong gehuwde vrouw zenuwachtig. „Dat zal ik u uitleggen. Meer dan twintig rijtuigen moeten eerst vóórkomen. Onze koetsier komt langs de laan van het park en wij ver-, trekken door de kleine deur der serre, zonder dat men ons ziet.” „Het zij zoo! Dan zullen wij wachten.” Dit oponthoud verdroot Jeanne. In haar ijver om het genomen besluit ten uitvoer te brengen, in haar eerste geestdrift om tegen schen zouden zoo gelukkig zijn.” „Zooals gij wiltik ben tot uwe orders. Wij moeten ons bij het volk bemind maken.” Mevrouw Desvarennes was naar hare kamer gegaan. Cayrol, die wat verlegen was, maakte van dit oogenblik gebruik om zijn koetsier te gaan zoggen, dat hij het park moest omrijden en hem aan de deur der kleine serre komen afhalen. Zoo zouden zijne vrouw en hij nie mand ontmoeten en het onpleizierige afscheid- nomen van de vrienden en de nieuwsgierige blikken der onverschilligen ontgaan. Micheline naderde Jeanne en sprak „Nu gij in stilte vertrekt, zal ik u avond niet meer zien. Vaarwel En zij omhelsde haar met vroolijke opge wektheid. Daarop nam zij den arm van haar man en trok hem mede naar het park. Jeanne bleef alleen en volgde met haar blik den lichten en gevleugelden tred der gelieven. Tot Micheline overgebogen, sprak Serge op teederen toon met haar. Jeannes hart zwol van bitterheid. Zij was alleen, zij, terwijl hij, dien zij lief hadHaar gemoed kwam in opstand. Ongelukkige Waarom dacht zij aan dien man Had zij thans het recht daartoe Zij was niet meer vrij. Een ander, die zich even goed voor haar betoond had, als Serge ondankbaar moest heeten, was haar man. Dezen moest zij lief hebben. Dus dacht zij in volle oprechtheid des harten. Zij wilde Cayrol lief hebben. Die arme Jan Zij zou hem overladen met voorkomendheden, oplettendheden en lief- koozingen En Serge zou jaloersch zijn, want hij had haar niet zoo spoedig kunnen vergeten, haar, die hij vergoodde. Door den loop, dien hare gedachten namen, hield zij zich weer bezig met hem, dien zij uit hare herinnering wilde verdrijven. Zij deed wel haar best, maar het beeld van Serge stond steeds voor haar. Hij beheerschte haar, zij be-

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1914 | | pagina 1