iek
to,
VROOM DREESMANN,
In boeien.
COUPONS
MOLTON
Brandenburgh, Boschma Co.
- annex SHEERER COURANT en WYMBRITSERADEEL
Wk. VALDA Jgr
Officieel Orgaan h Gemeente SdsêL
'fflEÜWsYljblMfiEN.
RECLAME KOLOM.
BUITENLAND.
>0
£-
2.15
3.70
2.80
3.15
425
d.
■-'BS'
3.25
nd.
Woensdag 28 September 1920
36e Jaargang
■o. 105
BS
kerln**»Rank te Schiedam zijn onze Abonné’s verzekerd tegen ongelukken voor
SPECIALE AANBIEDING
4 EL
3 EL
ieek.
1
it
er
en
TWEEDE HOOFDSTUK.
duceeren; geestesarbeid laat zich niet, als je ling van alle middelen beroofd, niettegen-
Wordt vervolgd.
door K. d. 1. BRUYERE.
(Nadruk verboden.)
■Hek
.15
.20
.30
.15
.30
SCHAPENPLEIN SNEER.
Abonnement: per jaar f 2,50
fr p. post 13Losse Nos. 5 ct
Advertentlên 10 ct. p. regel. Inge
zonden Mededeelingen dubbel tarief, bij
Abonnement belangrijke korting
Kleine Adv. kunnen ingezonden wor
den op den dag der uitgifte, tot 10 uur
machines, afdwingen.
Johanna wierp Anton een smeekenden blik
toe, zoodat deze het thema niet verder
volgde.
BBM
antiseptisch werkend geneesmiddel
met een wereldvermaardheid
VERMIJDEN EN BESTRIJDEN
plotMliage of verouderde Hoest, Verkoudheid, Keelpijn,
Keelontsteking:, acute of chronische
Bronchitis ontsteking der Slijmvliezen, Griep,
infiuenza, Asthma, enz.
MAAR MEN LETTE GOED OP SLECHTS j
de echte VALDA Pastilles J
te gebruiken.
Verkrijgbaar hij alle apotheken en irogiilen JBfêsë
in Nederland, JsS|’.
komt uit zich zelf ook wel.
Fransch bloed en daarbij nog Suze
Champagner! Kostelijk, kostelijk. Een ro-
man-figuur, die men slechts heeft te be
schrijven. Daar zal ik mijn studie van maken.
Hij kon niet zwijgen over de ontmoeting
met het pikante wezentje, tot Johanna be
gon: Ik zei je reeds, begon ze, dat ik je nog
iets te vertellen had. Een goede tijding.
Nu?? vroeg Julius verstrooid.
Er kwam heden een barones Rappen-
bach bij me in school en liet me vragen, of
ik een groot stuk borduurwerk, waar haast
met het college van regenten te Leeuwarden;
hetgeen mij bereidwillig het volgende op
mijne desbetreffende vragen heeft mede
gedeeld:
In de laatste 25 jaren zijn 14 tot levens
lange gevangenisstraf veroordeelden in het
gesticht te Leeuwarden ingesloten; van die
14 werd voor 8 de levenslange gevangenis
straf door gratie gewijzigd in gevangenis
straf van tijdelijken duur. Van de 6 overigen,
die alzoo in gevangenschap zijn gestorven,
waren de leeftijden bij hun dood: 70, 63, 62,
57, 46 en 21 jaar. Ik reken dat omtrent de 2
laatste gevangenen nog geen gelegenheid is
geweest om te overwegen, of zij voor gratie
in aanmerking zouden kunnen komen, en heb
ook niet nader geïnformeerd hoe oud de 4
eerstgenoemden waren, toen zij werden in
gesloten, maar meende op bovenstaande ge
gevens te kunnen vaststellen, dat wij in 25
jaar slechts op zijn hoogst 4 levenslang ge
vangenen gehad hebben.
Voorts informeerde ik welke redenen gel-
dend waren voor het verleenen dier gratie en
daarvoor werden mij opgegeven: goed ge
drag, werkelijk berouw, verzekerde toekomst
en redenen van gezondheid. Uit die mede-
deelingen concludeerde ik weder, dat een
persoon, die, als gevolg van het gruwelijk
door hem bedreven feit, en zijn ten tijde van
dat feit gebleken slechten aanleg, terecht tot
levenslange gevangenisstraf veroordeeld
wordt, op den duur, wanneer de herinnering
aan zijn daad meer en meer zal vervaagd
zijn en zijn inborst is gebleken niet zoo
slecht te zijn, als ze bij zijn veroordeeling
blijkbaar was, wanneer bovendien zijn toe
komst verzekerd is, veel kans heeft om niet
in de gevangenis te sterven, zoodat voor hem
de levenslange gevangenisstraf is geworden
een lange straf van onbepaalden duur.
Blijkt daarentegen, dat er aan een ver
oordeelde letterlijk niets goeds is derge
lijke personen zijn er ook-zoodat zijne
invrijheidstelling een gevaar voor de maat
schappij zou opleveren, zoo blijft hij terecht
levenslang gevangen, en zal hij ten slotte
gaan beantwoorden aan het beeld, dat u
schildert een afgeleefde, afgestompte, ge-
vaarlooze oude man worden. Voor hem zul
len kunnen gelden de hiervoor door mij ge
noemde overwegingen, waardoor het beter
wordt geacht hem rustig te laten blijven in
het milieu, waarin hij nu eenmaal gewend is.
Rijksgraanverzameling.
De minister yan Landbouw maakt bekend,
dat in verband met de beëindiging van hun
werkzaamheden de regeeringscommissaris,
belast met de rijksgraanverzameling in onze
provincie, met ingang van 1 October op de
meest eervolle wijze en onder dankbetuiging
voor zijn belangrijke diensten, van zijn ambt
ontheven is, alsmede dat zijn bureau met in
gang van vorengenoemden datum zal wor
den opgeheven.
Een goede vangst.
De politie te Kaatsheuvel heeft een goede
vangst gedaan. De vorige week vervoegde
zich bij verschillende leerfabrikanten
iemand, zich noemende van den Maagden
burg, ingenieur van den Waterstaat, die
verklaarde vrije steenkolen te kunnen leve
ren voor f 900 per 15 ton, dus ongeveer f 300
lager dan het Kodibu. Als waarborgsom
moest een derde van den prijs tegen kwitan
tie gestort worden. Vier firma’s stortten sa
men f 1200. Een gezien persoon stelde hij als
hoofdagent aan; logeerde in gerenommeerde
hotels, maakte autotochten, kocht een fiets,
alles natuurlijk zonder te betalen, en liet zich
door zijn „vertegenwoordiger” introducee-
ren in gegoede kringen. Men merkte bedro
gen te zijn, toen men vernam, dat levering
Verschijnt
DINSDAGS en VRIJDAGSAVONDS
Uitgevers
Smkxk Telefoon No. 150
Volgens voorwaarden overeengekomen met de Hoii&ndsoh* Aifjcmssne V®i*«e- IfMIfj
Snhiadam ziin onze Abonné’s verzekerd tegen ongelukken voor 4VVV la
4.
„Champagner? Werkelijk Champagner?
Een dolle naaml” riep Julius. Als voor u
geschapen.”
„Vindt u?” vroeg Suze met een coquetten
blik. „Nu, dan bevalt hij mij ook goed. Maar,
weet u, eigenlijk is het in ’t geheel geen bij was, zou willen vervaardigen. Ik heb na-
naam. Ze hebben mijn grootvader slechts
spottend zoo genoemd, omdat hij van Fran-
sche afkomst was.”
Ha, ha! lachte Julius, nu is het duide
lijk? En u heeft zeker wel iets van uw groot
vader? Daar lijkt het tenminste wel naar.
Nu, juffrouw Suze, we spreken elkaar
wel eens meer, zoo maakte Johanna een
einde aan het onderhoud, we hebben ons
reeds te lang opgehouden.
Broer en zus boden hun nieuwe kennis de
hand tot afscheid en gingen verder.
’n Lief, klein schepseltje, sprak Julius,
toen ze geheel alleen waren. Wie is ze nu
eigenlijk?
’t Valt me daar in, dat ik dien dwazen
naam van Champagner hier al meer heb
hooren noemen, zei Johanna, ’k Geloof wel,
dat de waschvrouw op den hof zoo heet;
daar zal ’t meisje thuis behooren.
Deze verwantschap is nu juist niet zoo
bijzonder interessant, meende Julius eenigs-
zins ontnuchterd. Maar om ’t even Hans, wij
moeten dat lieve, kleine ding uitnoodigen.
Zulk een vroolijk schepseltje kunnen we
juist in onze melancholische huishouding ge
bruiken.
Neen, maar zeg, die is niet bloode en
daarom zouden veel arbeidsdienstplichtigen
in de bosschen en staatsdomeinen aan den
arbeid moeten gaan.
Het plarf'van het oprichten eener econo
mische bank is in dit verband nog niet op
gegeven. Deze bank zou voornamelijk ten
doel hebben aan de industrieën crediet te
verleenen, iets wat de particuliere banken
niet meer in de noodige mate doen kunnen.
Na de invoering van den arbeidsdienstplicht
zou dan het geld, dat thans voor ondersteu
ning aan werkloozen wordt gebruikt, bijv,
aan economische banken of aan de giro-cen-
trale worden toevertrouwd. Het spreekt van
zelf, dat de moeilijkheden, bij de invoering
van het plan talrijk zijn. 'Zoo zullen natuur
lijk slechts diegenen, die daartoe lichamelijk
in staat zijn, werk in de mijnen moeten ver
richten. Met de geestelijke ontwikkeling van
de dienstplichtigen zal ook rekening moeten
gehouden worden, terwijl jongelieden, die>
reeds een functie vervullen, waar zij werke
lijk nuttig en onmisbaar zijn, niet onder toe
passing van de dienstplicht zullen vallen.
Menschen, die reeds een voor de econo
mische ontwikkeling vruchtbaar werk ver
richten, zal men natuurlijk niet tot een ande
ren arbeid kunnen dwingen.
buiten het Kodibu om, onmogelijk was. Na
lang zoeken is de ingenieur gearresteerd. Hij
had Duitsche en Belgische passen in zijn be
zit. In de Langstraat wist hij f 2400 los te
maken, uit Tilburg kwam reeds een geval
van f200 ter kennisse van de politie. Te
Hontenisse heeft hij f295 en een fiets ge
stolen. Hij is een Belgisch deserteur, die in
zijn vaderland een vonnis van vier maanden
achter den rug heeft.
Een dorp van schaakspelers.
Ströbeck bij Halberstadt is een merk
waardig dorp. Het schaakspel is daar de lie
velingsbezigheid van jong en oud gedurende
de lange winteravonden. Zoowel in den en-
geren familiekring als in de verschillende
vereenigingen. In de school is het schaak
spel een der verplichte leervakken en daar
door het schaakbord een noodzakelijk
schoolmeubel. Deze plaatselijke bepalingen
zijn indertijd als een dorpsvoorrecht nadruk
kelijk erkend.
De kinderen van de Ströbecker volks
school moeten na het Paaschexamen in een
schaakwedstrijd uitkomen, waarvoor het ge-
meentebestuur zes schaakborden als prijzen j veel ik gewonnen heb”/ zeidehij in ant-
uitlooft. i Woord op de vraag van een vriend. „Het
De oorsprong van deze kennis van en I moet heel veel zijn. Wilt gij mij komen hel-
liefde tot het schaakspel wordt, naar depen met tellen?” Zij begaven zich toen naar
overlevering verluidt toegeschreven aan den i het hotel van Normandie en lieten zich hel-
eens in Ströbeck gevangen genomen Wen- j pen door den ouden kassier. Met de deuren
den-koning Gudelin, die uit dankbaarheid op siot begon de heer Vagliano zijn winst
voor de goede behandeling, hem door zijn j uit te pakken op de tafel. Uit eiken zak
Ströbecker bewakers aangedaan, hen het i kwamen de saamgepakte bundels van ritse-
schaakspel leerde. In ,den tijd van Frederick iende banknoten te voorschijn, uit de zijzak-
z- i- i _j... de broekzakken, de borstzakken, de
vestzakken. Zijn heele gestalte was er van
opgezet.
Met het tellen ging een half uur heen.
„Een millioen achthonderd duizend francs”,
deelde de kassier mede.
staande eijn uitstekende voorbereiding, een
gewoon werkman moest worden, en zich
zonder klachten daarin geschikt had, was
deze van jongeling tot man geworden vriend
We moeten terugkeeren, zei ze. Het I harer jeugd steeds meer in haar achting ge
wordt voor jou te ver, Julius en Anton moet stegen, en had zij de schuld van haar vader
onze woning toch ook nog zien. jegens hem steeds dieper gevoeld. Dit alles
- Heden niet meer, antwoordde deze. Ik te zamen genomen had haar gevoel gewij-
1 en tot een innige groote liefde doen
worden, dien zij als iets heiligs in haar hart
hield gesloten.
Slechts in oogenblikken van wankelmoe
digheid kon zij twijfelen dat haar liefde be
antwoord werd. Ze had de zalige zekerheid
slechts te vaak in Anton’s trekken gelezen,
en toch schrikte ze voor de bekentenis van
zijn liefde terug, zij immers beteekende een
scheiding, een afscheid voor eeuwig van den
geliefde. Haar plicht was het, bij broer Ju
lius te blijven: ze had het haar moeder op
haar sterfbed beloofd. Maar ook buitendien
zou ze zich niet van hem gescheiden hebben.
Ze beminde hem met die zorgende liefde,
welke ieder vrouwelijk hart voor den hulpe-
looze koestert, en dat was Julius sedert zijn
kindschheid voor haar geweest, toen zij heng -
zelf nog een kind, op haar schoot in slaap
wiegde, gekoesterd en verpleegd had. Hem
kon zij, met zijn lichaamsgebrek nimmer ver
laten; broer en beminde echter stieten elkaar
af als twee gelijknamige polen, met hun
drieën één huisgezin te vormen, dat was een
onmogelijkheid. Zoo bleef alleen onthouding
over en Johanna was er al vast toe besloten.
Ze was op het antwoord voorbereid, dat ze
Anton geven wilde, zoodra hij zijn aanzoek
deed. En toch zag ze vol bange vrees de be
slissing tegemoet. De rust, welke ze meende
na langen strijd verkregen te hebben, was
door deze avondwandeling wederom geheel
verstoord.
TE gld. bij verlies
LH van een vinger
Johanna bracht een slapeloozen nacht
door. De onverwachte ontmoeting met Anton
had haar tot in de ziel getroffen. Ze wist
reeds lang, dat ze hem beminde met geheel
haar hart. Hoeveel aandeel aan deze liefde
de dankbaarheid had, wegens Anton’s groot
moedig gedrag jegens de familie, wiens va
der hem en de zijnen geheel geruïneerd had
wie zal dat zeggen? Daarbij hadden zijn
open, eerlijk karakter haar ten zeerste aan
getrokken; ze had steeds het grootste ver
trouwen in hem gehad, en bij haar ongeluk
kige omstandigheden dit vertrouwen als een
heerlijk gevoel gekoesterd. Toen hij plotse-
Zondag j.l. is de Competitie FrieBche
Voetbalbond seizoen 1920-1921 geopend.
Op het Vrije Speelterrein alhier hebben 2
wedstrijden plaats gehad t.w.
’s Morgens 10 uur: Voorwaarts 2—L.S.C. 2.
Na een zeer spannende strijd kreeg L.S.C.
even voor het einde uit een strafschop het
eenige in deze wedstrgd gemaakte doelpunt
en won alzoo met 1—0.
’s Middags 12 uur Sneek I—Voorwaarts I.
Ook deze kamp was spannend. De punten
werden verdeeld. Eindstand 1—1 goals.
L.S.C,—S.V.G, afgelast.
Vitesse van Snoek speelde te Workum en
verloor met een volledig elftal tegen de club
van dien naam met 4—1 goals.
OUDEGA (W.) Benoemd tot onderwijzer
aan de Chr. school te Bolsward de heer J.
Gras, thans in gelijke betrekking alhier.
De Invaliditeitswet.
Naar de Tel. meldt, is de voorbereiding
van de wijziging van de Invaliditeitswet zoo
ver gevorderd, dat dezer dagen het ontwerp
tot wijziging is gereed gekomen, het depar
tement van arbeid heeft verlaten en om ad
vies is gezonden aan verschillende bij deze
zaak betrokken colleges.
Het ontwerp zal echter geenszins brengen,
wat de Kamer, door 10 Sept. 1919 de motie
van den heer Duys te aanvaarden, uitdruk
kelijk als haar meening heeft uitgesproken.
De regeering blijkt wél bereid om den ver-
zekeringsplicht van de Invaliditeiswet uit te
breiden van de personen, die resp. f 1200 en
f2000 per jaar verdienen, tot hen die resp.
f 2000 en f 3000 verdienen, maar verder
wenscht zij met het oog op de daaruit voor
den staat voortvloeiende kosten niet te gaan.
Levenslange gevangenisstraf.
Een ander rechtsgeleerde komt op tegen
de beweringen over deze straf door een
rechtsgeleerde van het Weekblad v. h. Recht
geuit.
Ik heb mij de vraag voorgehouden, zegt
hij, of in de praktijk die levenslange gevan
genisstraf, door de omstandigheid der gra-
tieverleening, wel veel verschilt van een zeer
lange gevangenisstraf van onbepaalden
duur en mij daartoe in verbinding gesteld
De staking der mijnwerkers in Engeland.
Deze staking is een week uitgesteld, om
de mijnwerkers gelegenheid te geven het
door Lloyd George gedane regeeringsvoor-
stel in ons vorig nr. opgenomen, te onder
zoeken. Het zal nu wel aangenomen worden,
waarmede de staking vermeden zal zijn.
Arbeidsplicht in Duitschland.
Het Duitsche Rijksdepartement voor eco
nomische zaken heeft voorgesteld in
Duitschland arbeidsplicht in te voeren.
Deze dienstplicht zal niet uitsluitend als
maatregel tegen de werkloosheid moeten
worden beschouwd. Het geldt hier meer een
denkbeeld, dat het gevolg is van de tegen
woordige economische wantoestanden. De
lasten, die de oorlog na zich sleepte, kunnen
slechts gedragen worden, indien het econo
mische leven zich weer normaal ontwikkelt.
Met geld alleen kan men dat niet bereiken.
Door belastingen, hoe hoog die ook mogen
wezen, kan men de middelen niet opbrengen,
die voor Duitschland’s behoeften en voor de
uitvoering van het vredesverdrag noodzake
lijk zijn. Duitschland heeft echter een middel
om te betalen en zich te herstellen: kolen.
Dit heeft het rijks kabinet ingezien toen het
met algemeene stemmen een besluit tot soci
alisatie der kolenmijnen nam. De geweldige
hoeveelheden kolen, die daarvoor moeten
worden voortgebracht, kunnen niet alleen
door tewerkstelling van arbeidsloozen uit de
mijnen worden gehaald. Trouwens is het de
vraag of de Rijksdag dit zou toelaten, en
daarom wil men alle bruikbare jongelieden
bijv, van 18 tot 25 jaar, gedurende een be
paalden tijd vermoedelijk een jaar lang
tot de kolenproductie doen bijdragen.
Dit wil niet zeggen, dat zij alleen in de
mijnen aan het werk zullen worden gesteld.
Zij zullen ook geplaatst kunnen worden bij
andere economische ondernemingen die voor
het mijnwezen nuttig zijn. Een stijgende pro
ductie van kolen eischt o.a. veel hout en
PP
kop.
8 ct.
5
5
5
>2
jond.
1.00
5 ot.
vrienden nog niet in de nieuwe woning op
gezocht had. Hij had het bijzonder druk,
doch verdiende ook flink geld. Toch had hij
er het rechte plezier niet van, als hij de mi
sère van zijn minder gelukkige kameraden
zag.
Ja, hoe kon jij je echter ook met zulke
menschen vergelijken, viel Julius schouder
ophalend in. ’t Is toch immers heel natuurlijk
dat de onwetende, ruwe arbeider, die alleen
bepaalde mechanische handgrepen verricht,
niet als een beschaafd, intelligent arbeider
betaald kan worden.
Hij moet tenminste relatief zoo goed
betaald worden, antwoordde Anton. Met de
mechanische handgrepen, waarvan jij zoo
minachtend spreekt, geeft de man zijn
lichaamskracht en wat hij daarvoor ontvangt
is niet voldoende, om hem als mensch te
doen leven.
In vredesnaam, riep Julius, houd toch
als ’t u blieft je tirades voor je. Je weet, dat
die me een gruwel zijn. Er is niets meer
nuchter, niets minder poëtisch, dan jullie
maagkwestie. Je zult toch niet van me ver
langen, dat ik me daarvoor interesseer.
En toch zou het een schrijver van den
tegenwoordigen tijd niet onwaardig zijn,
aan de gewichtigste vragen van thans zijn
aandacht te wijden. Mij dunkt, hij vooral
heeft de plicht', zich daarmede bezig te hou
den, en ze van haar ideale gezichtspunten
want die zijn er ook te beschouwen.
Ideale gezichtspunten, hoonlachte Ju
lius.
Anton lette er niet op.
Ben je met je nieuw werk al flink wat
opgeschoten? vroeg hij na een wijl.
Julius antwoordde niet dadelijk.
Neen, nog niet ver, klonk het ietwat
norsch. Wij kunnen niet bij den meter pro-
tuurlijk aangenomen.
Natuurlijk.
Morgen ben ik bij de barones ontboden.
Vraag een goeden prijs; wees niet te j
zeer bescheiden, zooals vroeger.
Een stap, die op de eenzame straat weer
klonk, deed onze vrienden ophooren.
Johanna’s hart stond stil; ze had hem di
rect herkend en ook Julius scheen op het
goede spoor, want hij keek schuin naar zijn
zuster om uit haar trekken de bevestiging
van een voor hem minder aangename ont
moeting te verkrijgen.
Goeden avond, kinderen, zei thans een
klankvolle mannenstem dicht achter hen.
Maak je nog zoo laat den straatweg on
veilig?
Anton Eberhard, want die was het, stak
ieder een hand toe, terwijl hij nader op hen
toetrad.
’t Schijnt mij veel meer, dat jij dien on
veilig maakt. Jij overvalt tenminste de rus
tige wandelaars, sprak Julius.
Uit deze woorden, die schertsend zouden
klinken, vernam men duidelijk Julius slechte
luim. Anton deed, alsof hij het niet voelde
en begon, naast Johanna verder stappend,
direct mee te deelen, waarom hij zijn oude
jld. bij levens- IA A gld, ingeval van over- |EA gld. bij verlies van *7E gld. bij verlies ÏA gld. bij verlies van
lange invaliditeit. *"v lijden binnen 30 d. 13" één hand, voet o! oog lv van een daim, vV een wijsvinger.
aangedaan, hen het i kwamen de saamgepakte bundels van ritse
den Groote kwam ieder jaar een vorstelijk
beambte naar Ströbeck om met de boeren
een partij schaak te spelen, waarbij de te be
talen belastingen den inzet vormden. Daar
de beambten elk jaar weer verloren, kwam
de koning eens zelf naar Ströbeck.
jegens hem steeds dieper gevoeld. Dit alles
kom toch binnenkort terug. Maar nu moet ik zjgd
toch nog wat van u weten .juffrouw, wat
doet u tegenwoordig? Altijd nog even vlijtig?
Na Johanna’s antwoord wilde het gesprek
niet goed meer vlotten. De avond was ge
heel gevallen, slechts aan den westelijken
hemel zag men nog eenige citroengele stre
pen, waarbij het vlakke landschap bijna
zwart afstak. Het kwaken der kikvorschen,
op de moerassige weiden was het eenigste,
wat de stilte stoorde. Heel in de verte zag
men de glimmende lichten der stad. Bij mijn
heer Bartels woningcomplex aangekomen,
gaf Anton, die zwijgend meegeloopen was,
broer en zus de hand en ging naar huis
terug.
Maar ook hij verloor zijn partij. Het schaak
bord, waarop deze partij gespeeld werd,
wordt als een bijzonderheid aan de bezoe
kers van het dorp getoond.
Spelersgeluk.
Onlangs ging de heer Vagliano, een
Grieksch reeder, die te Deauville vertoeft,
wandelen, maar daar hij zich verveelde, liep
hij tegen vijf uur 's middags de baccarat-
zaal voor heeren binnen en begon te spelen.
De hoogste winst in die zaal is een biljet
van 1000 fres. en de meeste lieden spelen
er met pakjes van 10 zulke biljetten. Van
den beginne af aan had de heer Vagliano de
meest fantastische veine. Niets mislukte
hem; en met bijna automatische zekerheid
werden hem telkens weer de pakjes van
10.000 fres. toegeschoven. Hij propte die in
zijn zakken tot hij om de woorden te
bezigen van een Engelschman, die aanwezig
was „er uitzag als een ballon”.
Om 8 u. 36 wérd het spel gestaakt en
verliet de heer Vagliano het casino, om naar
zijn hotel terug te keeren en zich te kleeaen
voor zijn diner.
„Ik heb er niet de flauwste notie van hoe-
I VLA ll\ gtWUlUlVH HVU Z.V1VIV HIJ HI «Hl—
l woord op de vraag van een vriend. „Het
van
het schaakspel wordt, naar de pen met tellen?” Zij begaven zich toen
1
i
i.
)-
i
1*116,
NIEUWE SÏÏEEKER COURANT
I
Valda Pastilles 1
lutaluitend in doozen i 1.per doos, Jag
roet den naarn
■■■Minui Mtuz. iimm
VOETBAL.