MissBlanche
l
Will Srgio ür limiiti bul
2000 teaga Invaliditait 200 150 75
Brandenburgh Co.,
■o. 34
ZAT EROAO SOJAHUAR*
a
en
Mej. J. Groenewold organiste te Deer- schrijven gericht tot de besturen der boe-
i
S1CKO LIAUCKEMA, DE BEVRIJDER VAN SNEEK
IN 1522.
dat ongetwijfeld het memoreeren waard is:
„Anno 1506.
DEERSUM. Benoemd tot directrice van
het dameskoor „Us sjongen” te Oosterwie-
Contröle waterschapskassen.
Gedep. Staten hebben onder dagteeke-
ijing van 20 Jan. 1926 het volgende rond-
42eJAARSMR
Abonnement: per jaar f 2.50 fr. p
post f 3.60.
Advertentién9 ct. p. regel. Inge
zonden mededeelingen hooger, bij
Abonnement belangrijke korting
Advertentién worden tevens gratis ge
plaatst in de SNEEKER COURANT
ie
it
n
verliep maar geheel. Óverstroomingen voltooiden nog de
ellende, ’t Was voortdurend een „groet perickel”.
Toen dan ook de laatstgenoemde stadhouder Christoffel
van Meurs vreemd krijgsvolk binnen Sneek had trachten
Earst» Riasi
VoMhtyrt
ÖïWJAGSss VBIJDASBAVÖMDU
ïïïtgaws
ÜW3SK Tdefoea Mee 150,
zemwaterschappen in de provincie:
Het is de taak van de waterschapsbestu-
de Coöp. Electr. Centrale alhier hare alge- „eiS hunner instellingen te controleeren. De
meene ledenvergadering. Uit het jaarverslag juiste vervulling van die taak zal velen van
bleek dat de vereeniging er gunstig voor- die besturen om verschillende redenen niet
Toen we een biografische schets gaven van de Donia’s
en Harinxma’s en. de beteekenis dezer adellijke families
voor de stad Sneek, hebben we aan het slot van dat opstel
er op gewezen, hoe bij de intrede der 16e eeuw ook een
nieuw adellijk geslacht zijn intrede deed in die stad, t. w.
hoe de Liauckema’s hier de opengevallen plaatsen der
Harinxma’s bezetten.
In Barradeel, aan de oude zeedijk bewesten van Sex-
bierum en in de buurt van Douma, Eelsma, Adelen, Wal
burga, Gerbranda, Juckema en Walta stond hun voor
vaderlijke woning, de Liauckema-state, waar menig aan
zienlijk en beteekenisvol voorzaat het levenslicht aan
schouwd of er zijn levensdagen gesleten had. Dit voor
recht scheen echter niet aan Schelte Liauckema beschoren,
toen hij in ’t huwelijk was getreden met Luts van Harinxma
en daardoor de eerstaangewezen persoon werd, om in
de rechten van den laatste der Sneeker Harinxma’-s te
treden. Deze, Bocke de jongere, stierf in 1499, in hetzelfde
jaar, dat de Sneekers de nieuwe Saksische heeren over
Friesland, de hertogen Albrecht en diens zoon Hendrik,
hadden gehuldigd.
Schelte, de bovengenoemde erfgenaam, had den Saks
ook mee in Friesland helpèn binnenleiden, zoodat hij met
het nieuwe regime al spoedig vertrouwd was. Tot loon
voor dien trouw en zijn diensten wegens de geschetste
introductie werd Schelte Liauckema aangesteld tot hool-
deling te Sneek (in 1499), waarop hij overigens wegens
erfrechten reeds aanspraak kon maken en in het volgende
jaar (1500) werd hij er tevens nog grietman van Wym-
britseradeel bij.
Hij leefde zich al spoedig zoo goed in de Sneeker toe
standen in, dat hem die stad lief werd en hij geheel Sneeker
mee werd. Zelfs wenschte hij hier zijn laatste rustplaats
te hebben in stecie van te Sexbierum, waar de meesten
zijner voorvaderen waren bijgezet.
Lang heeft Sneek niet van zijn diensten mogen profi-
teeren, want reeds in 1503 of 1504 stierf hij. Dit is op te
maken uit het feit, dat hij den 3 October 1503 zijn testament
maakte, terwijl in de lijst der door den Saksischen vorst
erkende Friesche edelen in 1505 geen Schelte Liauckema
maar wel diens kinderen worden genoemd.
Een daarvan nu was Sicko, die verder de hoofdpersoon
van ons verhaal zal uitmaken. Niet dat van zijn leven zoo
veel meer bijzonderheden kunnen worden meegedeeld,
doch voor de geschiedenis van het Sneek vóór 1525 heeft
hij een bijzondere beteekenis. Met zijn moeder woonde hij
in het huis zijns vaders te Sneek, totdat de wisseling van
het bestuur, waarbij de Saks er uit en de Geldersman er
in kwam, het voor Sicko Liauckema noodzakelijk maakte,
om zich binnen Leeuwarden een veiliger schuilplaats te
verzekeren. Dat geschiedde in 1514. Bij den dood zijns
vaders had hij dien nog niet kunnen opvolgen als hoofde-
ling van Sneek wegens zijn minderjarigheid en nu was
de kans geheel verkeken. Althans zoo leek het vóorloopig.
Ook uit andere stukken blijkt, dat Sicko Liauckema
tusschen 1504 en ’14 weinig of geen deel aan het open
bare politieke leven in zijn vaderstad heeft gehad. Zoo
bijv, de oudste Raadsbestellingen van Sneek, ten Ge-
meente-archieve aldaar aanwezig, zijnde de registers der
magistraten dier stad met het jaar 1506 aanvangende,
waarin geen Sicko Liauckema maar wel een Hans van
WOUDSEND, 27 Januari. Hedenavond
hield de begrafenis-vereeniging „De Laat
ste- Eer” hare 19e algemeerie ledenvergade
ring. Uit de verschillende verslagen bleek,
dat het ledental 285 bedroeg. Vijf begra
fenissen waren voor rekening der vereeni
ging geweest, terwijl zij bij een geval hare
medewerking had verleend. Het batig saldo
bedroeg f 418.35 hiervan werd f300 in
het reservefonds gestort hetwelk daarna
f653 bevatte. A. Bruinsma trad als be
stuurslid af en was niet herkiesbaar, hier
voor werd J. Bruinsma gekozen.
Nieuwe Veemarkt, en
op alle werkdagen tusschen en 1
uur, de navolgende voorwerpen ais gevon-zuiver en zóó diep, dat we ons gelukkig mo-
den gedeponeerd op 28 Januari 1926:
Muts.
Aanwezig en te bevragen bij de navol
gende ingezetenen, onderstaande voorwer
pen, als gevonden aangegeven op 28 Jan.:
Hamer, J. Schaaf, Nieuwe Veemarkt; ro
zenkrans, J. Piso, Marktstraat; sjaal, H. Ka
non, Hoogend 30; nikkelen horloge, A. Götz,
Overweg 9; kindermuts, W. Venema, 3e
Woudvaart 20; bruine ceintuur, R. de Vries,
Swartsbuurt 13; moersleutel, W. Hamer-
sma, Ged. Pol 4; etui met schrijfbehoef
ten, A. Veen, Leeuwenburg; parapduie, Post
kantoor, Leeuwenburg.
Bij de gisteravond gehouden reci-
teerwedstrijd onder uitgenoodigden te Fra-
neker behaalde onze stadgenoot, de heer
J. v. d. Veer, de le prijs, afd. luim, gouden
medaille.
4045 ct. per K. W. U., voor kracht 26 ct.
Het verbruik was resp. 21461 en 11560
K. W. U.
In het bestuur werden herkozen J. Wes-
terhof en H. A. Tromp, terwijl L. Bruin
sma in de commissie van toezicht werd ge
kozen in dij, plaats van F. L. Rijnja, die
bedankt had.
LEEUWARDEN. In de Dinsdag alhier
gehouden vergadering van de federatie van
schippersverenigingen in Friesland is git-
voerig gesproken over de mogelijkheid
van maatregelen tot betere regeling van den
boezem waterstand.
Tengevolge van het steeds meer indijken
van boezemland worden de schommelingen
in het waterpeil grooter en heeft de schip
perij in regenarme zomers steeds meer last
van laag water.
Als middelen tot verbetering werden het
inlaten van water bij Zwartsluis en het aan
brengen van een duiker bij Roptazijl ge
noemd.
Een der voornaamste oorzaken van den
tegenwoordigen toestand werd echter ge
zocht in het feit, dat de waterschappen in
tijden van droogte ongestraft water kunnen
inmalen, waardoor de boezem wordt afge
tapt.
Besloten werd, bij Gedep. Staten met
kracht aan te dringen op contröle op het
inmalen, ten bate van de scheepvaart.
N. R. Crf.
zelfden
stoken.
mes en
patten
geworpen
meer.
De nadere bijzonderheden van zijn be
kentenis wenschte hij tegenover den rechter
van instructie af te leggen.
Loodgieters van het dak
gevallen.
Dinsdagavond zijn twee loodgieters, die
werkzaam waren op een villa te Oegstgeest
bij het omhoog halen van een ladder, van
het dak gevallen. De een kwam er nogal
goed af, maar de ander, een jongeman uit
Noordwijk, zekere J. van K., kwam op een
ijzeren hek neer. Hij werd bewusteloos en
ernstig gewond opgenomen.
Ongelukken.
De keuringsdienst van auto’s in Zeeland
heeft procesverbaal opgemaakt tegen den
chauffeur van een autobus, waarvan de
remmen niet in orde waren. Het was <fb
chauffeur, die ook de bus bestuurde, welke
een paar weken geleden in de Eendracht
reed, bij welk ongeluk verschillende passa
giers het leven verloren.
Tslgans Ksorwuidw «varMugckooisn met da NaliaatesAa Algaaiawaa Veras»
kerlaca-Naak ta NaklaAara sijs asm Abanaé’a vanefcerd tegen engelnkiren tn>
rum
sum.
WOUDSEND, 29 Jan. Hedenavond hield rcn om de bassen en boeken van de ontvan-
C'rtrtrx FlArlr C' o nf ral o alhipr h?trp ïilf/P-1 i1SO
meene ledenvergadering. Uit het jaarverslag j^ste vervulling van”die taak zaï velen van
staat. De s troom prijsvoor licht bedraagt steeds gemakkelijk 'vallen. Toch "moét he
van een udnemend belang voor de water
schappen worden geacht, dat die contröle
geregeld en nauwgezet plaats heeft.
Wij meenen, dat ter verkrijging van een
zoodanige onmisbare controle de water
schappen zich met elkaar zouden kunnen
vereenigen om gemeenschappelijk voor een
doeltreffend toezicht op de kassen en boek
houdingen van hun ontvangers te zorgen.
De Friesche Waterschapsbond, waarin de
meeste boezemwaterschappen zich zullen
hebben vereenigd, lijkt ons als aangewezen
voor het organiseeren van dit toezicht.
De Vereeniging van Nederlandsche ge
meenten ging reeds sinds geruimen tijd
over tot inrichting van een dergelijk toe
zicht op het beheer der ontvangers van de
gemeenten, leden der vereeniging.
Wij hebben gemeend, wegens het groote
belang van de zaak waarom het hier gaat
het vorenstaande onder Uwe aandacht te
moeten brengen en daarbij het vertrouwen
uit te spreken, dat Uwerzijds de noodige
stappen zullen worden gedaan, die tot een
onmisbare en deugdelijke controle zjillen
leiden.
gid teil vuUm vu
«as» wHavfnasr.
VEILIGHEID EN VOLKSGEZONDHEID.
II. Voetganger, opgelet!
Wilt Gij een rijweg oversteken, denk er
dan aan: Het juiste punt van oversteken te
kiezen (dus niet daar, waar het rijverkeer
in verschillende richtingen door elkaar
kruist).
Het juiste oogenblik af te wachten (niet
precies voor, maar achter een voorbijgaand
voertuig, bij kruispunten op het oogenblik.
dat het rijverkeer in dezelfde richting, als U
gaat, in beweging is.)
Goed uit te kijken. Betreedt niet gedach
teloos van het trottoir den rijweg.
Den kortsten weg te kiezen, dus haaks
den rijweg te kruisen.
GEZONDHEIDSRAAD.
De zwaarmoedigste mensch ver
andert in een vroolijke snaak
als hij zegt
Geef MIJ maar:
gld. bij verlies en
»«s dvl<a
Nutsavond.
Het Departement van ’t Nut heeft Woens
dag zijn leden en gasten een bij'zogider
mooie avond aangeboden.
Mevr. De BoerVan Rijk heeft ons met
de heeren Vincent Berghegge en Frans
Munnichmann een vertolking van Heijer-j
mans’ tooneelschets „Nocturne” gegeven,
7ÓÓ Qrhittprpnd nl Ho 'innivevifroH rlion
liet nu op den 20sten April 1522 bij trommelslag bekend
maken, dat elke burger, die met hem het zeegat uitging,
een goudgulden handgeld ontvangen zou, want in de stad
was toch niets te verdienen. De regeerende burgemeesters
verboden deze aanwerving echter. Dit verbod werd het
sein van den opstand, gelijk de geheele poging van den
schipper slechts een voorwendsel was, om iets te kunnen
beginnen.
En die poging slaagde, want men was het Geldersche
régime moede. De zittende regeeringsleden vluchtten op
een aanva-1 van schipper Hein en de zijnen naar alle hoeken
der stad, in Maartenskerk, Kruizebroedersklooster en
overal, waar ze dachten, beveiligd te zijn tegen d.e aan
slagen van het gemeen. Inderhaast werd een nieuwe stads-
regeering aangesteld, de oude afgezet, de póórten en sluit-
boomen ontgrendeld en den 27sten Mei 1522 werd Sicko
Liauckema met eenigen op de meest eervolle wijze binnen
Sneek gevoerd. Hij werd aanstonds tot erfelijk Olderman
van Sneek benoemd, want aan hem dankte men het mefest
de redding der stad uit de klauwen des Gelderschen wolfs.
Den 4en November 1522 volgde daarop de eed van
trouw aan Karel V, als Friesland „natuerlijke” erfheer,
welken de stedelijke bewindslieden Z. M. zwoeren en daar
bij beloofden, om tot Zijn eer en nut de stad te bewaren
en goed te regeeren. AIS'tegenprestatie verbond zich ’s
keizers stadhouder Schenck uit naam van Z. M. dat hij de
stad Sneek als deel der Friesche landen zou houden „in
goede justitie en goed regiment”, dat hij de belangen van
kerk en staat, de stedelijke voorrechten, vrijheden en rech
ten onaangetast zou beschermen. Hiermede trad voor (Sneek
weer een gelukkige periode van nieuwe bloei en herleving
in, grootendeels het werk van een zijner edelste zonen,
Sicko'Liauckema.
Reeds het volgende jaar, in 1523 werd hij op den
wensch der Sneekers door Karel V tot erfelijk heerschap
van Sneek benoemd, die in hem een trouw aanhanger
vond, zoodat hij in hoog aanzien kwam bij Z. M.. hetgeen
mede blijkt uit het Stamboek van den Frieschen Adel,
waarin men achter zijn naam de toevoeging „Majesteits
Stalmeester” kan vinden (Stamboek II, 168). In enkele
archivalische bescheiden van 1525’27, meest kwitanties,
vinden we zijn naam als Sicko (ende Raet) en Sicko
van Lyauka.
Hoe lang Sneek nog van zijn bestuur heeft mogen pro-
fiteeren is niet met zekerheid bekend, in elk geval niet
langer dan tot 1528. Evenmin is komen vast te staan, of
zijn zoon Schelto hem in zijn erfelijke waardigheid van
Sneeker hoofdeling of heerschap is opgevolgd. Misschien
schijnt deze zich meer aangetrokken te hebben gevoeld tot
de hoogere kleilanden van het Noorden en zich liever op
de voorvaderlijke state Lyauckema bij Sexbierum te hebben
neergezet. Want het is bekend, dat hij in 1569 grietman
van Barradeel was. Ook, dat hij Spanje trouw bleef, in
1575 Friesland moest verlaten en 1580 te Oldenzaal
gestorven is. Toen zijn zoon Jarich van Liauckema in 1642
overleed, daalde met dezen volgens het Stamboek de
laatste afstammeling uit dit edel geslacht ten grave.
Het voorvaderlijke slot van dien naam, dat de herinne
ring zou blijven vasthouden aan een der hechtste stam-
boomen van Frieslands Adel, gelijk het nu nog een Sex-
bierumer hofstede doet, trotseerde nog wel eenigen tijd
der eeuwen geweld. Hier was het nl., dat de bekende
1 predikant Balthasar Bekker, de bestrijder van het bijge
loof, gelijk Dr. W. P. C. Knuttel hem terecht typeert
in diens mooie biographie, een Roomsch edelman,
bewoner van Liauckema-state ten jare 1672 nog moest
beschermen tegen het woeste grauw van de Bierumei
dorpen Wijnaldum, Herbajum e .a. toen het, verblind dooi
anti-papisme en bijgeloovige vrees, dezen aanzag voor
een verrader des lands, die zou geheuld hebben met den
Engelschen vijand. De man van het zelf-zien en het zelf
onderzoeken, wien men uit haat en nijd het Cartesianisme
in de schoenen schoof, voorkwam hier een groote ramp,
redde het leven van zijn Roomschen broeder in Christus!
Uit de Franeker archieven kunnen buiten de gegevens
van het Stamboek nog de volgende familie-bijzonderheden
van den Sneeker hoofdeling Sicko Liauckema worden ver-
i kregen. Vóór of in 1528 schijnt deze te zijn gestorven,
want in dit jaar was reeds voogd over Sicko’s nagelaten
kinderen Epo Liauckema blijkens een kwitantie in het
Franeker Gemeente-archief, waarbij deze verklaart te heb
ben ontvangen mede namens zijn medevoogden de gedeel-
vaderstad in diejrange tijden jnet geld, voedsel, raadden telijke lossing door Gerlof Herema van rente op Sjaardema-
j V.WCIV. gvaivuiau. u.uu vv ».«j w... ~.j - mus. l_eil U1C1 Klliueicil Was L.UIS LiaUCKClllêl vuigen» evil
stadhouder van Karel V in Friesland, den reeds eerder overeenkomst in datzelfde archief, waarbij bovengenoemde
l z 7" i r--
goudguldens te vragen, waarmede de Sneekers dan zouden Sicko Liauckema te Sneek, Ymck Minnema geheeten
probeeren, om de Gelderschen kwijt te raken.
Zoo gezegd, zoo gedaan en Sicko kreeg het geld, da*
hij binnen Sneek ter bestemder plaatse wist te doen be
zorgen. Een Sneeker schipper, Hein Doeskes genaamd,
had eerst uit de
dat zijn vrouw aan de
en nu hij
van haar
was hij vrij
willig tcruggekomen om zijn straf te onder
daan. De man beweert, tot in het Noorden
van Frankrijk, in den omtrek van Maubeuge
gezworven te hebben. Hij zegt, na de
daad inderdaad naar Zwijndrecht te zijn
gegaan gedeeltelijk per autobus en
daar heeft hij de veerpont genomen naar
Dordt. Van daar is hij per trein naar
Roosendaal of Breda gegaan en in den-
nacht de Belgische grens overge-
Hij zegt, na de daad het scheer-
zijn overjas, waarop eenige bloed-
gekomen waren, te hebben weg
waar, wist hij niet precies
hij toen reeds een „tijf lanek” Overste Dijkgraaf. In 1509
vinden we hem als Hofmaarschalk te Leeuwarden en in
1515 werd hij Drossaard van Harlingen, welk ambt ook
de bovengenoemde Hans van Grombach had waargenomen.
En bij den overgang van Friesland uit de handen van den
Saks in die der Bourgondische regeering bleef Frits ge
handhaafd, zoodat we hem in 1517 kunnen aantreffen
als Grietman van Barradeel. Tot Raadsheer in het Hof
van Friesland werd hij benoemd in 1525 en in 1539 zelfs
tot Gedeputeerde Staat van dit gewest.
Tot al deze promoties zal niet weinig hebben bijge
dragen, dat hij zich vermaagschapte met een der oudste
Friesche adellijke families. Hij trouwde nl. met Luts van
Martena, dochter van den onfrieschen Fries Hessel van
Martena. Zijn stoffelijk overschot werd in Januari 1541
bijgezet in de Franeker Martinikerk.
We haalden deze korte persoonsbeschrijving vooral aan,
om eens te laten zien, op welke wijze heel wat oorspronke
lijk Saksische edellieden, dus vreemd aan Friesland door
hun afkomst, hier toch grooten invloed bekwamen in
staat en maatschappij door het Saksische tusschenbestuur.
Hans van Grombach, de ambtenaar van Sneek, maakte
intusschen niet zulk een schitterende carrière als zijn broe
der. Vooral niet, doordat hij in 1514 de stad Sneek in
handen speelde van de Gelderschen, waardoor de Sak
sisch- en later Bourgondisch-gezinde adellijke leden der
geslachten Liauckema, Donia e. a. genoodzaakt werden,
in Leeuwarden een goed heenkomen te zoeken. Dit ver
klaart mede, hoe onze held van ’t verhaal, Sicko Liauckema
in de jaren 1504’14 weinig van aanbelang in publieke
functies ten dienste van de Sneekers zal hebben kunnen
presteeren.
Die overgang van Sneek in handen der Gelderschen
kunnen we hier niet geheel stilzwijgend passeeren. Daar
over dus een enkel woord.
Het was in Nov. 1514, dat de Gelderschen met 700
soldaten uit Harderwijk de Zuiderzee overstevenden in
de richting van Gaasterland, waar ze landden, op Sloten
aantrokken en dit zonder veel moeite als eerste steunpunt
bezetten. Reeds den anderen dag namen ze Ijlst. De Snee
kers begrepen nu wel, dat het spoedig hun stad zou gelden
en stuurden boden naar Leeuwarden om hulp. Daar klopte
rnen^bij de Saksische bestuurslieden aan doovemans oor.
Men zag in deze stad den toestand in ’t geheel niet drei
gend in en zond de Sneeker boden smalend weg. Toen
ging Lou Donia uit Sneek nogmaals naar Leeuwarden,
maar ook hij vond geen gehopr. Ondertusschen waren de
Gelderschen reeds voor de wallen gekomen en vroegen,
om binnengelaten te worden in naam van den hertog van
Gelder en in dien van den koning van Frankrijk, Gelders
beschermheer. Men zou den Saks verdrijven en Friesland
weer vrijmaken. Ging het niet goedschiks, dan maar met
harde middelen.
Jonker Roelf van Ewsum, die toen een der bevelhebbers
was en zag, dat Sneek zelfs geen kanonnen had, om zich
af te weren, gaf last, de poorten te openen, maar vertrok
zelf met Sicko Liauckema en veel burgers langs de Oostev-
poort in de richting van Leeuwarden. Zoo konden de Gel
derschen Sneek gemakkelijk nemen en ook Bolsward, dat
de 26ste van November 1514 daarop volgde.
Van 1514’22 bleef Sneek nu in handen der Gelder
schen. We kunnen hier die periode niet verder beschrijven,
doch groot was de ellende, waarin de stad hoe langer zoo
meer verviel. Slechts de nieuwe regeering en het tijdelijke
Grombach wordt genoemd, een van des hertogs naaste j h°f> dat de Geldersche stadhouders, eerst Erkelens, daarna
vrienden, die met hem in deze landen was aangekomen, i Maarten van Rossem en eindelijk Christoffel, graaf van
In het desbetreffende stuk lezen we o. m. het volgende, j Meurs, in de stad vestigden, bracht eenig gewin. Eveneens,
dat ongetwijfeld het memoreeren waard is: i wanneer Groote Pier weer kwam binnenvallen met ge-
„Anno 1506. roofde buit. Doch ook daarvan kwam het leeuwenaandeel
Op den 27 September zijn in Sneek gekomen den Eedelen bij de Gelderschen tergcht. En de zooveel eerlijker handel
ende Welgeboren Heer van Stolbergh, Stadtholder in en ^riipn opUapI Ovprctrnnmino-Pn voltooiden nor? de
over Frieslandt, ende den Eedelen ende Strengen Hern
Sjoerdt Luttinge, Ridder, ende den eerbaren Erentvesten
Frans Menne zoon, Rente mr. ende Rade ons aldergenae- van Meurs vreemd krijgsvolk binnen Sneek had trachten
dichster Heere Hartogh Georgius van Sassen etc. eeuwig- te brengen en er een sterkte te bouwen, in verband met
De moord in de Rosestraat.
Eergisteravond tegen 8 uur kwam een
man aan het politiebureau aan de Nassau-
kade te Rotterdam en zeide, dat hij de ge
zochte J. L. van O. was, de dader van
len moord in de Rosestraat. Nadat zijn
identiteit voldoende vastgesteld was, heeft
rij een voorloopig verhoor ondergaan
jiskrmorgen is hij ter beschikking van den
ifficier van justitie gesteld en naar het
huis van bewaring overgebracht.
In de korte bekentenis, die hij op het
politiebureau heeft afgelegd, zeide hij, dat
hij niet de bedoeling had gehad, zijn vrouw
te doodenbij het laatste onderhoud (op
de kamer van zijn zwager) met zijn vrouw
was weer spoedig ruzie ontstaan en op
zeker cogenblik had hij met een scheer
mes, dat hij in de hand hield, een af
werende beweging gemaakt en daarbij de
vrouw ernstig getroffen.
Hij was gevlucht en
'laden vernomen,
gevolgen was overleden,
lezer dagen een bericht
□egrafenis gelezen had,
ende Welgeboren Heer van Stolbergh, Stadtholder in en
over Frieslandt, ende den Eedelen ende Strengen Hern
C - - - -
Frans Menne zoon, Rente mr. ende Rade ons aldergenae-
^1 zx L» 4 IJ zx /A l-J n 4z-x zv L» 1 zx y-x ex v •-» O zx zx zx4zx ,i zv 1
lycke Gubernator in Frieslandt van wegen den Heyligen
Roomschen Rijcke etc. hebbende geordineert ende gesteit i
van wegen onzen gen(adigen) H(eere) van Sassen Jr.: i
Hans van Grombach tot een Amptman, Regeerder 1
met sampt Recht en Raedt in Sneeck, om alle saecken i
voor te stellen, daer de stadt Sneeck, burgers ende in-
woonders, nut en profijt mag zijn.”
Deze Hans en ook Frits van Grombach, twee gebroeders
en beiden edellieden, die in het gevolg van den Saksischen
hertog in deze landen waren gekomen, hadden reeds spoe
dig kans gezien, om de aanzienlijke ambten in het nieuwe
gebied te bezetten. De tweede slaagde daarin beter dan
de eerste. Frits van Grombach toch wordt nog op de jaren
1525, 1533 en 1534 Ridder genoemd en was vermoedelijk
van 15251534 Overste Dijkgraaf van geheel Westergo.
Want volgens het Arbitragement van 7 April 1533 was
Gevonden voorwerpen. schitterend>
dat al de aanwezigen diep
Aanwezig aan het bureau van politie, onder den indruk waren. Wat geen wonder
p„,„p en aidaar bevragen was. Want een creatie als deze is geen too-
12j/2 j neelspel meer: ’t is ’n stuk werkelijkheid, zóó
7flivpr pn Hipn rla» c prp1„Wïrr wp.
gen achten een kunstenares als deze weer
eens een avond in ons midden te hebben
gehad.
Trouwens, de beide heeren waren uitste
kende partners: ook zij gaven schitterend
werk te zien.
Voor de pauze waren alle drie opgetre
den met voordrachten. Er was heel veel be
kende kost bij. Maar, voorgedragen zooals
hier, is ’t altijd weer een lust ze te hooren.
Frans Munnichmann gaf prachtig „De Ku-
rassiers van Canrobert” van Pol de Mont;
mevr, de Boer, die met een hartelijk applaus
en ’n bouquet bloemen ontvangen werd,
deed Falkland’s Kindértwaalfuurtje voor de
aanwezigen leven en Berghegge heeft de
aanwezigen smakelijk doen lachen om de
Betuwsche scherts uit van Meurs’ Kriekende
kriekske.
Zoo gaf de avond veel goeds en moois
jen zoowel bestuur als bezoekers zullen te
recht zeer tevreden zijn geweest.
de omstandigheid, dat de Gelderschen in 1521 en 22
steeds meer terrein in Friesland verloren, was de maat
vol. Zulke maatregelen waren in flagranten stijd met de i
handhaving der „Friesche Vrijheid”.
Men gedacht hier nog de Sneeker Liauckema’s en hoe
de oude Schelte een wakkeren zoon Sicko had, die thans
in Leeuwarden verbleef. Reeds meermalen had hij zijn
daad gesteund. Thans werd hij aangezocht, om bij den j huis. Een dier kinderen was Luts Liauckema volgens een
stadhouder van Karel V in Friesland, den reeds eerder j overeenkomst in datzelfde archief, waarbij bovengenoemde
genoemden George Schenck van Toutenburg om 3 a 400 Qeriof of Gerrolt Herema van Franeker en de weduwe van
i we
derzijds toestemming gaven tot een toekomstig huwelijk
van de bovengenoemde Luts Liauckema en Tjaerdt Here
ma. Deze overeenkomst dateert van 28 April 1535.
G. A. H.
Bcnm—nm—i i in i hui ■■iiiimi.i n» n
Naakt sens kennia met
Nias Blanche „Rcyal”.
i-
NIEUWE S5EEKER COURANT
annex SNEEKER COURANT en WYMBR1TSERADEEL
IK gld. bij varliM
•9 »«n winger
laviMiiiUMRii
C/JW1V»» L/L< l 11 l 1 L. V Vliviv Civil W1MU1V11 1-* 1 V 11 l V VU l V 1 l
vauvioiau in uiv „iv, .vvuuv., leiijKe lossi ug uuur vier nu n ei erna van i en ie op oj aa rueuia-