k Miss Blanche H Uit onze 'Raadzaal. 200 Officiéél gedeelte. EK. out uis ten tis 1$ NIEUWSTIJDINGEN. IS SN I ES BI Mdnl Om» h»'”1’Sn,k WOEMBSÜAti 4 BOVEMBfcR IVXS &o. Lüfg 9. 16 5 8 0 8 8 'ómmüa&Bmi yawuArfK* wip Brandenburgh Co., Ier” 4«c Ji TC gltt. Mj varllaa iv war. «en dslm. vv I op WETHOUDERS van gló ütj varllaa van; aan vija^lugsit. Abonnementper jaar f 2.50 fr. p. post f 3.60. Advertentiën9 ct. p. regel. Inge zonden mededeelingen hooger, bij Abonnement belangrijke korting Advertentiën worden tevens gratis ge plaatst in de SNEEKER COURANT p—gmr» «tibi— UHft»var» Sjubk TdMsw». t50 iting 25 J 16 14 08 08 08 rgd id. I! IIEWE SUEEKER COURANT annex SHEERER COURANT an WYMBRITSERADEEL Met „De bigaret verfl-leMeu, Ma ken alle andere merken in bet niet. Zeg daarom Geel MIJ maar Valaena vaorwaatdan o«areengeXomi e—t?— De Vroolijke Kameraden van Pisuisse. De 8 vroolijke kameraden van Pisuisse, die Zondagavond in Amicitia optraden had den zeker een talrijker bezoek verdiend dan hun ten deel gevallen is. Moge echter de luide bijval die hun van de aanwezigen ten deel viel eenige vergoeding zijn geweest voor de veel te lage recette. Het gegevene viel zeer te roemen. En dan denken we allereerst aan de schitterende creatie door Meijer Hamel gegeven in z’n eigen tooneelschets „Narrensmart”. De boeiende wijze van zeggen en ’t sublieme spel zonder overdrijving waartoe de nar- renrol zoo licht aanleiding kan geven hebben ’t publiek in ademlooze spanning doen luisteren naar z’n verzen. Het was best tooneelwerk. Ook Frans Daum bracht een bijzondere creatie in z’n „Mephisto zingt”, heel goed weergegeven, al was 't onderwerp voor ve len, vooral onder de dames, wat „eng”. De derde die ernstig werk bracht, was Mia v. d. Eijnden, die zich een uitstekend zangeres betoonde, wier coloratuurzang speciaal in het nummer „De Nachtegaal” een luid applaus verwierf. De anderen brachten meer vroolijke kunst en van hen was Alex de Haas met z’n lied jes wel degeen die ’t meeste succes oogstte, al viel ook’t snelteekenwerk van Rodi Roe- ters bijzonder in den smaak. Wat is er har telijk gelachen om z’n rake charges, o.m. van enkele aanwezigen. Litzi en Lita toonden zich nog steeds de bevallige en vlugge danseresjes en Meijer Hamel zong bij de luit z’n luimige liedjes. De samenzang waarmee begonnen en geëindigd werd was mooi. Er werd zuiver en beschaafd gezongep, wat vooral in ’t Ame- rikaansche sledelied ’n zeer mooi effect gaf. Henk Valkenier, die zich in alles een uit stekend accompagnateur toonde, mogen we ten slotte niet ongenoemd laten. Kortom ’t was een heel mooie avond van klein-kunst en bij een tweede bezoek aan Sneek verdient dit clubje een stampvolle zaal! - Tot klerk in lossen dienst bij den dienst der belastingen ter inspectie 2e Afdeeling alhier is benoemd R. van Manen alhier. Jubileum. Morgen Woensdag zal het 25 jaar gele den zijn, dat prof. Dr. H. Th. de Graaf, Herv. predikant te Zutphen en buitenge woon hoogleeraar in de theologie aan de Rijksuniversiteit te Utrecht, zijn predikants- loopbaan begon te Marum £Or.). Zondag 8 dezer zal dr. de Graaf in de Walpurgiskerk te Zutphen een gedachtenis- rede houden, terwijl des middags gelegen heid zal zijn voor gelukwenschen. Dr. de Graaf diende 7 jaar de Ned. Herv. Gemeente hier ter stede gld bij lavena lange Invaliditeit HINDERWET. BURGEMEESTER en SNEEK maken bekend: dat ter secretarie ter inzage ligt een ver zoek met bijlagen van G. TH. MOLL1NGA, koopman, wonende aldaar, om vergunning tot het op richten van een beenderenbewaarplaats op een gedeelte van het terrein der gemeente- reiniging, kadastraal bekend gemeente Sneek, Sectie C, no. 2623, liggende ten Oos ten van den straatweg van Sneek naar Lem mer, dat op Woensdag, den 18en Nov. 1925, des middags te 12 uur ten gemeentehuize al daar gelegenheid zal worden gegeven om tegen het verzoek bezwaren in te brengen en deze mondeling en schriftelijk toe te lichten en dat zoowel de verzoeker, als zij die bezwarer. hebben in te brengen, gedu rende drie dagen voor evengemeld tijdstip ter secretarie, in de gewone bureau-uren, van de ter zake ingekomen bescheiden ken nis kunnen nemen. De aandacht wordt er inzonderheid op geves tigd. dat. volgens de heerschende opvatting slechts tot hooger beroep gerechtigd ziin zij. die voor het Gemeentebestuur of een of meer zijner leden zijn verschenen, ten einde hunne bezwa- >en mondeling toe te lichten. Sneek, den 4 November 1925. zullen komen. De V o o r z. meent dat men met dit besluit aan te nemen dichter bij demping zal komen, maar B. en W. kunnen niet dit of dat beloven. Het voorstel van B. en W. wordt hierna z. h. s. aangenomen. Punt V. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het opnieuw vaststellen van rooilijnen voor verschillende straten in de stad. (Dossierno. 1.777.813(3); bijl. 104). B. en W. deelen mede: Bij raadsbesluit van 6 April 1925, no. 11, werden door U rooilijnen voor verschillende straten in de stad vast gesteld. Aan dit besluit is thans door Gedeputeerde Staten in verband met een door T. A. Stam ingediend bezwaar schrift goedkeuring onthouden. Het bezwaarschrift van den heer Stam gold alleen de rooilijn voor de Kleine Palen en Gedeputeerde Staten hebben hun besluit d.d. 14 October 1925, no. 109, le afd. B, tot niet-goedkeuring dan ook alleen genomen op grond van bedenkingen, welke tegen vaststelling van deze rooilijn waren gerezen. Wij meenen uit den inhoud van het genoemde besluit te mogen afleiden, dat bij Gedeputeerde Staten geen be zwaren bestaan tegen het goedkeuren van Uw besluit van 6 April 1925, no. 11, voorzooveel betreft het vaststellen van rooilijnen voor de overige in dat besluit genoemde straten (Hooiblokstraat, le en 2e Oosterkade, Jousterkade en Westersingel). Waar evenwel formeel aan het geheele besluit goed keuring is onthouden, kan de vaststelling van een rooilijn voor de laatstgenoemde straten evenmin effect hebben. In het belang der zaak achten wij het daarom gewenscht, vaststelling van deze rooilijnen bij afzonderlijk besluit en goedkeuring daarvan door Gedeputeerde Staten te bevor deren. Wellicht komen wij te zijner tijd terug op de rooilijn voor de Kleine Palen en het daarmede verband houdende bezwaarschrift-Stam. Thans geven wij U in overweging opnieuw te besluiten tot vaststelling der overige rooilijnen. Z. h. s. aangenomen als voorgesteld. Een nieuwe Wandelweg. Punt VI. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wijziging der Algemeene Politieverordening, tot het doen uitdiepen van de Sperkhemmeropvaart en betref jende het aanleggen van een wandelweg van den Leeuwarderweg af naar den Leeuwardertrekweg en verder naar de stad. (Dossierno. 1.754.21(1); bijl. 105). B. en W. deelen mede: Bij heeren Regenten van het Old Burger Weeshuis en ons zijn in den laatsten tijd plannen gerijpt om door onder linge samenwerking, voor rekening van gemelde stichting en van de gemeente, te geraken tot het aanleggen van een wandelweg, op bescheiden voet, van den Leeuwarderweg af, achter de Roomsch Katholieke begraafplaats langs naar den Leeuwardertrekweg en verder naar de stad. Het ligt in de bedoeling, dat het aandeel, hetwelk de gemeente in de verwezenlijking dier plannen zal hebben, slechts zal bestaan uit het verbeteren van een gedeelte van den trek- weg onder Sneek, in dien zin, dat dit deel zal voldoen aan redelijke eischen, welke in het algemeen aan een wan delpad mogen worden gesteld. Wij merken hierbij op, dat bij het onderhoud van den trekweg in de laatste jaren aan het gedeelte onder Sneek niet zooveel aandacht is geschonken als aan het overige. Voor aanleg van een wandelweg als bovenbedoeld, zal noodig zijn, dat het in de onmiddellijke nabijheid van Sneek gelegen gedeelte van den trekweg binnenkort door het uitvoeren van eenige extra werkzaamheden afdoende wordt verbeterd. Wij stellen het op prijs, dat Regenten van het Old Burger Weeshuis bereid zijn op zich te nemen de zorg voor het aanleggen van een gedeelte weg van af den trekweg naar den Leeuwarderstraatweg, waardoor, wor den de plannen tot uitvoering gebracht, onze gemeente met een wandelweg zal worden verrijkt. De kosten van de uit te voeren werkzaamheden, voor zooveel het aandeel der gemeente betreft, kunnen worden bestreden uit het gewone bedrag, dat op de gemeentebe- grooting voor onderhoud van den trekweg is uitgetrokken. Het nieuwe wandelpad zal komen te loopen langs den weg van de Leeuwardertrekvaart, bij artikel 10 der Alge meene Politieverordening aangewezen als ligplaats voor woonschepen. Daar de aanwezigheid van deze vaartuigen langs een wandelweg ons minder gewenscht voorkomt, hebben wij den Commissaris van Politie om advies ver zocht omtrent een wijziging der genoemde verordening in dien zin, dat voor de woonschepen een andere plaats wordt aangewezen. Met betrekking tot deze aangelegen heid moeten wij nog melding maken van een door het bestuur der schippersvereeniging „Verbetering is ons sUeven” bij adres d.d. 7 September 1925 bij ons ingediende klacht omtrent den hinder, welke door de scheepvaart wordt ondervonden van de in de Franekervaart, bij den Oudedijk liggende woonschepen. Omtrent deze klacht hebben wij eveneens het advies ingewonnen van den Com missaris van Politie. Deze ambtenaar acht, blijkens zijn, hierbij overgelegd rapport d.d. 2 October 1925, no. 12A, welk rapport ook betrekking heeft op de ligplaatsen aan den Leeuwardertrekweg, de bezwaren der schippersver eeniging niet zonder grond. Zoomin de Franekervaart als de Leeuwardertrekvaart is, naar de meening van den Com missaris van Politie eri wij zijn het daarmede eens bij uitstek als ligplaats voor woonschepen geschikt. De gronden, waarop dit oordeel rust, vindt U in het boven aangehaalde rapport uiteengezet. Een afdoende oplossing zou zijn, alle woonschepen te doen overbrengen naar één plaats, waar eventueele belem mering van of hinder aan het scheepvaartverkeer zal zijn uitgesloten. Het meest geschikt om als eenige ligplaats voor woonschepen te worden aangewezen, achten wij de Sperkhemmeropvaart. Een wijziging van de Algemeene Politieverordening is in verband hiermede noodig. Door bedoelden maatregel zullen de thans als ligplaats aange wezen gedeelten van de Franekervaart en de Leeuwarder trekvaart, weer geheel voor het scheepvaartverkeer kunnen worden bestemd, hetgeen door de schipperij zeer zal wor den gewaardeerd. Alvorens de woonschepen de nieuwe ligplaats kunnen innemen moet de Sperkhemmeropvaart, welke thans meest al droog ligt, tot een voldoende diepte worden uitgebag gerd en als behoorlijke ligplaats worden ingericht. De uit voering dezer werkzaamheden zal kunnen plaats hebben naar het plan, zooals dit door den Gemeentearchitect in zijn rapport d.d. 20 October 1925, no. 414, met bijbehoo- rende teekeningen, welke stukken bij dit voorstel zijn ge voegd, is opgezet. De kosten, daarmede gemoeid, worden door den archi tect geraamd op f 1900.Wanneer wij naast het belang, dat de scheepvaart bij een verplaatsing der woonschepen gid. öij vuile *3 van aan ringed BEKENDMAKING. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van SNEEK maken bekend, dat ter secre tarie dier gemeente gedurende 14 dagen vanaf 4 November 1925 voor een ieder ter lezing wordt neergelegd en in afschrift tegen betaling der kosten algemeen ver krijgbaar gesteld de aan den Raad aange boden rekening der ontvangsten en uitga ven dier gemeente over 1924. Sneek, 3 November 1925. gld.Ingevalvanava*- |EA glG. ölj vorilaa van H|dan Manen S0 6. Ivv Mn hand, vent el eeg AboSéVet^d ?^e*"n?e"^k.*7^ 2000 VERGADERING van den RAAD der gemeente SNEEK MAANDAG 2 NOVEMBER 1925, des avonds 7% uur. Voorzitter de heer P. J. de Hoop, burgemeester. Secretaris de heer P. Sikkes. Aanwezig 14 leden. Afwezig de heer Kiezebrink (weth.). Na opening stelt de V o o r z. aan de orde: Punt I. Notulen der vergadering van 12 October 1925. De notulen worden onveranderd goedgekeurd. Punt 11. Ingekomen stukken. a. Adres van A. H. de Vries en andere bewoners der Prinsengracht, houdende bezwaren tegen het voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het uitvaardigen van een aanschrijving betreffende demping enz. van de opvaart, loopende tusschen de le Selfhelpstraat en de achtererven van de perceelen Prinsengracht 15 tot en met 21. (Dos sierno. 1.777.8(2)). De V o o r z. stelt voor dit adres te behandelen bij punt 4 der agenda, waartoe besloten. b. Proces-verbaal van de opneming van kas en boeken van den gemeenteontvanger op 22 October 1925. (Dos sierno. X 07.352.651(2)). Voor kennisgeving aangenomen. c. Adres van den Directeur der Bioscoop bij de Waag, waarbij deze aan het Gemeentebestuur aanbiedt de film vervaardigd van de Herdenkingsfeesten van het 400-jarig bestaan van Sneek, welke film een getrouwe reproductie geeft van de voornaamste gebeurtenissen uit die gedenk waardige dagen, en voor het nageslacht zeker van groote waarde zal zijn. Namens B. en W. stelt de V o o r z. voor dit cadeau in dank baarheid te aanvaarden, waartoe z. h. s. besloten wordt. Punt lil. Aanbeveling van Curatoren van het gymnasium voor de benoeming van een rector aan het gymnasium. (Dossierno. 208; bijl. 103). Aanbevolen wordt de eenige sollicitant dr. J. J. E. Hondius te Leiden, die met algemeene stemmen wordt benoemd. De in functie-treding zal geschieden in overleg met B. en W. Punt IV. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om de Coöperatieve Vereeniging „Selfhelp” en de eige naren van de perceelen nos. 15 tot en met 21 aan de Prinsengracht ingevolge artikel 28 der Algemeene Politie verordening aan te schrijven tot demping van de opvaart, loopende tusschen de le Selfhelpstraat en de achtererven van vorenbedoelde perceelen aan de Prinsengracht en tot het aanleggen van een rioleering aldaar. (Dossierno. 1.777.8(2); bijl. 81). B. en W. schrijven: In het hierbij overgelegd schrijven van 11 Augustus jl. adviseert de Gezondheidscommissie met den zetel Sneek maatregelen te treffen teneinde te geraken tot demping van de opvaart, welke loopt tusschen de voorerven van een aantal woningen aan de le Selfhelpstraat, in eigendom toebehoorende aan de Coöperatieve Vereeniging „Self- help”, en de achtererven van de perceelen aan de Prinsen gracht nos. 15 tot en met 21. In deze opvaart monden uit de rioleeringen der aangrenzende perceelen, terwijl tevens daarin afwatert het aan die sloot geplaatste urinoir. Het zich in de sloot bevindende vuil en het daarin geloosde spoel- en afvalwater veroorzaken, inzonderheid in den zomer, voor de bewoners van de in den omtrek gelegen woningen een ondragelijken stank. De gemeente-architect is blijkens zijn hierbij gevoegd schrijven van 21 September 1.1., B no. 224, van meening, dat het brengen van verbetering in den bestaanden toe stand noodzakelijk is. Deze verbetering kan z. i. tot stand komen door de eigenaren van de aan de onderwerpelijke opvaart grenzende perceelen op grond van artikel 28 der Algemeene Politieverordening dezer gemeente aan te schrijven die sloot te dempen, haar te vervangen door een rioleering van betonbuizen ter véijdte van 25 c.M. en de huisrioleeringen van bedoelde woningen daarop te doen aansluiten. Wij kunnen ons met dit advies vereenigen en geven U daarom in overweging in dien zin te besluiten. De heer Zuiderbaan zegt, dat wie de stukken gelezen heeft, zich zal hebben verwonderd dat B. en W. hier zoo reso luut voor den dag komen om voor te stellen deze menschen aan te schrijven tot demping voor 1 Januari a.s. over te gaan. Hier in Sneek toch hebben we, wat de kwestie van demping van stinkslooten betreft, wel eens andere ondervindingen op gedaan, waarbij ’t heel wat langer duurde eer tot maatregelen als deze werd overgegaan. Spr. herinnert aan de kwestie der sloot bij ’t ziekenhuis, welke eerst afgestuit heette op de be maling van het waterschap, maar spr. meent, dat die nu in orde is, terwijl hij nooit gehoord heeft van eenige voortgang wat de demping der sloot betreft. Het verwondert spr. daarom dat hier, nu het particulieren betreft, waarvan een deel moeilijk de kosten zal Kunnen betalen, direct wordt voorgesteld over te gaan tot demping. Spr. is overtuigd, dat zulks zeer zeker het doeltreffendst is, maar in verband met de genoemde kwestie bv. vraagt hij zich af waarom niet eerst is overgegaan tot demping van die andere sloot, te meer waar hier nog eerder kans bestaat door goed schoonmaken een althans tijdelijk be vredigende oplossing te krijgen. Spr. kan er zich dan ook niet mee vereenigen, dat zóó maar, mir nichts, dir nichts, zal worden besloten, deze sloot dicht te gooien. Uit de stukken is spr. gebleken, dat de architect ge sproken heeft met belanghebbenden, die erkennen, dat de boel niet in orde is en de sloot wel willen schoonmaken. Waar er menschen bij zijn die heel slecht de kosten van demping kun nen dragen, wil spr. eerst eens zien of ’t niet mogelijk is een andere, desnoods tijdelijke, oplossing te vinden. De heer Hoekstra is het gedeeltelijk eens met den heer Zuiderbaan, dat de kosten nog al wat beloopen. Spr. heeft de toestand in oogenschouw genomen en is overtuigd, dat die zóó niet houdbaar is. Er wordt van alles in de sloot geworpen en ze wordt niet schoon gemaakt. Nu zijn er twee mogelijk heden: demping en uitbaggeren. Demping is het radicale mid del, maar dat zal niet onbelangrijke lasten op de bewoners van Prinsengracht en Selfhelp leggen. Toch is spr. voor demping, maar hij zou willen voorstellen dat de gemeente de helft der kosten bij wijze van voorschot zou betalen, welk deel later door de bewoners kon worden terugbetaald. Het zou velen dan gemakkelijker aankomen dan als alles in 1 jaar betaald moet worden. Uitbaggering lijkt spr. ondoenlijk: men krijgt dan ook het onderhoud van wallen, want baggert men dan moet de sloot ook op behoorlijke diepte worden gebracht en alle jaren op diepte worden gehouden. Men krijgt dan telkenjare terugkee- rende lasten waarboven demping tz prefereeren is. In verband echter met de moeilijkheden van een deel der bewoners komt spr. met zijn voorstel. De heer Breeuwsma gelooft, dat de menschen, die het adres inzonden waarin ze verzochten niet tot demping over te gaan, maar de -sloot schoon te maken, niet gelukkig zijn ge weest. Toen op 22 Sept. B. en W. met het voorstel kwamen, deden ze dat aan de hand van een rapport van den architect van 21 Sept. Nadien is een rapport van 28 Sept, uitgebracht, waarin de architect na kennisname van de bezwaren der be woners van de Prinsegracht aanleiding vond, voor een belang rijk deel over te hellen naar schoonmaken. Wanneer een onder zoek bij de bewoners had plaats gehad, voor het eerste rapport, dan zouden mogelijk B. en W. een andere meening dan nu zijn toegedaan. Afgescheiden daarvan is spr. het eens met de hh. Hoekstra en Zuiderbaan, dat zou men de toestand afdoend willen ver beteren, dan dient men tot demping over te gaan. Maar men kan dat wel eenige jaren uitstellen als de boel eerst eens flink schoon gemaakt wordt. Het lijkt spr. niet noodig dat zulks elk jaar geschiedt; als de bewoners wat rekening er mee houden en niet te veel in de sloot werpen, zou om de 3 jaar baggeren voldoende zijn om een behoorlijke toestand te houden. De beste oplossing is echter dempen en niet dergelijke stinkslooten behouden. Levendig kan spr. zich echter voorstellen dat er be woners bij zijn, niet in staat de geheele dempingskosten met rioleering enz. te betalen. Het is waar, dat na demping de panden meer waarde zullen krijgen, maar dat neemt niet weg, dat de bewoners van de Prinsengracht niet alleen de demping en rioleering krijgen te betalen, maar ook de afscheiding der perceelen. Een en ander brengt voor een kleine groep belang hebbenden vrij hooge kosten mee De heer Hoekstra wil nu de menschen de helft direct en de rest later laten betalen. Dat is ook een oplossing, maar waar bij de Oppenhuizerweg en de Parkbuurt de gemeente voor een belangrijk deel heeft bijgedragen in de kosten, daar acht spr. het niet onbillijk dat de gemeente ook in dezen een deel der kosten op zich neemt, bv. door de bewoners de demping te doen bekostigen en de aansluiting op het hoofdriool, maar de gemeente het hoofdriool te doen aanleggen. Dan zou men de menschen tegemoet komen en het plan uitvoerbaar fhaken. Want wat het plan-Hoekstra betreft: de menschen die nu groote uitgaven zouden krijgen, zullen bezwaarlijk na een jaar het andere deel kunnen betalen. Waar nu de gemeente toch het algemeen belang heeft te dienen en zich ook tot taak mag stellen waar vroeger toestanden als deze zijn toegelaten nu de omstandigheden gewijzigd zijn in dezen in te grijpen, daar kan het, meent spr., geen kwaad, dat de gemeente toont prijs te stellen op verbeteringen als deze en er een kleine tegemoetkoming voor bijdraagt, temeer waar ook bij Oppen huizerweg en Parkbuurt zoo gehandeld is. Spr. vraagt daarom of niet een oplossing mogelijk is, als zooeven door hem aan gegeven. De V o o r z. zegt, dat de oorsprong dezer ellende bij de bewoners zelf ligt, die hebben geklaagd bij de Gezondheids commissie, die de zaak onderzocht en renvoyeerde aan B. en W. ’t Is dus uitgegaan van de bewoners zelf, die B. en W. aan ’t werk gezet hebben. Met de Parkbuurt hebben de onder- handelingen lang geduurd, door ten slotte de stok bij de deur te zetten is er voortgang gekomen. Hier ook zijn onderhande- lingen gevoerd, maar men kan niet de menschen maar alles cadeau geven, dan zouden terecht andere ingezetenen zich kun nen beklagen. De onderhandelingen zijn niet vlot geloopen. Demping lijkt de eenige weg, schoonmaken valt in de praktijk niet mee. Demping en rioleering is het beste, dan zijn de lui er zelf ook af. Een deel der menschen voelt er dan ook wel voor. De grootste deelhebster, de Ver. „Selfhelp” zegt echter: schrijf ons eerst maar eens aan. Dit lijkt B. en W. dan ook het beste. Men kan dan zien, wat het resultaat is en dan kunnen B. en W. zoo noodig bij den Raad komen met nieuwe voor stellen. Het eenige doel met dit voorstel is dat er voortgang in de zaak komt en B. en W. hebben hier de macht toe, ingevolge de Politie-verordening. Dat is, besluit spr., de eenige weg om de menschen tot ons te brengen. De heer Blok meent dat de zaak zeer eenvoudig is. ’t Be treft hier een scheidingssloot, die niets te maken heeft met den openbaren weg of het openbaar verkeer en daarom niet op één lijn te stellen is met andere gevallen. Bovendien zijn hier niet veel eigenaren, daarom zal men gemakkelijker tot een oplossing komen. Die zal natuurlijk kosten meebrengen, maar als men alle particuliere ongemakken van bewoning, desnoods voor een deel, voor rekening der gemeente zou nemen, dat gaat niet op. Dat de toestand zoo is, is de schuld van de menschen zelf, ’t Is waar, dat ook eenige invloed heeft de stoomvaart in de Woudvaart, maar de meeste ongemakken hebben de menschen zich zelf bezorgd. Waar die bovendien voor de algemeene gezondheid schadelijk zijn, de kosten niet zóó hoog komen en de menschen zelf er weer alle genot van hebben, daar meenen B. en W. deze aanschrijving te moeten uitzenden. En blijkt het dat voor enkele bewoners de uitgave werkelijk te bezwaarlijk zou zijn, dan zou daarvoor wel een weg gevonden kunnen worden. Baggeren valt nigt mee en komt telkens terug. Bovendien deze huizen zijn niet duur gebouwd, zoodat men er best de lasten die demping meebrengt op kan leggen. 'Spr. ziet niet in, waarom men bij voorbaat de gemeente een deel der lasten wil laten dragen. Zeker, het algemeen belang is er eenigszins mee gebaat, maar het meeste nog zij, die er onmiddellijk "bij betrokken zijn. De heer Hoekstra trekt na de toelichting van B. en W. zijn voorstel in. De heer Breeuwsma meent, dat wel enkele opmerkingen tegenover het gesprokene van den heer Blok zijn te maken, bv. over de waarde der panden. Daar zijn bij die de laatste jaren van eigenaar zijn verwisseld en dus wel naar de tegenwoordige prijzen zullen zijn betaald. Spr. kan zich echter wel met het voorstel van B. en W. vereenigen al er inderdaad rekening mee gehouden wordt, dat er bewoners zijn die de kosten uiterst moeilijk kunnen dragen en B. en W. toezeggen daar de noodige tegemoetkoming te zullen betrachten. De heer De Wolf meent dat het niet gaat zulks van te voren vast te leggen. Dan kan straks het grootste deel der bewoners het niet betalen. De Raad dient te gelooven wat wet houder Blok heeft gezegd, maar /ich niet nu al vast te leggen voor de toekomst. Men zou dan een precedent scheppen, waar van men straks bv. bij de afkeuring van woningen e. d. pleizier zou kunnen beleven! Spr. gaat er dan ook volkomen in mee, thans dit schrijven te verzenden: de Raad kan dan straks zien, wat hij doen zal. De heer Breeuwsma meent dat de heer De Wolf weer doordraaft. Wat die wil, willen alle Raadsleden. Ook spr. wil niet het besluit wijzigen, maar het aannemen in den geest van de toelichting door wethouder Blok gegeven. B. en W. kunnen dan later overwegen, wie de kosten wel en wie ze niet kunnen betalen en zijn ze dan overtuigd, dat enkele bewoners door deze maatregelen te diep in de put geraken, dan kunnen ze met voorstellen komen. De heer Blok zegt, dat hier geen misverstand moet ont staan. Bij bespreking van deze zaak heeft wethouder Kieze brink gezegd, dat er wel een weg te vinden zou zijn, dat die menschen geholpen zouden kunnen worden, maar daar moet men nu niet van maken dat B. en W. die menschen tegemoet

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1925 | | pagina 1