z I I Nirawstijdiagaa d Schetsen uit het Parlement. INtlnl Oigm in Imuti link Vuneh|>t - annex SNEEKER COURANT an WYMBRITSERADEEL 200 150 75 f» SL'Zg! 50 41n JAARMIS ZATERDAG 15 SEPTEMBER ISIS Earste Rial So. 101 Valmna «••rvMidsn .»wi«mdiaii: mat da NvIIxhAbbA* AI|«mb«m Varaa- ?ld /.■imaa-Baalt la «ahlatfxai kUb aoaa Abcnnè’a varaakard taaan anaalakkan vmi «VVV lang 3arlBga>Baak te SaklatfxM «i|» anaa Abannè’a varaakard tajjan angalikkan vaar 5. D. HANS. tweetal trekt. opvangen halverwege den grond. Er staat een projectiel in de Kamer, waar van ik de aanwezigheid niet snap: de bel. De bel op ’n voorzittersbureau. Ik heb al heel wat felle en fanatieke kabaaltjes mee gemaakt, ik heb al heel wat stormen door de zaal hooren loeien, maar de bel heb ik nooit zien gebruiken. Waarom niet? In bui- tenlandsche parlementen gebeurt het her- 7. Abonnement t per jaar f 2.50 fr. p post f 3.60. Advertentiên9 ct. p. regel. Inge zonden mededeelingen hooger, bij Abonnement belangrijke korting Advertentiên worden tevens gratis ge plaatst in de SNEEKER COURANT 3 DUrtDAGB ca VRIJDAGSAVOND# U tfsvm Brandenburgh Co., Inn Tsdaieai Ne» 150. Dood door schuld. De rechtbank te Den Haag heeft mr. dr. W. M. W., bankier te Wassenaar, die in den nacht van 15 op 16 Februari j.l. bij de Ko- ningskade in den Haag een auto-aanrijding heeft gehad, waarbij mej. Ch. A. W. Zeve- reyn het leven verloor, ter zake van het ver oorzaken van dood door schuld, veroordeeld tot 14 dagen hechtenis. De -eisch was een maand hechtenis. Metselsteenen naar Amerika. In de provincie Groningen zijn 10.000.000 metselsteenen naar Amerika verkocht. De eerste ladingen worden nu te Delfzijl reeds ingeladen. bij varliM vu «ijaviugar. Varia. Er is in onze parlementaire geschiedenis een afgevaardigde geweest, die z’n baard het staan. Niets bijzonders! hoor ik u zeggen. Want had de heer van der Molen (die in de hui selijkheid der perstribune als Ali-Baba be kend stond), niet een juweel van een baard? en wat droeg mr. van de Laar, de propa gandist van het groote gezin, niet een aar- dig-peper-en-zoutje om z’n kin! Zoo kun nen er veel meer geweest zijn. Toch iets bijzonders. Want de afgevaardigde die ik bedoel mr. D. van Efck, die 35 jaar in de Kamer heeft gezeten en eerst toen wérd vervangen door Keuchenius liet z’n baard staan met een bepaald politiek doel. Hij had ge zworen zich niet te laten scheren, alvorens de Grondwetsherziening van 1848 tot stand zou zijn gekomen. Toen dit was geschied, stapte hij welgemoed naar den kapper. Deze historische gebeurtenis verdient zeer zeker aan de vergetelheid te worden ont rukt. Van een baard naar de haardos des sche dels is slechts één stap. Ook zulk een haar dos is eenmaal in opspraak geweest, n.l. die van mr. P. H. Saaymans-Vader, een be kend en karakteristiek afgevaardigde. Hij was doof. Z’n medelid mr. M. H. Godefroi, de latere minister van Justitie, was ook doof. Op zekeren dag stonden ze samen heel dicht bij de regeeringstafel, om goed te kunnen hooren. Er heerschten toen nog idylische toestanden in het parlement: op de tafel der regeering stonden brandende kaarsen. En zie, Saaymans-Vader boog zich, met de hand aan het oor, zóó dicht naar de regeeringstafel over, dat z’n welige haardos (een „rechtopstaande”, zoo las ik), met de kaarsvlam in aanraking kwam, en HEERENVEEN, 22 Sept. Op den hoek bij het Posthuis gerarfkte hedenmiddag het 8-jarig dochtertje van den heer P. Cloo on der een boerenwagen. Het kind werd over reden en inwendig gekwetst bij de firma Kuyper en Zn. binnengedragen. Kort daarna trad de dood in. Voor eenigen tijd overleed een zoon van den heer C. door een val in een stoomboot alhier. L. C. „Vacantie-cursus” in de Friesche taal. De Duitsche geleerden prof. Siebs en dr. Walther Steller, die ten behoeve van de Friesche taalstudie en in het belang der Germaansche taalwetenschap eenige onder zoekingen deden en voorbereidingen trof fen voor het phonetisch experimenteel on derzoek, dat het volgend jaar door een staf van Duitsche geleerden te Leeuwarden zal plaats vinden, zijn weer naar Breslau te ruggekeerd. Prof. Siebs heeft zich bereid verklaard, ’t volgend jaar te Leeuwarden een „vacantie- cursus” in het Friesch te komen geven. Deze toezegging heeft in Friesche literaire krin gen algemeene voldoening gewekt. De zomer. Het Kon. Ned. Meteor. Instituut te De Bildt deelt aan het persbureau V. D. mede: De zomer van 1926, die met een warmte- record is begonnen, toen op 3 April te de Bildt een maximum-temperatuur van 23.3 gr. Celsius (74 graden Fahrenheit) bereikt werd, wat sinds het begin der waarnemin gen zoo vroeg in het voorjaar nooit voor gekomen. Hij heeft tegen ’t einde een nieuw recordcijfer behaald, doordat op den 20sten September de maximum temperatuur te de Bildt van 28.6 graden Celsius of wel 83.5 graden Fahrenheit is gestegen, wat zoo laat in het jaar nog niet is waargenomen. Het gemiddelde cijfer voor het maximum op dezen tijden van het jaar is 19.0 graden Celsius, zoodat de temperatuur 10 graden Celsius boven het normale cijfer blijkt te zijn gestegen. Tegen het groote plan. WESTSJELL1NGWERF, 23 Sept. Met groote meerderheid van stemmen kozen ingelanden van het waterschap ,,De Ontginning” heden in plaats van het oude een nieuw bestuur, enkel bestaande uit tegenstanders van het plan tot inpoldering en cultiveerirg van circa 1550 H.A. boezernland en water. I boy Buck Hartwell is bevriend met den I schoenmaker-filosoof uit Cottonwood: oom Boll en beschermt deze tegen den geweten- 1 loozen financier Jim Mackey. Nog nader komt Buck met Mackey in aanraking als de eerste een betrekking bij de bereden politie krijgt en Mackey die het hoofd is van een leelijk schroeide. Godefroi zag het, trok z’n mede-doove ijlings weg en de brand slang behoefde geen dienst te doen. De doofheid van Godefroi gaf meermalen tot kleine incidentjes aanleiding. Maar de ijverige en begaafde rechtsgeleerde wijdde zich met bijzondere toewijding aan z’n par lementaire taak. Als een bijzonderheid wordt vermeld, dat- hij bij de behandeling der wet op de Rechterlijke Organisatie niet minder dan 56 .maal het woord voerde Toen (zoo deelt Arnold Ising, destijds ste nograaf, in z’n boekje over onze parle mentaire geschiedenis mede), de steno grafie werd ingevoerd, kreeg de directeur van den dienst, de heer Noordziek, op dracht, om -voorloopig van de debatten ook nog aanteekeningen in gewoon schrift te maken, aangezien men het snelschrift nog niet al te best vertrouwde. Dat was een buitenkansje voor Godefroi. Hij zat gere geld naast Noordziek in het stenografen hoekje, en las diens aanteekeningen van zoodat hij niet behoefde te het debat, luisteren Natuurlijk zijn er ook wel eens tragische incidenten geweest. Tweemaal is het ge beurd, dat een afgevaardigde, toen hij het woord voerde, overleed. De eerste maal in 1859, met mr. L. D. Storm, terwijl hij sprak over het voorstel tot legermobilisatie, de tweede keer in 1897, met mr. B. M. Bahl- mann, die eveneens over een militair onder werp het woord voerde. Natuurlijk werd de vergadering dadelijk geschorst. Op 27 Sep tember 1866, na aanneming van de motie- Keuchenius, had zoo vertelt wijlen de journalist B. Blok in z’n jubileum-boekje de pas gekozen afgevaardigde voor Zwolle, de Kamper burgemeester Wittewaal van Stoetwegen, zich zoo opgewonden over de nederlaag der regeering, dat hij bijna ter stond na zijn terugkeer in zijn hotel ont sliep”. Wijlen m’n hoogvereerde collega deelt ook nog mede, dat er een geval van haaldelijk. Vroeger heb ik wel eens gedacht: nooit meer aan een dergelijke combinatie zou de bel geen klepel bezitten? Maar op een goeden dag ontdekte ik van wél, want het enfant terrible Duys sloop naar het bureau, greep stiekum de bel en zette haar schrijlings op den rand van de tafel, zoodat ze ieder oogenblik zou tuimelen en een ge zellig lawaai maken. Juist toen de bel er af zou vallen zag de voorzitter het onheil en wist het te voorkomen. Maar door dien greep kwam de bel in beweging en hoorden we even de klepel klingelen. Het is de eenige maal geweest. Ook heb ik nooit meege maakt dat de publieke tribune moest wor den ontruimd. Vroeger is het een enkele maal gebeurd, terwijl mr. Troelstra aan het woord was (1897), maar het publiek houdt zich vrijwel altijd kalm, zoodat de zitter niet behoeft op te treden. De voorzitter. „Mijnheer de voorzitter.” Wist men, dat Thorbecke deze woorden in zwang heeft gebracht? Hij is er mee begon nen. Voor zijn tijd sprak men elkaar met „Edelmogende Heeren” aan, in de redevoe ringen. Nu zijn er afgevaardigden, die geen zin meer kunnen zeggen-of er moet „Mijn heer de voorzitter” voor, als een sergeant aan het hoofd van een troep schutters. Ook „de geachte afgevaardigde” is schering en inslag geworden, al is de achting soms in geen velden of wegen te ontdekken. Mr. W. K. baron van Dedem was eens zeer open hartig, toen hij, over Rutgers van Rozen burg sprekend zeide: „De geachte ik be doel de afgevaardigde!”, ’n hatelijkheid die tot grooten twist tusschen de beide man- het doet voorkomen of Buck medeplichtige is. Met moeite bevrijdt Buck zich van deze beschuldiging, daarin trouw bijgestaan door Marie, de stiefdochter van Mackey, die bij haar hulp zwaar gewond wordt. Maar als zij genezen is spreekt het dat Buck en zij samen het wel eens worden. Tegelijkertijd gaat in deze bioscoop nog: „Millionnairs-liefde”, een leuke film van een rijke Zuid-Amerikaan die in New York verliefd wordt op -een typiste, die ook hem graag mag - niet alleen onï z’n duiten en tenslotte zoo beproefde blijken van be langstelling in Pedro’s lot toont dat het als bruidspaar naar Z.-Amerika flia. Ó1J v«r 1 «8 nn B«n echter hoewel zij wellicht zoo er van klagen sprake was, daartoe ongetwijfeld de meeste reden hadden volkomen hun kalmte en ble ven geheel op den achtergrond. Zelfs toen de tumult-makers enkele malen de Groningers tot deelname aan hun demonstratie opriepen door aan de achterzijde van de Emma-kazerne te blijven staan schreeuwen en van achter de overdekte binnenplaats met steenen te werpen, trokken de meerendeels over-vermoeide sol daten zich binnen de muren terug. Dat dan ook de sergeant Munneke werd getroffen, moet worden toegeschreven aan het toeval; evenals zooveel anderen bevond de jongeman zich voor hef gebouw, waar de stafmuziek oefent,, waarschijnlijk belangstellend naar de hande lingen van de schreeuwende en zingende, soms ook steenen werpende troep, die toen voor den hoofdingang van de kazernes was verzameld. De wacht van het 12e Reg. Infanterie, die ten slotte onder bevel van le luitenant Visser in het geweer werd geroepen en in verspreide or de van den ingang van de Emma-kazerne naai de hoofdpoort optrok, schoot bij de niet aan wijken-denkende soldaten aangekomen, in Zui- op een optocht rond de kazernes georgani seerd, waarbij de ontevredenheid over de nit- deeling van melkchocolade en koek aan de man schappen van Let 12e Regiment Infanterie dui delijk aan den dag trad. Voorloopig zonder ver der.- baldadigheden trok de steeds aangroeiende menigte eerst achter de paviljoens, later vóór- langs de kazernes. Behoudens een aantal nieuwsgierigen, die de groep van nabij bleven volgen, kan worden vastgesteld, dat de solda ten van het 12e Regiment, die zonder twijfel den zwaarsten dag achter den rug hadden, zich correct bieven gedragen, en een volkomen afzij dige houding aannamen. De soldaten van dit Regiment waren meer dan vermoeid van de Maandag gehouden oefe ning, welke bij de dien dag heerschende hitte veel te zwaar was. Men rukte uit tot vooibij Rolde, en verbleef langen tijd op de absoluut onbeschaduwde heide. Waren er op de heen reis, toen de zon nog niet zoq hoog stond, reeds enkele uitvallers, na de middagrust deed de warmte eerst recht haar invloed gelden en waren er verschillende manschappen, die plot seling bewusteloos, bevangen door de hitte, neervielen, en de geneeskundige dienst handen vol werk gaven. De terugmarsch werd aan vaard langs gedeeltelijk geheel open wegen, de felle zon op de zware metalen helmen geen wonder, dat de uitvallers steeds talrijker wer den. Langs de straten door Assen vielen er nog verschillende militairen op de stoepen voor de huizen neer, waar zij werden binnengedragen; later zorgde een autobus voor ’t transport naar de kazerne. Den geheelen avond door bleven de hospitaal-soldaten in de weer, om de zieken te verzorgen; degenen, die er het ernstigst aan toe waren, werden naar het hospitaal vervoerd, an deren werden door de zorg van vrienden gelei delijk weer bijgebracht. Uit het feit, dat er ver schillende militairen, w.o. ook een sergeant, wa- 'ïen, die meer dan een half uur noodig hadden om weer op hun verhaal te komen, moge blij ken, dat hier van simulatie allerminst sprake was. Aangenomen dat de voor dezen Maandag vastgestelde oefening bij normale September- weersomstandigheden niet te zwaar zou zijn geweest, staat het als een paal boven water, dat deze bij de dezen dag heerschende warmte voor de vrijwel alle ongetrainde, immers voor herhaling opgekomen militairen te moeilijk was. Onmiddellijk nadat de troep in de kazerne was gearriveerd, werd, ter handhaving van den goeden geest, medegedeeld, dat de jongens des avonds op chocolade en koek zouden worden getracteerd. Juist was de uitdeeling hiervan be gonnen, toen de demonstranten van de andere Regimenten zich vertoonden. Het pleit voor de Groningsche militairen, dat zij, ondanks het ge- jouw van de anderen, zich op den achtergrond hielden; kalmeerende woorden van superieuren misten in dit verband hun effect niet. Met de anderen verliep het intusschen van kwaad tot erger. Terwijl uit de stad berichten inkwamen, dat daar officieren waren gemoles teerd, werden op het terrein van de Wilhelmina- kazerne diverse ruiten ingedrukt of met steenen verbrijzeld. Even scheen het, of de bende Assen zou intrekken, maar ten slotte bleef men, om ringd door kijkers, schreeuwend en zingend voor de hoofdpoort samenscholen. Verschillende officieren mengden zich thans onder de demon stranten om hun tot kalme afjocht naar de ka mers te bewegen, maar het geschreeuw van de tumultmakers overstemde ieder goedbedoeld woord. Afdeelingen militaire politie, marechaussee’s en ook gemeente-politie waren inmiddels ver schenen, terwijl ook de wacht van de Emma- den toegeschreven. Enkele ongunstige elementen van het 9e en misschien ook van het le regiment, gaven het sein tot de lawaai-optocht rond de kazernes; de jongens van het 12e R. 1. bewaarden daarbij echter hoewel zij wellicht zoo er van klagen plotselinge zinsverbijstering tijdens een ver gadering voorviel. Hij vermeldt echter geen naam. Meer dan eens heeft een ziek Kamerlid zich naar de vergadering laten brengen, om aan een belangrijke stemming te kunnen deelnemen. In 1900 werd de heer J. J. van Kerkwijk de zaal binnen gedragen om voor de Leerplichtwet te kunnen stemmen, in den nacht van Staal gebeurde hetzelfde met ko lonel J. B. Verhey een nobel man, ik blijf hem steeds met diepen eerbied gedenken die zijn stem wilde geven aan de Oorlogs- begrooting. Tragisch was ook de aanblik, dien de ernstig-zieke H. Spiekman in 1917 bood, binnengebracht om de belofte-te kun nen afleggen. En als ik over de physieke gebreken spreek, denk ik aan Victor de Stuers, en aan Jhr. J. W. van Nispen tot Sevenaer, twee mannen van hoog karaat, die dag in dag uit geholpen moesten worden om de zaal te bereiken, maar niettemin hun plicht ten einde toe volbrachten. Natuurlijk zijn er in den loop van die vele jaren verscheidene afgevaardigden ge weest, die hun specifieke eigenaardigheden hadden. Zoo wordt van Kappeijne gezegd, dat hij de gewoonte had om thuis hij was ongehuwd in z’n studeerkamer op den grond liggend of zittend de stukken te bestudeeren. Op een dag spande het in de Kamer en men had den staatsman dringend noodig. Men vond hem: hij lag op den grond van z’n studeervertrek, in slaap ge vallen tusschen boeken en stukken. Uit de eerste jaren, dat ik op de perstribune zat, herinner ik mij een minister, die de eenvoud zoo ver dreef, dat hij in-de pauze naar een bekend koffiehuis ging, een kop kolfie be stelde, en daarbij lekker zijn boterhamme tjes oppeuzelde, die hij in een „pampiertje” bij zich had. Den naam noem ik niet. Even als dien van het Kamerlid, dat, terwijl hij aan het spreken was, plotseling z’n heele kunstgebit verloor: ik zag het hem nog juist dat het 12e Regiment Infanterie, wat het ont staan van de lelletjes betreft, geen direct aan deel in deze betieurenswaardige zaak mag wor- kazerne in het geweer werd geroepen. Om de antipathie, vooral tegen de militaire politie dooi de soldaten betoond, te doen verdwijnen, liet men deze troepen echter weldra weer inrukken, maar de genoemde wacht rukte ten slotte, toen niets in staat bleek te zijn, de mannen tot orde te bewegen, naar de hoofdpoort op. Verschil lende malen werd gesommeerd, maar de mili tairen, blijkbaar nog steeds van meening, dat er alleen met losse patronen was geladen, gaven geen voetbreed gronds prijs. Tenslotte een viertal salvo's met scherp, waarbij de onder officier Munneke (mil.-sergeant, lichting 192(i) uit Ter Apel in het hoofd werd getroffen, en ook enkele anderen licht werden gewond. Ge noemde sergeant stond naast den Commandant van het 12e Regiment het tumult aan te zien, zonder daaraan part of deel te hebben. Welis waar werd de ongelukkige, 20-jarige jongeman onmiddellijk naar het hospitaal vervoerd, maai het was te laat; het schot had zijn doodelijk werk verricht. De milicien Allema uit Langweer (Fr.) kreeg een schot in het dijbeen en moest eveneens naar het hospitaal worden vervoerd. Verschillende ruiten van ’t muziekgebouw wer den doorboord, enkele kogels vonden hun weg naar de onderofficiersbarak aan de overzijde van het exercitieterrein, terwijl ook in de wonin gen aan den Witterweg nog een kogel door drong. Meteen was alles nu schoongeveegd. Langen tijd bleef het binnen de kazernes nog onrustig, maar van verzet was voorshands geen sprake meer. Her spreekt vanzelf dat van hoogerhand naar deze quaestie een nauwlettend onderzoek zal worden ingesteld. Wij vernamen, dat de Com mandant van her veldleger, luit.-gen. Muller- Massis, gisternamiddag te Assen zou aankomen. (Volgens een ander bericht was reeds gister- morgen de generaal-majoor Leverland in Assen. i Red.) Nader meldt men nog aan het blad: De eerst-gepubliceerde berichten aangaande de Maandag voorgekomen ongeregeldheden ge- r ven ons aanleiding, enke<e punten nog even nader toe te lichten. i In de eerste plaats moet worden vastgesteld, Tentoonstelling slechthoorenden. Midden October zal in Sneek de reeds vroe ger aangekondigde tentoonstelling ten behoeve l van slechthoorenden worden gehouden. De belangstelling, zoowel in als buiten Sneek, smokkelbende hem gevangen laat,nemen en blijkt groot te zijn. Het aantal prijzen door particulieren voor de te houden verloting be schikbaar gesteld, is reeds zeer bevredigend, (jaarne wekken wij op tot het koopen van een lot voor een zoo goed doel. Prijzen kunnen nog steeds beschikbaar wor den gesteld. Gevonden voorwerpen. Aanwezig aan het bureau van politie, Nieuwe Veemarkt, en aldaar le bevragen op alle werkdagen tusschen 11 >/2 en 121/, uur, de navolgende voorwerpen als gevon den gedeponeerd: hondenpenning 134 met sleu teltje; Duitsch leesboek „Jas vorschnell ver- niahlte Ehepaar”. Aanwezig en te bevragen bij de navol gende ingezetenen, onderstaand? voorwer pen, als gevonden aangegeven: rij wielbelas- tjngmerk, B. VÖlberda, Looxmastraat 18; kin- détbeursje z. i., J. Krol, Eenheid 8; bruine da- mestasch m. i., Wed. Bootsma, v. d. Horstbuurt 60; rijwielbelastingmerk, T. J. Douma, Nieuw- buurt 25; haarkam, Bos, Singel; bruine beurs met inhoud, J. Adema, Zuideiül 3; bos klompen, Potnia, Grootzand. Bioscoopnieuws. De Amicitia-Bioscoop heeft thans als hoofdnummer „De Eerroover” met Eva No vak en Wm. Fairbanks in de hoofdrollen. Deze film brengt ons in de spoorwegwereld. Wij maken kennis met Jack Adam, de machinist, die verloofd is met Mary Hill, telegrafiste aan het Station Arcadia. Zij woont met haar moeder en haar zusje Mar garet in de stad Warwick. Enkele ontslagen wegwerkers beramen allerlei wandaden, die het spoorwegverkeer in gevaar brengen. Bovendien heeft Mary zorg over haar jongere zusje, die nog op de H. B. S. is, maar die te veel luistert naar de praatjes van een rijken nietsdoener, Walter Bradson genaamd. Ook Jack Adams heeft het niet op dien Bradson begrepen. De gebeurtenissen volgen elkander snel op. Mary’s Moeder wordt plotseling weg geroepen door een telegram. Van deze ge legenheid maakt Bradson gebruik en poogt Margaret te ontvoeren. Het jonge meisje gelooft dezen schurk en wil met hem vluch ten. Mary, die het gevaar beseft, poogt deze ontvoering te verijdelen. Doch tegelijkertijd hebben de saboteerende wegwerkers een spoorbrug opgeblazen. Wat moet Mary nu doen? De spoortrein redden, of pogen haar zusje thuis te houden? Zij besluit tot alle bei, ofschoon zij eigenlijk daartoe den tijd mist. Hoe zij slaagt en hoeveel moed en vindingrijkheid zij aan den dag legt worde maar liever niet bij voorbaat verklapt. Wel vestigen wij nog even de aandacht op twee bijfiguren in dit aardige stuk. De eerste is Tom Grady, de dappere dichter, die een ongelukkige liefde heeft en de an dere is Prop, de wonderhond, waarmede alle toeschouwers zich zullen amuseeren. De Bioscoop bij de Waag heeft als hoofd nummer: „De Tijger van het Noorden” met Buck Jones in de hoofdrol, zoodat een lornantisch spel uit de prairiën verwacht mag worden. Nu dat is het ook. De cow- nen voerde. Sommige „geachte afgevaardigden” zijn tevens minister geweest. Maar dai was toch een zeldzaamheid. De eerste, die beide functies combineerde, was mr. D. Donker Curtius, later deed J. K. H. de Roo van Al- derwerelt het, weer later mr. H. Goeman Borgesius en Dr. C. Lely. Maar dit waren, hooge uitzonderingen. Tegenwoordig wordt gedacht. De toestanden zijn veranderd. Men verbrandt ook z’n haar niet meer in de Kamer hoogstens z’n vingers. En men zweert er niet meer z’n baard te laten groeien tot b.v. de Administratieve Rechtspraak is afgedaan. Ik zie nog een aanteekening staan over een merkwaardig incident, dat in verschil lende geschriften vermeld wordt als blijk van dapperheid eens ministers. Namelijk van dr. A. Vrolijk, minister van Financiën. Het geschiedde in ’57 of ’58. Verschillende leden drongen aan op overlegging van een bepaald stuk. De minister weigerde. Er vie len harde woorden. Toen stond de minister op, nam z’n portefeuille in de hand, liet haar aan de Kamer zien, en zeide: „Hier zit het in, mijne heeren, maar gij krijgt het niet!” Intusschen: zulke toeren doen denken aan 't beroemde circus van Alber en Basch, dat in m’n jongensjaren op de Rotterdamsche kermis stond. Wat toen vertoond werd, ziet men ten huidigen dage niet meer. Zoo gaat het ook in het parlementaire circus. Stel u voor, dat een minister in den jare 1926 het waagde, zóó demonstratief een stuk aan de Kamer te weigeren. Het werd op staanden voet revoluusje. Een schenking. De hr. Ed. Gerzon heeft aan de gemeente Amsterdam aangeboden de meubileering van de nieuwe burgemeesterskamer in den nieuwen vleugel van ’t stadhuis, welk ge schenk gister aan B. en W. werd aange boden. Het ameublement bestaat uit een bureau met zetel en verschillende tafels, stoelen en een canapé van coromandel ebbenhout, ver vaardigd naar ontwerpen van het bureau van den stadsarchitect. Op den bureau-zetel is het Amsterdamsche wapen gebatikt door de firma Brandt. De stoelen zijn met bruin velours bekleed. De Culemborgsche moordzaak. Bij de behandeling van het proces tegen O. de Beus door de rechtbank te Tiel ver klaarde de getuige J. Blitterwijk, dat hij van vrouw Haveman heeft gehoord, dat wan neer Haveman (de overleden rechercheur) gearresteerd zou worden, hij tijdig zou wor den gewaarschuwd door den commissaris van politie, door middel van vrouw Borg- stein. Deze vrouw Borgstein zou aldus getuige ook in opdracht van den com missaris de uitgaven controleeren, die vrouw Haveman in winkels deed en mocht ook vrouw Haveman gearresteerd worden, dan zou vrouw Borgstein voogd over de kinde ren worden van Haveman. Volgens de „Voorw.” heeft vrouw Borg stein tegen getuige J. Blitterwijk een klacht ingediend bij de rechtbank te Tiel wegens meineed. De bevordering van majoor Froeling. Naar de „Voorw.” verneemt, is het zeer waarschijnlijk, dat in het parlement zal worden geïnterpelleerd ovet^le bevordering van majoor Froeling tot luitenant-kolonel. De Soldatenrelletjes te Assen. Men schrijft uit Assen aan het N. v. h. N.: Verliepen de oefeningen, waarvoor de sol daten van de lichtingen 1920, 1923 en deels 1926 van het le, 9e en 12e Regiment Infanterie momenteel te Assen onder de wapenen zijn, de vt rige week in de beste orde, Maandag sloeg plotseling de stemming om ,en is ’t des avonds tot ernstige ongeregeldheden gekomen. Hoe de samenscholingen, waaraan voorna melijk de manschappen van het 9e en le Regi ment deelnamen, feitelijk zijn ontstaan, m. a. w. welke de aanleiding was tot deze demonstra tieve houdmg, daaromtrent loopen de lezingen nogal uiteen. Een feit is dat er reeds vroeg in den avond een opstootje ontstond in de solda- ten-cartine, toen daar een groepje soldaten wel licht te veel bier dronk en het aan den stok kreeg met een sergeant, die de lastige elementen echter weldra buiten de deur had. Met de toe- stroomende militairen er zijn er op 't oogen blik in Assen twee a drieduizend werd daar- 13 L. C. voor- I Stel-u-voor. HIEÜWE S5EEKER CODRAKT

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1926 | | pagina 1