Volkomen zuiver
PEPERMUNT.
h
Graan-Speculanten
TROMP
Sneek.
MEUBELFABRIEK NEDERLAND
Bewaarplaats voor Inboedels.
FIRMA H. BRANDENBURG»
Ut de Jongfryske Biweging.
annex SNEEKER COURANT en WYMBRITSERADEEL
RECLAMEKOLOM
ons.
N ieu wstijdingen
Officieel Orgaan der Gemeente Sneek.
14 cent per
Zaterdag 15 September 1917
■o. 101.
33e Jaargang
J
U,
9
II.
>8
J. HIIIZIÜGA, Groningen.
I
r
i
1
NIEUWB SüEEKER COURANT
II
Zo is overal ie koop
3
dat zij sprekend op de
5
en
og
voor
spre-
op
d.
op,
(Wordt vervolgd).
3
1
1
Wester sing el 2. Telefoon 118.
nn
te
ijn
ft.
ijk
i
3
l
I
1
t
1
1
a
3
j
a
>r-
er
?r-
in-
st-
511.
lo-
iet
;c-
Verschijnt
DINSDAGS en VRIJDAGSAVONDS
Uitgevers
Sneik Telefoon No. 150.
er
n-
>n-
;a-
efi-
ir,
:ot
,e:
li
er
e-
ts.
de
en
v:
is
r
Een verhaal uit Chicago.
door
FRANK NORRIS.
Schrijver van „V a n g-a r m e n”.
(Vertaling van Jo Arenberg).
uit Duitschland niet het karakter draagt
een afbreken van de onderhandelingen
kolenvoorziening uit ^Duitschland tus-
is de bakende
medicinale
Engros alléén bij
Ook op rantsoen.
De kolenschaarschte brengt behalve teleur
stellingen voor velen voor enkele categorieën
ook een meevallertje mee.
Zoo bv. de scholieren, die vanwege de llcht-
nood op rantsoen zullen worden gesteld wat....
het huiswerk betreft.
Burg, en weth. van ’s-Gravenhage hebben
reeds tot de hoofden van gemeentelijke instel
lingen van onderwijs een schrijven gericht,
waarin zij wijzen op de wenschelijkheid bij het
geven van huiswerk rekening te houden met
de gasbeperking en de gevaren voor de oogen,
welke het werken bij gebrekkig kunstlicht op
levert.
Ongetwijfeld zullen de betrokken jongelui
er geen enkel bezwaar tegen hebben.
omtrent kooplieden, reeds lang werd gevoeld,
en dat na den oorlog deze behoefte nog in
sterkere mate zal blijken. Zij acht daarom nu
juist het geschikte oogenblik gekomen voor het
samenstellen van een handelsregister en dringt
aan op een spoedige totstandkoming ervan.
Wordt besloten dit stuk te laten circuleeren
bij de leden.
aa. Statuten der Alg. Vereeniging van Ned.
Im- en Exporteurs, benevens een afschrift
van haar adres aan Z. E. den Min. van L„ H.
en N. inzake Z. E. circulaire over crisisbedrij-
ven aan Verschillende Rijkscommissies.
Voor kennisgeving aangenomen.
4. Voorstellen en besluiten.
Wordt besloten een schrijven te richten tot
de Directie der Nederl. Tramwegmij., houden
de verzoek dat er bij de a.s. winterdienstre-
geling, waarin verscheidene treinen zullen
worden uitgelicht, gezorgd wordt voor een
goede aansluiting te Heerenveen met de Staats
spoor.
De tegenwoordige tram 89 komt te Heeren
veen ’smiddags 1.25, terwijl.de S.S. vertrekt
1.15. Bij de beperkte dienst dient hiervan nota
te worden genomen.
Hierna sluit de voorzitter de vergadering.
VERGADERING van de KAMER VAN
KOOPHANDEL EN FABRIEKEN te
•SNEEK op Dinsdag 11 September 1917.
Abonnement: per jaar f2.
fr. p. post f2.50. Losse Nos. 5 ct.
Advertentlën 15 reg. f 0.35
verder per regel 6 cent Bij Abon
nement belangrijke korting.
De advertontie-prijzen zijn tijdelijk ver
hoogd met een oorlogstoeslag van 20% e
Onverwarmde treinen.
Naar de „Tel.” verneemt, hebben d» spoor
wegdirecties aan de regeering de vereischte
machtiging gevraagd, om gedurende den a.s.
winter de treinen onverwarmd te laten.
De Zomertijd.
Van Verschillende zijden wordt aangedron
gen op verlenging van den Zomertijd, die 17
September weer ophoudt. Na ter bevoegde
plaatse inlichtingen te hebben ingewonnen,
kunnen wij mededeelen, dat bij de regeering
geen voornemen bestaat tot verlenging van den
Zomertijd.
De dyk wier swart fen minsken. It like wol
it drokste plak op de drokste dei fen Ljou-
werter merke to wêzen. Do’t wy op ’t iene ein
fen de Midstrjitte sjonge seoenen, wier it sa’n
toer om in geskikt plakje to finen, det in kast-
lein ós üt de brón holp en üs syn balkon for
ós doel ófstie, dê’t wy in tankber gebrük fen
makken. Ek fierder- yn ’e bürren stienen hón-
derten barkers om ós hinne, forskate mei in
lieteboekje yn ’e han. Yn ’t forkeapjen fen de
programmes waerden ós dameslsden trou bij-
stien fen inkelde warbre helpers, dy ’t bjarren
nei bisibbe fiole oan ós wirkjen en stribjen.
Wy ha songen ta de lette jonn ut, oant de
kiel ós skoar waerd.
De pasjinten fen Heremastate scille de can-
tins oan dizze moaije dei lang biwarje. Twis-
ken hjarren en ós koar is in hechte bftn weefd
fen it sterke Ijeafdeweefsel, in bón, dy’t. fas
ter oanheile wirde kin, mar net tobritsen 1
Us sjongen hat klonken as in krêttige weits-
rop oan de Friezen, om bjar eagen ót to wrin-
wen en hjar yn ’t spier to stellen for ós moaije
wyt: de bifoardering en forealing fen de Fryske
sang, om sadwaende mei to wirkjen mei krêft
en gloede for it moaije, Ijochtsjendo ideael:
de geasteliko frjjdom ton do Friezen 1
Menaem. J. K. DIJKSTRA,
Skriuwer Jfr. Sjongkoar.
Page keerde zich tot mevrouw Wessels.
Zeg, tante Wess’, kijk eens naar dien
heer bij de logedeur, naar hem die met zijn
rug naar ons toestaat, naar die met zijn
handen in de zakken "van zijn overjas. Is dat
niet mijnheer Jadwin? De heer dien wij van
avond zouden ontmoeten? Ziet u wien ik be
doel?
Wie? Mijnheer Jadwin? Ik weet het niet,
kind. Ik heb hem nooit gezien.
Ik geloof dat hij het is, vervolgde Page.
Hij zou vanavond in ons gezelschap zijn. Ik
heb mevrouw Cressler höoren zeggen, dat zij
hem zou vragen. Dat is mijnheer Jadwin. Ik
ben er zeker van. Hij wacht ook op hen.
O, vraag het hem eens, Page, riep Laura
uit. Wij missen anders het geheele stuk.
Maar Page schudde het hoofd.
Ik heb hem maar eens gesproken, eeuwen
geleden; hij zou mij niet meer kennen. Het
was bij de Cresslers en wij zeiden elkaar al
leen maar goeden dag. En misschien is het
mijnheer Jadwin niet.
O, ik zou mij maar niet druk maken,
meisjes, zei mevrouw Wessely. Zij zullen bin
nen een minuut hier zijn. Ik geloof, dat het
scherm nog niet op is.
Maar op dit oogenblik keerde de man van
wien zij spraken, zich om en keek de vestibule
rond. Zij zagen een heer van onbepaalden
leeftijd naar zijn gezicht te oordeelen kon
hij zoowel veertig als vijf-en-dertig zijn. Een
Het gevoelige punt.
Voor hen die aan zenuwpijnen lijden.
In geval van zenuwpijnen verkeert geheel
het zenuwstelsel in een slechten toestand, ter
wijl de pijn slechts op een enkele plek zetelt
doordat dit gedeelte gevoeliger is en minder
weerstand bezit. Uit het feit dat de pijn plaat
selijk is, moet men niet afleiden dat men ge
nezen zal door-het toepassen van pommades
en zalven op het pijnlijke deel. De zenuwpijn
is een plaatselijk optreden van den slechten
toestand van het geheele zenuwstelsel en al
leen door het geheele zenuwstelsel te verster
ken, zal men een eind aan de pijn kunnen ma
ken. De Pink Pillen zijn een krachtige verster
ker van het zenuwstelsel. Wij bevelen hen aan
ter genezing van de zeuwpijnen. Zij vervullen
zeer goed dat werk van verlossing indien zij
voor u doen - en waarom zouden zij dit niet
wat zij gedaan hebben voor Mejuf. van Nus,
geb. Cirkel. Deze persoon die te Utrecht,
Springweg 168, woont, schrijft ons:
„Ten gevolge van familieverdriet was mijn
gezondheid slecht geworden. Ik leed aan erge
zenuwuitputting. Ik ondervond zenuwpijnen die
mij alle rust ontnamen. Om te trachten te ge
nezen heb ik velerlei middelen ter kalmeering
der zenuwen genomen en behandelingen ter
versterking van het organisme gevolgd. Som
tijds deed zich een lichte beterschap voor,
maar spoedig kwamen de zenuwpijnen terug.
Eindelijk heb ik de Pink Pillen genomen en
alleen deze goede pillen hebben mij van mijne
pijnen kunnen verlossen”.
De Pink Pillen geven bloed en versterken
de zenuwen. Men kan ze, met zekerheid van
te genezen, nemen tegen de bloedarmoede, de
bleekzucht, de algemeene zwakte, de maagpij
nen, de zenuwuitputting, de neurasthenie.
De Pink Pillen zijn verkrijgbaar a f 1.75 per
doos en f 9 per zes doozen bij het Hoofddepöt
der Pink Pillen, Nassaukade 314, Amsterdam
Voor Sneek en Omstreken bij de Erven Joh.
W. Meijer en fa. B. Meindersma te Sneek en
verder bij goede Apotheken en Drogisterijen.
Aanwezig de heeren: P. Reinouts van Haga,
Voorzitter, S. Henstra, W. Nieveen, E. Pries
ter, H. Brenninkmeijer, S. v. d. Meulen Szn. en
J. Lindeman, Secretaris.
Afwezig met kennisgeving de heer R. Gorter.
Punten van behandeling:
1. Na opening der vergadering worden de
notulen der vorige gelezen en goedgekeurd.
2. Lecture van uitgegane stukken:
ar. Adhaesiebetuigingen aan adressen om
zakenverlof.
s. Schrijven aan de Directie der Ned. Spoor
wegen te Utrecht inzake de aansluiting met
Groningen.
t. Alsvoren aan de Directie der H. S. M. te
Amsterdam.
u. Verzoek aan Z. E. den Min. van Financiën
om alhier te stichten een douaneloods.
v. Afgegeven verklaring voor invoer van
goederen uit Duitschland naar hier.
3. Behandeling der volgende ingekomen stuk- i
ken:
ar. Verzoeken van adhaesiebetuigingen aan
adressen om zakenverlof. Reeds afgedaan.
s. Antwoord van de Directie der S.S. op
missive 811, dat bij de Zomerdienstregeling al
leen Dinsdagmorgens te Leeuwarden aanslui
ting kan worden gegeven mét Groningen.
Voor kennisgeving aangenomen.
t. Idem van de Directie der H. S. M., dat
het onder de tegenwoordige omstandigheden
niet mogelijk is, den treinenloop zoodanig te
regelen, dat de door de Kamer gewenschte och-
tendverbinding van Sneek naar Groningen
wordt tot stand gebracht.
Als voren.
u. Telegrafische uitnoodiging van het Uitvoe
rend Comité van den Raad van Vereeniging
van belanghebbenden bij den exporthandel in
den Haag op 17 Juli 1917.
Met deze uitnoodiging zijn de leden der Ka
mer op dato in kennis gesteld.
v. Schrijven van den heer M. A. Kuyt al
hier, om nogmaals a-an te dringen bij den Mi
nister van Financiën alhier een doaneloods te
verkrijgen.
Dergelijke verzoeken waren nog ingekomen
van de Vereeniging van Zuivelfabrieken in
Nederland en van de Firma’s Meindersma en
Vroman alhier.
Op voorstel van de betrokken commsisie
heeft de Kamer hiertoe besloten, waarop den
6 Auv. j.l. wederom een verzoek gericht is tot
Z. E. den Minister van Financiën tot oprich
ting van zulk een loods.
w. Afschrift adres van de Kamer van Koop
handel te ’s-Hertogenbosch aan Z. E. den Min.
van Waterstaat inzake het in rekening bren
gen van 60 ets door de spoorwegmaatschap
pijen voor de Mark bij zendingen uit Duitsch
land naar hier.
Voor kennisgeving aangenomen.
x. Verzoek van den heer J. Rueb, tandarts
te Leeuwarden, om pogingen aan te wenden,
dat de trein, vertrekkende te 12.30 van Sneek
naar Leeuwarden en welke bij de a.s. winter-
dienstregeling is uitgelicht, blijft behouden.
Hierop zal bericht worden dat de dienstre
geling reeds was vastgesteld.
y. Mededeeling dat te Sas van Gent een
nieuwe Kamer van Koophandel is opgericht.
Voor notificatie aangenomen.
z. Afschrift adres van de Kamer van Koop
handel te Amsterdam aan Z. E. den Minister
van Justitie inzake de wettelijke regeling van
een handelsregister. De Kamer is van oordeel
dat de wenschelijkheid van een officieel open
baar register ter raadpleging van gegevens
leverd, ook daarna te ontvangen. De onderhan
delingen, welke in de maand Augustus plaats
hadden, vermochten tot dusver geen bevredi
gend resultaat op te leveren, daar met name
de eischen van Duitsche zijde in zake het ver-
leenen van een maandelijksch crediet op groote
bezwaren stuitten.
In de maand Augustus werden uit Duitsch
land en België te zamen niet meer dan 120,000
ton kolen ontvangen, terwijl op 10 September
1.1. de koleninvoer, althans voorloopig, werd
stopgezet.
Wat Engeland aangaat, is na langdurige on-
derhandeligen op 10 September een voorstel
ontvangen in zake de levering van een maan-
delijksche hoeveelheid van 100,000 200,000
ton, welk voorstel tevens omvat eene rege
ling, zoowel omtrent de Transatlantische vaart
als omtrent de vaart tusschen Engeland en
Nederland, volgens welke regeling een gelijke
hoeveelheid Nederlandsche tonnen (gross) aan
de Belgische Reliefcommissie zou worden af
gestaan als voor den kolenaanvoer noodig is.
Naar de „Tel.” meldt, heeft de Engelsche
regeering goedgevonden, dat onze schepen, die
in Engeland kolen zullen gaan halen, geen le
vensmiddelen of geen andere lading zullen mee
voeren, maar in ballast zullen varen, om zoo
doende het gevaar van torpedeering door
Duitsche duikbooten zooveel mogelijk te ver
minderen.
Over dit Engelsche voorstel wordt op dit
oogenblik van gedachte gewisseld.
Naar het „Hdbl.” meldt, mag worden aan
genomen, dat het stopzetten van den kolenaan
voer
van
over
schen de Duitsche en de Nederlandsche regee-
ringen.
Intusschen staat de geheele aanvoer naar
Nederland stil. Onderhandelingen worden ge
voerd over de hervatting van den kolenaan
voer.
VAN DE LEEUWARDER RECHTBANK.
Zitting van Woensdag 12 Sept.
De Sneeker motorschipper F. Postma had
den 19 April onder zijn vracht ook 46 bundel
leege zakken, toebehoorende aan D. Jaarsma
te Sneek, welke zakken na aankomst te Leeu
warden daar gelost moesten worden, als be
stemd woor de firma Dwinger. In den morgen
van 20 April zijn de zakken aan wal gebracht,
maar toen om 10 uur de knechts van Dwinegr
kwamen, bleken er 4 bundel minder te zijn,
dan er moesten wezen en de schipper bij het
lossen ook geteld had. Later heeft Postma, niet
ver van de aanlegplaats van zijn schip. J de
V., 33-jarig koopman in de Schrans, ontmoet,
komende uit de richting van den Nieuweweg,
met ongeveer 4 bundel zakken op een kar.
Het .waren soortgelijke als de schipper mee
uit Sneek had genomen.
Dezelfde zakken liggen nu in de rechtzaal
op het podium en de eigenaar, Jaarsma, ver
klaart daaromtrent,
Zijne gelijken.
Beklaagde ontkent, zich aan diefstal het
feit, hem ten laste gelegd te hebben'schul
dig gemaakt. Hij heeft de zakken gekocht „van
een ventje uit Zwaagwesteinde”.
Het is de groote Onbekende al weer, merkt
de president hierbij op, nu De V. den man niet
nader aan te duiden weet;
Eisch 2 maanden gevangenisstraf.
Vonnissen.
H. H„ 34-jarig arbeider te Sneek, werd we
gens diefstal aldaar veroordeeld tot 4 maanden
gevangenisstraf,overeenkomstig den eisch.
Onze kolenaanvoer.
Uit den Haag wordt officieel medegedeeld:
Sinds begin Augustus j.l. waren, gelijk be
kend, onderhandelingen gaande met Duitsch
land, ten einde de hoeveelheid van 350.000 ton
kolen per maand, die tot Augustus waren ge-
greep tot haar groote verlichting, dat zij met
een heer had te doen. Zij was vol zelfbeheer-
sching en zonder eenige verlegenheid, sprak
zij.met vaste stem:
- Pardon, maar ik geloof dat ik tot mijn
heer Jadwin spreek.
Hij nam zijn hoed af, blijkbaar verbaasd dat
zij zijn naam kende.
- Ja, ja, antwoordde hij veel meer verle
gen dan zij. Mijn naam is Jadwin.
- Ik geloof, vervolgde Laura kalm, dat wij
vanavond allen in gezelschap van de Cresslers
zouden zijn. Maar zij schijnen niet te komen
en wij rpijn zuster, mijn tante en ik we
ten niet wat wij moeten beginnen. Ik ben
juffrouw Dearborn. Ik geloof, dat u mijn zuster
Page kent.
- Juffrouw Page uw zuster juffrouw
Page Dearborn? Zeker ken ik haar. En u
wacht ook? Wat jammer.
En hij had de onhandigheid erbij te voegen:
Ik wist niet dat u deel van het gezel
schap zoudt uitmaken.
- Neen, antwoordde Laura oogenblikkelijk
Ik wist ook niet dat U er zoudt zijn voor
Page het mij vertelde.
Hij voelde dat hij met die woorden een be
risping kreeg. Hoe kon hij niet precies zeg
gen en waarvoor wist hij ook niet. Wie was
die slanke, jonge vrouw eigenlijk, met het
ernstige, kalme gezicht, die zoo volkomen op
haar gemak was en hem een gevoel gaf alsof
hij de schuld' was van het niet verschijnen
der Cresslers, alsof het zijn schuld was dat
zij moest wachten in die tochtige vestibule.
Ze keek hem trotsch aan. Hoe had hij haar
beleedigd! Als hij zich aan haar had opge
drongen, had zij niet meer uit de hoogte, niet
meer teruggetrokken kunnen zijn.
Ik dacht dat u misschien zoudt kunnen
telefoneeren, merkte zij op.
Ze hebben geen telefoon.
O! Het komt mij toch voor dat er iets
gedaan moet worden.
- Ik weet het niet, antwoordde hij hulpe
loos. Ik denk dat wachten het eenige is dat
wij kunnen doen. Zij zijn stellig al onderweg.
Op den achtergrond hadden Page en me
vrouw Wessels het onderhoud gadegeslagen en
geraden dat Laura niet al te vriendelijk was.
Laura doet weer zoo uit de hoogte,
klaagde Page. Ik weet precies hoe zij nu
spreekt. De man zal voor de rest van zijn
zware snor, ietwat grijzend, bedekte zijn lip
pen. Zijn oogen waren schitterend en rustig.
Tusschen zijn tanden had hij een onaangesto
ken sigaar..
- Het is mijnheer Jadwin, fluisterde Page,
snel haar blik afwendend. Maar hij herkent
mij niet.
Ook Laura wendde haar blik af.
Waarom ga je niet naar hem toe
hernieuwt de kennismaking? vroeg zij.
O, Laura, ik zou het niet kunnen, hijgde
Page. Niet voor alles ter wereld.
Zou ze het niet kunnen, tante Wess’?
vroeg Laura. Zou het niet netjes zijn?
Maar mevrouw Wessels, niet op de hoogte
van vormen en gebruiken, was hulpeloos.
Ik weet het niet, antwoordde zij, maar
Page moet niets onbehoorlijks doen.
- En wat zou het helpen? vroeg Page.
Wij zullen alles missen, verklaarde Laura
beslist; En ik had mij er zoo op verheugd.
De tranen stonden haar in de oogen.
Wel, zei tante Wess’, je kunt doen wat
je wilt, meisjes! Alleen moet je niet iets doen
dat niet netjes is.
Zou het ongepast zijn als Page of als
als. ik hem aansprak? Wij zullen hem in
ieder geval binnen enkele minuten spreken.
Je deedt beter te wachten, Laura, zei
tante Wess’. Misschien komt hij naar ons toe
en spreekt hij ons aan.
En hij kent ons niet, sprak Laura tegen.
Page zegt het zelf. En als hij ons wel kende,
deed hij het nog niet. Dat zou hij niet be
leefd vinden.
Dan vind ik het ook niet beleefd
jou, meisjelief.
Dat zou het wel zijn, antwoordde zij,
dat moet een dame doen. Als hij een heer is
zal hij voelen dat hij niet het eerste kan
ken. Ik doe het, sprak zij plotseling.
Doe wat je het beste vindt, Laura, zei
haar tante. a
Maar niettemin bewoog Laura zich niet en
er verliepen nogmaals vijf minuten.
Page maakte van de gelegenheid gebruik
om Laura van Jadwin te vertellen. Hij was
heel rijk, èen vrijgezel, en had zijn geld ver
diend met onroerende goederen in Chicago.
Sommige bezittingen die hij in het zakenkwar
tier van de stad had, waren enorm. Landry
Court had haar dit verteld.
Jadwin, in tegenstelling met mijnheer Cress-
It Jongfrysk Sjongkoar
op de Jouwtr.
Forline Moan dei, de 10de fen Hjerstmoanne,
joech it Jongfr. Sjongkoar syn earste ótfie-
ring, wjjd oan de stipe fen de Ijjende minske-
wrflldit hat dy deis fór do pasjinten op He
remastate songen.'
It wier in prachtige dei. De sinne glónzge
feestlik osr de moaije tón, dy’t pronkameide
kleurige pracht fan de Ijochte neisimmer en
de bleke kleuren fen de kommende hjerst, en
in myld wyntsje süzele séft trcch it gielgriene
leaf fen de hege beammen.
Mei in drok en frjeonlik gewiuw f«n bón
nen en bósdoeken waerden wy forwolkomme.
Us frjeon Sjouke de Zee bóldde in waerme
taspraek tsjin de pasjinten hy spriek moajje,
djipfielde wirden fen treast en Ijeafde, fen hope
en bitrouwen. Nei’t wy oan ós barkers tekst
boekjes ótrikt tienen, wier it wird oan ós. Dér
waerd mei stille oandacht en blido nocht nei
ós Fryske sangen lóstere, de klanken fen jong
libbon,fen moaije, sterke striid. De bliere ge-
sichiea en it lódo hant’jêklappen wiemen ós
in swiet lean it moaije witten, det wy son-
gon for minsken, dy ’t oars safolle misse moatte,
joech oan ós sang in hillige wpinge, dy’t
de herten weak makke.
Do’t wy in stikmannich lieten songen hie-
nen, kaem Mefrou van Eisingha fen Hóstcr-
heide, om bliken to jaen fen hjar bilangstel-
ling yn de Fryske sang^en yn ós stribjen, in
seedlike stipe, dy’t wy tige weardearje, lyk
as de jildlike stipe.
Ut namme fen 'de pasjinten spriek Dr. Geers
ós waerme wirden fen tank ta. Nei syn forli-
king fen ós sjongen mei „sinneskyn op in roi-
nige dei” fielden wy yet klaarder, det wy in
goed wirk dien hienen. Nei’t De Zee yet in
kelde hertlike wirden fen öfskie spritsen hie,
en op net genöch to priizgjen wize de sisters
for do magen fen de sjengsters en sjongers
soarge hienen, songen wy op ótnoeging fen
Jhr. Veghclin van Claorbergen, dy’t ós ek
gol tasiimming ta de strjittese.ng jown hie en
waerm fielt for de Fryske stek, yn de boar-
gemasterstóc. Nei öfrin mochten wy wirden
hearre fen waerme ynsiimming mei ós doel.
Ier, was niet tegen speculatie. Ofschoon hij niet
aan de Beurs was, nam hij bij lange tus-
schenpoozen deel aan een speculatie in tarwe
of graan of levensmiddelen. Hij geloofde ech
ter, dat alle „corners”, om de hand te leggen
op alle voorraden van zeker artikel, ten slotte
moesten mislukken en had Helmichs val al
een half jaar geleden voorspeld. Hij had in
vloed, was bij al de lui in Chicago bekend;
wat hij zei legde gewicht in den schaal; fi
nanciers raadpleegden hem; zij zochten zijn
vriendschap; zijn naam in de commissie van
een vennootschap was een meer dan voldoen
de garantie in één woord, hij was een
man van beteekenis.
Ik begrijp het niet! riep Laura verstrooid
uit, denkend aan de Cresslers. Dit was de
avond en dit was de plaats en het is al zoo
lang over den tijd. Wij konden naar hun huis
telefoneeren en vragen of zij al vertrokken
zijn of wat er is gebeurd.
Ik weet het niet ik weet het niet, zei
mevrouw Wessels zacht.
Niemand scheen geneigd aan Laura’s, raad
gevolg te geven en weer verliepen de minu
ten.
Ik ga, verklaarde Laura weer de twee
anderen aanziende alsof zij weten wou of dezen
ook iets tegen dat idee hadden.
Ik zou het niet kunnen, verklaarde Page
rondweg.
Wel, vervolgde Laura, ik zal nog drie
minuten wachten en als de Cresslers dan nog
niet hier zijn, spreek ik hem aan. Het komt
mij heel gewoon voor en volstrekt niet on
gepast.
Zij wachtte drie minuten, en toen de Cress
lers er nog niet waren, trok zij haar avond
mantel .om zich heen, liep de vestibule door
en op Jadwin toe.
Toen zij naderbij kwam, zag zij dat hij haar
blik opving. Toen het hem bleek, dat die
jonge dame op het punt stond hem aan te
spreken, kwam een uitdrukking van wantrou
wen op zijn gezicht. Ongetwijfeld wist hij niet
dat zij in de vestibule op de Cresslers zouden
wachten. Waarom zou dat meisje hem aan
spreken? Maar de wantrouwende blik ver
dween even snel als hij was gekomen. Laura
vermoedde, dat hij tot de overtuiging was ge
komen, dat hij op zulk een plaats geen arg
waan behoefde te hebben.
Hij nam zijn sigaar uit zijn mond en zij be
leven zelfs den kiank van haar naam haten.
En eensklaps riep zij vroolijk uit:
v Eindelijk! eindelijk! Het werd tijd!
De Cresslers en de rest van het gezelschap
twee jonge mannen waren verschenen
en Page en haar tante kwamen juist bijtijds
om mevrouw Cressler een mooie oude da
me met een pachtigen hermelijnen mantel en
gepoederd haar te hooren uitroepen:
De brug was open!
De Cresslers woonden nl. aan de Noordzijde.
Page en tante Wess’ werden Jadwin voor
gesteld, die er den nadruk op legde dat hij
zich het jonge meisje volmaakt goed herin
nerde. De twee jonge mannen kenden de zus
ters Dearborn en mevrouw Wessels, Page en
Laura kenden één hunner goed genoeg om
hem bij zijn voornaam te noemen.
Dat was Landry Court, een jongmensch van
drie-en-twintig jaar, behoorend tot het perso
neel van de groote makelaarsfirma Gretry,
Converse Co. Hij zag er heel knap uit,
slank gebouwd, gespierd, opgewekt, goedig,
met blond haar en donkere oogen die schit
terden als van een terrier. Iedereen werd bijna
op het eerste gezicht bevriend met hem en
hij was een van de weinige uitverkorenen, die
zich evenzeer in de gunst der mannen als in
die der vrouwen mocht verheugen. De gezond
heid van zijn blik en van zijn voorkomen
bracht dadelijk het idee van de gezondheid
van zijn geest, en werkelijk, Landrp was
even rein van binnen als van buiten.
Hij was vrij, openhartig, vol mooie gevoe
lens en geestdrift. Tot hij achttien was ge
worden, was het altijd zijn eerzucht geweest
President der Vereenigde Staten te worden.
- Ja, ja, zei hij tot Laura, de brug was
open. Hét was schandelijk. Wij moesten wach
ten tot zij drie sleepbooten hadden doorge
laten. Ik vind dat twee op één keer genoeg
moest zijn. En wij moesten op drie wachten.
Wel, zei mijnheer Cressler, het gezel
schap voorgaande, zullen wij naar binnen
gaan? Ik vrees, Laura, dat wij de ouverture
gemist hebben.
Glimlachend haalde zij haar schouders
terwijl zij het tourniquet doorgingen, alsof zij
zeggen wilde, dat er nu toch niets meer aan
te doen was.