Gekwek, het vrouweneendje
door L. A. DOKKUM.
De Europessche Oorlog.
SNEEKER COURANT (67ste Jaargang) WYMBRITSERADEEL (14de Jaargang)
Pepermunt
Nienwetijdhigeii.
No. 90.
Woensdag 9 Augustus 1916.
32e Jaargang.
REGLAMEKOLOM.
J
I
te
daardoor de huishoudelgke eenheid
sen
’t hok, die hij plotseling
k
(Overgenomen uit het tijdschrift „De Levende
Natuur” van 1 Juli 1916.)
Hl. (Slot.)
De algemeene toestand.
J
De „Boerenzoon” had haar gezien, haar her
kend, en stil van boom tot boom gaand, nader
de hij de schuif van
deed neervallen.
Hevig schrok ze: ze fladderde door het een-
denhok, de kinderen bang makend, die op hun
beurt met slaande vleugels heen en weer wiek
ten, nog banger vqor de vreemde.
In haar overgroote moedervreugde had zij
niet bemerkt, dat de „Boerenzoon” de schuif
opende om haar te grijpen. Hevig spartelde ze
tegen, maar tegen zoo’n kracht was niet te
worstelen; zij moest zich gewonnen geven,
terwijl de man haar bij de vlerken vasthield en
meevoerde.
Wat er toen gebeurde wist ze niet, maar
zeker is het, dat toen hij haar losliet, zij niet
van den grond kon opvliegen en dat haar tong
telkens tegen een scherp uitgeknipte rand van
de onderkaak kraste, wat haar pijn deed. Ze
moest dus blijven bij de „Plaats” en weer mee
doen aan 't vernederende leven der „tammen”.
Maar ze werd langzamerhand sterker en
zwom reeds verder dan de anderen, vooral
naar dé breede kolk, waar het wier zoo dicht
lag. Daar ging ze heerlijk slobberen; maar vree-
selijk, ’t wier bleef haken en hangen in het uit
geknipte merk aan de onderkaak, zoodat ze
soms meters lange draden achter zich sleepte.
Dom was ze echter niet, immers zij stamde af
van de „wilden”, van de oerstammen.
Dikwijls op den dag roste ze de onderkaak
langs de modder op ’t heem, en werkelijk was
’t alsof het merk zich vulde; bij 't heerlijke
slobberen werd de ellende door den scherpen
(iet voorjaar, weer loensde zij naar den prach-
tigen kop en'de mooie kleuren, weer zeilde
onder hen door het baken en het wilgen-
boschje, en weer zag ze de wereld van blauw,
toen ze boven „de Meer” kwam.
Daar lag de stam in ontelbare exemplaren;
ze zaaiden tusschen haar neer. Heerlijk, hier
was weer de vrijheid, ze had weer haar „wil
de", die sterke, met de prachtige indigokleuren
in den kop. Hij was nóg mooier en forscher en
grooter dan in ’t voorjaar.
Toen gebeurde het vreeselijke.
Op een afstand kwam snel een wit vaartuig
op hen aan; nóg ziet ze hoe de „wilde” op
vliegt en haar roept te volgen, maar op het
zelfde oogenblik hoort ze een geweldigen knal
en voelt ze een druk.alsof ze geen lucht meer
kan krijgen. Ze ziet de „wilde" terugvallen,
rondspartelend met den kop hangend in het
water; zonder zich te bezinnen keert zij terug
en valt neer naast den prachtigen vogel. En
nog nader komt de witte boot; ze ziet nog
even dat haar maneend de kop stuurloos op
richt, die waggelend weer terug valt in ’t
water.
Eén kreet van wanhoop, de laatste die op-
krijschté uit haar ziel; tóén voelde ze een slag
in haar hals en kop, ze viel op zij, sloeg nog
even met de boven' liggende vleugel en stierf
naast hem, dien ze hoog had vereerd en met
heel haar ziel had liefgehad.
van den strjjd in Galicie be-
bjj den uitslag
trokken is
Up het Kaukasisch oorlogsterrein bljj-
ven de Russen nog altjjd meester van den toe
stand. De Turken worden steeds verder terug
gedreven.
Aan het Suezkanaal hebben de Turken
getracht het offensief te nemen, doch zij sche
nen er daar leeljjk te zijn ingeloopen. De En-
gelschen melden tenminste, dat de Turkeu.die
met veel zwaar geschut en ongeveer 14000
man aanvielen bij een terugtocht van de En-
geische zuidelgke flank in don val zijn geloo-
pen en, door sterke Australisch-Engelsche strijd
krachten aangevallen, moesten terugtrekken
met achterlating van 2500 gevangenen.
De toestand in Duitschland'
Sebrubd enkel
~-i i liiL-'y
Pi r ma
Joh.» Tromp ip -?\
Sneek. >3 Al
til V. JSw*'—i
hongering van Duitschland de ergste vjjand
van den vrede is.
Re diefstal te Oen Held«tr-.
In aansluiting aan het bericht van jl. Vrij
dagavond, aangaande de diefstal aan de mari
newerf te den Helder, kan men nog meededen
dat de door de politie uit den Helder en een
marechaussée, op verzoek meegegeven door den
brigade-commandant alhier, in beslag genomen
goederen ten huize van den werkman 8. te
Poppihgawier, allen door de marine-autoritei-
ten zijn herkend. Ook moet de dader reeds
bekend hebben genoemde voorwerpen te heb
ben gestolen.
VAN DE LEEUWARDER RECHTBANK.
Zitting van Maandag 7 Aug.
Diefstal.
De 40-jarige Jan v. Wtimmerman te ’t
Meer, wilde op 6 Juli j.l.naar Sneek om werk
te zoeken. Te Irhsum kreeg hij op zijn ver
zoek van den fietsbandelaar E. Wiersma een
karretje te huur. Het ging dan wat vlugger;
Wat Jan, die niet geheel nuchter meer was,
bjjzonder paste. Te Sneek word er nog een
borrel opgezet en toen heeft de timmerman het
rijwiel voor f5 van de hand gedaan. „En waar
heb je de f5 gebracht?” Opgemaakt”, is het
antwoord. Toen de timmerman ten slotte weer
nuchter was geworden en nog/altjjd geen werk
NIEUWE SNEEKER COURANT
«HEX
Ze waren met hun beiden in snelle vlucht
over meren en plassen gevlogen, over torens
van dorpen, over weiden en boschjes, óren
lang; mi had zij niet de kracht om weer dien
grooten tocht door de lucht te maken; in al
hare ellende uitte ze een kreet van hevige
smart.
Zélf schrok ze en vloog op; vloog verder
naar den kant waar de zon haar reis begint,
al hooger, alsof het sterke verlangen haar
buiten-natuurlijke kracht gaf. Met de kop iets
naar achteren gekromd, de pooten hangend,
vloog ze met vermoeide, slappe vleugelslag;
later de hals gerekt en de pooten opgetrokken,
werd de vlucht sneller. Ze vloog over de dor
pen, over watermolens, tusschen hoog riet half
verborgen, tot ze zakte en vermoeid neerviel
in ’n plas, die bedekt was met groene -wieren.
Werktuigelijk begon ze te slobberen; de
vlucht en de frissche lucht hadden haar goed
gedaan; ze at van het heerlijke voedsel dat
hier volop was en rustte later uit tusschen het
riet in den modderigen piasoever.
Den anderen morgen voelde ze zich ster
ker; ze voelde in zich de kracht om verder te
gaan, om de „Plaats” te bereiken; en toen ze
fokkers door bemiddeling van vertegenwoor
digers der landhuishoudkundige belangen, zoo
genaamde varkensfokverdragen te sluiten, waar
door de voorziening met varkenvleesch den vol
genden winter nog beter verzekerd zal zjjn.
De fokkers krjjgen goedkooper fokvoer en
moeten daarvoor een bepaald aantal vette var
kens aan de steden leveren;
Bij alle leveringen is verder zorg gedragen
om het melkvee te behoeden. Alleen melk
koeien, die geen melk genoeg geven en voor
het fokken geen dienst kunnen doen, worden
geslacht.
Do algemeene rantsoen-bepaling voor de
vleeschbehoefte, die binnenkort in werking
treedt, verzekert een gelijkmatige vleeschvcr-
deeling over het geheele volk.
Evenzoo wordt voorzien in een gelijkmatige
melk- en vetverdeeling.
De groote steden ontvangen voldoende hoe
veelheden melk. Er is geen gebrek aan melk.
Het vetrantsoen, dat per hoofd en per wéék is
toegestaan, bedraagt 90 gram, wat wel weinig
maar voldoende is. Later zal dit, wanneer
voldoende1 reserves zijn opgelegd, /vermeerderd
worden.
De suikorvoorziening is voor het einde van
het huishoudjaar 1915—16 niet rijkelijk, door
dat wat te veel werd gebruikt, maar met 1
K.G. per hoofd en per maand komt men toe.
Voor 1916—17 zal het suikerbeheer beter
geregeld worden en zal door vermindering van
suikerwortelen, voor veevoeder bestemd, gezorgd
worden, dat er evenvet-1 suiker is als in vre
destijd.
De voor de voeding noodzakeljjke aardappe
len zijn aanwezig. Groote gemeenten zullen
zich voor den wintervoorraad vroegtijdig ge
noeg voorzien. Ook in de behoefte voor het
volgende voorjaar is nu reeds voorzien.
De handel in eieren, groenten en ooft is even
eens geregeld, zoodat gelijkmatige verdeeling
zal plaats hebben.
Ook de bewering dat afzonderlijke bondssta-
de voorraad' niet onaanzienlijk verminderd werd. ten door uitvoerverboden voor elkaar, zgn af-
g0sioten en daardoor de huishoudelgke eenheid
van het Duitsche rijk verbroken zou zjjn, is
onjuist.
Bg het stelsel der voedselvoorziening in
Duitschland toegepast en waarbjj van bepaalde
streken vaste leveringen aardappelen, vleesch,
vet, eieren, enz. worden betrokken, is het na
tuurlijk noodzakelijk, dat zulk een streek een
in zich zelf afgesloten geheel moet zjjn, omdat
slechts dan de verplichtingen kunnen worden
nagekomen, wat het geheele rijk waar ten
goede komt.
De uitvoerverboden berusten dus niet op
kwaadwilligheid der bondsstaten onderling,
doch op oen huishoudelgke doelmatigheid, waar
aan in de meeste gevallen niet is ontkomen.
Voor de "koloniale waren wordt een ver
goeding gezocht in peulvruchten, waarvan de
teelt zeer is toegenomen, en welke voedzame
vruchten veel meer dan anders als voedsel ge
bruikt worden.
De vooruitzichten zjjn goed voor het nieuwe
jaar. Wij zullen niet alleen uitkomen maar, go-
Ijjk nu reeds kan worden vastgesteld, zullen
wjj met belangrjjke reserven h,et nieuwe huis-
^oudjaar'1917 18 ingaan, welke ons ook het
uithouden van een vierde oorlogsjaar mogeljjk
zullen maken zelfs wanneer in 191718 de
oogst mocht mislukken.
Met onze bondgenooten staan wij ook op
huishoudelijk gebied in nauwe betrekkingen.
Wjj zullen van weerszijden met hen levensmid
delen ruilen, voor zoover dat noodig is. Voor
de hoofdvoedingsmiddelen brood, aardappelen,
vleesch en vet heeft elk land in ’t algemeen
aan zijn eigen voortbrengselen genoeg.”
De beschouwing eindigt met de verzekering,
dat alle berichten die melding maken van hon
gersnood, opstanden of afvuren van machine
geweren op opstandige vrouwen in Duitschland
onwaar zijn en met het beroep door het oor-
logsbureau voor voedselvoorziening gedaan op
alle betrokkenen om met dezelfde trouw vol
hoek hoe langer hoe minder gevoeld. Dit hield
ze vol, weken lang; ondertusschen voelde ze
zich weer de oude worden, ze voelde de vleu
gels groèipn, zij probeerde zelfs in den nacht
te vliegen.
Wat had ze hier? Haar kinderen wilden haar
niet herkennen en zij, die alles voor hen had
opgeofferd, was en bleef een vreemde voor
hen.
Langzamerhand werden de dagen korter; de
wind roesdé in herfst-toon en het riet tintte
in zijn sterven, zij was weer sterk, de vleugels
waren weer aangegroeid. Voor de anderen
en ook voor den Boerenzoon bleef ze nog
vleugelkort.
Ze was immers in dien bepaalden nacht al
eenige malen om de „plaats" gevlogen, zonder
dat ze moe werd.
Op een morgen, toen de zou haar reis weer
was begonnen en 'n dunne mist'over 't veld
waasde, was ze de sloot opgezwommen, ze
plaste en waschte zich in het heerlijke frissche
water, dook kopje onder en sloeg met de vler
ken, van louter speelschheid op ’t water.
Wat was dat? Ze hoorde het toch duidelijk,
„kom!" Ze hoorde den zwaren vleugelslag!
Dat kon niet anders zijn dan de „wilde”, de
prachtige „wilde”, die edele, die haar dus
niet had vergeten.
En weer hoorde ze „kom” en plotseling ook
het piepen van den zwaren slag, dat nader
kwam, dat over haar heen ging en haar be
dwelmde en suggestief haar zich deed opge
ven.
Weer vlogen ze vleugel aan vleugel als in
te houden, als de Duitschers in de loopgraven,
en door een grondig huishoudelgke levenswijze
mede te werken tot een doorstaan van den
„opgedrongen” oorlog.
KOPENHAGEN, 6 Augustus. De sociaal
democraten Hansen, Madsen, Oksen zijn van
een studiereis door Duitschland en België terug
gekeerd en hebban daarover aan het blad
Sozialdemokraten mededeelingen gedaan. De
reis, zoo zeiden zij, had negentien dagen ge
duurd en was gedaan in gezelschap van drie
Zweedsche partijgenooten, op uitnoodiging van
een sociaal democratische Duitsche vakvereeni-
ging en niet, zooals in een deel van de Deen-
sche pers beweerd was, op uitnoodiging van de
Duitsche regeering. De afgevaardigden hebben
verscheidene gevangenkampen bezocht.
Van den voedingstoestand in Duitschland
hadden de Deensche socialisten den indruk ge-
'kregen, dat die de laatste maanden tengevolge
van het gebrek aan vet, zeer drukkend was
geweest. Van bepaald hongerlijden was nergens
sprake. Het slimst was de toestand te Berlijn.
Buiten Berljjn schijnt de toestand, wat te voe
ding betreft, bevredigend. De stemming ie goed.
Een derde winterveldtocht wordt vrij kalm
tegemoet gezien. De reizigers waren getroffen,
dat er zooveel veld bebouwd was en dat de
meeste industrieele ondernemingen met volle
kracht aan ’t werk waren.
De oogst is dit jaar in België over ’t alge
meen uitstekend uitgevallen, en reeds thans
voor het eigen verbruik van België in beslag
genomen. Terstond na de bezetting van België
waren er daar 120 tot 130.000 werkloozen,
thans nog slechts 40 tot 50,000. De voedings-
toostand in België wordt als gunstiger voor
gesteld dan die te Berljjn. Men kreeg niet den
indruk, dat de Belgische bevolking noodlijdend
was of ondervoed. Wjj kunnen niet nalaten,
hebben de Deensche socialistische reizigers
verklaard, te getuigen, dat het Duitsche orga-
nisatie-talent de gevolgen van den -oorlog zoo
veel mogelijk tracht weg te nemen.
Alle Duitsche socialisten, met wie wjj spra
ken, beschouwen het als vanzelf sprekend, dat
de volkomen zelfstandigheid van België weer
hersteld wordt. Het Deensche blad besluit zijn
mededeeling met de verzekering, dat de drie
Deensche socialisten, evenals vele anderen, die
Op alle gevechtsterreinen bljjven de geal
lieerden de overhartd behouden, doch nergens
zijn zjj er nog in geslaagd voordeelen van be
slissenden aard te behalen.
Op het Westelijk front zjjn de Engelschen,
vooral aan de Somme actief, in de om
geving van Pozières, waar zjj de tweede Duit
sche linie over een lengte van een paar kilo
meter namen. Volgens Engelsche berichten be
strijkt do artillerie der geallieerden thans de
streek tot aan Bapaume en kunnen hier groote
gevechten verwacht worden.
De Franschen hebben de laatste dagen ter
rein bij Verdun gewonnen. Ook hier hebben
zjj de Duitschers genoodzaakt verdedigend op
te treden en hun het werk Thiaumont weder
afgenomen. Duitsche tegenaanvallen bleven tot
nog toe zonder succes, doch de strijd zal hier
nog wel blijven voortwoeden. Iets verder zui
delijk vallen de Duitschers nog aan, doch voor
deelen van eenige beteokenis hebben zij er
niet behaald.
De totaal indruk van den toestand aan het
westeljjk front is dat de Duitschers er zich
staande houden, maar meer ook niet. Of zjj
dit kunnen volhoudon zal afhangen van de
kracht, welke de geallieerden nog verder kun
nen ontwikkelen en van de kracht waarmede
de Russen hun offensief zullen blijven voort
zetten.
Dit Russisch offensief heeft de laatste da
gen wedsr eenige vorderingen van betoekenis
gemaakt, n.l. aan den bovenloop van de Sereth,
die zjj hebben kunnen overtrekken. Lemberg
wordt opnieuw sterker bedreigd. Een 106 00
gevangenen hebben de Russen hier gemaakt.
Elders op de front is goön verandering van
belang ingetreden. Maarschalk Hindenburg
heeft thans alle Duitsche en Oostenrjjksche
strjjdkrachten van Riga tot aan de Strypa on
der zjjn bevel. De legers van generaal von
Bothmer tot aan de Roemeensche grens staan
onder opperbevel van Karei Frans Jozef, den
Oostenrjjkschen troonopvolger.
Vermoedeljjk zullen deze laatste legers wel
trachten een tegenoffensief te ondernemen om
het Oostenrjjksch grondgebied van den vijand
te bevrijden. Wanneer deze groote plannen niet
bestonden, zou men waarschjjnljjk den naam
van den troonopvolger niet aan deze le
gers hebben verbonden.
Op deze poging tot een tegenoffensief wijzen
reeds de Duitsche en Oostenrjjksche berichten
over voordeelige gevechten ten Zuiden van De-
latyn. De Russische troepen staan hier onder
bevel van generaal Letschitsky, die een goed
strateeg schjjnt te zjjn. Hjj heeft echter in de
laatste weken weinig van zich doen hooren.
Misschien staat dit in verband met een her-
groepeering van zjjne troepen in verband met
het verwachte tegenoffensief. Misschien ook
wacht hjj af wat Roemenië zal doen, dat nog
steeds geen beslissing schjjnt te hebben geno
men on schjjnt te willen afwachten of de Rus
in staat zullen zjjn ook vorderingen te
maken, nu de groote Hindenburg onmiddelljjk
had, heeft lig zich bij de politie aangegeven.
„Allemaal ellende met jou, hé wordt hem
.toegevoegd. De man is herhaalde malen tot
gevangenisstraf veroordeeld en ook reeds op
gezonden geworden.
Tegen hem werd voor dit feit veroordeeling
gevraagd tot 5 maanden gevangenisstraf. L. O.
Bedelarij
Achter de balie, op de publieke plaats,
staat een man te snikken. Het is H. V. Z’n
vrouw, de 49-jarige Hendrikje O., heeft zich
te verantwoorden wegens bedelarjj
Te Sneek was ’t gebeurd. De inkomsten
waren niet ruim. Men moest toch leveg Met
schuurpapier ging ze de huizen langs. „Ook
wat koopen?” Klonk een weigering, dan deed
de vrouw gevoelen, dat ook giften door haar
niet werden versmaad.
Van den een kreeg ze brood, van den ander
centen. De politie hield de vrouw aan. Het
schuurpapier was op. Het bleek, dat onte
genzeggelijk bedelarjj had plaats gehad.
De zaak heeft een treurige zjjde voor de
vrouw. Betereen dubbel treurige. Want
toen de politie haar aantrof, was zenietnuch-
ter
De drank speelt in bekl.’s verleden een voor
name rol
De Subst. Off. eischt 5 d. hecht, en *1 jr.
opz. naar het gesticht voor vrouwen te Oegst-
geest.
Bekl. verzoekt van dit laatste verschoond te
bljjven. Haar verder leven zal anders zjjn, dit
belooft ze... L. N.
HOMMERTS, Aug. ’16. De voreeniging
van oud-leerliogen van Rjjks-Laudbouwonder-
wijs te Oudega en Hpmmerts hield op 2 en 3
Aug een excursietocht, onder leiding van den
heer E. Hazelhoff, landbouwonderwjjzer alhier,
naar de heide ontginningen in Appelscha on
Drenthe. Per tram tot Heerenveen en verder
per fiets bereikte men om 11 uur Appel
scha, waar men door den opzichter De Jong
werd rondgeleid door de ontginningen aldaar.
Deze vriendeljjke heer liet ons de turfgraverijen
zien en vervolgens de mooie boerderijen die
op deze nog jong in cultuur zijnde gronden
waren gebouwd. Hoewel de boerderjjen voor
gemengd bedrjjf zijn ingericht worden de gron
den nog uitsluitend als bouwland gebruikt.
Dat de ontginning van dalgronden wel renda-
tjjdens den oorlog in Duitschland geweest zijn, on3 de gewassen die te velde
van rneening, zijn, dat het geloof aan de uit- 3tcnden. Zoowel do oudere als die dit jaar voor
'-■■■- - - t eerst in cultuur waren gebracht beloofden
ean rjjken oogst. Deze resultaten doen ver
wachten dat de nog uitgestrekte heidevelden
binnen korte jaren in een welvarende streek
zullen zjjn veranderd.
Een excursietocht daarheen kan ieder wor
den aanbevolen. Daarna word de reis per fiets
verder voortgezet over Smilde naar Assen, van
waaruit des avonds een tocht werd gemaakt
naar ’t Zeierveld, waar de boerderij van de
heer A. Zwart werd bezichtigd. Hier was de
grond zoo goed niet als te Appelscha, alsTbe-
staarde alleen uit zandgrond. Dat de bodem
toch ook hier vóór ontginning geschikt is,
blijkt uit het feit dat in de laatste zes jaren
achttien flinke boerderjjen tot stand zjjn geko
men. Kon men hier maar gebruik maken van
de stikstof die ïn de vorm van gier op vele
Friesche greidboerderijen ongebruikt wegloopt
en voor een kapitaal nutteloos verloren doet
gaan. Den 2en dag ging de tocht van Assen
over Rolde, waar de Ballerkuil en twee Hunne-
bedden werden bezichtigd, naar Grieten waar
een kjjkje op de Hondsrug werd genomen. De
terugtocht werd vanaf Gieten per spoor over
Groningen gemaakt, waarna men in een ge
noeglijke stemming welvoldaan huiswaarts
keerde.
Zeilwedstrijd te Akütrum,
Begunstigd door een Hinken tries had Za
terdag de jaarlijksche zeilwedstrjjd te Akkrum
plaats, waarvan de uitslag was
le klasse, vracht- en beurtschepen, prjjs Sj.
Hiemstra van Warga met „Oeral Thüs”, pre
mie B. Bergsma van Boornbergum met „De
Door het Wolff-bureau wordt een poging
gedaan om de ongunstige berichten over den
voedingsnood in Duitschland te weerleggen.
Ter wille van de onpartjjdigheid volge dit
betoog hieronder.
De voortreffelijke organisatie der brooduit-
deeling, de voorbeeldige wijze van spaarzaam
verbruik en opbergen van hetgeen te veel was
hebben het mogelijk gemaakt, dat men het on
gunstige jaar 1915/1916 zonder bjjzondere sto
ringen in de huishouding der geheele bevol
king is te boven gekomen en dat zelfs mat
een voorraad, het zeker rgkere opbrengst ge
vende jaar 1916/1917 wordt ingetreden. Me
dedeelingen die van hongersnood of buitenge
wone inkrimping van levensmiddel en verbruik
of van gevaar voor de gezondheid der bevol
king, speciaal die der opkomende jeugd, ge
wagen, berusten op volslagen onkunde of op
een kwaadwillige voorstelling.
Wat de aardappelen betreft heeft bg het ge-,
brek aan veevoeder, het verbruik van aard
appelen voor dit doel plaats gehad, waardoor
Evenwel is voorzien geworden in de nood
zakelijke behoefte; in die streken, waar zich
een aardappelnood voordeed, werden afzonder
lijke rantsoenen koren voor broodbereiding ter
beschikking gesteld. In groote steden worden
volks-voedings-inrichtingen geopend om de on
bemiddelde bevolking goed voedsel te verschaf
fen, per portie van 20 tot 30 pfennig.
Voor de bevolking, die zwaren arbeid moest
verrichten, zijn in Juni en Juli afzonderljjke
rantsoenen boter, margarine, spek, peulvruchten
en bevroren vleesch verstrekt.
Een crisis bestond dus niet. Moeilijkheden
betreffende het voedselvraagstuk lagen, trots
den mislukten oogst van 1915, slechts op het
gebied der organisatie, maar zjj zijn thans over
wonnen.
Sedert tien dagen hebben wjj een weersge
steldheid, die het goede binnenhalen van den
korenoogst, die goed en ten deele uitstekend
is, toelaat. Wjj zullen ten minste een door-
snee-oogst uit vredestijd hebben, dus zeer veel
meer dan in 1915, waardoor de arbeidende
bevolking ook grooter broodrantsoen toegestaan
zal worden, terwjjl hst rantsoen voor hen, die
zwaren hrbeid verrichten, reeds ten deele is
opgevoerd tot het dubbele van het normale
kwantum van 200 gr. per dag.
De veevoederoogst levert een bjjzonder goede
opbrengst, wat de veeteelt, in het bjjzonder de
runder- en varkensteelt, zal bevorderen, zoo
dat de voorziening van vleesch voor leger- en
burgerbevolking ten volle verzekerd is.
Opvallend is het, dat juist door de bevolking
van groote steden aangeboden werd om vleesch-
looze maanden in te voeren. Dit aanbod werd
niet aangenomen, daar er voldoende vleesch
voorhanden is.
Ten onrechte is gevreesd, dat door de groote
vleeschleveringen de varkensstandaard geheel
vernield en ten deele de melkveestandaard aan
getast zou worden. Door centrale bureau’s
zijn de gemeenten verplicht met de varkens
opvloog, hoorde ze zelfs het piepend geluid
van haar vleugelslag.
Uren vloog ze; goddank, daar was „de
Meer"; deze over en dan over "t wilgeboschje
bij het baken, dan nog maar vijf minuten! Ze
zag reeds de overhangende boomen der
„Plaats” en daarnaast de bekende watermolen,
zoo’n vreemde, die ze uit duizenden zou her
kennen; toen hoorde ze weer in eens het ge-
kwèèk der „tammen” en waaide neer in'de
sloot die voor het heem liep.
Moe was ze, maar niettegenstaande dat,
maakte ze halve cirkeltjes, tegelijk naar alle
kanten uitziende; even later zwom ze lang
zaam naar de „Plaats". Daar zag ze den nieu
wen toom, halfwassen eehden, prachtig wild-
kleurig; ze voelde haar hart bonzen en in
hevig verlangen vloog ze op en viel neer tus
schen haar kinderen, die verschrikt uiteen
stoven en zich op het heem werkten.
Ze herkennen mij niet! kreet het in haar, en
ik vóél toch, dat dat mijn kinderen zijn!
Ze herkennen me niet! scheurde het door
haar borst en zij wrakste zich ook op het
heem, naar haar kinderen, die zij al haar
warmte had gegeven, waarvoor ze zich toch
een tijdlang met geheel haar lichaam en ziel
had opgeofferd.
Toch waggelde ze naar hen toe; maar bang
als ze waren voor die vreemde, schoven ze in
hun hok, waarin ze door een andere eend wa
ren uitgebroed. Zij volgde; maar de „wilde
toom” kroop op een hoop in den versten hoek
van het hok, terwijl zij op een vijftal halsleng-
ten afstands bleef.