I
GRITZNER EXTRA
I
Het Spinneweb
TARWEBLOEM
En gros: N.V. R.A.M.I.,
vh Fa. NAUTA,LEEUW ARDEN
RECLAME KOLOM
de beste V S Naaimachine
KOOPMANS’
I
Nieuw ingerichte Toonkamers.
NIEUWSTIJDINGEN.
Officieel Orgaan der Gemeente Sneek.
Brandenburgh, Boschma Co.
- annex SNEEKER COURANT en WYMBRITSERADEEL
J. W. BOEIJENGA ZONEN,
Brieven aan de Redactie.
„KRISTAL”
leveren vrij
■o. 75
Zaterdag 18 Juni 1821
37e Jaargang
voor huishoudelijk gebruik.
Meubelfabriek Nederland.
Vereohgnt
DINSDAGS en VRIJDAGSAVONDS
Uitgevers
iSnn Telefoon No, 150.
TEL. 18 SNEEK
igl dil fabrikaat in de
Vraa^
fabrieksverpakki ngv.
?2,1 en 2/£ KG
\|MEELFABRIEK
n
Volgen» voorwaarden overeengekomen met de Hollandsohs Atgcmawnc V*rz«- 7000 eld'
kei*ina*"Baak fa Sohiadam zijn onze Abonné'a verzekerd tegen ongelukken voor 4vvV lang
7C gld. bij verlies EA
Iw van een dnim. vv
I
Telefeen 118
Westers ingei Groningen
Franco levering
3
FEUILLETON.
IVANS.
HOOFDSTUK XIV.
26)
(Nadruk verbaden.)
NACHTELIJK SPEL.
deur en nu kwamen
nooit
j
i
i
Kleinzand, Sneek
Psstchèque- en jiro-no. 6039.
Tel. 111 en 150.
Naar wij van welingelichte zijde vernemen
heeft de firma Gebr. Bervoets de nieuwe in 1920
voltooide fabriek gekocht van de firma Andries-
sen Zonen te Rotterdam. Het confectie en
engros-bedrijf van Sneek en Rotterdam worden
samen gevoegd en te Rotterdam, in de nieuwe fa
briek ondergebracht.
Dientengevolge zal de fabriek te Sneek bin
nenkort ophouden te bestaan.
De heer A. Ronner, onderwijzer aan de
school voor christelijk m. u. 1. o. alhier, die als
zoodanig is benoemd te Almelo, te Groningen en
te Culemborg, heeft laatstgenoemde betrekking
aangenomen.
bepaald onbelangrijk.
Er was echter iets anders, dat mijn be
langstelling wekte. Het duurde niet lang, of
ik ontdekte den Graaf de Villemiers, die aan
een der roulette-tafels stond en het spel met
aandacht volgde. Hij stond achter den stoel
van een jongen man, iemand van misschien
vijf-en-twintig jaar, die geheel in het spel
verdiept was en groote sommen waagde,
daarbij nu en dan een klein papier met aan-
teekeningen raadplegende. Blijkbaar speelde
hij naar een „onfeilbaar” systeem, zich voor
stellende daardoor het toeval naar zijn hand
te zullen zetten, een illusie, waaraan reeds
menigeen te gronde is gegaan.
M. Duval, gevolgd door Mand en mijzel-
ven, plaatste zich aan de overzijde van de
tafel, zoodat wij den Graaf in het gezicht
zagen. Weldra kreeg deze onzen metgezel
dan ook in het oog en knikte hem gemeen
zaam toe.
Dat deze „Senateur” zich hier vertoonde
in het gezelschap van lieden, die openlijk
tegen de wet zondigden, zou in Holland
misschien verwondering gewekt hebben.
Hier was het anders! Het hasard-spel gold,
ook al was het verboden, als een vermaak
voor de meer bevoorrechten in de maat
schappij en het behoorde tot den goeden
toon, daaraan deel te nemen, op gevaar af
van bij betrapping de daarop gestelde straf
te beloopen. Niemand dacht er aan, dit aan
hooggeplaatste personen kwalijk te nemen,
en, werden zij ervoor gestraft, dan zag men
in zulk een straf niets onteerends.
gld. bij verlies van
een wijsvinger.
door
J. A. HUIZINGA,
Jim SNEEKER C0URA1ÏT
Een adres van vertrouwen by het koopen eener solide VULPEN is
I
DRUKKERSWIJSHEID.
Lessen u i t d e P r a k t ij k.
XXIV.
Oplaag en prijs.
Gok dit lesje mogen de drukwerkgebruikers
vooral de kleinere wel eens ter harte nemen.
Het lesje dat juist een kleine oplaag het werk
duur maakt.
Wanneer iemand slechts luttele exemplaren
van een biljet, een boekje of wat dan ook bestelt,
schrikt hij in den regel van den buitensporigen
prijs, waarop hem elk exemplaar te staan komt.
De schuld daarvan ligt echter niet bij den
drukker, maar de oorzaak is eenvoudig dat de
besteller te weinig afneemt om werkelijk
goedkoop te kunnen worden bediend.
Een der voornaamste factoren welke den prijs
van het drukwerk beheerscht, n.l. de z e t p r ij s,
blijft toch onveranderd of de oplaag gering of
enorm is. En het spreekt wel van zelf, dat naar
mate het aantal exemplaren dat men van een
bepaald werk laat vervaardigen kleiner is,
deze zetkosten zwaarder op elk exemplaar
daarvan moeten drukken.
Bezuiniging op uw drukwerk wordt dus
ook verkregen, wanneer gij er flinke opla
gen tegelijk van bestelt. Voor dergelijke oplagen
is uw adres:
BRANDENBURG», BOSCHMA Co.
Beek- en Steendrukkers
Gelukkig had het echtpaar Dujardin zijn
kamer reeds opgezocht hij eenigszins uit
het veld geslagen, omdat ik voor den vol
genden ochtend een tweede vischpartij afge-
wimpeld had!
Op straat was het nog vrij druk, maat de
oude stad was als uitgestorven en in het
nauwe straatje, waarin het poortje lag, dat
G. G. of liever: M. Duval, zooals hij thans
heette ons aanwees als den ingang van
het dorado, dat wij betreden zouden, was
geen mensch te zien.
Toen wij aan de bel trokken, klonk het
luiden daarvan vèr weg en gedempt bin
nenshuis, zoodat wij nauwelijks hooren kon
den of de bel wel was overgegaan. Maar de
deur werd zeer spoedig geopend en men liet
ons in eeft klein voorportaal, waarin een
schemerduister heerschte en zich een drietal
mannen bevond, waarvan er één de bel be
antwoord had. Deze drie mannen waren in
een eenvoudige livrei gekleed. Zij hadden
hooge gestalten en breede schouders en her
innerden aan de dignitarissen, die wij in
Holland in een dergelijke „discrete” gele
genheid „uitsmijters” noemen zouden. Ver
moedelijk echter bestond hier hun taak er
veeleer in, ongewenschte bezoekers buiten
te houden dan ze „er uit te smijten”, wan
neer deze eenmaal binnen gekomen waren.
De man, die ons binnengelaten had, wis
selde met M. Duval eenige.’ woorden op
fluisterenden toon.
Hij tilde toen een zware portière op, die
achter in het kleine voorportaal was aange
bracht en een vrij breede trap verborg, die
naar de eerste verdieping van het huis voer
de. Ik telde, bij het opgaan, twintig treden.
De lakei, die ons voorgegaan was, opende
„Wie is Monsieur Gros?” vroeg ik.
„Dat ben jij, Willy!” zeide hij met onver
stoorbare kalmte. „Ik zal er voor zorgen, dat
je beste vrienden je niet herkennen!”
„Moet ik dan in een vermomming gaan?”
„Natuurlijk, Willy! Een eerzaam Hol-
landsch advocaat kan zich toch niet in den
natuurstaat in een Fransch speelhol vertoo-
nen!”
„Hoor eens, G. G.!” zeide ik. „Je weet
wel, dat ik graag bereid ben, je een dienst
te bewijzen, maar dit gaat toch wel wat héél
ver.”
„Het is niet ver, Willy: in de oude stad!”
antwoordde de detective lakoniek. „Om half-
elf vanavond komt M. Duval zijn jongen
vriend, M. Gros, afhalen.”
„Je loopt heusch te hard van stal, G. G.”,
zeide ik. „Maud heeft ook een stem in het
kapittel!”
Maar Haud bleek uit pure vrouwelijke
nieuwsgierigheid natuurlijk! op de hand
van G. G. te zijn. Zij stond er echter op,
zelve mee te gaan, en de detective had daar
tegen geen overwegende bezwaren.
„Nog één ding!” zeide hij. „Het is niet
uitgesloten, dat wij, zoo tegen ’n uur of vier
in dep ochtend, ruzie krijgen, Willy! Ver-
Vakkundige bediening. Jarenlange garantie. Eigen reparatie
inrichting. Keuze uit vele uitsluitend le klas merken.
Kinderen
lijden al te vaak aan huidaandoeningen als uit
slag, gordelroos, dauwworm enz. Een probaat
geneesmiddel vindt gij in Foster’s Zalf, prijs
f 1.75 per doos, alom verkrijgbaar.
Willem Lodewijk Gymnasium.
Geslaagd voor het eindexamen aan het Wil
lem Lodewijk Gymnasium te Groningen de hee-
ren U. Elgersma Je Wommels, A. Lootsma te
Warns, W. v. d. Meulen te Bergum en IJ. Nauta
te Terzool.
VAN DE LEEUWARDER RECHTBANK.
Zitting van Woensdag 15 Juni.
Eenige jongens te Koudum bevonden zich in
den avond van 17 April op den Dammenscheweg.
Het liep er aardig tusschen de boomen, in het
groenend voorjaar. Daar naderden vier jongens
op de fiets uit de richting van het dorp. Een hun
ner sprong van het rijwiel, kwam op de wande
laars toe en zeide: „ik ben G. K. van Balk”. K.
is 21 jaar en kaaskoopman.
De Koudumers keken hem eens aan met vra-
genden blik, maar K. liet hen niet lang in de
onzekerheid. Een van de wandelaars had, zoo
beweerde hij, kwaad van hem gesproken. Over
die beschuldiging ontstond een woordenwisse
ling tusschen den kaaskoopman uit Balk en den-
wandelaar Simon v. d. Veen. Laatstgenoemde is
daarbij door K. mishandeld.
Het feit wordt bekend.
Eisch: f 5.boete of 5 dagen hechtenis. L.C.
Vonnissen.
in de zitting, van 8 Juni hebben terechtgestaan:
S. K., 48-jarig koopman te Hindeloopen, we
gens verduistering in het arrondissement,Heeren-
veen. Geëischt 6 maanden gevangenisstraf en
heden tot 8 maanden veroordeeld.
J. V., 48-jarig arbeider te Workum, wegens
weerspannigheid aldaar. Geëischt 3 maanden ge
vangenisstraf en heden tot 1 maand veroordeeld.
Kerknieuws.
Geref. kerk. Beroepen te Ijlst E. D. Kraan,
cand. te Den Haag.
Amsterdam’s burgemeester.
Benoemd is tot burgemeester van Amsterdam
de wethouder dier gemeente, de heer W. de
Vlugt (a.-r.).
De lichamelijke opvoeding.
Naar de „Tel.” uit parlementaire kringen ver
neemt, houdt het departement van Onderwijs
zich ernstig bezig met de vraag of het geen aan
beveling verdient het ontwerp betreffende de
lichamelijke opvoeding van de mannelijke jeugd
in te trekken en te vervangen door een ontwerp
van wet tot regeling van de algemeene vrije
lichamelijke opvoeding, zoowel voor de manne
lijke als voor de vrouwelijke jeugd.
De premie voor woningbouw.
De v'oed van verzoeken om premie voor wo
ningbouw overtreft alle verwachting. Hoeveel er
precies noodig zal zijn, is nog niet te voorzien;
zeker is, dat het bedrag van f9.000.000 ontoe
reikend is, zoo zegt de minister van Arbeid in
zijn memorie van toelichting op het wetsontwerp
tot aanvulling van zijn begrooting. Een vcrhoo-
ging met f30.000.000 is zeker noodig.
KORT GEMENGD.
Twee jongelieden in Buinerveen, die ujt een
sloot water dronken, zijn ernstig ziek geworden.
De een is reeds aan inwendige ontsteking over
leden, zoo meldt het Hbl.
Volgens „De Zaanlander” zullen de wethou
ders Duys en Donia nog dit jaar voor hun wet
houderschap van Zaandam bedanken. De heer
Duys zou zich in Den Haag vestigen. Het Zaan-
sche blad weet zelfs mede te deelen, dat het in
de bedoeling zou liggen, dat de heer Duys, na
de volgende gemeenteraadsverkiezingen, in ’s
Gravenhage den heer Albarda als wethouder zou
opvolgen.
Te Boekel (N.-Br.) is een kind van een
landbouwer in een ketel heete soep gevallen en
aan brandwonden overleden.
boeien en hier, te Vichy, scheen deze ver
zameling van menschen, die, met meer of
minder begeerige oogen, staarden op het
groene laken of de draaiende roulette, mij
neem, dan is dat om in het kort te releveeren,
dat deze dag hoewel mislukt toch gelukt
is; en dat een kievit, dan boven de oude Roek,
en dan er weer onder is, als hij deze aanvalt;
op enkele oogenblikken Zelfs tegelijk onder en
boven; en dat hij vóór het voorstel van het ge
acht lid Sjors is; en dat de vlag onzer club het
juiste symbool is van knusse, onderlinge har
monie en verdraagzaamheid, broederen in één
nest; dat dit nog sterker het geval is bij eenden
en slobben waar deze knusheid bedekt is met
dons of stroo
Vèrrèk! roept Sjors; wat beweert hij nou
allemaal?
De voorzitter confuus zwijgt.
Piet die gevoelt, dat hij thans het presidium
moet waarnemen zegt nog 'n hartig woordje
en wil 'n „afzakkertje”.
Dan vervalt men weer in intieme tweegesprek
ken, tot de schipper roept: Vlak bij stad, heeren!
Het was reeds donker, toen de boot weer in
het Kanaal aanlegde.
Hein, de voorzitter, vertrok tusschen twee
clubgenooten; Piet met de overigen onder
druk en luidruchtig gekout ging ’n andere
kant uit, terwijl Sjors in de weer opgezette mie
zerige regen, alléén z’n weg neemt, met kwiet-
serig geluid in z’n laarzen bij iedere stap die
hij doet; de kraag van z’n regenjas heeft hij op
gezet en onder z’n pet draagt hij het eitje.
En als hij thuis komt vergeet hij z’n jas af te
doen. Skrutel de deur der woonkamer openend,
terwijl hij bijna sluipend binnentreedt, zegt hij
niets tegen z’n vrouw, die hem verbaasd aanziet.
Dan neemt hij met beide handen de pet van
z’n hoofd onhandig zóó onhandig dat het
eitje op de grond valt en breekt.
i Beroerd, stottert hij; dat had ik nou voor
jou gekocht voor 22 ets. ze waren van de
leg en Hein beweert, dat de clubgenooten eenden
en slobben zijn, knus onder dons en stroo het
symbool der club, die legavonden wil organi-
seeren met gekortwiekte Roeken als object;
en-ne
Z’n hoogst verbaasde vrouw is verstandig en
valt hem in de rede:
Sjors, jongen, vertel me het morgen maar;
ga nu naar bed; je bent moe, hè vent?
Ja, juist, zegt hij, moe, ja juist, dat is het
en dan zachter als hij strompelend de kamer ver
laat ik ben moe.
Stroffelend vindt hij z’n slaapkamer; stroffelig
gaat het uitkleeden.
Als hij in bed ligt, welt ’n zware zucht uit z’n
borst; de oogen gaan toe en onze eierzoeker valt
in een rustige slaap.
kunst; dat praktische oefeningen kunnen worden
gehouden, twee man tegelijk, bij hem in de
bleek, als er nl. geen sneeuw ligt; dat in plaats
van een kievit als object 'n gekortwiekte
tamme „ka” genomen kan worden, dat....
Maar ’n gebrul van lachen maakt het hem
voorbands onmogelijk, met z’n rede door te
gaan.
En als de heeren „bekomen zijn van hun ge
lach”, vervolgt hij:
Mijne heeren, als een der grootste factoren
wil ik noemen, het liegen en het uitliegen. (Da
verend gelach.) Immers, vraagt hij, hoe is het
mogelijk ’n veld rustig te krijgen? ’t Is het ei
van Damocles, nl. door degene die er in is er
uit te liegen, 't Lijkt „simple comme bonjour”,
maar ik kan er direct bijzeggen, dat het niet
meevalt! (de boot schudt van ’t lachen der man
nen).
Dit gedeelte der cursusXn theorie, geachte
Voorzitter, zal ik voor mijn rekening nemen, ver
volgt Sjors, want al zeg ik het zelve nie
mand kan mij hierin evenaren. (Interrupties als:
pfü pedant vlerk etc.)
Sjors, eenigszins geprikkeld, roept: Wilt u het
bewijs, en nogmaals harder: het bewijs?
En als redenaar, die zijn oogenblik weet te
kiezen om z’n woorden nadruk te doen geven,
wacht hij even; een stilte valt in en dan zegt hij
op triomphantelijke toon, met langzame stem:
Welnu, het bewijs: het kievitsei, dat ik zoo
juist vond, heb ik reeds gisteren gekocht!
’n Gebrul van woede steeg op; beleedigende
termen en uitlatingen als schooier! bedrieger!
schreeuwt men Sjors toe, en Piet het ergste
scheldwoord op z’n lippen brengt dit goddank
niet uit, want hij stoot met z’n te groote laarzen,
tijdens zijn wild opstaan, tegen de tafel, dat de
glaasjes omvallen.
Nu richten de tochtgenooten zich tot hem in
„waardeerende” termen, als „stommeling” enz.,
het ergste wel Sjors en Hein; maar als zij later
verklaren, dat ze het niet zoo bedoeld hadden,
zegt Piet, dat hij er zich niets van had aange
trokken, omdat hij wist van wie het kwam.
Dan komt er kalmte in de salon; langen tijd
hoort men alleen het getik van messen en vorken
op de borden; ieder beijvert zich om den in-
wendigen mensch te versterken. Zoo nu en dan
stijgt ’n zucht op; de hoofden der clubgenooten
worden rood en opgeblazen, èn door het gecon
sumeerde, èn door de benauwende warmte, die
in de salon hangt.
Als het diner afgeloopen is, fuift Piet uit
de kas op ’n Wascana.
Ondertusschen brengt de schipper koffie; het
gezelschap lodderig door iiet^enotene en dooi
de borrel fideel, causeert twee aan twee; kleve
rig, amicaal en vertrouwelijk.
’t Weer is iets beter geworden; de zon die
reeds in ’t westen staat, verhoogt nog de tem
peratuur in het salon, waardoor de club-, tocht
en disChgenooten in dolce far niente zich over
geven aan wegzinking.
Dan zet de schipper de motor aan en koerst
om de Noord om terug te stoomen naar de zetel
van de club „het Broed”.
In de kajuit redeneert Piet zwaar met z’n
buurman over de valuta; Sjors beweert, dat de
kievitten van de leg zijn, dat daarom de eieren
22 ets. kosten hij zet daarbij z’n pet telkens
op en af terwijl Hein, de voorzitter, al maar
kucht, herhaaldelijk met z’n voorvinger tegen
de reeds aschlooze sigaar boven hét aschbakje
kloppend.
Piet bemerkt dit, hij ziet de inspanning des
voorzitters om het woord te nemen, en roept:
Heeren, als ik mij niet bedrieg, verlangt de
voorzitter het woord!
Zoo is het, geachte clubgenooten, zegt
Hein, die dan meteen als buigend tegen de
tafel zich opricht. En, m. h.! als ik het woord
duister, plotseling in ’n hel-verlichte, breede
gang. Er lagen hier dikke tapijten op den
grond en een rij ramen, aan de ééne zijde
van dezen corridor, was met zware portières
behangen. Toen ik onbemerkt een van die
portières ter zijde schoof, ontdekte ik, dat
de vensters met rolluiken gesloten waren,
zoodat naar buiten geen lichtstraal kon
doordringen.
Wij gingen de gang tot het einde toe door
(de lakei was naar beneden teruggegaan)
en daar opende M. Duval, die hier thuis
scheen te zijn, een deur die hij dadelijk weer
achter ons sloot.
Wij bevonden ons nu in een vrij groote
zaal, met een parketvloer en een lange rij
vensters, die even zorgvuldig bedekt waren
als die andere in de gang, die ons hierheen
gevoerd had. Aan de zoldering hingen een
drietal zware lustres, die een helder licht
verspreidden over de bonte omgeving. Aan
den wand van de zaal stonden verscheidene
speeltafeltjes, die alle bezet waren, en in
het midden verdrong zich een talrijk gezel
schap zoowel dames als heeren en allen
in avondtoilet om drie groote tafels. Op
twee daarvan stond de roulette en aan de
derde werd „baccarat” gespeeld. Aan het
goudgeld en het bankpapier, dat op deze
tafels lag, kon men zien, dat hier grof ge
speeld werd.
Zooals in de meeste speelzalen, was het
vrij stil. Alleen het eentonig roepen der crou
piers, het: „faïtes vos jeux” en „rien ne va
plus” klonk telkens luid door de zaal. Ge
sprekken werden op rtedempten toon ge
voerd.
In tegenstelling met vele mijner bekenden,
heb ik het publiek in een speelzaal nooit
aan het boveneinde van de trap een zware bizonder interessant kunnen vinden. Zelfs te j
deur en nu kwamen wii. uit het schemer- Monte-Carlo heeft het mii nooit kunnen
Dit, G. R., is het verhaal van Walter.
Gegroet
XIX.
Arnhem, eind Mei 1921.
Vervolg verhaal van Walter. (5)
Kletsdoornat van de regen hebben toch de
clubgenooten dapper hunne tocht voortgezet,
zonder resultaat. Als ’n kantlucht het water als
bij emmers vol over hen uitstort, die nu „drijf”
zijn, roept Sjors:
Ik pas er voor, smeer ’m naar de boot!
Mét zet hij „de sokken er in”; de anderen vol
gen en het wordt een wedloop naar de boot,
waarbij Sjors al spoedig de achterste is.
Behalve de doffe klank van het neerzetten der
voeten, hoort men het „gekwits” van het water,
dat in de laarzen staat, dat als gekarnd wordt,
door de voeten der hardloopende mannen.
Upeens roept Sjors, terwijl hij staan blijft:
Hei, 'n kievit (hij bedoelt: ’t ei).
De clubgenooten wenden zich; scharen zich
om het eitje in het waterig-modderkuiltje of
modderig-waterkuiltje om het te zien, dat ge
heimzinnig^
Sjors raapt het op, doet het onder de pet;
daarna reppen de tochtgenooten zich verder,
naar de boot.
Even later zit de hijgende, puffende „bende”
nat tot op hun lijf bijeen in het salon van
„Altijd klaar”. Dan neemt Hein, de voorzitter,
het woord; hij schetst in natte kleuren het vak
kundig lid der club, Sjors, die niettegen
staande er geen kansen geweest zijn tóch een
kievitsei heeft gevonden; hij stelt voor, de waar-
deeringsprijs, ’n rondje brandewijn, uit te reiken.
Sjors krijgt eerst de beurt; hij drinkt z’n borrel
in twee klokken uit; de oogen dicht.
Hè, dat verwarmt, mompelt hij; gelukkig
dat het er nog is.
Dan krijgen de anderen hunne beurt.
Piet heeft ondertusschen den schipper ge
vraagd, of het eten klaar is; zij, de schipper en
z’n knecht hebben gekookt, terwijl de tochtge
nooten in het veld waren. Terwijl de schipper
dekt, komen reeds de kwinkslagen los; ’t is ’n
rumoer in de kajuit, waardoor de wind en de
regen niet te hooren zijn.
Ook onder het diner, waarbij veel wijn wordt
gedronken, is het niet stil.
Sjors vraagt al spoedig het woord; hij zet zin
gend z’n rede in:
Frysk bloed tsjuch op,
Lit it nou mar reine en waeije;
Wy hawwe in ünderdak
’t fen iten en drinken, bést!
Hij bepleit sterk, dat er a.s. winter een cursus
gehouden moet worden, om de leden theoretisch
in te wijden in de geheimen der eierzoekers-
t. t.
HAEGXMA
P.S. 'n Volgende keer het vervolg van onze
tocht.
onder garantie van zuiverheid.
'an
Ht was ongeveer elf uur in den nacht, toen
wij M. Duval, Maud en ik halt hielden
voor een klein, onaanzienlijk poortje in de
oude stad. Het oude Vichy, waarvan het
middelpunt gevormd wordt door een mas
sieven toren, vormt het oostelijke deel der
tegenwoordige stad en bestaat grootendeels
uit nauwe, niet altijd zindelijke straten en
stegen.
G. G. had zich, zooals hij ons had aange-
kondigd, om half-elf aan onze woning in de
Rue de Nimes gemeld en mij daar zeer spoe
dig in Monsieur Gros getransformeerd. Hij
had, met behulp van een valschen baard en
pruik, benevens van een gouden bril, een
soort van professoraal type van mij ge
maakt. De spiegel leerde mij, dat ik vrijwel
onkenbaar was, vooral voor menschen, die
mij slechts enkele malen gezien hadden.
Maud deed geen poging om haar persoon
lijkheid te verbergen. Dat was ook niet noo
dig, want haar kende niemand, terwijl de
twee menschen, die ons zoo bizonder inte
resseerden en die wij, naar G. G. zeide,
waarschijnlijk ontmoeten zouden de
Graaf de Villemiers en Madeleine Descamps
mij, zonder mijn vermomming dadelijk
herkend zouden hebben.
Abonnementper jaar f 2.5D fr p.
post f 3.60. Buitenland f8.alles
bij vooruitbetaling. Lopso Nos. 5 et.
Advertentiên 10 et. p. regel. Inge
zonden Mededeelingen dubbel tarief, bij
Abonnement belangrijke korting
Kleine Adv. kunnen ingezonden wor
den op don dag der uitgifte, tot 10 uur
TE gld. bij verlies
Lu van een vinger
wonder je dan over niets wat er gebeurt. En
onderwerp je, met ’n blij gemoed, aan wat
je overkomen zal. Ik waak over je, m’n jon
gen, en dat zal je onder alle omstandigheden
een gevoel van groote gerustheid geven!”
Daarmee nam M. Duval afscheid, ons bei
den achter latende met de inquisitieve nei
ging van onzen geest aanzienlijk versterkt.
1
bij levens- 700
lange invaliditeit. v V
gld. ingeval van over- ICA gld. bij verlies van
lijden binnen 30 d. lüv één band, voet of oog