I
Miss Blanche
Uit onze "Raadzaal.
200 150 75
annt:
SHEERER COURANT en WYMBRITSERADEEL
Ntlnl Orgm in IiinM Sink
Nieuwstijdingen.
■o. 37
I
I
I
Brandenburgh Co.,
Woensdag 10 FEBRUARI 1826
42e JAARBAHB
Eerste Blad
Abonnementper jaar f 2.50 fr. p.
post f 3.60.
Advertentiën9 ct. p. regel.(7 Inge
zonden mededeellngen hooger, bij
Abonnement belangrijke korting
Advertentiën worden tevens gratis ge
plaatst In de SNEEKER COURANT
Tsnehgai
DINSDAGS ib VRUDAGSA YeiTDL*
Uitgaven
Snss TeIoüms 150,
karlngs-Baak te SakMaai Abenné’s vmaksid tegen angslakksn imj
•8-
•ll
Uw beate kameraad hebt ge steeds
bij U, als ge vraagt
Geef MIJ maar
gld. Mj vwUm
IU MB dcilB.
HIEÜWE SEEEEER COÜRAHT
CA gld. bij vmtUm vu
vV mb wijsvinger
Hulp in Nood.
Onder voorzitterschap van den heer R.
Nieveen had Vrijdagavond in de Gouden
Leeuw de jaarlijksche vergadering plaats
van de Vereeniging „Hulp in Nood”. Na een
woord van welkom van den voorzitter wer
den de notulen door den secretaris den heer
Matak Fontein gelezen; deze notulen wer
den goedgekeurd. De penningmeester, de
heer Jouvenar, bracht daarna het finantieel
verslag uit.
Daaruit bleek, dat de ontvangsten had
den bedragen f 3552.08, o. a. aan contri-
butiën f 1001, subsidie O. B. W. f 1000, gif
ten f716.66 (waarvan Sport en Liefdadig
heid f 670.27). De uitgaven bedroegen
13639.74*4, waarvan o. a. aan ziekenhuis-
verpleging f 965, financieele steun f 880.225,
melk f622.46, eieren f 113.50*4, medicijnen
enz. f 490.62. subsidie T. B. C. Ver. f 367.535.
De exploitatierekening liet ditmaal een te
kort van f 82.66*4 (vorig jaar tekort f319).
Het ledental is van 401 tot 420 vooruit
gegaan. Het verslag eindigde met ’n woord
van hartelijken dank tot allen die gelden
aan Hulp in Nood afdroegen in het bijzon
der aan Regenten van het O. B. W. en Sport
en Liefdadigheid. Nog bleek dat de vereen,
binnenkort in het bezit van f 500 zal komen,
haar door een nu overleden inwoonster on
zer stad vermaakt.
De commissie voor het nazien der reke
ning bestond uit de h.h. J. Doodkorte en v.
d. Sluis. Eerstgenoemde stelde namens die
commissie voor de rekening, welke in orde
bevonden was, goed te keuren onder dank
betuiging aan den volijverigen penning
meester voor zijn getoonde toewijding. Spr.
wenschte de vereeniging geluk met zoo’n
penningmeester, die heden juist 10 jaar dat
penningmeesterschap waarnam, en sprak
de wensch uit dat de heer Jouvenar nog
vele Jaren de financiën van Hulp in Nood
mocht beheeren, tot heil der hulpbehoeven
den.
De voorzitter sloot zich gaarne bij deze
gelukwenschen aan erAlankte secretaris en
penningmeester beide voor hetgeen door
hen in het afgeloopen jaar weer ten bate
der vereeniging is verricht.
De heer W. Beekhuis, periodiek aftre
dend, werd tot commissielid herkozen. Be
sproken werd het aanbod van h.h. Regenten
van het O. B. W. om f 200 per jaar ter be
schikking van Hulp in Nood te stellen voor
kapitaalvorming, wanneer ook de vereen,
zelf iets voor dit doel afzondert. Algemeen
was men van oordeel dat dit aanbod diende
te worden aanvaard, nader overleg over de
voorwaarden zal met h.h. regenten worden
gepleegd.
Tenslotte werd ’t werven van meer leden
besproken.
Zondagavond ontstond een kleine
binnenbrand in de societeitszaal van het
gebouw Amicitia op Leeuwenburg, alhier.
Vermoedelijk zijn er vonken uit de kachel
in aanraking gekomen met het behang bo
ven de schoorsteenmantel. Met enkele em
mers water kon een en ander gebluscht
worden.
Het totaal bedrag van de te Sneek
ingezamelde gelden voor de slachtoffers
van den watersnood bedraagt:
a. opbrengst van een collecte gehouden
op een ijsfeest te Sneek, op 20 Januari 1926
f24.07;
b. opbrengst van een algemeene collecte
gehouden te Sneek op 29 en 30 Januari
1926 f5053.02;
c. saldo van de feestcommissie Oppen-
huizerweg en Sperkhem f 15.19;
d. bijdrage van het Old Burger Wees
huis te Sneek f500.-
e. van N. N. te Sneek f25.Totaal
f5617.28.
WOUDSEND, 8 Febr. De collecte alhier
voor de slachtoffers van den watersnood in
het Zuiden van ons land heeft opgebracht
f 673.33; voor Borculo werd indertijd
f534.10 gecollecteerd.
HEEG, 8 Febr. J.l. Vrijdagavond hield
onze Groene Kruis-afdeeling hare algemeene
vergadering in Silo. De verschillende ver
slagen werden voorgelezen. Door den pen
ningmeester werd rekening en verantwoor
ding gedaan over het afgeloopen jaar. De
kas sloot met een batig voordeel van bij de
f 500. In de plaats van de aftredende be
stuursleden L. Poepjes en Jac. Miedema
werden gekozen K. Visser en M. Hettinga,
terwijl W. Gaastra Jr. herkozen werd.
De begroeting 1926 werd in ontvang en
uitgaaf vastgesteld op f710. Daarna werd
door Ds. G. M. A. van Rennes de beteekenis
van het Groene Kruis uiteengezet. Vervol
gens eenige vragen gesteld. Niets meer aan
de orde werd te ongeveer 10 uur de verga
dering gesloten.
Te veel onderwijzers.
Voor de vacante betrekking van onder
wijzeres aan school C te Almelo hebben
zich 102 sollicitanten aangemeld.
IJ gld. bij verlis*
•8 vu mb vinger
Velgena vowwMrden_Gvereengekenien net de Ma2ÖÖO
VERGADERING van den RAAD der GEMEENTE SNEEK
op MAANDAG 8 FEBRUARI 1926, ’s avonds 7% uur.
Voorzitter de heer P. J. de Hoop, burgemeester.
Secretaris de heer P. Sikkes.
Aanwezig alle (15) leden.
Punt 1. Notulen der vergadering van 12 Januari 1026.
De notulen hebben ter visie gelegen en worden onveranderd
vastgesteld.
Punt II. Ingekoinen stukken.
a. Schrijven van den liquidateur der N. V. Spoorweg
maatschappij Zuidwesthoek, houdende mededeeling van
het aan de gemeente Sneek toekomende aandeel van het
beschikbare kassaldo. (1.812(1)).
Voor kennisgeving aangenomen.
b. Schrijven van Gedeputeerde Staten, houdende verda
ging van de beslissing omtrent de goedkeuring der ge-
meentebegrooting voor 1926. (X 07.352.11(12)).
Voor kennisgeving aangenomen.
c. Adres van het Bestuur der Vereeniging „Middenstand”
te Sneek, houdende verzoek om verlaging van den prijs
van den electrischen stroom. (1.324.112(3)).
Aan adressant wordt medegedeeld, dat een herziening van
het tarief in voorbereiding is.
d. Adres van A. Walinga e. a., houdende verzoek om
wijziging der tot hen gerichte aanschrijving tot demping
van de opvaart, loopende tusschen de le Selfhelpstraat
en de achtererven van de perceelen aan de Prinsengracht
nos. 15 tot en met 21. (1.777.8(2)).
B. en W. stellen voor dit adres te stellen in hun handen om
advies.
De heer B r o n s e m a heeft eenige inlichtingen te verstrek
ken.
De Voorz.: Die kunt U aan B. en W. geven.
De heer Bronsema: Kunt U dan ook eenige bewoners der
Prinsengracht ontvangen?
De Voorz.: Liever eerst U alleen.
e. Adres van J. Roodhof te Sneek, houdende verzoek
hem op kosten der gemeente een anderen electriciteits-
meter te verschaffen. (II 07.353.6(3)).
Op voorstel van B. en W. z. h. s. afwijzend beschikt.
f. Verslag van den schoolarts over 1925., (1.851.09.1 (1)).
Dit verslag wordt opgenomen in het gemeenteverslag.
g. Proces-verbaal van de opneming van kas en boeken
van den gemeente-ontvanger op 26 Januari 1926. (X 07.
352.651.(2)).
Voor kennisgeving aangenomen.
h. Schrijven van de Provinciale Friesche adviescommis
sie ter wering van inbreuk op de schoonheid van stad en
land, houdende uitnoodiging tot bezichtiging der door
haar op verzoek van andere gemeentebesturen behandelde
bouwplannen. (1.778.51(1)).
Voor kennisgeving aangenomen.
i. Adres van W. van Zanten, houdende verzoek om
eervol ontslag als onderwijzer aan de school voor U.L.O.,
met ingang van 1 Maart 1926. (no. 208).
Het gevraagde ontslag wordt verleend met ingang van een
door B. en W. te bepalen datum.
Punt III. Benoeming van een lid van de Commissie voor
de gemeentebedrijven. (X 07.515(3)).
De heer Bronsema wordt met 14 st. benoemd; de heer Hoek
stra had 1 st.
Punt IV. Aanbeveling van Burgemeester en Wethouders
voor de benoeming van een Ambtenaar van den Burger
lijken Stand. (Bijl. 2; dossierno. 208).
Aanbevolen wordt de heer S. Breeuwsma, wethouder.
De heer Breeuwsma wordt met 14 st. benoemd; 1 st. was
blanco.
De heer Breeuwsma neemt deze benoeming aan.
Punt V. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
aanvulling van de Verordening op het houden van vee
markten in de gemeente Sneek. (Bijl. 1; dossierno. 1.824.
511.2(19)).
Z. h. s. aangenomen als voorgesteld.
Punt VI. Rapport van de Commissie voor rekeningen
en begrootingen inzake onderzoek der begrooting van hei
Old Burger Weeshuis voor 1926. (Bijl. 3; dossierno. 1.
843.73(14)).
Z. h. s. aangenomen als voorgesteld.
Punt Vil. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
om hen te machtigen in de gevallen, waarin het hun ge-
wenscht voorkomt, tegen de toepassing van de artikelen
244a, 244b, 244c, 245a, 245b en 245c der Gemeentewei
krachtens art. 265i dier wet bezwaren in te brengen, na
mens den gemeenteraad op te treden. (Bijl. 5; dossierno
1.714.521(5)).
Z. h. s. aangenomen als voorgesteld.
Punt VIII. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot verlenging van den termijn van ontruiming van eenige
onbewoonbaar verklaarde woningen. (Bijl. 6; dossierno.
1.778.522(3)).
De heer S ij te ma vraagt hoever de plannen tot de bouw
van woningen, die deze menschen moeten opnemen, gevorderd
zijn.
De Voorz.: De plannen zijn in bewerking, doch nog niet
klaar.
De heer Blok: Het is niet de bedoeling voor deze men
schen te bouwen, maar om opschuiving te krijgen.
De heer S ij t e m a: Juist.
Z. h. s. wordt het voorstel alsnu aangenomen.
Punt IX. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
betreffende het geven van namen aan nieuwe straten in
den Hospitalerpolder. (Bijl. 7; dossierno. X 07.155.2(1)).
B. en W. stellen voor:
a. aan de eerste zijstraat van het Kloosterhof, gerekend
vanaf den Parallelweg en loopende vrijwel evenwijdig
daaraan naar de hierna onder d te noemen straat den naam
te geven van „Vesperstraat”.
b. aan de tweede zijstraat van het Kloosterhof, gerekend
vanaf den Parallelweg en daaraan grootendeels evenwijdig
loopende, welke zijstraat met twee zijtakken zal uitloopen
in de sub a bedoelde straat, den naam te geven van „Mon-
nikstraat”.
c. aan de beide straatgedeelten, loopende ter weerszijden
van het te projecteeren plantsoen ongeveer evenwijdig aan
het Kloosterhof^ welke straatgedeelten een verbinding
zullen vormen tusschen het verlengde van den Parallelweg
en de Priorstraat, den naam te geven van „Sacrament-
siraat”.
d. aan de straat, welke vrijwel evenwijdig zal loopen aan
het Kloosterhof en de sub a bedoelde straat rechthoekig
zal snijden, terwijl zij mede een verbinding zal vormen
tusschen het verlengde van den Parallelweg en de Prior
straat, den naam te geven van „Kapelstraat”.
e. aan de straat, welke zal worden aangelegd in het
verlengde van den Parallelweg den naam te geven van
verbruik zoo nauwkeurig mogelijk te doen plaats hebben.
Wij zijn daarbij echter tot de slotsom gekomen, dat bij de
toepassing van een zoodanig tarief zooveel gespeciali
seerde gevallen zich zouden kunnen voordoen, dat wij het
niet wenschelijk achten de oplossing in die richting te zoe
ken. Wij geven U daarom in overweging, met afwijking
van het verzoek van adressanten om over te gaan tot ver
laging van de huur der door hen bewoonde woningen,
de waterleidingtarieven aan te vullen met een bepaling,
als door ons hierboven aan de hand is gedaan en stellen
U voor het volgende besluit te nemen:
De Raad der gemeente Sneek;
Gelezen een adres d.d. 5 October 1925, van S. Mole
naar e.a. allen bewoners van de gemeentewoningen aah
-(Je Willem de Zwijgerstraat, houdende verzoek om verla
ging van den huurprijs dier woningen;
Gelet op het advies met voorstel van Burgemeester en
Wethouders van 15 December 1925, no. 1.778.532.1(10);
BESLUIT:
1. het verzoek van adressanten af te wijzen;
Ila. de tarieven en voorwaarden, waarnaar water kan
worden betrokken uit de gemeentelijke waterleiding te
Sneek, aan te vullen in dien zin, dat in afdeeling 11
(Levering van water) tusschen het le en het 2e lid wordt
ingevoegd een nieuwe alinea, luidende:
„Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd in de geval
len, waarin daarvoor naar hun oordeel aanleiding bestaat,
van de onderstaande tarieven af te wijken en een uitzon-
deringstarief toe te passen.”
b. te bepalen, dat de onder a. bedoelde wijziging in
werking zal treden met den dag harer vaststelling.
Den heer S ij t e m a blijkt uit dit advies dat het adres niet
ondoordacht is ingezonden. Wanneer deze woningen vergeleken
worden met die met rijksvoorschot gebouwd, blijkt dat de
eerste in ongunstige conditie verkeeren. De woningen met rijks
voorschot type A doen immers f2.75, deze f3.80, f3.85 en f4
per week, dat is een aanmerkelijk verschil en niet te verwon
deren is het, dat de bewoners de onbillijkheid voelen. B. en W.
voelen die ook en onderstrepen zelfs de argumenten nog (hoo
ger personeele belasting en duurder waterverbruik). Ook de
beide commissies zijn van dezelfde meening. Men wilde naar
middelen zoeken om de menschen tegemoet te komen. De
wijze waarop laat echter te wenschen over. Als men toch erkent,
dat de huren te hoog zijn en men wil dan f 0.15 per week in
waterverbruik tegemoet komen, zou spr. zeggen: „houdt dan
dat ook maar in den zak”. Het blijkt echter, dat adressanten de
dupe worden van een gekibbel tusschen B. en W. en de com
missie voor de bedrijven. Oorspronkelijk waren B. en W. van
meening dat het moeilijk gaat de huren te verlagen omdat zoo’n
complex zich moet bedruipen; spr. erkent ook dat zulks moei
lijk is. Kosteloos waterverbruik zou deze menschen 35 ct. p. w.
tegemoet komen, dat beteekende iets al is het dan weinig.
Maar de bedrijvencommissie wilde er niet aan. Misschien is
het ook uit bedrijfsoogpunt niet goed om de bedrijven geheel
daarmee te belasten, al zou spr. er geen bezwaar tegen hebben.
Vandaar echter dat men nu een tarief wil scheppen, dat de
menschen wat tegemoet komt. Als, zegt het bedrijf, de menschen
kosteloos water krijgen, moet de gemeente het grootste deel
der kosten op zich nemen, en dat wil blijkbaar de gemeente
niet. Is er niet een middel opdat de menschen alsnog de 35
ct. per week cadeau krijgen, het bedrijf wil blijkbaar 15 ct.
geven, is er dan bezwaar dat de gemeente de andere 20 ct. in
de kas van ’t bedrijf stort? Dat lijkt wat billijker tegemoet
koming. Als de raad toch meent, dat een korting op de huur
moet toegepast, en men het onbillijke huurverschil tusschen
type A en deze woningen wat weg wil nemen, is het noodig
gratis water te geven. Spr. stelt voor dat het bedrijf daarvan
15 ct. p. w. zal dragen en de gemeente 20 ct. zal storten in
de bedrijfskas. Mocht men hier niet aan willen dan zou spr.
voor directe huurverlaging zijn.
De heer Smeding steunt dit voorstel. De huurders van
type A betalen ook aan de waterleiding veel minder, deze
huurders betalen abnormaal veel voor het water.
De heer De Wolf gelooft niet dat er een regeling te vinden
is, waardoor men ontkomen kan aan de eenmaal vastgestelde
huren, welke in overleg niet het rijk zijn gesteld, ook zoo niet
met de waterleiding. Komen de deskundigen er achter dan krijgt
men moeilijkheden.
De heer Bronsema vreest dat als men gratis water geeft,
het adressen zal regenen. Er zijn veel meer huurders die hooge
huren betalen, ook van particuliere woningen. Spr. is tegen
gratis water.
i m p e zegt dat de kwestie der hooge huren eigen
lijk in de bedrijfscommissie niet is besproken; daar is alleen de
kwestie der tariefsverlaging besproken, en gewezen op de
woningen type A, die aanmerkelijk lager watertarief hadden.
Toen is er gezocht naar een compromis, om deze beide typen
voor de waterprijs gelijk te stellen, waar het waterverbruik
- Ji van gelijke omvang was.
De heer Blok kan zich wei voorstellen, dat men de bewo
ners wil tegemoet komen. Maar de goede weg te vinden is
het moeilijke. B. en W. meenden eigenlijk de steen der wijzen
gevonden te hebben, de waterleiding was wat extra hoog door
de hooge huren, het bedrijf profiteerde dus waf extra en nu
kon men billijk handelen door de tarieven van het water zoo
te stellen dat men evenveel betaalde als andere gelijke wonin
gen, bv. type A. Ook opende men de gelegenheid een verlaging
van de personeele belasting te verkrijgen, een adres der bewo
ners zou, naar spr. gelooft, wel succes hebben bij de inspectie.
Wat huurprijsverlaging aangaat, de huren zijn naar de kostprijs
berekend; ging men tot huurverlaging over, wat de heer Sijtema
wel wil, dan komt men op een heel verkeerden weg, want dan
zouden alle burgers die abnormaal duur wonen, een toeslag
kunnen vragen van de gemeente. Waar hier de billijkheid
wordt toegepast is dit het eenige wat we kunnen doen.
De heer Breeuwsma zegt dat dit advies is opgesteld
vóór spr. lid van het college van B. en W*. was. Spr. heeft een
afwijkende meening, in hoofdzaak op grónden, die al door den
heer Sijtema naar voren zijn gebracht. B. en W. erkennen dat
de huren te hoog zijn. De commissie voor de bedrijven heeft
meer gedaan, dan ze behoefde, als ze zich op zuiver bedrijfs-
standpunt stelde, ze heeft immers niet alleen overwogen wat
:het bedrijf, maar ook wat de gemeente kon doen. De com
missie zag in dat het bedrijf een te hooge waterprijs ontving,
zij kon echter geen uitzonderingstarief voor een bepaalde
woninggroep scheppen, dat zou men dan immers ook aan
soortgelijke huizen van particulieren moeten geven. Maar het
bedrijf kan het tarief stellen op dat van de woningen type A,
zonder de bewoners van eenig ander huis schade te doen. Dat
zou 7 gulden per jaar tegemoetkoming zijn. De huur is dan
echter nog veel te hoog. Hier is nu maar één oplossing, nl. dat
de gemeente aan het bedrijf de watervoorziening vergoedt.
Spr. ziet het gevaarlijke van dit voorstel niet in, de gemeente
voelt dat de huren te zwaar zijn in vergelijking met de ruimte,
en spr. ziet niet in waarom men dan geen tegemoetkoming zou
geven. Reeds stelde een andere gemeente in Friesland de huur
prijs vast met inbegrip van waterleiding, en dat kan toch in
„Parallelweg”.
De heer Bronsema vindt de naam Vesperstraat niet ge
schikt, die zal men in de wandeling Verpesterstraat gaan noe
men. Voor de bewoners van die straat wordt dat allicht niet
prettig als men er zoo’n naam van maakt.
De heer Lampe: Het initiatief is nu genomen tenminste.
De Voorz. gelooft dat dit bezwaar geen reden van bestaan
heeft.
Z. h. s. aangenomen als voorgesteld.
De Voorz.: Dan moeten we het gevaar van den heer Bron-
sema maar trotseeren, het zal wel meevallen, denk ik.
Huurprijs woningen Willem de Zwijgerstraat.
Punt X. Advies van Burgemeester en Wethouders op
het adres van S. Molenaar e. a., houdende verzoek om
verlaging van den huurprijs der woningen aan de Willem
de Zwijgerstraat en voorstel tot aanvulling van de „Ta
rieven en voorwaarden, waarnaar water kan worden be
trokken uit de gemeentelijke waterleiding”. (Bijl. 8;
dossierno. 1.778.532.1(10)).
B. en W. adviseeren:
In Uw vergadering van 12 October 1925 werd onder
punt 11e besloten in onze handen om advies te stellen,
een adres van S. Molenaar e. a., allen bewoners van de
gemeentewoningen aan de Willem de Zwijgerstraat, hou
dende verzoek om verlaging van den huurprijs dier wo
ningen.
Wij hebben overwogen of, en zoo ja, op welke wijze
aan het verzoek van adressanten zou kunnen worden tege
moet gekomen.
Het is Uw College bekend, dat tot den bouw van deze
woningen door U werd besloten in de vergadering van 25
Juni 1923, onder punt 9, terwijl bij Uw besluit van 27
Augustus 1923, no. 9, het aanvankelijk vastgestelde aantal
van 82 ,op aandrang van den Hoofdinspecteur der Volks
gezondheid, werd teruggebracht tot 66. De laatstelijk ge
reed gekomen woningen zijn op 3 November 1924 be
trokken.
De financieele opzet van den bouw dezer woningen is
geweest dat dit complex, tenzij zich zeer abnormale
omstandigheden mochten voordoen, zich zelf zou moeten
bedruipen. Bij het ontwerpen der plannen en bij het
berekenen der exploitatie is steeds van dezen gedachten
gang uitgegaan.
Bij de overweging omtrent het bovengemeld adres zagen
wij ons dan ook voor de vraag gesteld of, sedert de
ingebruikneming der woningen, zich inderdaad die abnor
male omstandigheden hebben voorgedaan, welke bij de
huurders redelijkerwijs gesproken, de verwachting hebben
kunnen wekken, dat zij met eenige kans op welslagen
pogingen om tot huurverlaging te geraken, zouden kunnen
aanwenden.
Onze meening is, dat op die vraag van den kant der
gemeente geen bevestigend antwoord kan worden gegeven,
al moeten wij erkennen, dat de huurprijs op zich zelf voor
een zoo bescheiden woningtype als het onderhavige, inder
daad aan ’den hoogen kant is. Deze laatste overtuiging
heeft ons er toe gebracht na te gaan of wellicht op andere
wijze eenige verlichting voor de huurders zou kunnen
worden verkregen.
Het feit, dat de huur aan den hoogen kant is, is voor
de huurders te meer een bezwaar omdat het huurbedrag
ook een directen invloed doet gelden op een tweetal andere
voor de betrokkenen noodzakelijke uitgaven. Wij hebben
hier op het oog, ten eerste den aanslag in de Personeele
belasting, voor welks berekening o. m. als grondslag geldt
de huurwaarde der perceelen, die voor gehuurde panden,
behoudens enkele uitzonderingen, wordt gesteld op het
bedrag van den jaarlijkschen huurprijs en ten tweede, den
prijs, welke door de betrokkenen moet worden betaald
voor de levering van water uit de waterleiding, omdat deze
prijs wordt berekend naar tarieven welke zijn gebaseerd
op de huurwaarde der perceelen, waarnaar de betrokken
huurders in de Personeele belasting zijn aangeslagen. Door
deze omstandigheden worden de huurders, die toch al een
eenigszins hoogen huurprijs moeten betalen, ook op nog
tweeërlei andere wijze financieel gedrukt. Dit komt ons
niet geheel billijk voor. Tegen den te hoogen aanslag in
de Personeele belasting kunnen van den kant der ge
meente geen maatregelen worden genomen. Wellicht zou
den echter de huurders zelf, krachtens art. 9 1 en 4
der wet op de Personeele belasting, pogingen kunnen aan
wenden om, op grond van het feit, dat de huurprijs niet
geacht kan worden onder „normale omstandigheden” te
zijn bedongen, een aanslag in gemelde belasting te ver
krijgen, welke is gebaseerd op de werkelijke huurwaarde
van dit oogenblik, welke huurwaarde dan wordt bepaald
door vergelijking met onder normale omstandigheden ge
huurde perceelen van dezelfde of meest nabijkomende
soort.
Of de huurders bij hun pogen succes zouden hebben,
kunnen wij moeilijk van te voren beoordeelen.
Wat het tarief voor de levering van leidingwater be
treft, komt het ons gewenscht voor, waar misschien meer
huurders van woningen in hetzelfde geval verkeeren als
deze, ons de bevoegdheid te verleenen om in die gevallen
waarin daarvoor naar ons oordeel aanleiding bestaat, van
het tarief, berekend naar de huurwaarde, waarnaar een
aanslag in de Personeele belasting is opgelegd, af te wij
ken en een uitzonderingstarief toe te passen.
Dat het waterleidlngstarief voor de huurders der betrok
ken woningen te zwaar drukt, is ook de meening van de
Commissie voor de gemeentewoningen, welker advies wij
omtrent het ingekomen adres hebben ingewonnen.
Eveneens is de Commissie voor de gemeentebedrijven
van oordeel, dat het bedrag ad f 18.20, dat per jaar voor
levering van water door betrokkenen moet worden be
taald, aan den hoogen kant is en dat uit een algemeen
oogpunt bezien, dit tarief wel iets verlaagd zou kunnen
worden. Een noemenswaarde financieele verlichting ech
ter, acht de commissie alleen te verkrijgen door kostelooze
beschikbaarstelling van leidingwater. Deze tegemoetko
ming zou dan niet geheel door het bedrijf, maar voor het
grootste déél door de gemeente behooren te worden ver
leend en in den zin als door de commissie is aangegeven.
Tegen deze oplossing hebben wij overwegend bezwaar.
Met de door ons gewenschte en boven medegedeelde
aanvulling van de thans geldende tariefregeling kan de
commissie zich niet vereenigen. Het argument door haar
tegen de bedoelde bepaling aangevoerd, n.l. dat door
een regeling als door ons voorgesteld, aanleiding tot tal
van verwikkelingen zal worden gegeven, komt ons echter
niet van voldoende gewicht voor om van het aanvankelijk
door ons ingenomen standpunt af te wijken. De door de
commissie geuite vrees lijkt ons een weinig overdreven.
Bij de overweging van de verschillende mogelijkheden,
welke tot een billijke oplossing zouden kunnen leiden,
hebben wij ons ook nog beraden over .de invoering van
een kamertarief, ten einde de berekening van het water-
- J,- V—'•.TT*
Maakt eens kennis met
KiLT&Miati Blanche „Royal”.
LJ1LW.NI r...... .1..