A
farine\
NESTLÉ
(KINDERMEEL.)
Het geheim van een naam.
I SNEEKER COURANT (6 7 ste Jaargang) en WYMBRITSERADEEL (14de Jaargang)
Het Nieuwe Modeblad
Uit onze Raadzaal.
t
LACTÉE
MEUBELFABRIEK
.A’EDERLANDV
i
REC LAME KOLOM.
I
4
Zaterdag 26 Juni 1915.
Bladen en
1
Ij
iSEHiGNGCPZ
Tijdschriften
worden aangenomen door
Firma H. Brandenburg!),
Gedempte Poortezijlen Sneek.
vVal 77. Zaterdag 26 Juni ISI5. 3ie Jaargang.
w.
Feuilleton.
I
r
J
Abonnementen op alle
LOSSE HOMMERS
1
.H.KUIZINGd z-A
A H ON.I NCiCN
AlH EX
l. y
T—r
t
om
hetgeen B.
binnen wordt
van
14)
(Ford! vervolgd)
het beste
l Voedingsmiddel
Voor Kinderen
Spaarzaam
en zuinig
In het
gebruik
na
en
het Hötel Golden Gate en onwillekeurig wend(je
hij den blik naar Yerba, half vreezende, hajf
In Iedere
Apotheek ot
drogisterij
voorhanden
om een
naar
»u
gelijk, dat is de natuurlijke
i voegde hij
jk had mij bijna leeljjk ver-
Naar „The Pupil of Golden Gale.”
VAN
BRET HARTE.
het Nieuwe Modeblad verkrijgbaar.
Bij abonnement is de prijs slechts f 0.65
j (franco per post f 0.75) per 3 maanden
(6 nummers.)
way” zeide Baker met een geestdrift, die naar
hij hoopte het gevaar dat hij door zijn onge
lukkige woorden had opgewekt, zou bezweren.
»’t Is zoo, heeren Gij moogt van hem geen
verklaring eischen voor hij die kan geven. Be
waar uw geheim, mijnheer Hathaway, het Hof
is op uw hand.”
Evenwel, toen zij de eetzaal verlieten om
zich bij de dames te voegen, bleven de Mayor
en Woods ietwat in de achterhoede. »Men
kan gemakkelijk zien, welken invloed die Pen
dleton op onzen jongen vriend heeft,” zeide
hij beteekenisvol. „Er moest iemand zijn, die
hem vertelde dat die zaken hier afgedaan heb
ben, zooals Pendleton wil. Hij zou er zijn car
rière mede vernietigen.”
Paul lette te veel op alles wat gebeurde
om dit niet op te merken, doch hij kreeg door
die woorden geen berouw en zijn krachtig ge
loof in zich zelf en in zijn geestkracht maak
ten, dat hij zich over die woorden niet veront
rustte. Hij had een gevoel alsof hij iets had
verricht, al ware ’t slechts dat hij Don Cesar
had getoond dat men van de zwakheid en on
wetendheid van het meisje niet ongestraft ge
bruik kon maken.
Toch was hij nog niet besloten welken weg
hij zou volgen daaromtrent zou hij dien avond
een beslissing nemen. Voor ’t oogenblik scheen
hij geen kans te hebben haar alleen te kun
nen spreken zij was voortdurend in gesprek
met Milly en mevrouw Woods en reeds kwa
men de gasten, die ter cere van hem voor dit
haastig gevormde feest genoodigd waren. Hij
vertoonde zich thans in zijn volle kracht en
was binnen enkele minuten omringd door een
groep aanbidders, die hem ademloog en vol
bewondering aanhoorden. Hij voelde dat dit
tooneel even bespottelijk was, als die scène ;n
l circulaire van het bestuur van de ver-
eeniging van Nederlandscho Gemeenten, waarbij
toetreding tot deze vereeniging verzocht wordt.
Voor prae-advies in handen van B. en
gesteld.
-e c nv D-.
Telefoon 150
iNIEUWE SNEEKER COURANT
DAMES, abonneert U op
Een fraai, practisch en goedkoop
Modetijdschrift. Voor ieder die op de hoogte
wil big ven van hetgeen de mode voor
schrijft is dit Blad onmisbaar.
Het nieuwste nummer (15 Juni) van „Het
Nieuwe Modeblad brengt veel nieuws
voor Dames en Kinderen.
Het Knippatronenblad (Supplement) be
vat vele patronen van
zeer mooie Dames-Japonnen, waaronder
vele Empiretoiletten voor jonge dames, Reis-
Costuums, Blouses, Mantels enz., benevens
zeer aardige moderne Kinderjurken enz.
Eveneens is hier nog aan toegevoegd
een Handwerkpagina.
Aan het Bureau der Nieuwe Sneeker
Courant zijn a 15 cent per stuk (franco
per post 16 ct.)
Paul had gedurende dit gesprek niet naar
Yerba gekeken hij had een gevoel, alsof hij
door dat wel te doen haar van streek zou
brengen of dat hij zou zien, hoe zij door an- I
deren van streek werd gebracht.
En toen hij weder haar kalm gelaat zag, i
waarop geen spoor van eenige ontroering,
waarop slechts eenige verbazing scheen te ze
telen over zijn zonderlinge koelheid, was hij
nog volstrekt niet op zjjn gemak. Van één
ding was hij slechts overtuigd in de laatste
vijf minuten was hij vast besloten dat zijn te
genwoordige verhouding tot het meisje niet
langer kon voortduren. Hij moest óf haar alles
vertellen, óf haar niet meer zien. Er was geen
middenweg. Elk oogenblik stond zij bloot aan
gevaar, ’t zij door haar onwetendheid, ’t zij
door de een of andere dwaze inbeafding van
een ander. In zijn ondragelijken toestand was
hij niet in staat haar gevaar te overzien, haar
verdediging aan te nemen of haar zelf te ver
dedigen.
Als door eenige vrouwelijk instinct had zij
zijn stilzwijgen toegeschreven aan eenige ja
loezie jegens Don Cesar’s bedoelingen en meer
dan eens wendde zij zich van den Spanjaard
tot Paul met een geruststellenden glimlach.
In zijn angst, nam hij deze ietwat vernede
rende verdenking half aan en op fluisterenden
Sperkhem zoo’n vooruitzienden blik had en er
niet toe wilde meewerken dat het stadsdeel
daargelegen opgesloten werd, thans het stukje
Bolwerk aan de Kerkgracht, een antiquiteit,
wil behouden. Waar men hoopt op een toe
nemend verkeer in onze plaats moet men
daarop het oog gericht houden en zal het op
den duur noodig blijken dat Bolwerk en de
Noorderpoortsbrug geschikt te maken voor dat
verkeer. Spreker wenscht dan ook in deze
vergadering eene beslissing van den raad uit
te lokken om in beginsel te besluiten tot het voor
het verkeer open maken van dat stadsdeel. Zullen
nu in de toekomst dergelijke plannen uitvoerbaar
blijken zonder dat dan weder werk, dat thans
gemaakt wordt vernietigd moet worden, dan
zal men bij het uitvoeren van de thans aan
geboden plannen rekening moeten houden met
die toekomstplannen en dat is naar Sprekers
oordeel niet geschied, waarom Spr. zich dan
ook geheel kan vereenigen met het te dezen
opzichte door den heer de Wolf gesprokene.
De V o o r z. merkt op dat de hh. Blok en
De Wolf geheel nieuwe punten in het debat
brengen. De vorige kear was aan B. en W.
verzocht een onderzoek in te stellen of de ge
projecteerde richting van de nieuwe kade ook
influenceert op het eventueel beweegbaar ma
ken van de Noorderpoortsbrug. Op advies van
den gemeente-architect kunnen B. en W. thans
mededeelen dat dit niet het geval is. Nu komt
de heer De Wolf echter weer met een nieuw
idee namelijk met eene eventueele verbreeding
van de Badguisgracht. Zoo komt er nooit een
eind aan de zaak.
De heer IJ t s m a vraagt of B. en W. er
volkomen vertrouwen in hebben dat bij het
opmaken der plannen voldoende is vooruit ge
zien. Wanneer B. en W. willen verklaren dat
mocht tijdens de uitvoering der werken blijken,
dat afwijking der plannen noodig is ter wille
van een eventueele verdere verbetering van dit
stadsdeel, zij niet zullen aarzelen dat te doen, zal
spr. voor de plannen van B. en W. stemmen.
De heer D r. B o u m a gelooft dat deze vraag
volkomen toestemmend door B. en W. kan wor
den beantwoord. Wil de Raad later besluiten
de Noorderpoortsbrug beweegbaar te maken
dan is er niets in de thans aangeboden plan
nen dat met dat besluit zou strijden.
De heer De Wolf bracht de verbreeding van
de Badhuisgracht ter sprake waarover in de
vorige Verg, met geen woord werd gerept. Het
bevreemt Spr. dat een dergelijke ingrijpende
opmerking niet schriftelijk door den heer De
Wolf is ingediend. Wat de 'opmerking aan
gaande den rijweg betreft, denkt men zich
het verkeer van af de nieuwe kade' waaier-
vormig, dan inderdaad moet de boom (tegen
over den winkel van den hr. Zandstra) er weg.
De commissie voor de plantsoenen is er even
wel voor de boom zoo mogelijk te behouden,
hij vormt daar werkelijk een sieraad en Spr.
gelooft dat men daar een mooi plantsoentje
kan aanleggen.
De heer Blok heeft sprekers naam genoemd
in de kwestie van het behoud van het bol
werk achter sprekers tuin. Spr heeft zich
nimmer over deze kwestie uitgelaten. Wel
heeft spreker eens te kennen gegeven dat hij
persoonlijk geen voorstander was van het be
weegbaar maken van de Noorderpoortsbrug.
Hoe de heer Blok het Sperkhem in verband
met dit stadsdeel kan noemen begrijpt Spr.
niet.
De heer Dwarshuis voelt veel voor de
toekomstplannen door den heer Blok ontvouwd.
Hij gelooft met dezen heer dat als Sneek big ft
bloeien als thans, en dat hopen wij allen, op
den duur meer ruimte zal worden gevraagd
en zal moeten worden gegeven voor de scheep
vaart. Daarom is het goed met deze toekomst
plannen nu bij de thans uit te voeren werken
Voorzitter de heer P. J. de Hoop, Burge
meester.
Secretaris de heer P. Sikkes.
Aanwezig 13 leden.
Afwezig de h.h. Visser en Brouwer.
De heer Blok vraagt vergunning
behandeling der agenda een vraag tot B.
W. te richten over het Buma-leen.
Deze vraag zal in besloten vergadering wor
den beantwoord.
Punt I. Vaststelling notulen 11 Mei, 31
Mei en 2 Juni.
Deze notulen worden onveranderd goedge
keurd.
Punt II. Ingekomen stukken.
Ingekomen zijn
a adres van Het Groene Kruis om subsidie
voor het inrichten van een ontsmettingsdienst
van leermiddelen.
Voor prae-advies gesteld in handen van
B. en W.
b beschikkingen van Gedep. Staten op re
clames H. O. in hooger beroep.
Voor kennisgeving aangenomen.
c adres van verschillende Drankbestrijdings-
vereenigingen waarbij den gemeenteraad wordt
verzocht het maximum aantal drankvergun-
ningen in deze gemeente te willen verlagen.
Voor prae-advies gesteld in handen van
B. en W.
d res. van Ged. St. waarbij goedgekeurd
wordt het raadsbesluit tot het aangaan eener
geldleening.
Voor kennisgeving aangenomen.
e verslag van de gemeentelijke gasfabriek
en waterleiding over 1914.
Wordt in het gemeenteverslag opgenomen.
adres van Gedep. Staten houdende goed
keuring van het raadsbesluit betreffende be
taling uit de post onvoorziene uitgaven.
Voor kennisgeving aangenomen.
g adres van de afdeeling Sneek van den
Nederlandschen Schildersgezellenbond om het
uurloon in de bestekken op 24 ct. te bepalen.
Voor prae-advies gesteld in handen van
B. en W.
h adres van het bestuur van het Water
schap Hommerts—Sneek om een duiker te
mogen maken in den weg naar het Pomp
station.
Als voren.
i en j adressen van de h.h. Dr. Euwes en
van Vliet om eervol ontslag resp. als leeraar
aan H. B. S., Gymnasium en B. A. S. en als
leeraar aan het Gymnasium wegens hunne be
noeming elders.
Deze verzoeken worden in handen gesteld
van B. en W. om prae-advies (ze zijn te laat
ing«komen voor behandeling in deze vergade
ring) terwgl B. en W. gemachtigd worden
sollicitanten voor de vacatures'op te roepen.
k adres van de onder-afdeeling Sneek van
den Algemeenen Hengelaarsbond verzoekende
consenten voor het visschen met meer dan een
hengel af te geven voor de Trekvaart van
Sneek naar Scharnegoutum.
De heer de Wolf stelt voor deze zaak ter
stond te bespreken en het verzoek toe te staan,
mits voor deze consenten eene kleine vergoe
ding wordt betaald.
De heer LJ t s m a gelooft ook dat het ver
zoek wel kan worden ingewilligd. Op voorstel
van dezen Spr. wordt besloten de zaak ter
afdoening in handen van B. en W. te stellen.
een achteloos lachje
„Hoor eens Hathaway, ik hield mij zelf
nog in tijds in, anders had ik mij erg dom
tegenover uw pupil uitgelaten.”
Paul keek hem verbaasd aan.
„Ja,” vervolgde de rechter, „weet ge wel
wie mij in die quaestie van dat halssnoer voor
was
„Neen,” antwoordde Paul, met gedwongen
onverschilligheid.
„Wel, Kate Howard. Waarachtig, ’t is zoo!
Zij kocht mij het ding voor den neus weg
en bood er veel meer voor dan ik kon geven.”
Paul verloor zijn zelfbeheersching niet. Dank
zij het feit, dat Yerba er niet bij was en Don
Gesar, die de woorden van den rechter had
gehoord, daarover spottend glimlachte, uitte
zich zijn zenuwachtigheid in een koele woede.
„En ik geloof,” zeide hij volkomen kalm,
„dat, zooals bij dergelijke vrouwen regel is,
de halsketting heel spoedig, via den pandjes
huishouder, weder bij den juwelier is terecht
gekomen. Dat gaat in den regal zoo.”
„Natuurlijk,” zeide de rechter vroolijk,
heeft volkomen g
verklaring van dit geval. Maar,
er lachend bij,
verwachtende op haar gelaat een spotachtig
glimlachje te zullen zien. Hun oogen ontmoet
ten elkandertot zijn verbazing glimlachte zij
niet en toen zij den blik afwendde, gevoelde
hij als ’t ware daarin een zekere ingenomen
heid te hebben gelezen. Wat gingen hem nu
verder die scène met Don Gesar en de goed
keuring zijner vrienden aan Zij was trotsch
op hem.
Maar na dien blik was zij schuw, hield zij
zich bezig met Milly of luisterde naar de iet
wat practische en onromantische herinnerin
gen, die de rechter Baker haar mededeelde
over de ontberingen en vermoeienissen waar
aan men blootstond in de eerste dagen van de
neder-zettingen in Californië, mededeelingen
die hij scheen te doen om zijn onhandigheid
van dien avond ongedaan te maken. Zij was
volkomen ongedwongen tegenover Don Cesar,
al zorgde zij er ook voor Dona Anna in het
gesprek te betrekken. Zij was, naar Paul zich
verbeeldde, ongedwongen tegenover een ieder,
behalve tegenover hem.
Een paar maal dat Paul haar naai de open
staande glazen deuren had weten te leiden,
die toegang gaven naar den door de maan
beschenen tuin en beschaduwde veranda’s, had
zij haar arm door dien van Milly geschoven
en hij begreep dat zij, stelde hij haar voor
wat in den tuin te gaan wandelen, Milly zou
vragen hen te vergezellen.
Teleurgesteld en verbitterd als hij was, vond
hij eenigen troost in haar wijze van doen,
waaruit hij nog de hoop koesterde, dat zij nog
vatbaar zou worden voor zgn overredingen.
Overredingen tot wat Hij wist het zelf niet.
reeds rekening te houden.
Do heer Kiezebrink heeft met belang
stelling gehooid wat de vorige sprekers in het
midden brachten. Er is over toekomstplannen
gesproken, welke feitelijk zouden beteekenen
dal de Kerkgracht enz. op den duur groot-
scheepsvaarwater zou worden. Wanneer dit het
geval wordt zal ook gelet moeten worden op
een verbreeding van het vaarwater bij de Fra-
nekervaart, om de bocht die do schepen daar
moeten maken gemakkelijkor te maken. Spr.
verzoekt dat bij de uitvoering van de thans
aangeboden plannen met deze opmerking zal
worden rekening gehouden.
Spr. is voorstander van trottoirs aan de
Looxmagracht, daar het verkeer op don rijweg
dan wordt ontlast. B. en W. stellen nu voor
het trottoir aldaar tusschen eerste en tweede
Looxmadwarsstraat te laten vervallen. Ook
de commissie wil dit, doch wil dan voor dat
gedeelte ook niet tot verbreeding overgaan,
en W. nog wel willen. Spr. is er
echter voor om wanneer ook tot verbreeding
van dit gedeelte wordt overgegaan, het trot
toir tevens aan te leggen, dit komt niet zoo
veel duurder.
(De heer Brouwer komt ter vergadering).
(De heer Dwarshuis verlaat de vergadering.)
De heer De Wolf verdedigt nog eens zgn
standpunt. Hij is wel bereid mede te werken
tot de goedkeuring van de door B. en W. in
gediende voorstellen mits bij de uitvoering met
zijne wenken rekening wordt gehouden.
De V o o r z. begrijpt nog niet waarom de
heer De Wolf zijn bezwaren nist schriftelijk
heeft ingediend.
(De hoer D e W o 1 f interrumpeert waarop de
heer Bakker den Voorz. verzoekt den heer
De Wolf het zwijgen op te leggen
De heer W e s t r a antwoordt den heer De
Wolf op zijn opmerking betreffende de rich
ting van den nieuwen verkeersweg naar de Noor-
derpoort, dat de commissie van oordeel was
dat het verkeer daarlangs vooral dat van Oos-
terdijk en Kruizebroederstraat zou ontlasten.
Men kan zich echter niet voorstellen dat er
veel verkeer in zuidwaartsche richting zou
plaats hebben.
Wat de richting der kade betreft, er is in de
vorige Verg, met geen enkel woord over gerept
dat B. en W. bij hun nieuw onderzoek ook
rekening moesten houden met eene eventueele
verbreeding van de Badhuïsgracht.
Wat de trottoirs aan de Looxmagracht aan
gaat, wanneer de nieuwe kade gereed is heb
ben de booten daar gelegenheid aan te leggen
en zal de scheepvaart dus voor de vrachtgoede
ren niet zoo veel ruimte aan de Looxmagracht
in beslag nemen en is er voor het verkeer ook
bij aanleg van een trottoir voldoende ruimte.
Over de verbreeding van het tweede gedeelte
van de Looxmagracht zegt Spr. dat de com
missie niet angstvallig vasthoudt aan haar ad
vies daaromtrent, zoodat zij dat wel wil in
trekken en met B. en W. mee kan gaan.
De heer Blok verklaart aan den heer Dr.
Bouma dat hij diens naam in verband met het
Sperkhem noemde, omdat hij zich niet kan
voorstellen, dat de man die destijds zoo’n voor
uitzienden blik had, geen oog schijnt te
hebben voor de toekomst van het stadsgedeelte
waarover de besprekingen thans gaande zijn.
Deze spreker en de heeren Kiezebrink
en de Wolf zijn van oordeel dat de plannen
door den raad wel kunnen w< rden goedge
keurd zooals ze daar liggen. Bij het maken
van het bestek dienen B. en W. zich echter
het bepalen van de richting der nieuwe kade
voor te behouden in verband met de thans
gemaakte opmerkingen, waarover de gemeente-
architect dient te worden gehoord.
Op een vraag van den heer IJ t s m a zeg
gen B. en W. nog eens toe rekening te zullen
De nieuwe werken.
Punt III. Voorstel betreffende uitvoering
van werken tot vernieuwing en verbetering van
verschillende straten en wallen en tot verleg
ging van de tramrails.
Deze zaak is in de vorige vergadering aan
gehouden om B. en W. gelegenheid te geven
nader advies uit te brengen in verband met
verschillende in die vergadering gemaakte op
merkingen welke betroffen
a de richting van de nieuwe kade tegen
over de Badhuisgracht in verband met een
eventueel afgraven yan hei Bolwerk aan de
Kerkgracht en het draaibaarmaken van de
Noorderpoortsburg
b de bestemming van het gedeelte<bolwerk
bij de Noorderpoortsbrug, dat nog niet werd
afgegraven
c het trottoir aan de Looxmagracht.
B. en W. deelen in hun nader advies mede
dat de uitvoering van de thans aangeboden
plannen volgens de teekening niet influenceert
op het eventueel beweegbaar maken van de
Noorderpoortsbrug. Het bolwerk aan de Kerk
gracht kan buiten beschouwing blijven daar
omtrent de bestemming van dit bolwerk bij
deze plannen niet wordt beslist.
Het gedeelte plantsoen dat direct bij de
Noorderpoortsbrug ligt en grenst aan het thans
afgegraven gedeelte leent zich h.i. uitstekend
voor een plantsoentje.
Het is dan ook de bedoeling dit schilderach
tige plekje daarvoor te bestemmen.
Het aanleggen van een trottoir aan de Loox
magracht blijven B. en W. noodzakelijk achten
ter wille van de veiligheid van het verkeer
voor de voetgangers en om den rijweg van het
voetgangersverkeer te ontlasten.
Ten opzichte van het gedeelte Looxmagracht
tusschen de eerste en tweede Looxmadwars-
straat, waarvoor deze overwegingen niet gel
den, nemen B. en W. hun voorstel tot het
aanleggen van een trottoir terug (wel hand
haven zij hun voorstel tot verbreeding van den
weg aldaar).
De heer De Wolf gaat met de hoofdlijnen
van deze plannen accoord, doch kan zich niet
vereenigen met de uitvoering van enkele de
tails. Bij het projecteeren van de .treuwe kade
is er geen rekening mede gehouden dat, wan
neer de Badhuisgracht eens moest worden ver
breed men alleen een voldoende breedte van
het vaarwater aldaar zou kunnen behouden
wanneer de thans te maken kade aan het af
gegraven Bolwerk een paar meters meer dan
op de kaart is aangegeven, naar
gebracht.
Om een goede rijweg voor het verkeer te
verkrijgen acht spreker het voorts noodzakelijk
dat de boom tegenover den winkel van den hr.
Zandstra wordt gekapt; men kan dan een rij
weg maken met een minder haaksche bocht
dan op de teekening is ontworpen.
Wat de trottoirs aan de Looxmagracht be
treft, Spr. handhaaft zijn bezwaar dat door
aanleg van verhoogde voetpaden het verkeer
eer wordt belemmerd dan verbeterd.
De heer Blok sluit zich bij het door den
heer de Wolf gesprokene aan doch hij heeft
bovendien nog eenige opmerkingen. Spr. be
treurt het dat B. en W. feitelijk geheel aan
de eens gemaakte plannen vasthouden. In
beginsel kan ook hij zich wel met de aange
boden plannen vereenigen, doch op de uitvoe
ring heeft hij aanmerkingen.
Het treft Spr. dat de heer dr. Bouma, die
destijds bij den verkoop van landen in het
(Vergadering van Dinsdag 22 Juni 1915,
’s avonds 7| uur.)
toon zeide hij tot haar
„Bij dit laatste bezoek van uw Amerikaan-
schen voogd, behoeft gij, dunkt me, nog niet
vooruit te loopen op uw Spaansche bloedver
wanten.”
Hij rilde door de ondeugendheid, die in
haar oogen straalde, toen zij zeide
„U vergeet dat dit het eerste en laatste
bezoek van mijn Amerikaanschen voogd is.”
Toen de dames van tafel waren opgestaan,
voelde hij zich een oogenblik verlicht, maar
slechts voor een oogenblik, want de rechter
Baker trok zgn stoel naar Paul toe en do
sigaar uit den mond nemende, zeide hij met
praat, hè
„Gij zijt inderdaad ontsnapt aan een belee-
diging, die willekeurig geschenen zou hebben,”
zeide Paul ernstig, thans de oogen, die meer
schitterden dan gewoonlijk door zgn woede,
gevestigd hebbende, niet op den spreker, doch
op Don Gesar, diè naast hem stond. „D wildet
zeggen voegde hij deze toe.
(;Ik o ja ja die Kate Howard? Ja
wel, ik heb wel van haar gehoord ja wel
En juffrouw Yerba ja zij is uil mijn
land afkomstig geloof ik. Ja wel, wij zul
len haar als zoodanig beschouwen ja wel.”
„Ik geloof,” zeide Paul glimlachend en met
iets beleedigends in zijn toon,” „dat uw land-
genooten gewoon zijn dikwerf rechten te doen
gelden op zaken, meer omdat zij er voordeel
in zien, dan wel omdat het recht werkelijk
aan hun zijde is.” Hij wist zeer goed wat bij
zeide en wat het gevolg zijner woorden zou
kunnen zijn.
Pas vier en twintig uur geleden had hij ge
lachen om Pendleton’s gewoonte om elk schan
daal, elke ontdekking te voorkomen door vech
ten en nu trachtte hij twist te krijgen met
een man, alleen maar op verdenking, om het
zelfde doel en zag hij daar niets vreemds in.
Maar ofschoon Don Cesar smadelijk glim
lachte, scheen hij niet geneigd de hem toege
worpen handschoen op te rapen en Woods
trad haastig tusschen beide. „Don Gesar be
doelt dat uw pupil zelve eenigszins denkt yan
Spaansche afkomst te zijn althans, Milly
zegt dat. Maar natuurlijk, als een van de
oudste voogden, weet u de waarheid.
„Wij moeten juffrouw Yerba buiten de zaak
laten,” zeide Paul koel. „Mijn opmerking
doelde in ’t algemeen, ofschoon ik natuurlijk
verantwoordelijk ben voor eenige persoonlijke
toepassing mijner woorden.”
„Dat is gesproken als een politicus, Hatha-