KWATTAW
VOLLEMIlh KEEPEN
Sfechts een merk, kan aan de spits staan
Dat s KWATTA
H
200
Pdrlameniaire Schetsen.
-=□=-
GELDEN BESCHIKBAAR
op eerste hypotheek
5
voorb6drRgen^boveD£iL5000.
I lEOEÜHDSCIIE ifPOIiEEIBHI
HitüWSTUO NBLN.
Olficlnl Orgiii hr IibimH bul
4'Al» hndliiitiiii i 99 Vs °|o
ZATERDAG 30 OCTOBER 1838
43* JAARGA8G
KSSaBR
-
Eerst* Bied
Brandenburg!! Co.,
>t!w Banll «M» an»a *hann*’« nmk^d tapas angalakkac vaar
want wat was de arbeidersklasse in die tijd een
f 6.000.000—
Denkt u er om, als u eens komt.
T
t 47 000.000
f 45.000.000
le.
2e.
3e.
le.
2e.
3e.
gia. mgevai van «vai-
lildan btanaa SS d.
HIEUWE SÏEEKEH CDÜEASI
annex SNEEKER COURANT an WYMBRITSERADEEL
der arbeidersbeweging tegenover de vrouw. Dat
kiesrecht kan zij op een goede manier gebrui
ken, als zij in de bestuurslichamen vertegen
woordigers kiest, die voor haar belangen strij
den. Die de kinderen goed onderwijs willen
doen geven, die beseffen dat de vrouw ook in
het huisgezin moet geholpen worden (stichting
van waschhuizen enz.). De vrouw kent nu het
verband tusschen slechte woningtoestanden en
zuigelingensterfte, tusschen deze laatste en haar
eigen werkzaamheden tijdens de zwangerschap.
Zij weet.dat consultatiebureaux haar over deze
en andere zaken kunnen inlichten, en dat deze
er kunnen komen als de openbare lichamen daar
voor subsidies beschikbaar stellen. Zij stuurt
haar kinderen naar de A. J. C. om deel te heb
ben aan het mooie jeugdleven der socialistische
beweging. Het gezin wordt nu een kleine ge
meenschap waarin het ideaal leeft van man,
V«neh|Bt
DUTlSDAGi ra VR1JD AGBAVöMDf
Uitfarem:
Inn Tslefrais Ma. 150.
vrouw en kinderen, waar inderdaad gewerkt en
armoedig zoodje tegenover de machtige onder- geleefd wordt.
Maar dan komt voor de moeder het moeilijke
Er zijn in de Tweede Kamer drie soorten
van plaatsen voor „het publiek”, namelijk:
de loge’s,
de gereserveerde tribune,
de publieke-tribune.
Het fijnste, het aller-fijnste, heb ik hier
bovenaan gezet.
De loge’s. Eigenlijk vallen deze (ik
ben op het oogenblik bezig mijn parlemen
taire schets te schiften als een dominéé)
eigenlijk vallen deze ook weer in drieën te
splitsen, gelijk daar zijn:
de voorzittersloge,
de diplomaten-loge’s,
de gewone loge’s.
De voorzitters-loge is heelemaal alleen
voor den voorzitter. Privé-appartement. Hij
mag er zijn vrouw en zijn kinderen zetten
en zijn bloedverwanten tot in den vèrsten
graad. Maar alle voorzitters zijn met het
gebruik van hun coupé zeer liberaal, want
als een Kamerlid komt bedelen of als-je-
blieft zijn beminde gade met haar knappe
vriendin eens een uurtje in de loge van den
president mogen zitten, staat de voorzitter
dat altijd toe. Tegenwoordig wordt de
voorzitters-loge eenmaal per jaar zeer bij
zonderlijk gestoffeerd, want dan zet Boer
Krelis, alias de heer Weitkamp, er zijn aar
dige dochter in, gekleed op z’n boerinnen-
Overijselsch. Dit geschiedt op Prinsjesdag,
met de opening der Staten-Generaal. Dan
kunt u de deern daar als een levende belle
fleur, ’n bloeiende boterblom aanschouwen,
en dan moet u de steelsche blikken van al
die Kamerleden naar de w
(lept Maatech Kap.
er> Reser vm
Hypotheken
Pandbrieven
N B Daae Bank (niet te gwer-
■aeraa mot de 15 jaar later even
eens te Veendsm gevestigde Veen
dammer Hypotheekbank.
Houdini.
Houdini, de vermaarde „boeienkoning”,
die te Detroit voorstellingen gaf is daar ge
durende een séance in elkaar gezakt. Hij
moest onmiddellijk aan den blinden darm
worden geopereerd. Zijn toestand baart
zorg. Houdini is een van de merkwaardig
ste kunstenaars in zijn eigen genre, het ver
breken van kluisters, openen van sloten en
ontworsteling aan boeien, die er ooit ge
weest zijn. Ook hier te lande is hij herhaal
delijk opgetreden. Een van de liefhebberijen
van Houdini was de ontmaskering van z.g.
spiritistische mediums.
Volgens een ander bericht zou Houdini
zich inwendig hebben geblesseerd bij het
uitvoeren van een bij uitstek moeilijken
toer.
Moedige Engelsche zee-officieren.
Aan den moed van twee zee-officieren is
het voornamelijk te danken geweest dat den
kruiser Calcutta bij den orkaan op de Ber
muda’s het lot van de kanonneerboot Vale
rian bespaard is gebleven.
De Calcutta, een bodem van 4000 ton, lag
gemeerd aan de marine-werf toen de
orkaan losbarstte. In twee minuten tijds
sloegen zeven-en-twintig van haar acht-en-
twintig trossen weg en was haar toestand
hachelijk geworden.
Luitenant Roshill van het oorlogsschip
Wistaria en de adelborst Alershankey van
de Capetown deden dadelijk reddingsgor-
dels aan en zwommen in den vreeselijken
stormwind met lijnen naar de Calcutta toe.
De bemanning heesch daarna nog meer
trossen aan boord en het schip werd be
houden.
De negentien geredden van de Valerian
maken het goed.
Volgens de laatste berichten is de Vale
rian geheel onderste boven geslagen. De
bemanning trachtte zich op vlotten te red
den, maar de meeste van die vlotten zon
ken.
in de eerste plaats het moederdier, dat haar J £n jan zegt de vrouw: we offeren ons kind niet
aan dat kwaad en vindt troost in de socialisti
sche beweging, die de broederschap van alle
volken op aarde predikt.
De christelijke partijen mogen zeggen dat de
oorlog er altijd blijven zal omdat de mensch
van nature zondig is, het beste in ons zegt
anders en ons verstand zegt hetzelfde. Er is
immers een tijd geweest dat iedereen de vijand
van iedereen was, later sloten de menschen zich
aaneen tot groepen, die tegen elkaar streden.
De steden streden tegen elkaar, later nog de
provincies, nu alleen nog maar de landen. Dat
wijst in de richting dat ook deze eens niet meer
zullen vechten, als er ontwapend is, als men
dus niet meer vechten kan omdat de wapenen
ontbreken en als een macht gevormd is die bo
ven de staten staat, de macht waartoe het socia
lisme de Volkenbond wil doen uitgroeien.
Nu de vrouwen eenmaal wakker geworden
zijn, willen ze dat haar kinderen zullen leven in
een werkelijke m e n s c h e n wereld, de wereld
welke het socialisme wil vormen. Daarom, roept
spr. uit, komt allen tot ons om de wereld goed
te maken, komt tot ons en wij maken u, vrouw,
tot een kameraad van uw man die met hem
spreken kan over de hoogste dingen welke hem
bezig houden. Werk mede voor het socialisme.
Mevrouw Beekhuis dankte de spreekster met
een enkel woord, evenals Morgenrood.
Het zevende leerjaar.
De minister van onderwijs heeft naar
het Utr. Dgd. meldt aan de inspecteurs
voor het lager onderwijs opgedragen te on
derzoeken welke scholen wel en welke niet
een zevende leerjaar hebben, en eventueel,
voor welke scholen bij invoering een lokaal
zou moeten worden aangebouwd.
Het lot van den logger VI. 25.
Maandagmiddag heerschte er groote span
ning in Scheveningen. Voor de havenhoofden
dobberden de visschersbooten, kleine scheepjes
met grauwe zeiltjes op de groote rustige zee.
Op hen was het wachten. Als zij bij het binnen
lopen geen nieuws brachten van de VI. 25, dan
zou de boot vergaan zijn. Onherroepelijk. Voor
de Keizerstraat op den Boulevard, oogenschijn-
lijk kalm maar met een groote onrust in hun
stoere borsten stonden de Scheveningers, en
stonden ook zoo nu en dan de vrouwen, heele
maal zwart met een rein-wit kapje op het gladde
haar. Zij tuurden vèr de zee in, naar de vloot,
waar alle hoop, als zij er was, rustte in de
grijze schuiten. Men sprak stil met elkaar, kalm
en berustend, maar veel hoop op goede tijding
had men niet... Wachten moest men, altijd
wachten, met die brandende onrust in zich,
wachten tot de schepen binnenvielen, met hoog
water.
En ’s avonds toen de zwarte nacht neerlag
over de zee, toen kwam de zee, hooger en hoo-
ger en in de harten der Scheveningers steeg één
woord op: De vloed!
Daar kwamen de booten, opdoemend uit de
duisternis, de haven binnen, gesleept, één voor
één. De groote stilte, die eerst op den wallekant
lag, werd verstoord door een onrustige, jagen
de bedrijvigheid. Vrouwen stonden er, met
kleine kinderen aan de hand.
Maar gelukkig, zegt het Vad. Een vreugde-
gil bijna, van één der kleinen aan den arm. Daar
was de boot, daar was vader. En hij kwam aan
wal, de stoere visscher, bruin zelfs in het
zwakke lantaarnschijnsel, een zak in de hand.
Dan een begroeting, heel kort, maar met veel
nemers. De vrouwen volgden maar heel
langzaam en angstig. Zij vreesden aanvankelijk oogenblik dat ze haar jongens, die ze tot nog
van het verzet der mannen nieuwe werkloos- toe ver hield van alle vuil van het leven, moet
heid, als de echtgenoot z’n baantje kwijtraakte, afstaan aan ’t leger, waar men zijn medemensch
wat dan? Aanvankelijk belemmerde de arbei- op wetenschappelijke manier leert vermoorden,
dersvrouw dus de strijd der arbeiders vaak, ze terwijl de socialistische beweging geleerd heeft
maande den man dikwijls tot gedweeheid, ze ieder medemensch als broeder te beschouwen,
was i
kinderen wenschte te beschermen tegen de ge- I
volgen van wat zij achtte dwaze dingen van haar
man. Maar dat werd anders, ze zag dat de strijd
der mannen de arbeiders meer geluk bracht,
dat die strijd de man ook iets bracht, dat scheen
te komen uit ’n andere en betere wereld, ze zag
en merkte dat stakingen ook wel eens leidden tot
loonsverhoogingen, ze zag een vooruitgang.
Want al’staat, zooals wij het zien, de arbeiders
klasse nog slechts aan het begin van haar werk,
er is sedert het midden der 19e eeuw toch heel
Notaris Mulder verkocht Maandag in Onder
de Linden finaal:
Het heerenhuis Stationsstraat 42, in gebruik
bij mevr. wed. A.' Dekker Jzn., kooper de heer
j. G. Machwirth alhier voor f 8982.
Het graanpakhuis Korenbloem aan de Geeuw,
kooper de heer K. v. d. Meer voor f4127.
Drie woningen aan de Geeuw, resp. gekocht
door de h.h. A. Molemaker voor f2163, M. Frit-
sma voor f2050, J. Kuperus voor f2751.
Een open terrein met loods aan de Geeuw en
het Kaatsland (terrein voorm. Glucosefabriek),
koopster de gemeente Sneek voor f5535.
Een huis aan de 3e Woudstraat, kooper de
heer J. Pietersma voor f 1870.
Een woning aan de Boschdwarsstraat, koo
per de heer J. Terpstra voor f462.
Soc. Dem. Vrouwenclubafd. Sneek S. D. A. P.
Woensdagavond hielden de Soc. Dem. Vrou
wenclub en de afd. Sneek der S. D. A. P. eene
openbare vergadering in de Harmonie. De pre
sidente mevrouw BeekhuisHesselink wees er
op dat deze vergadering bedoelde te zijn een
viering van den Vrouwendag en eene bekroning
van de vrouwenpropagandamaand, welke hier in
Sneek club en partij 20 nieuwe leden aanbracht.
Morgenrood zong daarna eenige liederen,
waarna de spreekster, mevrouw Weersma—van
Duin, van Zutfen, ’t woord kreeg. Spr. betoog
de dat de vrouwen altijd, ook tijdens den groo-
ten oorlog, gevoeld hebben voor en gestreefc
hebben naar internationale samenwerking, op
dat ’t mogelijk zou worden deze schoone aarde
in broederschap te bewonen. Op het Soc. Con
gres te Kopenhagen in 1910 werd besloten een
groote socialistische vrouwenbeweging te vor
men, en elk jaar één dag te wijden aan de een
heid over de geheele wereld der socialistische
vrouwen: de vrouwendag. Ook in den oorlog
hebben deze vrouwen steeds voeling met elkaar
gehouden als arbeidsters aan één groot doel: de
internationale verbroedering, en daarvoor is het
ook dat wij nu de strijd voortzetten. Er zijn nog
wel mannen, ook socialistische, die meenen dat de
vrouw niet in de politiek hoort, welke haar naar
beneden zou halen, maar de politiek bemoeit
zich wel met de vrouw en dat is het wat haar
in den strijd brengt. De burgerlijke vrouwen
hebben dat het eerst begrepen, omdat het kapi
talisme met zijn fabrieken haar het vele werk,
dat moeder en dochters vroeger in het gezin
verrichtten, ontnam. Zij stonden toen met leege
handen, en toen de besten en flinksten onder
haar werk zochten in de maatschappij, bleek
het dat zij overal stuitten op de wetten, dooi
en voor mannen gemaakt, dat die de sfeer vooi
de werkzaamheid van de vrouw feitelijk beperk
ten tot het gezin, ’t poëtische „rijk der vrouw”.
Deze vrouwen begrepen dat hierin verandering
moest komen en ijverden voor het kiesrecht der
vrouw, waarmee men er in zou kunnen slagen
deze wetten om te zetten.
Aanvankelijk voelde, de proletarische vrouw
voor die kiesrechtstrijd niet veel, het arbeiders
meisje van vroeger had maar één ideaal: zelf
een huisje te hebben, al was ’t nog zoo armoe
dig, waarin een eigen gezin kon gevormd. Twee
dingen brachten haar slechts in verband met de
buitenwereld: het loon en de werktijd van haar
man; door die twee dingen alleen leefde zij nog
met de wereld mede. Maar door die twee dingen
ook nam zij de druk van het ongebreidelde kapi
talisme van de 19e eeuw op zich. Met een veel
te klein loon möest zij zien de eindjes aan elkaar
te knoopen, zij leefde en werkte in een krot
dikwijls met steenen vloer, of in de groote huur
kazernes der grootere steden, daar leefde zij,
haar door het lange werken afgebeulde man, die
door het kapitalisme slechts als een verlengstuk
van de machine werd beschouwd, haar vele kin
deren, waaronder de sterfte door slechte wo
ning- en voedingstoestanden groot was. Leed,
dat was de hoofdtoon in het arbeidersleven van
de negentiende eeuw. Regelmatig terugkee-
rende werkloosheid maakte de zware gang naar
het armbestuur noodig, een werkloosheid inhae-
rent aan het kapitalisme, dat een productiestelsel
van anarchie is, zonder orde of regelmaat. Wan
neer er weer te Veel geproduceerd is, wordt
de fabriek gesloten, kan de ondernemer zich een
reisje naar het buitenland veroorloven, maar
worden de arbeiders op straat geworpen en naar wat bereikt. De arbeider is doorgedrongen tot
het armbestuur verwezen. Nog erger was het
als de meedoogenlooze machine in dat tijdperk
van zich ten volle uitlevend kapitalisme den ar
beider greep en voor zijn leven verminkte, de
armenzorg was dan het eenige toevluchtsoord
voor het gezin. Ook de betere veiligheidswetten
vertegenwoordigen dus een stukje arbeiders-
strijd.
Maar ’t geeft niet dat ik u gewaarschuwd
heb. U valt toch!
Een klein deel der gereserveerde tribune
is ingenomen door de pers. Want de groote
en de kleine perstribune zijn niet toerei
kend om alle journalisten te bevatten, zoo-
dat men er ook een paar op de gereser
veerde heeft geplakt. Veel plaats is er daar
trouwens niet, en men zit er werkelijk een
beetje ongelukkig. Wie bp de tweede en op
de derde rij zitten hebben geregeld last, dat
hun knieschijven terecht komen in den
nek van hun voorman en men zit of ligt er
vaak zoo wonderlijk in elkaar gekronkeld
als palingen in een bak.
Op groote dagen als er wat bijzonders
te wachten is wordt de gereserveerde
bestormd. Dan valt het Nederlandsche volk
bij heele klitten het beruchte trapje af, en
dringen de nieuwsgierigen zich spartelend
naar voren. Op de gereserveerde zit, bij
salaris-debatten, de elite der Nederlandsche
vakbeweging, een uitgezóchte collectie vrij
gestelden, die hun afgevaardigden voorzien
van allerlei instructies, pardon inlichtin
gen.
Stappen wij thans van de gereserveerde
tribune af (past op het trapje!) en begeven
wij ons naar de publieke.
Gratis toegang.
Dit is het punt, waarin, bij alle verdere
en treffende overeenkomst, de Tweede Ka
mer toch van Scala verschilt, dat er voor
het publiek, zoover de voorraad strekt, vrij
toegang is. Men kan de voorstelling koste
loos bijwonen, zelfs zonder speciale kaart,
men kan de verschillende specialiteiten in
hun wonderbare evoluties volgen, zonder
dat het een cent kost. Alleen dient men te
zorgen een beetje tijdig in'de rij te staan,
kelijkheid, de debatten bijwonen. Dag in
dag uit. Wat zijn dit voor menschen? Ge-
pensionneerden? Maar zij kunnen dan toch
wel op gezelliger wijze hun eerlijk verdiend
pensioen genieten? Moeten zij hun leven
op deze wijze eindigen? Of hebben ze geen
thuis? Is hun aanwezigheid een gevolg van
de hooge kolenprijzen, dus een bezuini-
gings-daad, uit wanhoop, want nu hebben
ze hier gratis warmte? Ik weet het niet.
Maar er zijn nu eenmaal een paar die nooit
ontbreken. Arme kaerels!
Ik herinner me nog van vroeger, dat er
jaren en jaren achtereen, dag in, dag uit,
dezelfde ouweheer in hetzelfde hoekje van
de gereserveerde tribune zat. Wij kenden
hem allen bij name. Hij was een historisch
type geworden. Eiken dag kreeg hij een
kaart van den eersten den besten afge
vaardigde, dien hij ontmoette. Nooit, nooit,
nooit ontbrak hij. Van vroeg tot laat hing
zijn groote grijze baard over den rand der
tribune de zaal in, als een treurwilg. Zijn
seniele aftakeling ging zelfs zoo ver, dat hij
de wetsontwerpen, die behandeld werden,
meebracht. Op een dag viel hij flauw. Dr.
Scheurer toen juist Kamerlid geworden,
hielp hem bij: dat was de maiden-speech
van dien afgevaardigde. Niet lang daarna is
deze historische stamgast overleden. In
hoever zijn leven door de debatten is ver
kort, laat ik in het midden.
Stamgasten zijn er nog. Vooral op de
publieke tribune. De oorzaak van hun
kwaal is mij onbekend.
Tusschen de publieke tribune en de pers-
i tribune is vaak een gespannen verhouding.
Doch daarover vertel ik later wel eens.
D. HANS.
gevoel van groote innigheid.
Geen der booten echter bracht tijding, bracht
goed nieuws. Wel vertelde een schipper, dat
men hem op zee gezegd had, dat er een boot
vergaan was, maar men wist niet het nummer
en de plaats van herkomst. Hij had een reis ge
had van 7 weken, ruw weer, hooge zee. Een
week over tijd.
De waterschout was niet te spreken over de
berichten in de bladen wat de VI. 25 betreft.
Volgens hem waren alle berichten, die inhielden,
dat er iets van het schip gezien was, al waren
het ook maar planken of kisten, uit de lucht
gegrepen. Vooral over het feit, dat men uit he’t
vergaan der VI. 25 wat nu vaststaat het
omkomen der bemanning geconcludeerd had.
Dit behoeft echter heelemaal niet. Eenigen der
bemanning' kunnen zich drijvende gehouden
hebben op wrakhout en pas na vele dagen op
gepikt zijn door ’n visschersschip, dat, uit den
aard zijner bestemming, hen naar Noorwegen
bv. bracht. Om een paar menschen naar Sche-
■veningen te brengen, daar verandert men den
reisduur niet voor.
De vrouw van den schipper Jan de Bruin heeft
de gordijnen van haar huisje laten zakken
Zij heeft geen hoop meer Haar man is ver
dronken Maar nog zijn er Scheveningers,
die hoop hebben voor het leven van de beman
ning, misschien voor enkelen der bemanning.
Gepantserde postauto’s
Een telegram uit Washington meldt, dat
de Amerikaansche regeering een aanbeste
ding uitgeschreven heeft voor 100 gepant
serde postwagens met 100 dito aanhang
wagens en 25 wagens voorzien van afweer-,
geschut, ten einde de postverzendingen
•absoluut te beveiligen voor aanslagen van
bandieten.
ken!
Waar precies de diplomaten-loge’s be
ginnen en eindigen, weet ik niet. Maar ze
zijn er. Trouwens, het is in ons land een
groote zeldzaamheid, dat een vreemde
diplomaat de debatten komt bijwonen. In
buitenlandsche parlementen -zoo leest
men slag op slag zijn de diplomaten-
loge’s vaak geheel gevuld: bij ons ver
dwaalt er zoo eenmaal per jaar per ongeluk
een gezant in één der loge’s. Deze worden
dan ook gewoonlijk bezet door oud-Kamer-
leden, leden van de Eerste Kamer of van
den Raad van State en ambtenaren, die een
minister komen helpen. Maar druk is het er
hoogst-zelden.
Trouwens:
het moet mij van het hart, dat men in die
loge’s allesbehalve een prettig zitje heeft.
Wie vooraan zit, moet zich met zijn geachte
bovenlijf finaal over de verschansing bui
gen, om wat te zien, ’t Zijn onpractische
plaatsen.
Vervolgens de gereserveerde tribune. Al
leen te betreden door wie in het bezit is
van een kaart. Deze kaart moet worden
afgepeuterd van een Kamerlid, die op zijn
beurt er den griffier om moet vragen. Wie
zoo’n kaart heeft, mag de gereserveerde
tribune betreden, na eerst een poging te
hebben gedaan om zijn hals te breken. Dit
is geen kortswijl. Aan den ingang der gere
serveerde tribune is een aller-miserabelst
trapje, dat geheel onverwachts verschijnt en
dan ook door niemand wordt opgemerkt,
j Wij, op de perstribune, zitten, als ’t deurtje
i van de gereserveerde tribune opengaat, al-
- tijd met nieuwsgierigheid te speuren, wie er
nam mC voorzitters-loge i nu weer naar binnen zal tuimelen.
zien. Het groene blaadje! En de ouwe bok- I Denkt u er om, als u eens komt.
Abonnement: per jaarf 2.50 fr. p
post f 3.60.
Advertentiën9 ct. p. regel. Inge
zonden tnededeelingen hooger, bij
Abonnement belangrijke korting
Advertentiën worden tevens gratis ge
plaatst in de SNEEKER COURANT
de plaats waar men de wetten maakt, klein in
getal aanvankelijk in die lichamen vertegen
woordigd, hebben zij de gewetens kunnen wek
ken van vele goedwillenden die in de sleur het
oude bestaande aanvaardden. En nu werd ook de
vrouw wakker, zij las gaandeweg de krant, en
luisterde naar de mannen toen zij zag dat deze
stukje voor stukje de wereld veroverden; wat
een vreugde was het voor haar toen de eerste
kinderwetten er kwamen, toen zij hare kinderen
dus wat kon laten leeren.
Nu wilde ook de arbeidersvrouw meepraten,
zij begeerde en verwierf het kiesrecht en daar
mee kwam ook een verandering van de houding
M opgericht tö V68ndani 1890
Directie Mr M. J BOS eu
3 Mr. J. WILKENS
maar dat moet men bij Scala voor de plaats
bespreking ook. Men behoeft werkelijk
geen roode duit te besteden, want con
sumptie kan men in het parlement niet krij
gen. En tegenwoordig is de bediening zelfs
zoo prachtig, dat men niet meer buiten be
hoeft te wachten, maar in ’n goed lokaal met
gratis vuur en licht. Totdat de vergadering
wordt geopend en ge u naar hartelust kunt
voeden met de geestelijke spijze van het
debat. Of de substantie van dit voedsel al
tijd voldoende is, moet ge zelf maar beoor-
deelen.
Ziehier de verschillende plaatsen, van
waar het debat kan worden bijgewoond.
Maar zelfs is alles en alles vol, dan zit er
nog slechts een handjevol Nederlanders. Ik
vraag mij af of men niet meer kan doen om
het parlement te populariseeren. Ziet u ooit
een kiek van de Kamer? Neen. Fotographie-
toestellen worden er met ijzeren gestreng
heid geweerd. Waarom niet op z’n tijd een
paar aardige, foto’s? Desnoods tijdens het
debat genomen? En zou het niet de moeite
loonen, om eens een film van de Staten-
Generaal te doen vervaardigen? Een ge
trouwe rolprent van een paar uur debat.
De vraag zou alleen kunnen rijzen, of dit
nu werkelijk een propaganda zou zijn of
de keurings-commissie de film wel zou toe
laten. Maar aangenomen dat dit geschiedt,
dan zouden op deze wijze althans duizen
den Nederlanders hun parlement aanschou
wen inplaats van de paar dozijn die er nu
zitten.
Onder die paar dozijn komen stamgasten
voor Natuurlijk. Die heeft men overal.
Dus ook hier.
Er zijn eenige personen, die altijd op het-
zelfde plekje, met onverwoestbare aanhan-
>i gia. oi) «ar>
•8 van «as vliiv«r
Het arbeidersgezin van de 19e eeuw kende
eigenlijk nimmer onbezorgde vreugde. Werden
.ie kinderen grooter dan schatte moeder ze al
gauw of ze niet al iets mee konden verdienen,
urn zoo het tekort in het budget wat aan te
vullen. Zoo gingen de kinderen van 8 jaar en
jonger zelfs de school af en de fabriek in, vaak
.vilde de fabrikant alleen de man nemen ais hij
z’n kinderen ook meebracht. Nu strijden wij er
al voor dat het kind niet voor z’n 14e jaar in
dé werkplaats mag, toen was arbeid der 7- of
3-jarigen in Engelsche fabrieken en ook bv. bij
Regout regel. Daar werkten ze dan 12, 14 of 16
aur; groote kindertehuizen waren bij die fabrie
ken opgericht niet om zooals nu met kinder-
.ehuizen het geval is het kjnd in heerlijke om
geving nieuw leven en nieuwe gezondheid te
geven maar de kinderen konden daar slapen,
m twee ploegen werkten ze: als de eene helft
n het tehuis kwam, ging de andere naar de
fabriek, men kon dus aan bedden met de helft
van het aantal kinderen toe, de bedden waren
in zoo’n inrichting nooit koud, schreef een com
missie van onderzoek. De Engelsche fabrikanten
Kochten die kinderen van de weeshuizen, die
meestal vol waren omdat de tuberculose en an
dere ziekten tallooze slachtoffers maakten onder
de arbeiders van middelbaren leeftijd, en de do-
miné was vaak bij die verkoop de bemiddelaar!
En geen lichte arbeid verrichtten daar de kin
deren, niet al spelende ging het; bij Regout in
Maastricht deden zij het meest moordende werk
voor de ovens: naakt, vaak met water over
goten, met halfverbrande huid en afgebrande
oogharen. Is het wonder dat in die kinderen alles
gebroken werd wat mooi en goed was?
Denken we aan die tijd terug dan wordt het
duidelijk dat de vrouw zich ten strijde geroe
pen gevoelde. Zij leed onder het kleine loon
van haar man, dat haar belette haar kinderen
goed te voeden niet alleen, maar haar ook be
lette die kinderen te geven: zorg, liefde, opvoe
ding. De vrouw werd wakker, al was het later
dan de man, die meer met de buitenwereld in
aanraking kwam, meer zag van het kapitalis
tisch productieproces, dat de wereld wel ont
zaglijk verrijkt heeft, maar die rijkdommen naar
één zijde, die der ondernemers, deed stroomen.
Zij, de arbeiders, gingen nadenken, uit Duitsch-
land kwam de roep „Proletariërs van alle landen,
vereenigt U,” zij leerden de waarde van hun
getal beseffen, luisterden naar de voorspelling
van een nieuwe wereld en hoopten en geloof
den .vaak tegen beter weten in eigenlijk,
Velgwu «oarvaaiten Algemea*
b—«il» tnn Ahanni’ii wrMkurd taan «naalakkac vmv («nga invaliditai*
£1| gia 91) «arlla» «bm
gia. 31) «arllaa «aa 'JE gia. 31) «arlla»
Ivu 44n af ««o IV van «ar