Kwaliteit Koffie 50 bij WESTERHOF. V1 SNEEKER COURANT (67ste Jaargang) en WYMBRITSERADEEL (14de Jaargang) Uit onze Raadzaal. ‘I No, 40. ut. w Woensdag 17 Februari 1915. RECLAMEKOLOM. I 'I PRIMA 31e Jaargang. et. •t. rs- tis i I «t. I et. '1 en m, .10 |.6O .35 .20 nd. at. 4-1 r n AIHEX tot wijziging der be- Culem- Voorstel tot betaling van gele- W. ken: goede krijgt het woord toe- voor om eervol ont- I ie.. 425 175 de verordening op het school de B. A. S. H (Vergadering van Maandag 15 Februari ’15, ’s avonds 7 uur.) voor kennisgeving aangenomen. om vrijstelling betaling f945.35 voor gezinsverpleging. Hoe goed het in het weeshuis ook moge "l er altijd iets kazerne- Voorzitter de heer P. J. de Hoop, Burge meester. Aanwezig 13 leden. Afwezig de hh. Westra en Zelvelder. Punt I. Installatie van den benoemden Ge meente-Secretaris. De V o o r z. verzoekt den heer H u g e s de benoemde binnen te leiden, aan welk verzoek genoemde heer voldoet. De heer P. S i k k e s, de nieuwe secretaris legt in handen van den Voorz. de bij de wet voorgeschreven eeden af, waarna hij door den Voorz. ongeveer als volgt wordt toegespro- f23.37 - 32.48 f55.85 Z. h. st. overeenkomstig het advies der com missie besloten. Punt VU. Wijziging begroeting Old Bur ger Weeshuis 1914. Deze wijziging wordt op advies der finan- tieele commissie z. h. st. goedgekeurd. De begrooting 1914 v. h. O. B. W. zal na deze wijziging vermoedelijk een batig saldo laten van f4395. Punt VIII. Vaststelling rooilijn Verlengde Gedempte Haven. In verband met het plan van H. Huisman om zijn perceel, op bedoelde plaats staande, te verbouwen stellen B. en W. voor de rooilijn, als door hen voorgesteld, vast te stellen. De heer de Wolf verzet zich hier tegen. De eigenaar moet zijn perceel wel 6 M. ach- I en W. NIEUWE SNEEKER COURANT een van fout door deze in De commissie vestigt de aandacht op het groot aantal gevallen op school III. Ofschoon het iets lager is dan in 1913 (53 gevallen) en wel groot zal blijven in verhouding tot andere scholen, ook in verband met de huishoudelijke omstandigheden der kinderen van school III gelooft de commissie dat door het ingrijpen der politie veel kan worden verbeterd. De politie n.l. kan krachtig medewerken tot hand having der leerplichtwet door er voor te waken dat geen leerplichtige kinderen werken bij karrijders, op de veemarkt werkzaamheden verrichten of ronddrentelen. B. en W. hebben bereids de aandacht van de Com. van Pol. op deze zaak gevestigd. k een schrijven van B. en W. van borg om adhaesie aan een adres betreffende finantieële steun aan werkloosheidfondsen. Deze adhaesiebetuiging wordt z.h.st. op voor stel van B. en W. verleend. I een schrijven van Regenten O.B.W. ver zoekende een beslissing betreffende ruiling van grond met Firma H. Lampe bij het tegen woordige Weeshuisgebouw. Z.h.st. wordt op dit verzoek een gunstige beslissing genomen. m Res. Ged. St. geleidende het voorstel hunnerzijds volgens hetwelk het stoomgemaal bij Tacozijl niet kan worden dienstbaar ge maakt aan het leveren van stroom voor licht en kracht. Ter inzage gelegd voor raadsleden. n Res. v. Ged. St. houdende goedkeuring der gemeentebegrooting 1915 en het raadsbe sluit tot opheffing van het pensioenfonds. o, p en q res. Ged. St. houdende goedkeu ring van het raadsbesluit totverkoop van boomen, onderhandsche verhuring van een wo ning aan de Woudvaartsbrug en onderhandsche verhuring van een stuk weiland r res. Ged. geleidende het Kon. Besl. be treffende het verlengen met 3 jaar van de con cessie van tolheffing bij de Dille s idem geleidende het Kon. Besl. houdende goedkeuring van geld heffen aan Sub. n tot en met 8 worden voor kennis geving aangenomen. Punt IV. Benoeming van drie leden voor de Commissie van Bijstand gasfabriek en wa terleiding. Tot le lid dezer commissie wordt benoemd de heer Kiezebrink met 8 stemmen tegen 4 stemmen op den heer de Wolf, tot 2e lid de heer Visser met 9 stemmen tegen 1 op den heer de Wolf en tot 3e lid de heer de Wolf met het lot tegen den heer Bakker. De commissie bestaat dus uit de h.h. Kie zebrink, Visser en de Wolf, als voorzitter zal een der leden van het D. B. fungeeren. Punt V. Rekening der begrafenisrechten over 1914. Bij monde van den heer Mr. Vellenga ad viseert de finantieele commissie tot goedkeu ring dezer rekening die een totaal aan ont vangsten aanwijst van f 1571.50. Z. h. st. aldus besloten. Punt VI. Rekening van den Waagmeester over 1914. Dezelfde commissie stelt eveneens voor deze rekening goed te keuren. Zij wijst aan ontvangsten aan Wik- en weeggelden Marktgelden adressen van eenige vakver. (Aquila, Patrimonium, Helpt Elkander) om verlaging van den cokesprijs. Aan dit verlangen is reeds voldaan, zoodat het adres voor kennisgeving wordt aangenomen. De heer IJ t s m a verzoekt B. en W. een onderzoek in te stellen naar den cokesvoor- raad om, wanneer dit mogelijk is ook den druk welke door de krisis op den middenstand gelegd wordt te verminderen. Spr. zou gaarne zien dat het ook voor hen, die in den H. O. zijn aangeslagen voor inkomens van flOOO f1200 mogelijk wordt gemaakt goedkoop cokes te verkrijgen. De heer Brouwer vreest dat bij een der- geljjke uitbreiding van deze bepaling de parti culiere handelaren in de stad daarvan schade zullen lijden, wat voorkomen dient te worden. De hh. Bakker en IJtsma betoogen nog dat het belang van den middenstand in het algemeen gaat boven dat van enkele handelaren. De Voorz. zegt toe een onderzoek te zul len instellen of oen uitbreiding van de rege ling als door den heer IJtsma is bedoeld mo gelijk is. g. adres van de Ver. Sneeker Ambachts school om grond naast de school in koop te mogen ontvangen. Z. h. st. wordt gunstig op dit adres beschikt. h. adres van P. Bos, aannemer om alsnog vergoeding te mogen ontvangen voor schade wegens stijging van de prijzen der materialen geleden bij het uitvoeren van aangenomen werk aan school III. Het D. B. stelt voor op dit adres, waarop in de vorige vergadering afwijzend werd be schikt opnieuw afwijzend te beschikken. De h.h. Bakker en IJtsma wijzen er op dat uit het thans ingediend adres blijkt dat Bos bij het aannemen van het werk niet zooals de vorige maal in het prae advies van B. en W. is opgemerkt, bekend was met de. prijsverhooging eenvoudig omdat die verhoo- ging er toen nog niet was. Zij stellen dus voor Bos schadevergoeding toe te kennen. De heer d e W o 1 f er op wijzende dat hij in de vorige vergadering reeds hetzelfde heeft opgemerkt, vereenigt zich met deze beschou wing. Den heer Kiezebrink is het gebleken dat het werk is aanbesteed in Juli, en half Augustus is gegund. Ten tijde van de gunning heeft Bos zich wel degelijk er van vergewist of de prijzen der materialen ook gestegen waren. Dit was echter nog niet het geval, zoodat de aannemer het werk aannam. Even daarna trad echter de prijsstijging in, waarvan Bos het slachtoffer werd. Spr. is op grond van deze feiten van meening dat er wel aan leiding is om den gemeentearchitect om een nieuw advies te vragen. De heer Brouwer is van meening dat Bos recht heeft op vergoeding. De heer D r. B o u m a erkennende dat er inderdaad een kleine fout ten opzichte der data begaan is in het praeadvies van B. en W., dat gegrond was op het advies van den gemeentearchitect, is het, waar de zaak du bieus is, eens met den heer Kiezebrink dat de gemeentearchitect om een nieuw advies moet worden gevraagd. De heer Dwarshuis is van oordeel dat Bos het goede oogenblik toen de prijzen nog niet gestegen waren, verzuimd heeft om zijn voorraad in te slaan. Spr. deelt een voorbeeld mede dat een aannemer na de mobilisatie in een tijd van 5 dagen nog alle benoodigde materiaal voor een nieuwe boere- wel vóór dat de prijzen der en wordt z. h. st. schuldiging aan het adres van regenten. Ook die trachten de weezen die daarvoor aanleg hebben, door te laten leeren. Vier jaar gele den werd dat geprobeerd met 3 jongelui, waar- k van, na 2 jaar privaatlessen, 2 direct zakten voor het toelatings-examen H. B. S. en van de derde na een jaar bleek, dat hij de lessen aan die school ook niet kon volgen. Men kan de weezen toch geen hersens ingieten. De h.h. Bakker en IJtsma vinden juist in wat de heer Dwarshuis opmerkte een mooi argument voor gezinsverpleging. In gegoede gezinnen geeft men pogingen om de kinderen te doen leeren niet zoo spoedig op. Daar kan men meer aandacht aan de bijzondere gaven van elk kind schenken, leiding geven bij de studie en op deze wijze ze ten slotte brengen tot een meer intellectueele ontwikkeling. Dat alles kan lang zoo goed niet in een Weeshuis geschieden en vermoedelijk juist mede daarom faalden soms de pogingen van regenten om enkele weezen te laten leeren. De heer de Wolf noemt als voorbeeld een jongen, die bij hem het timmervak leerde. Niettegenstaande pogingen door Spr. aange wend, wilden regenten den jongen geen tee- kenles doen geven. Spr. heeft den jongen toen aangeraden dienst te nemen en in twee jaren heeft hij het daar gebracht tot opzichter bij de fortificaties. De heer Dwarshuis ontkent dat de zaak zich zoo heeft toegedragen. De man kon het in drie jaar niet verder dan tot korporaal brengen en rijdt nu op een kar van de Gist fabriek te Delft. Over het amendement-Visser wordt alsnu gestemd. De stemmen staken, zoodat in de volgende vergadering opnieuw gestemd zal moeten worden. Vóór het amendement stemden de h.h. Bak ker, Brouwer, de Wolf, de Boer, Visser en IJtsma, tegen de h.h. Dwarshuis, Mr. Vellenga, Kiezebrink, Huges, Bont en Dr. Bouma. Over „leer” en „geest”. Bij Art. 4 is een amendement van de h.h. Bakker en IJ t s m a aan de orde dat luidt In art. 4, le lid, het laatste gedeelte te schrappen „in welke leer de betrokken weezen zullen worden onderwezen” en daarvoor in de plaats te lezen „dat zij in de geest der overleden ouders of naastbestaande familieleden zullen worden opgevoed en onderwezen.” B. en W. geven daarop het volgende prae advies „De bedoeling van dit voorstel is ons niet recht duidelijk. De oude redactie slaat duidelijk op kerkelijke gezindten. De voorgestelde wij ziging komt ons voor veel verder te gaan en zal door hare vaagheid tot onnoemelijk veel onaangenaamheden aanleiding kunnen geven. Naar onze meening is de bestaande redactie voldoende en ook dit amendement moeten wij dus ontraden.” De heer IJ t s m a vindt het woord „leer” voor een kind iets verderfelijks. Volgens de thans geldende bepaling zijn regenten verplicht kin deren in zekere leer te doen opvoeden. Het kon wel eens zijn, dat er weezen waren die thuis niet in zekere leer waren opgevoed, ter wijl regenten toch eigenlijk verplicht zouden zijn ze in zekere leer te doen opvoeden. Om dergelijke toestanden te voorkomen wil Spr. in plaats van de voorgestelde bepaling hebben de woorden„in de geest der overleden ouders”, dat is ruimer. Spr. vreest anders ook, dat regenten wel eens moeite zullen heb ben een keus te doen uit de „leeren”, want hoeveel er daarvan zijn, kan Spr. niet zeggen. De heer d r. Bouma gelooft dat de heer IJtsma moeite zou hebben te verklaren wat „geest” eigenlijk beteekent. Spr. vindt de zaak beter zoo geregeld, evenals de heer de Wolf, terwijl de heer Dwarshuis protesteert teg en het kleineerend spreken van den heer IJtsma over „leer”. Nadat de heer IJ t s ma nog het woord heeft gevoerd wordt dit amendement verworpen met 7 tegen 4 stemmen (vóór stemden de hh. De Boer, Visser, IJtsma en Bakker.) De heer De Wolf was tijdelijk afwezig. Ontslag van de weezen op 19- of 21-jarigen leeftijd. Bij Art. 6 stellen de hh. Bakker en IJ t s m a het volgende amendement voor „In artikel 6 te veranderen in den 3den re gel: 19den verjaardag in 21sten verjaardag” en in den 4den regel: „19 jarenin 21 jaren”. Voorts laatste lid: regenten enz. te schrappen en daarvoor in de plaats te stellen „Aan weezen wordt bij hun ontslag een be hoorlijk uitzet verstrekt.” B. en W. adviseeren het volgende: „Wij willen den Raad bij het nemen eener beslissing over het 1ste gedeelte van het amen dement geheel vrijlaten. Mocht de Raad het aannemen, dan zal het gewenscht zijn in dit artikel „12 Mei” te schrappen, aangezien met 21 jaren de meerderjarigheid intreedt. Echter voor men in deze tot een besluit komt, meenen wij goed te doen het volgende onder uwe aandacht te brengen”. „Reeds vroeger is de leeftijd voor het ont slag op 21 jaar gesteld geweest. Bij het in werking treden der kinderwetten heeft men het noodig geoordeeld de leeftijd op 19 jaren te brengen en de ondervinding heeft geleerd, dat dit voor de kinderen in het algemeen be ter is. Het feit dat tot 21 a 22 jaren voor hen werd gezorgd maakte hen zorgeloos. Het ontslag op 19-jarigen leeftijd werkte gunstiger terwjjl niet moet worden vergeten dat weezen zoo noodig nog drie jaren na hun ontslag on- De heer IJtsma verzoekt voorlezing, het geen geschiedt. Uit dit verslag blijkt dat de commissie in 1914 16 maal bijeen kwam. 57 verzorgers van kinderen werden opgeroepen om voor de commissie te verschijnen. 1 ge val betrof de openb. lagere school no. 1, 4 gevallen school 2, 49 gevallen school 3. 2 gevallen de St. Thomas v. Aquine school, 1 geval de Jan v. Nassau school. plaats insloeg, en materialen stegen. De heer de Wolf noemt de opmerking van den heer Dwarshuis een koekebakkers praatje en ondeskundig, tegen welke uitdruk king de heer Dwarshuis protesteert. De h.h. Kiezebrink en IJtsma be strijden eveneens de opmerking van den heer Dwarshuis, waarna besloten wordt de zaak aan te houden opdat de gemeentearchitect een nieuw advies kan uitbrengen, waarop B. en W. een nieuw praeadvies kunnen baseeren. i. adres van de Sneeker apothekersvereeni- ging, waarin de wenschelijkheid wordt kenbaar gemaakt steeds een zelfde deskundige voor het onderzoek van het water der drinkwater leiding te benoemen. De heer Brouwer hoopt dat B. en W. den heer Dokkum, die nu als deskundige be dankt heeft, ook weder op de nieuwe voor dracht zullen plaatsen. De Voorz. wijst er op dat deze zaak niet aan de orde is. De heer IJ t s m a meent dat het D.B. moet zorgen, dat in het wateronderzoek geen stag natie komt. Hij verzoekt B. en W. zoo spoe dig doenlijk de Raad in staat te stellen in de zaak betreffende den nieuw te benoemen des kundige te voorzien, hetgeen B. zeggen. Het adres wordt alsnu voor kennisgeving aangenomen. j verslag over 1914 van de commissie tot wering van schoolverzuim. Dit verslag zal ger Weeshuis. Gexins- of gesfichtsverpleging. Aan de orde is Art. 2 van dit reglement. Een amendement hierop voorgesteld door den heer Visser, na de le alinea te laten volgen, luidt „Gezinsverpleging geniet de voorkeur, vooral dan, wanneer zulks door voogd en toeziende voogd wenschelijk wordt geacht.” B. en W. geven daarop het volgende prae advies „Aanneming van dit voorstel moeten wij ontraden. O.i. moet - in de practijk de beoor- deeling of gezinsverpleging buiten de inrich ting al dan niet zal worden toegepast geheel blij ven aan heeren regenten. Er zullen dikwijls gevallen zich voordoen, dat het niet in het belang der weezen zal zijn in deze aan de wonschen van voogd of toeziende voogd gehoor te geven, terwijl bij opneming van deze aan vulling voogden zich ten allen tijde daarop kunnen beroepen. Voorts doen wij nog opmerken dat gezins verpleging buiten de inrichting reeds nu plaats vindt, voornamelijk waar het de verpleging van oudere kinderen betreft, doch elk geval wordt alsdan op zich zelve beoordeeld, waarbij steeds aan voogd en toeziende voogd de ge legenheid wordt gegeven hunne wenschen ken baar te maken. Ook in het gesticht zelve vindt zooveel mo gelijk gezinsverpleging toepassing11. De heer Visser is persoonlijk van oor deel dat gezinsverpleging beter is dan ge- stichtsverpleging. Bij de beoordeeling van den toestand behoeft men niet te letten op de oogen- blikkelijke die^uitstekend kan zijn, maar men heeft ook wel een andere, minder goede toe stand gehad. De heer Dwarshuis wijst er op dat het reeds usance is weezen van Katholieke ouders in gezinnen te doen verplegen. Ook Spr. is daarvan voorstander, ook voor kinderen van andere gezindten dan over het geheel in het Weeshuis worden opgenomen. Regenten hou den steeds met die usance rekening. In het reglement de wenscheljjkheid van gezins-ver- pleging voor alle weezen neerleggen, daarvoor voelt spr. weinig. Het is heel moeilijk ge schikte gezinnen te vinden. De weezen heb ben het thans onder de uitstekende leiding van de weesvader en moeder best. De heer Visser bestrijdt dit niet. Ook heeft Spr. niet gerept van gezinsverpleging als aanbevelenswaard uit godsdienstig oogpunt. Spr. wees alleen op het maatschappelijke van 3 i-en dan vindt hij gezinsverpleging Mijnheer Sikkes „De aard van onze betrekkingen brengt „mee dat wij elkaar dagelijks zullen ont- „moeten en dagelijks dezelfde belangen zul- „len hebben te behartigen. Wij zijn elkaar „niet geheel onbekend en ik vertrouw dat „onze verstandhouding van dien aard zal „zijn dat wjj met genoegen zullen samen- „werken bij het behartigen van de belangen „der gemeente Sneek. Verder wensch ik u „toe dat u het vertrouwen van den Raad van „Sneek deelachtig moge worden, want dat „vertrouwen is het kenmerk van de waar- „deering van den arbeid, die geen ambte naar kan missen om met lust en ijver zijn „plicht te vervullen. Met die wensch verzoek „ik u uw zetel in te nemen”. De Voorz. zich daarna tot den Raad rich tende zegt ongeveer het volgende „Ik meen ook uit naam van u te kunnen „spreken wanneer ik hier een woord van „dank breng aan onzen loco-secretaris voor „de wijze waarop hij zijn moeilpke taak, on- »der ik mag wel zeggen moeilijke omstan- «digheden heeft vervuld. Men vergete niet „dat toen de vorige secretaris wegens ziekte „zijn ontslag nam, 2 ambtenaren hier ont- „slag hadden aangevraagd en een derde we- „gens ziekte zijn taak niet kon waarnemen „terwjjl de mobilisatie ons nog een deel der »krachten ontnam waarover wij beschikten. „Het doet mij genoegen te kunnen consta- „teeren dat de ambtenaren die bleven, met „al hun krachten hebben getracht de zaak „rollende te houden. „Ook aan hen breng ik ook namens u, „dank. „Onder de nieuwe leiding gaan wij met „nieuwe hoop de toekomst in. Dat de ver standhouding ter secretarie van dien aard „moge worden dat wij allen met lust en „ijver de op ons genomen taak zullen ver hullen. (Applaus.) De heer Sikkes, secretaris, vraagt en ver- 1 en zegt ongeveer het vol gende «Deze eenige keer dat ik in openbare „raadsvergadering het woord zal voeren wil Feikema. Punt X. Voorstel tot betaling uit onvoor ziene uitgaven dienst 1914. Op verzoek van den heer Visser deelt de Voorz. mee dat een uitgaaf van f700 moet worden gedaan als bijdrage in het bedrag door de H. IJ. S. M. besteed aan het in kaart bren gen van een eventueele lijn door den Zuid westhoek naar Sneek. Hoe ver men met die plannen is, is officieel niet bekend. Z. h. st. wordt de voorgestelde wijziging goedgekeurd. Punt XI. Voorstel grooting dienst 1915. Heeft ter visie gelegen goedgekeurd. Punt XII. T’ verde rioolbuizen. Het betreft een betaling aan een Betonfabriek van f945.35 in verband met een fout door deze in een berekening gemaakt. De heer De Wolf gelooft wel niet dat het hem veel helpen zal, doch hij wil toch deze vraag stellen: „Welkverschil is er wanneer iemand zich vergist in een berekening of wan neer iemand zich vergist in de gevolgen der tijdsomstandigheden” Z. h. st. wordt het voorstel van B. en aangenomen. In de notulen zal worden aangeteekend dat de heer de Wolf zich er tegen verklaart. Punt XIII. Vaststelling reglement Old Bur- teruit brengen door de voorgestelde rooilijn. Op deze wijze ontneemt men de particulieren de beschikking over eigen grond. De Voorz. zet uiteen, dat men door de rooilijn als voorgesteld te aanvaarden, een re gelmatige bouw krijgt. De heer IJ t s m a juicht het voorstel van B. en W. toe, waardoor een ordelijke toestand wordt geschapen. De heer D r. Bouma wijst er op dat het systeem dat B. en W. thans toepassen ook reeds toegepast is in bet Zuidend. De thans voorgestelde rooilijn is zoo rationeel mogelijk en het pand vaït er, zooals de eigenaar het wil bouwen geheel in. Wilde de heer de Wolf een andere toestand, dan had hij die eerst wel eens in teekening kunnen doen brengen, thans kunnen de raadsleden niet oordeelen over zijn denkbeeld. De heer Kiezebrink wijst er nog op in het gemeenteverslag worden opgenomen. door de voorgestelde rooilijn zooveel mo- n_ utt x--i_x -t-x gelijk ruimte gehouden wordt tusschen tram lijn en huizenrij, wat ook zeer gewenscht is. Het voorstel van den heer de Wolf om de zaak aan te houden totdat hij een nieuwe tee kening kan indienen wordt niet ondersteund. Z. h. st. wordt het voorstel van B. en W. alsnu aangenomen. Punt IX Onderh. verhuring perceel weiland Voor f 60 wordt bedoeld perceel voor den tijd van 1 jaar z. h. st. verhuurd aan 0. de kwestie de ware. Ook de heer Bakker breekt een lans gezin sverpleging. zijn, de opvoeding heeft achtigs. Hulde brengend aan de tegenwoordigen weesvader en -moeder gelooft Spr. dat de weezen eerst goed tot hun recht komen af zonderlijk verpleegd is een gezin, waar men als ouders weet wat kinderen toekomt. De heer D r. Bouma acht het gevaar lang niet denkbeeldig dat wanneer gezinsver pleging regel wordt en men eens te doen heeft met een niet hoogstaande voogd of toeziende voogd, bij het onderbrengen der weezen in een gezin financieele kwesties een rol zullen gaan spelen. Het komt Spr. beter voor regenten de vrije hand te laten. De heer IJ t s m a is van oordeel dat een kind, in het gezin opgevoed, beter rijp wordt gemaakt voor de maatschappij dan in een weeshuis, waar niet kan worden rekening ge houden met bijzondere eigenschappen en aan leg van het kind, doch de opvoeding altijd iets uniforms heeft. De heer de Wolf zal voor het amende ment stemmen omdat hij meent, dat als de weezen in het gezin zullen worden verpleegd, de pleegouders ze zullen doen opvoeden naar hun aanleg en niet zooals regenten thans doen allen tot dienstmeisjes en timmerknechts. De heer Dwarshuis bestrijdt deze be- eenige keer dat ik in openbare „ik u, mijnheer de voorzitter, danken voor „de vriendelijke woorden tot mij gericht, „terwijl ik den raad nog dank voor mijne be- „noeming. Ik zal thans niet rojjaal zijn met „beloften. Beloften immers hebben dan al- „leen waarde wanneer zij door daden ge- „volgd worden. En zijn die daden goed, dan „kan men beloften ontberen. „Ik roep de steun in van u mijnheer de «Voorz., zoowel als van hh. Wethouders en „hh. Raadsleden opdat onze samenwerking „moge strekken tot den bloei der gemeente „Sneek, welke nu ook mijn woonplaats is.” (Applaus). Aan de orde is Punt 11. Vaststelling der Notulen. De notulen der vorige Verg, worden onver anderd goedgekeurd. (De heer Blok verlaat de Verg.) Punt III. Mededeeling van ingekomen stuk ken, enz. Ingekomen zijn a. een schrijven van H. Schurink, waarin hij zijne benoeming tot onderwijzer aan school I aanneemt. 5. idem van G. N. Brouwer houdende aan neming zijner benoeming tot onderwijzer her halingsschool. Beide stukken c. adres van A. Veltman van schoolgeld voor zijn kind. In handen van B. en W. gesteld ter afdoe ning. d. adres van T. Hoekstra om eervol ont slag als onderwijzer aan school III in verband met zijne benoeming tot onderwijzer te Stiens Dit eervol ontslag wordt z. h. st. met ingang van 1 April verleend. e. adres van H. Schurink om eervol ont slag als onderwijzer aan school H. Wordt z. h. st eervol verleend.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1915 | | pagina 1