IJ
200
„Wilhelmina”
Begrooting Gemeente Sneek 1926.
Reclamekolom.
Nieuwstijding^
DAMES HAARSNIJDEN
OlliM Ofjiib hr liniHti
Venehgai
Officiéél gedeelte»
F® H. tr.dL fiolen
WOSHSDAO S!8 OCTOBWR I9SB
42eJAARFARS
So. 8
moet worden, behoeft, meeneri wij, geen be- i
een beduidende verlaging van lasten reeds
Diefstal.
Op het kantoor der Kon. Ned. Papierfabrieken
Van Gelder en Zn. te Velsen werkte een zekere
A. D., die zich daar van jongste bediende tot
een vrij verantwoordelijke betrekking had op
gewerkt en die het volste vertrouwen der direc
tie had genoten. Toen twee jaren achtereen de
man zijn vacantie weigerde onder het motief:
,,Ik heb ‘toch geen geld om uit te gaan,” vond
men dat toch verdacht en liet zijn boeken con-
troleeren. Daarbij werd een kastekort ontdekt
van niet minder dan f21.900, welk geld door
den man in allerlei obscure gelegenheden te
Amsterdam was opgemaakt.
Het O. M. bij de rechtbank te Amsterdam,
waarvoor hij dezer dagen moest terechtstaan,
eischte 2 jaar en 6 maanden gevangenisstraf
tegen hem.
•o
E
re
als Boule-Shingled-Bobbed
Garponne
ONDULEEÏïEN NAAR ELK GEZICHT
Salons steeds geopend
KARL HAARWASSEN 50 CENT
Abonnementper jaar f 2.50 fr. p
post f 3.60.
Advertentiën9 ct. p. regel. Inge
zonden mededeelingen hooger, bij
Abonnement belangrijke korting
Advertentiën worden tevens gratis ge
plaatst in de SNEEKER COURANT
a.
b.
c.
De wijzen, waarop de gemeente haari volgens de nieuwste modellen
werkzaamheid in dezen kan ontplooien, zijn -----
vele. Zeer dikwijls zal die werkzaamheid’
zich meer bepalen tot het verleenen var^
medewerking, het wegnemen van bezwaren,
het doen blijken van sympathie dan tot het
verrichten van directen, rechtstreeks op het
doel gerichten arbeid.
Elke gemeente voor zich zal in haar eigen
speciaal karakter de richting moeten zoe
ken, waarin zij in dezen heeft te werken. De
gemeente Sneek, die in hoofdzaak een han
delplaats en, in beduidend mindere mate,
ook een industrieplaats is, zal er naar moe
ten streven, dat aan handel en industrie zoo
weinig mogelijk bezwaren in den weg ge
legd worden. De verbindingen met het ach
terland behooren in goeden staat te verkee-
ren. de land- en waterwegen, die Sneek met
andere centra verbinden, moeten eveneens
in goede conditie zijn. Ter bevordering van
het vreemdelingenverkeer is het noodig, dat
goede terreinen aanwezig zijn, waarop
sportwedstrijden, muziekconcoursen, de
monstraties en andere feestelijkheden ge
houden kunnen worden. Voor fle nering
doenden is de bevordering van het vreem
delingenverkeer, waartoe Sneek door zijn
centrale ligging en de nabijheid van het
Friesche merengebied zoo bij uitstek gele
genheid biedt, een niet te verwaarloozen
factor.
Het een met het ander zal er toe bijdra
gen, dat de materieele levensverhoudingen
zooveel gezonder en krachtiger worden en
dat de financieele positie der gemeente op
een zooveel vastere, meer houdbare basis
komt te rusten.”
B. en W. staan dan stil bij de cijfers der
verschillende hoofdstukken, waarna zij al
dus eindigen:-
Dit voorstel is inmiddels door den
tig effect kon worden verkregen. Een des- raad aanvaard. Red. N. S. Crt.
Koningin der Holl soerten Anth a-
ciet geeft een aangename warmte
en Is volkomen gruis- en steenvrij
Afm. 2%0 3O/5o f 3, SO de H L.
Denkt er om!
WILHELMINA
geeft volkomen zekerheid in een zuivere
verbranding.
Ad. c.
in den aanvang van onze beschouwingen
wezen wij er op, koe moeilijk het is, om ten
volle de billijkheid te betrachten bij het tre
den in een beoordeeling van de financieele
positie eener gemeente en van het financieel
beleid, dat door het bestuur eener gemeente
wordt gevolgd. Men kan daarbij niet vol
staan met het geven van een indruk, die de
positie en het beleid op een enkel moment
UEBrMDAGf VBIJDAG8A TOFDS
WifSTS?»
Brandenburgh Co.,
mfih sit5
„Dolle Hans.”
A.s. Zondag voert de Tooneelvereen. „Op
waarts” in Harmonie op het Indo-drama
„Dolle Hans” van Fabricius.
’„Dolle Hans” werd voor het eerst opge
voerd in de Princesse Schouwburg te Den
Haag door Willem Royaards en ’t heeft een
langen tijd aaneen op het repertoire ge-
daan
Het stuk speelt in de militaire kringen
van Ned. Indië.
Clubtentoonstelling Pluitnveever. Sneek.
Men meldt ons dat voor deze tentoon
stelling reeds 130 nummers in diverse klas
sen zijn ingeschreven.
Het bewapenen tegen bliksemschade
(Kooisysteem) der Coöp. Stoomzuivelfa-
briek te Angerlo (Gelderland) is bij in
schrijving opgedragen aan de firma Joh.
Volkers en Zoon, alhier.
De staking bij Wilton en Piet Smit Jr.
te Rotterdam.
In de Zaterdag gehouden vergadering van het
hoofdbestuur van den Algem. Nederl. Metaal-
bewerkersbond is de situatie ontstaan door de
belangrijke toezeggingen van de firma’s Wilton
en Piet Smit Jr. ten aanzien van de vergoedin
gen voor de minder te werken uren, het betalen
van extra loon voor overwerk en overleg tot
verdere werktijdverkorting, ernstig onder de
oogen gezien. Het bestuur was eenstemmig van
oordeel, dat ofschoon er ten aanzien van ver-
dere werktijdvermindering geen positieve resul
taten waren verkregen, er door de geprocla
meerde werkstaking toch zooveel bereikt is, dat
voortzetting der staking de thans bestaande
eenheid onder de arbeiders zou schaden. Op
grond daarvan meenen de betrokken besturen
de arbeiders te moeten adviseeren het werk op
de nieuwe voorwaarden te hervatten.
In de Zaterdagmiddag in het Verkooplokaal
gehouden, strikt huishoudelijke vergadering van
het stakende personeel van Wilton’s scheeps
werf, is na een uiteenzetting van den toestand
door den heer Oosterhoorn met algemeene stem
men besloten, de door de firma aangeboden
concessie van betaling van 2'/2 uur loon per
week mèèr, te aanvaarden, zoodat de arbeid
Maandagmorgen werd hervat. Bovendien wordt
.25 pet. ovei werkgeld uitgekeerd.
In de Ochtendvergadering, die alleen toegan
kelijk was voor stakers bij de firma P. Smit Jr.
is het advies van de organisatie om ook bij die
firma het werk te hervatten met een meerder
heid van 600 tegen 109 stemmen verworpen,
hoofdzakelijk omdat de mannen bij Smit, al
namen zij met den loonbijslag genoegen nog
niet ten volle hetzelfde weekloon als bij Wilton
zouden trekken.
brengen van offers. Hoe de verkregen resul
taten zich verhouden tot de daaraan gege-
ven moeite en kosten, zal slechts zelden in
getal of maat zijp uit te drukken. Veelal ft n 1? 1
zullen de resultaten in dezen vorm voor het E s© tlliPF V FflPKPIl
licht treden, dat de indruk, welke de alge-:MV MW1 VII V« 1 WAtVAI
meene toestand der gemeente vertoont, zoo-' Dames- 6H HeerenkapperS
veel gezonder, zooveel steviger geworden1
is, dat de draagkracht der ingezetenen toe-
genomen en het algemeen welvaartspeil ver
hoogd is.
treffend voorstel heeft U reeds bereikt. Wij
vertrouwen, dat de Raad zich daarmede zal
vereenigen en zien met belangstelling de
resultaten van het onderzoek van den heer
De Groot, dat uit den aard der zaak eenigen
tijd zal vorderen, tegemoet.*)
Een bijzonder soort van uitgaafposten
zijp die, waarbij gelden worden gevoteerd
voor het in het leven roepen of het helpen
voortbestaan van instellingen, die bedoelen
een gemeentelijk belang te dienen. Is met
steun der gemeente eenmaal een inrichting
in het leven geroepen, dan heeft o. i. de ge
meente in dit opzicht een taak aanvaard,
welke zij, zonder nadere overweging, niet
op elk willekeurig tijdstip kan beëindigen.
Indien wel, het bestaan van belangrijke
instellingen en verêenigingen in de ge
meente zou in hooge mate onzeker worden.
Hier vooral is een redelijke mate van voor
zichtig beleid geboden.
Ad. b. Wanneer wij spreken over ver-
hooging van directe inkomsten, bedoelen
wij daarmede versterking van de baten,
welke de gemeente jaarlijks uit haar vast
bezit geniet, b.v. landhuren, grondrenten,
rente van obligatiekapitaal, dividend van
aandeelen in het maatschappelijk kapitaal
van diverse ondernemingen, enz. Een blij
vende versterking van deze baten draagt er
niet weinig toe bij, dat de moeilijkheden,
verbonden aan het met bevredigende cijfers
doen sluiten van de gemeentebegrooting,
binnen enger grenzen worden teruggedron
gen. Hoe belangrijker de directe inkomsten
zijn, hoe minder de op te leggen lasten, bij
een overigens gelijk blijven van den om
vang der gemeentelijke bemoeiingen, op de
ingezetenen zullen drukken.
De rente van obligatiekapitaal, de divi
denden van aandelenkapitaal, welke de ge
meente geniet, zijn in den laatsten tijd be
langrijk gestegen. Voor een deel is dit het
gevolg van het telken jare beleggen van de
aflossingsbedragen, welke de gemeente van
de bedrijven ontvangt wegens geleende gel
den voor uitbreiding en vernieuwingen of
voor dekking van geleden verliezen. Deze
gelden, die de gemeente bijl wijze van lee-
ning verstrekte, zijn door haar aan den ge
wonen dienst onttrokken. Bij de verstrek
king der gelden werd het offer gebracht,
waaruit nu een jaarlijks toenemende bate
wordt verkregen.
Bekend is ook, dat de post „Grondren
ten” elk jaar een hoogere opbrengst aan
geeft. De bouwterreinen, door de uitgifte
waarvan het genot van de grondrente ont
staat, zijn ingericht door het met zand op
spuiten van perceelen, die aanvankelijk voor
weiland werden gebruikt. De kosten der op-
spuiting zijn soms uit den gewonen dienst
bestreden, wat weder een offer beteekent.
Door den geregelden verkoop worden de
jaarlijksche inkomsten echter telkens groo-
ter, zoodat tegenover een offer voor eens
een gestadige bate staat.
Hoewel wij er bij punt c nader op terug
komen, wenschen wiji hier reeds als ons ge
voelen uit te spreken, dat bij het bestrijden
van buitengewone uitgaven de bekende
formule: het bevoordeelen van het nage
slacht boven het tegenwoordige, voorzichtig
moet worden gehanteerd. Wel is waar drukt
bij de door ons voorgestane wijze van han
delen een last op een zeker dienstjaar
zwaarder dan anders het geval zou zijn,
doch de baten beginnen daarna bijna oogen-
blikkelijk te vloeien.
Bij de genoemde voorbeelden beteekent
het ontvangen van de koopsom voor het
eerstverkochte perceel grond en het beleg
gen van de eerste aflossingsgelden ree fis
winst. Het geslacht, dat het offer bracht,
plukt ook de vruchten. Het blijkt, om het
eenigszin» paradoxaal uit te drukken, dat
wij in dit opzicht ons eigen nageslacht vor
men.
Onderstaand overzicht geeft een beeld
van de toeneming van de voornaamste
directe inkomsten der gemeente over de
jaren 1919 tot en met 1924:
Wij] noemden onder het vorig
punt in zijdelingsch verband reeds het dek
ken van buitengewone uitgaven uit de ge
wone middelen. Een zaak van groot gewicht
-
„Na al het voorgaande meenen wij niet te
moeten nalaten, een blik te werpen in de
allernaaste toekomst en een antwoord te
móeten zieleen op- de vraag, ^at deze van| staaft,
ons eischt.
Voor demping van grachten en verbete
ring der Veemarkt zullen waarschijnlijk nog
belangrijke uitgaven gedaan moeten wor
den, die wel geheel door leening zullen moe
ten worden gedekt. Bovendien zullen, door
het toenemend verkeer, in de eerste tijden
voor het in goeden staat houden van de
straten nog niet onbelangrijke bedragen
noodig zijn. Weliswaar is reeds een aan
merkelijke verbetering in den toestand van
straten en wallen ingetreden, doch dit neemt
niet weg, dat naar onze meerling er op ge
rekend moet worden, dat het bekende be
drag van f 10.000.jaarlijks voor verbete
ring van straten en wallen gevoteerd, voor
de eerste jaren nog in de begrooting zal
moeten worden uitgetrokken.
Wij bespraken reeds de zorg, welke ook
dóór het gemeentebestuur zal moeten wor
den gewijd aan de bevordering van den bloei
van handel en industrie en van de toene
ming van het vreemdelingenverkeer.
Sneek heeft meer en meer beteekenis ge
kregen als wooncentrum voor de omgeving.
Dat hieruit weer bijzondere verplichtingen
voortvloeien, valt niet tegen te spreken. Ge
streefd zal moeten worden niet alleen naar
duurzame verlaging van belastingen, maar
ook naar het geven van meerdere aantrek
kelijkheid aan onze stad als woonplaats
door het aanbrengen van Verfraaiing, hel
pen tot standbrengen van aangename wan
delwegen enz.
HINDERWET,
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
SNEEK maken bekend:
dat ter secretarie ter inzage ligt een ver
zoek met bijlagen van
S. KUIPERS,
mast-, blok- en pompmaker, wonende al
daar, om vergunning tot het oprichten van
een mast-, blok- en pompmakerij, waarin
geplaatst zullen wórden twee electromoto-
ren, respectievelijk met een capaciteit van
1 P.K. en 2 P.K. en onderscheidenlijk voor
het aandrijven van een houtdraaibank en
een lintzaag in het gebouw le Oosterkade,
No. 26, kadastraal bekend gemeente Sneek,
Sectie D, No. 363;
dat op Woensdag, den lien Nov. 1925, des
middags te 12 uur ten gemeentehuize al
daar gelegenheid zal worden gegeven om
tegen het verzoek bezwaren in te brengen
en deze mondeling en schriftelijk toe te
lichten en dat zoowel de verzoeker, als zij
die bezwarer. hebben in te brengen, gedu
rende drie dagen voor evengemeld tijdstip
ter secretarie, in de gewone bureau-uren,
van de ter zake ingekomen bescheiden ken
nis kunnen nemen.
De aandacht wordt er inzonderheid op geves
tigd, dat, volgens de heerschende opvatting,
slechts tot hooger beroep gerechtigd zijn zij, die
voor het Gemeentebestuur of een of meer zijner
leden zijn verschenen, ten einde hunne bezwa-
len mondeling toe te lichten.
Sneek, den 28 October 1925.
INKWARTIER1NGSLIJST.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van SNEEK brengen ter algemeene kennis, dat
de inkwartieringslijst is herzien en van heden af
gedurende 14 dagen ter secretarie dezer ge
meente ter inzage ligt.
Binnen 14 dagen na afloop van dien termijn
kunnen bezwaren worden ingediend.
SNEEK, den 26 October 1925.
imnm «i i»n n ii' i'i»~riT-irin-- MTY/iL nwniTriiHTininw
GEMEENTEBEGROOTING 1926.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van SNEEK maken bekend, dat ter secretarie
dier gemeente van heden af gedurende 14 dagen
voor een ieder ter lezing is neergelegd en in
afschrift tegen betaling der kosten, algemeen
verkrijgbaar gesteld de aan den Raad aangebo
den:
1. Begrooting van inkomsten Jen uitgaven der
gemeente voor 1926;
2. begrooting van baten en lasten en van ka-
pitaalsinkomsten en -uitgaven van het electrici-
teitsbedrijf voor 1926;
3. idem van het gasbedrijf;
4. idem van het waterleidingbedrijf;
5. idem van het Woningbedrijf;
6. idem van het reinigingsbedrijf.
SNEEK. 26 October 1925.
en van een buitengewone actualiteit. Op het
stuk der gemeentelijke financiën zijn er wei
nig zaken, die dermate de aaufiachf vragen
als deze aangelegenheid. Een vorig geslacht
vermoedde haar beteekenis niét, nam zelfs
niet de moeite, eenige gedaclfei aan haar
te wijden. Waartoe ook? HeiAvas immers
duidelijk: de gewone uitgavéfl*werden uit
de gewone inkomsten bestreden en de bui
tengewone ten laste van den kapitaaldienst
gebracht. Deze laatste uitgaven werden ge
vorderd voor „zaken, waarvan de gemeente
of de gemeentenaren jarenlang genot heb
ben” en volgens het beginsel, „dat elk ge
slacht voor zich zelf zorgt en de nakome
lingschap evenzeer moet betalen als het ge
slacht, dat tot de uitgaaf besloot”, sprak het
vanzelf, dat voor de genoemde uitgaven
werd geleend.
Mogen de bezwaren van deze theorie
minder sterk gevoeld worden als de jaren
in rustige rust voorbijgaan en slechts zelden
zich een gebeurtenis voordoet, die eenige
schommeling brengt in den kalmen gang
van zaken, toch kan niet ontkend worden,
dat het bekostigen uit leening te allen tijde
een dure wijze van financieren is: boven de
kosten, die het sluiten van leeningen op zich
zelf reeds medebrengt, doet de te betalen
rente den kostprijs van een zaak enorm stij;-
gen, dikwijls boven het dubbele.
Bij een zorgvuldige financieele politiek is
men er dan ook op bedacht, zooveel moge
lijk „buitengewoon” uit „gewoon” te be
strijden; het oude beginsel: elke buitenge
wone uitgaaf uit leening dekken, vindt bijna
geen aanhangers meer. Op het „zooveel
mogelijk” komt het aan. De tijden zijp zoo
geheel veranderd: ook wanneer, wat wij
hopen, binnen afzienbaren tijd de nawer
king van de crisisjaren niet meer zal wor
den gevoeld, blijven tallooze zaken haar
eischen stellen en zal voor telkens nieuwe
bemoeiingen het gemeentebudget worden
bezwaard. De wisseling van inzichten en
opvattingen is zooveel beweeglijker, de
gang van het leven zooveel sneller dan
vroeger; het wordt in toenemende mate
moeilijker, met eenige zekerheid te zeggen,
welke offers de allernaaste toekomst van
ons vraagt. Daarom is versterking, verstevi
ging van de financieele positie der gemeente
een gebiedende eisch, vooral in gemeenten
als Sneek, die in meerdere of mindere mate
aan groei onderhevig zijn en er tegen moe
ten waken dat haar ontwikkelingskansen in
gevaar zouden worden gebracht.
Intusschen is het duidelijk, dat niet elke
leening vermeden kan worden; het behoeft
ook niet. Voor het bouwen van een nieuwe
school of van een complex woningen, voor
den aanleg van straten op uitgebreide schaal
zal wel steeds geleend moeten worden in een
gemeente van den omvang als de onze, om
dat het ondoenlijk is dergelijke belangrijke
uitgaven uit de gewone middelen te be
strijden.
Wij brengen niets nieuws naar voren,
wanneer wij zeggen, dat het in onze ge
meente de gewoonte is, de leeningen op niet
al te langen termijn te sluiten, met ’t oog op
de daardoor te verkrijgen rentebesparing,
terwijl voor dekking van buitengewone uit
gaven van betrekkelijk geringen omvang, in
dien de beschikbare geldmiddelen dit toela
ten, de gewone dienst wordt bezwaard. De
mogelijkheid van toepassing dezer methode
hangt veelal af van de meerdere of mindere
grootte van het saldo, dat de gemeentereke-
ning aanwijst. Valt er een nadeelig slot te
constateeren of is het batig saldo gering,
dan kan het gemeentebestuur zich bezwaar
lijk de weelde veroorloven, een extra-uit-
gaaf ten laste van den gewonen dienst te
brengen; is er evenwel een overschot van
eenige beteekenis, dan zal dit wel mogelijk
zijn. Het hebben van overschotten op de ge-
meenterekening is op zich zelf wel van zoo
danig belang, dat het aanbeveling verdient,
een korte bespreking daaraan te wijden. In
het algemeen moeten de ontstane saldi met
de grootst mogelijke omzichtigheid beheerd
worden; groote saldi kunnen gevaarlijk zijn:
een gemeentebestuur laat er zich zoo licht
toe verleiden deze saldi geheel of voor een
zeer groot deel aan te wenden tot ontlasting
van den volgenden dienst, waardoor zeer
waarschijnlijk een sterke schommeling in
den belastingdruk ontstaat. Dat op deze
wijze van het uitoefenen van beheer volgens
bepaalde, met overleg uitgestippelde, lijnen
weinig overblijft, behoeft wel geen betoog- gevenl «r m°et getracht worden naar het
het gemeentebestuur leeft „van de hand ini vinden van de >'jn, die in beide is te onder
den tand”. Dat dit te allen tijde vermeden kennen.
moet worden, behoeft meeneri wij geen be- ‘ndien wij zoo staan ten opzichte van de
toog. De alles overheèrschende eisch is daL finaneieele gestie onzer gemeente, dan mag
het financieel beleid wordt gevoerd in doel- dankbaar erkend worden, dat de laatste
bewuste richting. Dan alleen is vastheid te: jaren ons, bij een nog slechts in geringe
verkrijgen. Dan ook zal, als een rekening-'i mate drukken van de crisislasten, hebben
saldo over een zeker jaar abnormaal hoog, gebracht een aanmerkelijke verbetering,
is en voor Sneek achten wij dit het geval zich vooral demonstreerende in de toene-
bij een saldo van meer dan f30.000-1 min£ der gemeentelijke reserves, terwijl te-
het meerdere kunnen worden gereserveerd vens’ a> drukt de belasting thans nog zwaar,
of onmiddellijk aangewend ter bestrijding Pen beduidende verlaging van lasten reeds
van buitengewone werken of op andere, *s verkregen.
wijze productief gemaakt. 1 Het is niet geheel zonder grond, wanneer
Ad. d. Een factor van niet gering belang'w*ï de verwachting uitspreken, dat door
is ten slotte het bevorderen van de indirecte voering van de thans gevolgde financieele
productiviteit der gemeente. Op dit terrein politiek ons in de toekomst normaal ge-
kan een gemeentebestuur een ruim arbeids-: zonde verhoudingen zal brengen Er is naar
veld vinden, dat wijde perspectieven opent, i °pze opvatting dan ook alle reden, om in
Vooral de tegenwoordige tijd, waarin del die politiek vertrouwen te hebben
gemeentelijke overheid zooveel meer danen w- van Bneek.
vroeger op actief zijn bedacht moet wezen,
vordert van haar werkzaamheid in dezej
richting. Resultaten zullen ook hier in veel
gevallen slechts verkregen worden door het
ii.
Wij zien een viertal middelen, die, ter be
reiking hiervan, afzonderlijk of in vereeni-
ging met elkander, toepassing zouden kun
nen vinden. Daarbij] geldt, dat zonder offer,
in dit geval offer van de huidige generatie,
verbetering nimmer zal zijn te verkrijgen.
De door ons bedoelde middelen zijn:
redelijke bezuiniging;
verhooging directe inkomsten;
dekking, zoo mogelijk, van buitenge
wone uitgaven uit gewone inkomsten;
d. het bevorderen van indirecte pro
ductiviteit.
Ad. a. Het toepassen van een redelijke
bezuiniging brengt mede, dat elke uitgaaf
post grondig wordt getoetst aan de waarde
van ’t belang, waarvoor hij wordt gevorderd.
Niet achterwege mag daarbij blijven ’n over
weging van de vraag, of deze waarde nog
even hoog mag worden aangeslagen als tot
dusver plaats had, dan wel, .of het belang
niet op een andere, betere, minder kosten
vorderende en meer in overeenstemming
met nieuwe inzichten en opvattingen zijnde
wijze, dient te worden behartigd.
In dit verband merken wij op, dat Gede
puteerde Staten naast den te zwaren belas
tingdruk, tegen de gemeentebegrooting voor
1925 het bezwaar hebben aangevoerd, dat
het nadeelig saldo van het reinigingsbedrijf
een te groot offer vraagt. Al zouden wij
gaarne hebben gezien, dat dit bezwaar ste
viger was gerugsteund, dan geschiedt door
de, aan het door het Centraal Bureau voor
de Statistiek opgemaakt, vergelijkende over
zicht der gemeentebegrootingen ontleende
verwijzing naar de andere gemeenten met
een ongeveer gelijk inwonertal, van wie de
reinigingsdienst een belangrijk lagere uit
gaaf vordert; al missen wij in het genoemde
bezwaar noode de erkenning, dat van de
genoemde gemeenten er meerdere zijn, die
ten opzichte van de inrichting van den rei-i
nigingsdienst boven Sneek in een zeer be
gunstigde positie verkeeren, niettemin heb
ben wij] in de gemaakte opmerking aanlei
ding gevonden te bevorderen, dat een on
derzoek in dezen wordt ingesteld. Wij heb
ben den heer V. de Groot, directeur van den
gemeentelijken reinigingsdienst te ’s-Gra-
venhage, bereid gevonden, van advies te
dienen over de vraag, op welke wijze van
de gemeentelijke reiniging bij een zoo ge
ring mogelijken lastendruk het meeste nut-
Alléén bij
EN GROS EN DETAIL
Tel. Int. 53.
cz
2 - (n
fis
CM
‘Q
i.
'-i -
T3
C
II
•Q
E
<u
E
O
mm SNEEKER COURANT
■iimx SNEEKER COURANT Bft WYMBRITSERADEEL
CM
O O'
O'
o> o cn en
CM CN CN CM CN
O' O' O' O' O' O'
v,-
snse AbiSEïié’e snsraltsMtan
b«L' bij sarre
43 wan Mzt wlnc#.
giÉ iligCViU ïbb ovei- jCfl
Iflda» binneu Sfï 4. I«Jv 44»
E
JU
5 tu o o o>
l_ <O T CO O O> -f
'r
m rt m
F cm r- cm lo in
u m o i- m oo m
3 6 o 6 - cl
oo cn m
r r r- o
re- re- o oó 1
J CM CM CM CM co 00
felj «wrliM vaa glsS. Wj gid öij rsriies
ia ha»d. vsat fef «au ‘w wasa aa» dato», vv na»
B»at»lt dusi „WILHELMINA".
O O O O O O
m m in eo ld
cn r- S 'xt en
-■ -■-mf’')-
co r-’
CM CM xy
E
o r* cn oo
O CN
O O -
TJ CN CM O
en
-
cm r- cn o m