MlS5bLANCHE
n WYMBRITSERADEEL
Olliclul Orgiio dir limtiiti Snik I
WYMBR ITSERADEEL
Bo. 97
1
2UÜ
Ufiicïëel gedeelte.
r
{Nieuwstijdingen.
T
.1
sr
W0ESSDA2 SEPTEMBER 1995
Eerste Bied
Brandenburgh Co.,
SC1‘ '-'H icuigcn iviiuijii gcuuitnuc uc icu
Punt VI. Herbenoeming J. Eshuis tot chef- lnaanden hebbeh wij aanleiding gevonden
nntPiir hii hpf Cl F R
iet Bestuur der afdeeling
t
te
iw
CR.
n
zij een beroep op Uw steun door het gratis
beschikbaar stellen van compost.
Het doel der N. V. heeft onze sympathie. Waar
echter de compost door de exploitatien wordt
verkocht en ook de opbrengst daarvan door hen
wordt genoten, kan door U aan het verzoek niet
worden voldaan.
Wij stellen U daarom voor op het verzoek af
wijzend te beschikken.
Z. h. s. -aangenomen als voorgesteld.
HEERENVEEN, 331 Aug. Van den heer Zwier
uit Enschede, die te Luinjeberd logeert, geraak
te een driejarig kind te water, dat bewusteloos
werd opgehaald. De heer Goïnga alhier, toevallig
in de buurt, ijlde toe. Hij volgde als matroos bij
de marine een cursus in Eerste Hulp bij Onge
vallen en begon direct de middelen toe te pas
sen. Na ruim een half uur gaf het kind weer
teekenen van leven en was gered. De blijdschap
der ouders is niet te beschrijven.
Wat zegt een schrander rooker
Natuurlijk
Geef HIJ maar
Abonnementper jaar f 2.50 fr. p.
post f 3.60.
Advertentiën9 ct. p. regel. Inge
zonden mededeelingen hooger, bij
Abonnement belangrijke korting
Advertentiën worden tevens grans ge
plaatst in de SNEEKER COURANT
08)
14
:6t
ld.
8
IIEUWE SNEEKER COURANT
anno SNEEKER COURANT
ten, doch ook voor de goede, werkzame arbei
ders woningen te bouwen en hun daarbij de be
schikking te geven over een perceeltje ontgon
nen grond. Door de ernstige werkloosheid is het
meerendeel der arbeiders financieel niet in staat
de benoodigde meststoffen, op Drentschen bo
dem zoo absoluut onmisbaar, aan te koopen.
In verband met de omstandigheid, dat naar
het oordeel van den Raad van Commissarissen
hun werk wel is waar provinciaal is te noemen,
maar in zijn gevolgen nationaal zal zijn, doen
VamhfBi
DUfflMGS o VRWDA68A VO® D»
Tfliafae»' 150.
Bijgeloof.
Het bijgeloof is in deze streken blijkbaar nog
niet verdwenen, schrijftalen aan de L. Ct. uit
Oudwoude. Een melkrijder alhier was de vorige
week op zijn gewone route onder de „Wijgeest”.
Wat hem daar in dien donkeren avond overko
men is, weet hij niet. Hij heeft iemand, iets
(ofniets?) gezien; hij zelf beweert, dat het
iets is geweest, zoo bovennatuurlijk en ver
schrikkelijk, dat de man stijf van schrik en angst
thuiskwam en onmiddeliijk zijn melkrijders-
zaakje aan een ander heeft overgedragen.
1)e ontwerp-Verordening behoeft o. i. overi
gens geen toelichting.
Resumeerend stellen wij U dan ook voor:
le. in te stellen eene commissie van drie
leden, welke ons College zal bijstaan in het be
heer van het Gemeentelijk Electriciteitsbedrijf;
2e. onveranderd vast te stellen de hierbij in
ontwerp overgelegde „Verordening regelende de
samenstelling en den werkkring der Commissie
voor het Gemeentelijk Electriciteitsbedrijf”.
De verordening wordt z. h. s. goedgekeurd.
B. en W. deelen nog het volgende mee:
Onderhandelingen worden gevoerd over de
aansluiting van een 8-tal boerderijen gelegen
tusschen Jelteslootbrug en Wellebrug in de ge
meente Doniawerstal, op het leidingnet van ons
bedrijf. Bij deze onderhandelingen zijn B. en W.
uitgegaan van de gedachte, dat deze aansluitin
gen geen financieel risico voor dit bedrijf moch
ten medebrengen en dat hier, met afwijking van
het bepaaldq bij onze verordening op dg levering
van stroom, garanties behooren te worden ge
steld, die het bedrijf vrijstellen van tegenvallers
als gevolg van te weinig verbruik van stroom.
Waar grond is voor de veronderstelling, dat
omtrent deze voorwaarden overeenstemming
zal worden verkregen en het voor aangeslotenen
en voor het bedrijf zeer gewenscht zal zijn, dan
ook zoo spoedig mogelijk deze aansluitingen tot
stand te brengen, zou het eveneens wenschelijk
zijn, dat de Raad B. en W. machtigde, na over
eenstemming deze uitlooper te doen bouwen. De
kosten voor uitlooper naar 8 boerderijen aan de
straatweg worden geraamd op f 6000, met uit
looper ook naar Smallebrugge op f 7500.
De machtiging wordt z. h. s. verleend.
Punt IV. Idem tot wijziging der verorde-
giu. otj tasuea
•aa aan datna
ning tot verhaal van verschuldigde inkoop
sommen ingevolge de Pensioenwet 1922, S.
240.
B. en W. adviseeren:
In Uwe vergadering van den 14 Juni 1924 be
sloot U tot verhaal van door de gemeente ver
ongeluk bij het zeilen.
Zondag is de 25-jarige tandarts dr. H. Hohn
te Meppel bij het zeilen op het Belter-Wijde bij
Wanneperveen verdronken.
De boot verloor het roer en bij de poging, om
dit zwemmende weer terug te halen, dreef het
vaartuig door den hevigen golfslag af en kon de
heer Hohn zich ten laatste niet langer drijvende
houden. De heer J. Blom, die zich eveneens te
water had begeven, kon slechts met moeite
worden gered.
Geen werkloozen meer naar de Limburgsche
mijnen.
Van overheidswege is bepaald, dat geen en
kele ongeschoolde arbeider (werkloozen) in de
Limburgsche mijnen te werk mag worden ge
steld.
Inkrimping der cavalerie.
Volgens het Hbl. gaat in hoogere militaire
kringen het gerucht, dat de cavalerie tot één
regiment zal worden ingekrompen. De op te
heffen regimenten cavalerie zouden worden ver
anderd in afdeelingen wielrijders, terwijl het re
giment ordonnansen zou behouden blijven.
DIENSTPLICHT.
De BURGEMEESTER van SNEEK ves
tigt de aandacht van belanghebbenden op
de aan het waaggebouw aangebrachte
openbare kennisgeving, betreffende vrijstel
ling van den dienstplicht wegens kostwin
nerschap en wegens persoonlijke onmis
baarheid.
Sneek, 1 September 1925.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van SNEEK brengen ter openbare kennis,
dat door H. Gorter bij H. AA. de Koningin
beroep is ingesteld tegen hun besluit van
18 Augustus j.L, no. 19, waarbij aan de aan
vorengenoemden H. Gorter en diens recht-
verkrij'genden bij besluit van 14 Januari
1911, no. 14, verleende vergunning voor de
oprichting van een brood-, koek- en be-
schuitbakkerij in het gebouw, kadastraal
bekend gemeente Sneek, sectie C, no. 1680,
staande aan den Lemmerweg no. 6, nieuwe
voorwaarden zijn verbonden.
Sneek, 1 September 1925.
I misschien is hij zelf verder gegaan dan hij wilde.
I De Voorz.: Wij geven de toezegging dat
i alles in 't vervolg over het bedrijf zal loopen,
gaarne en zullen eventueel de instructie nog
verscherpen.
De heer W e s s e 1 i u s zegt dat dit particu
liere werk wat opgeblazen wordt. De man helpt
wel eens bij radio-toestellen pro deo.
De heer Landman: Wil de vergadering er
meer van weten, laat men dan den boekhouder
in besloten zitting hooren. Om spr. behoeft dat
Ontevreden Telegrafisten.
Onder leiding van het bestuur der afdeeling
Amsterdam van den C. B. P. T. T. werd Don
derdagavond, naar de Tel. meldt, een zeer druk
bezochte telefonistenvergadering gehouden. Er
bleek een verbitterde stemming te bestaan over
de ongemotiveerde overplaatsing van een door
het personeel zeer gewaardeerde chef-telefo-
niste. De vergadering zag als oorzaak van deze
onvrijwillige verplaatsing het onsympathieke op
treden van een vrouwelijke commies, werkzaam
ten telefoonkantore. Dit optreden gaf, naar de
meening der talrijke aanwezigen, in velerlei op
zichten ernstige reden tot klagen en veroor
zaakte een slechte stemming onder het perso
neel. Waar deze geest in het nadeel zoowel van
den dienst als van het personeel wordt geacht
te zijn, nam de vergadering met algemeene
stemmen de volgende motie aan:
Het uitvoerend telefoonpersoneel te Amster
dam, in vergadering bijeen, besprekende den
personeeltoestand en de ambtelijke verhoudin
gen op het telefoonkantoor, is van meening, dat
de omstandigheden, waaronder dit personeel
moet arbeiden en daarbij als onmondig
wordt behandeld dringend herziening behoe
ven, draagt het bondsbestuur op de geuite wen-
schen en grieven ter kennis van den minister
van Waterstaat en van den directeur-generaal
te brengen, met het verzoek een commissie van
onderzoek te willen doen instellen.
Bovenstaande motie is Zaterdag door het be-
monteur bij het G. E .B.
B. en W. adviseeren:
Bij Uw besluit dd. 12 October 1922 werd de
heer J. Eshuis met ingang van 1 October 1922
voor den tijd van 3 jaren herbenoemd tot chef-
monteur bij het Electriciteitsbedrijf dezer ge
meente.
Waaar nu deze benoeming per 1 October a.s.
eindigt en wij krachtens artikel 1 der Instructie
voor den chef-monteur gehouden zijn U voor
deze benoeming een aanbeveling over te leggen,
hebben wij de eer de volgende personen voor
deze betrekking aan te bevelen:
1. J. Eshuis, Heeg.
2. M. J. Kunnen, Scharnegoutum.
In verband met deze aanbeveling kunnen wij
U nog mededeelen dat ons nimmer eenige ge
gronde klacht over den tegenwoordigen titularis
bereikte.
Tevens-stellen wij U voor de te benoemen
persoon voor vast aan te stellen.
De heer B r e e u w s m a wil deze benoeming
weer voor drie jaar doen geschieden.
De heer C n o s s e n zegt dat in de toelichting
gezegd wordt dat nimmer eenige gegronde
klacht over Eshuis binnenkwam. Dat klinkt
eigenaardig; mag daaruit afgeleid dat wel eens
een klacht inkwam?
De Voorz.: Ook wel; dat is in ieder ambt
bijna het geval.
De heer C n o s s e n acht de heer Eshuis een
reuzekracht voor het bedrijf, maar er kwamen
wel eens klachten, dat hij particulier werk ver
richtte, wat volgens de instructie niet mag. Zijn
daarover ook bij B. en W. klachten ingekomen
en zijn die ongegrond gebleken na onderzoek
van B. en W.? Spr. hoopt dat dit het geval
bleek.
De heer Rengers: Deze zaak is ook ter
sprake gebracht in de commissie. Spr. gelooft
niet dat de monteurs particulier werk hebben
verricht, daar deze werkzaamheden liepen over
het bedrijf en daarvoor in de rekening een be
drag is uitgetrokken. Zijn er klachten en wil
men niet dat de menschen werken b ij par
ticulieren, dan moet de raad een beslissing daar
over nemen, wat kan geschieden bij de behan
deling der begroeting, want daarin is een post
voor dit werk opgenomen. Het verwijt behoeft
niet tot den chef-monteur gericht, maar tot de
bedrijfsleiding als er te klagen is.
De Voorz. zegt dat het moeilijk is de grens
vast te stellen tusschen publiek en particulier
terrein in dezen, dat merkt men ook bij een
gasbedrijf bv. Dergelijke kwesties zijn er ge
weest, maar die zijn door B. en W. niet gegrond
bevonden.
De heer Reitsma geeft nog een inlichting
over het betrokken artikel der instructie.
De heer C n o s s e n zegt dat door dit optre
den van het bedrijf toch werk afgewenteld wordt
van de particuliere ondernemers op de gemeente,
die goedkooper kan werken. Door de gegeven
toelichting kan spr. zich echter vereenigen met
het voorstel van B. en W.
De heer Wesselius is tegen het voorstel-
Breeuwsma, dat het pensioen der menschen in
het gedrang brengt als ze niet herbenoemd wor
den. Onze ambtenaren moeten voor vast be
noemd, nadat zij op proef gewerkt hebben. De
heer Eshuis is een zeer bekwaam ambtenaar.
De heer Landman heeft die klachten ook
gehoord en zou het wat kras hebben gevonden,
als deze benoeming voor vast zonder even hier
over gesproken te hebben zoude zijn geschied.
Er was een neiging bij den chef-monteur om in
dezen op het verkeerde straatje te komen. De
heer Rengers heeft nu een en ander weerlegd.
Alles loopt over de boekhouder en er kan dus
geen bijverdienste voor den man geweest zijn,
zegt men. Maar ontkennen B. en W. dat Eshuis
wel zelf kwitanties afgaf? Dat zullen zij toch
niet kunnen. Spr. vertrouwt dat dergelijke din
gen niet meer zullen voorkomen. Dit mocht niet
stilzwijgend voorbij gegaan. Na de toelichting
van B. en W. en den heer Rengers gaat spr.
echter mee met een vaste benoeming.
De heer B r e e u w s m a had zoo iets ook wel
gehoord en stelde daarom een benoeming voor
13 Augustus 1'925 ingekomen", 3 jaar voor. Na deze toelichting trekt spr. ech
ter zijn voorstel in.
De heer DeBoer vraagt de verzekering dat
dit niet meer zal voorkomen.
De Voorz.: Hier is al heel moeilijk een
grens te trekkeij.
De heer Rengers: Het gaat er maar om
dat alles wat de man doet over ’t bedrijf loopt.
De Voorz.: Die toezegging geven wij
gaarne.
De heer De Boer: De heer Landman zegt
dat de man zelf kwitanties afgaf.
De Voorz.: De heer Landman sprak slechts
een vermoeden uit, wij weten dit niet.
De heer L a n d~m a n gelooft niet dat dit
is niet alleen voornemens boerderijen te stich- kan ontkend, ook niet door Eshuis-zelf, maar
..«..ugakaiaa «.r... jyjjy
>1 gia. Olj «wiui
»an aao vin.
er met uit worden getrokken daar de directie
de plaatsingen van de zgn. sneeuwruimers dit
maal buiten beschouwing heeft gelaten, welke
plaatsingen voorgaande jaren in de bemidde-
lingscijfers waren opgenomen.
Het verslag zegt verder dat, vergeleken met
den algemeenen toestand, de werkloosheid ter
plaatse gunstig genoemd mag worden.
In de bouwvakken heerschte een flinke be
drijvigheid.
Onder de schilders deed zich in het begin en
aan het einde des jaars de bekende seizoen-
werkloosheid voor.
De omvang der werkzaamheden en de resul
taten daarvan zijn in een 5-tal staten gespeci
ficeerd weergegeven.
Gevonden voorwerpen.
Aanwezig en te bevragen bij de navol
gende ingezetenen, onderstaande voorwer
pen als gevonden aangegeven op 31 Aug.:
Zilveren beursje met inh., G. de Boer,
Oosterdijk 64; doublé broche, G. de Boer,
Oosterdijk 64; boodschapzak, R. van Sluis,
Koopmansgracht 47; sierspeld, J. Wiarda,
Lemmerweg 74; blauwe jongenspet, S. de
Vries, Verl. Westersingel 31; aluminium
fluitketel, G. Mollinga, Jan van Nassaustr.
kindertaschje met inh., P. van Kranen, le
Woudstraat 28.
niet, deze gaat nu mee met de vaste benoeming.
De heer Rengers: Na de pertinente verkla
ring van B. en W. is dit ook niet noodig.
Overgegaan wordt tot stemming; de heer
Eshuis wordt met alg. st. (15) benoemd.
Punt Vil. Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot conversie der geldleening
1920, pro resto groot f 65.000.
B. en W. adviseeren:
In de daling van den rentestand voor leenin-
gen op langen termijn gedurende de laatste
i om
j ons meer dan voordien rekenschap te geven van
f een mogelijke conversie van ten laste der ge
meente loopende geldleeningen. Wij zijn van
meening dat thans nog niet moet worden over
gegaan tot conversie van geldleeningen welke
zijn aangegaan tegen een rentevergoeding van
niet hooger dan 5'/2
Van de geldleeningen welke zijn aangegaan
tegen een rentevergoeding van 5% 6 of
6J/2 kan thans, in verband met de bij ver
schillende leeningen gestelde voorwaarde, welke
versterkte aflossing of conversie gedurende ze
keren termijn verbiedt, alleen de obligatieleening
oorspronkelijk groot f 85.000, pro resto groot
f 65.000, rentende 6 aangegaan krachtens
raadsbesluit van 1 April 1920, worden omgezet
in een leening tegen -een lagere rentevergoe
ding.
Wij zijn in het bezit van een aanbieding tot
het aangaan van een geldleening op onderhand-
sche schuldbekentenis groot f 65.000 rentende
5 tegen den koers van 100, plaatsingspro-
visie Vï
Wij achten deze aanbieding zeer aannemelijk
waarom wij U dan ook voorstellen bijgaand
ontwerp tot besluit te verheffen.
De heer Cnossen is getroffen door het
feit dat twee publieke lichamen als het Algemeen
Burgerlijk Pensioenfonds en het gemeentebe
stuur nu weer gebruik maken van een tusschen-
persoon. Spr. is verheugd over de voorwaarden,
maar moet men werkelijk de tusschenpersoon
gebruiken en moet dat '/2 kosten? Kan dat
niet worden? Wil de Voorz. in geheime
vergadering meedeelingen hierover doen dan
heeft spr. geen bezwaar.
De Voorz. zegt dat vele pogingen door B.
en W. gedaan zijn in de eerste helft van dit
jaar om goedkooper te leenen, echter tever
geefs. Voor 3, 4 weken nu kwam de aanbieding
van deze tusschenpersoon, ongevraagd, en het
leek zeer aannemelijk. Eerst later bleek ons dat
wij met het Pensioenfonds te doen hadden. Ook
B. en W. trof het dat wat de gemeente niet ge
lukte dezen tusschenpersoon wel gelukte. De
algemeene Nederlandsche kassiersprovisie is in
zoo’n geval
De heer Rengers vindt dat Vi ook
vreemd; maar wil het Pensioenfonds door zoo’n
bemiddelaar werken, dan is dat zijn zaak. Laten
wij de algemeene usanties volgen door ook
aan te bieden.
De heer Cnossen zegt dat B .en W. dus
op hun qui vive zijn geweest. Het waterschap,
waarvan spr. voorzitter is, kon ook geen geld
loskrijgen, maar de handel kan blijkbaar meer.
Laat ons dus aanbieden.
Besloten wordt den tusschenpersoon telegra
fisch te berichten dat de raad besloot het aan
bod aan te nemén, tegen de gewone kassiers
provisie van
Punt VIII. Aanbieding van de begrooting
voor het O. E. B., dienst 1926.
De commissie zal in de volgende vergadering
hierover rapporteeren.
Punt IX. Idem van het Burgerlijk Armbe
stuur en het Armhuis te Heeg, dienst 1926.
Wordt gesteld in handen der commissie voor
de armenzaken.
Hierna sluiting.
Vergadering van den Raad der
gemeente
óp Zaterdag 29 Augustus 1925,
’s voormiddags 10 uur.
Voorzitter de heer H. M. Tromp, burgemees
ter.
Secretaris de heer H. M. Martens.
Aanwezig 15 leden.
Na opening op de gebruikelijke wijze is aan
de orde:
Punt 1. Notulen raadsvergaderingen 22 en
28 Juli 1925.
Worden op advies der commissie goedgekeurd.
Punt II. Ingekomen stukken en mededee
lingen.
Ingekomen zijn:
a. Resolutie van Gedeputeerde Staten hou
dende bericht van ontvangst van het raadsbe
sluit d.d. 28 Juli jl. tot aanvulling van de Alge
meene Politieverordening;
b. Schrijven van Burgemeester en Wethouders
van Zoeterwoude, houdende verzoek adhaesie
te betuigen aan het adres van den Raad dier
gemeente aan de Tweede Kamer der Staten-
Generaal om de wet tot regeling van den Zo
mertijd andermaal in te trekken.
De stukken a en b worden aangenomen voor
notificatie.
c. Schrijven van Ju
Friesland van de Vereeniging voor Nederland-
sche Gemeenten houdende verzoek, strafbepa
lingen in de Algemeene Politieverordening op
te nemen ten aanzien van de veiligheid van het
verkeer met autobussen.
In handen van B. en W. gesteld om prae-
adviés.
Medegedeeld wordt dat het aanleggen van
den weg naar het Kerkhof te Idzega is gegund
aan G. W. Boltje te Heerenveen voor de som
van f 11.880.
Punt III. Voorstel van B. en W. tot instel
ling eener „Electriciteitscommissie” en tot
vaststelling eener verordening regelende de
samenstelling en den werkkring dier com
missie.
B. en W. adviseeren:
In Uwe vergadering van den 25 April 1925
werd door U de wenschelijkheid betoogd van
de instelling eener Commissie uit Uw midden,
welke ons College zou hebben bij te staan in
het beheer van het Gemeentelijk Electriciteits
bedrijf.
Op grond van art. 54, 2e lid der Gemeente
wet kan eene commissie van bijstand alleen
worden ingesteld op voordracht van Burge
meester en Wethouders.
Met Uwen Raad achten wij het gewenscht,
dat tot instelling der aangeduide commissie
wordt overgegaan. Bijstand in het beheer van
het Gemeentelijk Electriciteitsbedrijf zullen wij
zeer op prijs stellen. Naar ons oordeel moet de
Commissie niet meer dan drie leden tellen. Een
klein aantal leden komt het aantal voltallige ver
gaderingen en een spoedige afdoening van
zaken ten goede.
Volgens art. 55 der Gemeentewet moet een
plaatselijke verordening, aan Gedeputeerde Sta
ten mede te deelen, den werkkring der commis
sie regelen.
In verband hiermede hebben wij eene „Ver
ordening, regelende de samenstelling en den
werkkring der Commissie voor het Gemeente
lijk Electriciteitsbedrijf” ontworpen, als wij
hierbij aan U overleggen.
Wordt dit ontwerp door U aangenomen, dan
kunt U op grond van art. 2, 2e lid, juncto art.
54, 3e lid der Gemeentewet in de” eerste raads
vergadering in September a.s. de leden der
Commissie benoemen.
Wij vestigen er Uwe aandacht op, dat de
Gemeentewet eischt dat de Voorzitter een lid
van het College van Burgemeester en Wethou
ders is. Hierdoor wordt de noodige voeling met
dat College onderhouden. (Zie art. 2, le en 3e
lid.)
Bij vaststelling van art. 5 van het ontwerp
zal de Kassier-Boekhouder van het Gemeente
lijk Electriciteitsbedrijf als Secretaris der Com
missie fungeeren. De Commissie zal van dezen
ambtenaar alle door haar gewenschte inlichtin
gen kunnen ontvangen. Ook al werd hij niet tot
secretaris aangewezen, dan nog zou hij zeer
waarschijnlijk, zoo niet alle, dan toch vele ver
gaderingen der Commissie bijwonen. Wij achten
het daarom gewenscht hem de functie van Se
cretaris der Commissie op te dragen.
schuldigde inkoopsommen, echter met de wet
telijke beperking dat het te verhalen bedrag niet
meer zou beloopen dan deel van het door de
gemeente verschuldigde bedrag.
Bij de wet van 28 Mei 1925, S. no. 216 is de
Pensioenwet wederom gewijzigd, en daarbij o.
a. ook artikel 137 dier wet, waardoor verhaal
van verschuldigde inkoopsommen is toegelaten
tot de helft. Een besluit tot verruiming van dit.
verhaal moet vóór 1 September a.s. worden ge
nomen, opdat de ambtenaren die een verzoek
tot inkoop van diensttijd hebben ingediend als
nog tot 1 Juli 1926 de gelegenheid zullen heb-
beni in verband met het besluit tot ruimer ver
haal, dat verzoek in te trekken.
Waar de door U vastgestelde verhaalsveror-
dening bovendien bepaalt dat nooit meer ver
haald zal worden dan het bedrag dat verschul
digd zou zijn geweest indien de betrokken amb
tenaar ten tijde van het ingekochte tijdvak pen
sioengerechtigd was geweest, achten wij het
uit een oogpunt van billijkheid tegenover de
ambtenaren die steeds het volle percentage heb
ben moeten betalen gewenscht, dat bedoelde
verordening in dien zin wordt gewijzigd dat
verhaal van de helft der door de gemeente ver
schuldigde inkoopsom mogelijk is.
Wij stellen U voor daartoe het hierna vol
gend besluit te nemen.’
De Raad der gemeente Wymbritseradeel;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en
Wethouders d.d. 8 Augustus 1925 no. 4.
Besluit:
le. Het tweede lid van artikel 1 der verorde
ning, regelende het verhaal van verschuldigde
inkoopsommen ingevolge de Pensioenwet 1922,
te vervangen door het volgende:
„Het te verhalen bedrag beloopt echter niet
meer dan de helft van de door de gemeente
verschuldigde inkoopsom, met dien verstande,
dat het ruimer verhaal dan een vierde deel der
inkoopsom slechts wordt toegepast ten opzichte
van de termijnen, die na 1 Juli 1925 komen te
vervallen.”
2e. Te bepalen dat deze wijziging zal worden
geacht in werking te zijn getreden op 1 Juli
1925.
Z. h. s. aangenomen als voorgesteld.
Punt V. Verzoek van den Raad van Com
missarissen der N. V. Ontginnings-Maat-
schappij „Het Landschap Drenthe” om gra
tis compost af te staan, met voorstel van
B. en W.
B. en W. adviseeren:
De Raad van Commissarissen van de N. V.
Ontginningsmaatschappij „Het Landschap Dren
the”, waarvan als Voorzitter fungeert de Com
missaris der Koningin in Drenthe, verzoekt bij
schrijven d.d.
Uwen Raad pro deo een scheepslading of enkele
spoorwagens compost beschikbaar te stellen
voor het in cultuur brengen van woesten grond.
De N. V. heeft ten doel werkzaam te zijn in
het belang van de verhooging der opbrengst
van gronden in de provincie Drenthe.
Zij tracht dit doel te bereiken door het in cul
tuur brengen van woeste en andere in de ge
noemde provincie gelegen gronden en de exploi
tatie daarvan. Te dien einde zal zij den eigen
dom trachten te krijgen voor een deel is dir
reeds het geval van daarvoor in aanmerking
komende gronden. De opzet van een en ander
is bestrijding van de werkloosheid. De N. V. t
gia. uagavai «m »>u- |C|i gia
IIMdd binnar 80 4 Ivv 44xi
Ci| ||ia Olj «aiuaa a*a
aaa vflavinaar
Regenval.
De hoeveelheid neerslag te Sneek geval
len bedroeg in Augustus 1925 slechts 28.8
m. M. tegen 89 m.M. normaal.
Vergelijkt men het totaal over Juni, Juli
en Augustus n.l. 121.8 m.M. met de normale
hoeveelheid over deze drie zomermaanden
n. l. 217 m.M. dan valt nog meer de langdu
rige droogte deizer periode op.
Zweminrichting.
De temperatuur van het water in de
Sneeker Zweminrichting was heden 16 gr.
Postduivenvereen. L’Estafette.
Bovengenoemde vereeniging hield Zaterdag
29 Aug. een wedvlucht met jonge duiven van uit
Venlo. Duiven los 11 uur ’s morgens. In con
cours 60 duiven. Dat het weer niet meewerkte,
blijkt uit onderstaande uitslag. Eerste prijs W.
G. Boersma, aankomst 4 uur 35 sec. Meer duiven
werden voor het sluitingsuur van het concours
te 5 uur ’s avonds niet geconstateerd.
Arbeidsbemiddeling over 1924.
Aan het jaarverslag der Gemeente-Arbeids-
beurs ontleenen wij het volgende:
Het aantal werkzoekenden bedroeg over het
verslagjaar 811, waarvan 799 mannen en 12
vrouwen.
Van die werkzoekenden werden 240 mannen
en 3 vrouwen door eigen dienst geplaatst en 15
personen door de Districts-Arbeidsbeurs te Leeu
warden en de correspondenten.
Het totaal aantal aanvragen bedroeg 274, t. w.
267 om mannen en 7 om vrouwen. Door eigen
dienst werd daaraan met 240 mannen en 3 vrou-i
wen voldaan en door de D.-A. en de correspon-|
denten met 12 mannen.
Bovenstaande cijfers waren allen lager dan i stuur van den C. B. P. T. T. aan den minister
over het verslagjaar 1923. Conclusiën omtrent van Waterstaat overhandigd, onder de noodige
den economischen toestand ter plaatse kunnen 1 mondelinge toelichting.
V sigaa» --
kaplMge.Baafc ailn cna* Abantufc ««rsakard tagao angalakkao aaa»
Olj «arua» aaa TC
hand aaa» al aao