1927 IS WEER V00RB1ES Hnkkerij BttNDEMGH S Cl. - SlffllK Drukktrij B8AN0ENBUSGHCo. - SHElh Beroemde mannen uit Snoek. Icliil Orini hi liainti hut ▼•nekfni NIEUWSTIJDINGEN. NIEUWJAAR Geen reclame zoo goed, als DIRECTE reclame! Oil No. bestaat nit 5 Bladen. -1> =□=- Eerste Blari ■nn«x SHEERER COURANT an WVMBRITSERADEEL V KIEZE «BINK Co., «nnax SNEEKER COURANT an WVMBRITSERAOEEL 1® No. ST uitgave KIEZEBR1NK Co. ZATERDAG SI DECEMBER ISST F<1 e f 1 f vermoedelijk De moord te Culemborg. A. H. T Necia dat een huwelijk met Meade onmoge lijk is geworden en zij vertrekt met Ben- Bioscoopnieuws. eerste hoofdnummer De Uitgevers KIEZEBRINK Co. F □I>iDAG8« VRUDAÖHAV®5TDS nttirarvMn •w L. S. Wij berichten hiermede dat onze over eenkomst met de Hollandsche Algemeene Verzekeringsbank met ingang van 1 Jan. 1928 een einde heeft genomen, zoodat de gratis verzekering verbonden aan de Nieuwe Sneeker Courant, met ingang van dien datum is vervallen. vestigt zich onder den naam van John Gale is, ontmoet zij daar luitenant Meade Burrel en zij krijgen elkaar lief, doch de halfbloed Don derdag 5 Jan. 8 uur. Harmonie. P°leor} Doret bemint Necia ook. Kapitein Timmerman, altzangeres, mej. Lieii de jong, Pen en herkent Necia direct als zijn dochter, De Tel. heeft ten huize van den verdedi ger, Mr. Roobol, een onderhoud gehad met Sweris, de in vrijheid gestelde verdachte. Ik zat zoo tegen een uur of 12 in de cel te lezen, toen er een ambtenaar van het Huis van Bewaring binnenkwam, zoo ver telde hij. „Ik feliciteer u,” zeide de ambte- raar. „U wordt direct in vrijheid gesteld." Hè, antwoordde ik, dat valt me tenminste aen paar dagen mee, want dat ik vrij zou komen, daar was ik vast van overtuigd. Mr. Roobol heeft me dat trouwens ook al ver zekerd, toen hij eenigen tijd de zaak in han- ien had. Vandaar ook de uiting van dezen idvocaat tijdens de zitting voor het Hof: „die menschen krijgen de boeien niet meer om.” En straks,vervolgde Sweris, over een uur tje, ga ik weer naar huis in Tricht, naar mijn vrouw en mijn beide kindeen en naar mijn zaken. Ik heb nl. een fietsenzaak en een metaalbedrijf, die nu natuurlijk zoo goed als verloopen zijn. Maar ja, ’t voornaamste is, dat ik weer vrij ben en, vervolgde hij aangedaan, dat heb ik te danken aan Mr. Roobol, die alles voor mij heeft gedaan en dag en nacht voor mij in de weer is ge weest. Hoe was uw verblijf in de cel? Ja, mijnheer, in Tiel was ’f niet erg schitterend, erg klein, maar hier in Arnhem was de afmeting wat grooter. Het ergste was echter, het steeds maar weer wachten op de oproeping, wanneer de zaak behan deld zou worden. Twee jaar bijna heb ik in die ontzettende spanning gezeten. Mijn gezondheid heeft er dan ook danig onder geleden. De laatste maanden mocht ik niets dan pap en wittebrood eten en ’s middags wat rijst met melk. Sinds kort heb ik op last van den dokter een andere cel gekregen, een die wat warmer was. Hoe jammer echter, dat P. Cornelius van al deze moeiten niet de gewenschte vruchten heeft mogen plukken, dat hen. ook in het Leeuwarder klooster geen rust meer beschorei was op deze aarde. Misschien nog voordat zijn kamei afgetimmerd was, zal hij zijn bezweken, op den 14der. September 1534. Hij stierf als een echte geloofsheld, bid dende voor zijn tegenstanders, dankende allen, die hem in zijn moeilijkste levensjaren tot een hechten steun en rijken zegen waren geweest. Hij verzocht in zijn stervens- ure nog aan zijn vriend en reisgenoot om 88 goudguldem af te zonderen voor zielmissen en ten behoeve van de armen. Overigens ging de pelgrim over naar betere gewesten als een arme naar de wereld, die alleen rijk was in zijt. God. Immers toen den 15en October de Leeuwarder notaris Martinus Reytzenn in het klooster kwam, om in bijwezer. van den prior, den procurator en de seniores den inventaris van des overledenen nalatenschap op te maken, wees deze slechts uit een 107-tal boeken en niets meer, of het moest zijn een afdruk van het oorspronkelijk priorszegel. Doel die boekenlijst is juist voor ons van groot belang, nl. ter aanzien onzer kennis van den aard der geschriften, dooi P. Cornelius bewerkt of geraadpleegd in zijn polemiek met Luther en diens vrienden of aanhangers. Immers daarin komen titels voor van werkjes, door den Sneeker patei rechtstreeks aan het adres van Luther gericht, terwijl ook overigens kan blijken, dat zijn arsenaal een groote hoeveel heid wapentuig tegen de nieuwe beweging bevatte. De volgende titels noemen we ten bewijze: Item diversa opuscula contra Lutheruus. (Verschillende werkjes tegen Luther). Sectarum errores. (Dwalingen der secten.) Anti-Lutherus. (Luther weerlegd.) Er waren strijdschriften bij van den bekenden Katho lieken geleerde en apologeet, die van Karel V de opdracht kreeg, om een weerlegging van de bekende Augsburgsche confessie uit te geven en die onder den naam van Cochlaeus met zijn anti-Luthersche geestverwanten Eek en Johannes Faber bij deskundigen wel bekend is. Er waren verweer schriften, polemieken, geleerde exegetische protesten onder tegen Philippus Melanchton zoowel als tegen Luther zelf van allerlei herkomst, doch die den bezitter er van stem pelden tot een der gedegenste bestrijders der Hervorming, man van de contra-reformatie, welke echter voorloopig meer terrein verloren dan gewonnen had. Zijn priorszegel gaf van dien feilen kamp, niet ingezet om persoonlijk belang of eer, doch om wat ieder voor zich de Hoogste Waarheid en de Ware Kerk achtte, gestreden tot de laatste levensstonde toe, een getrouw en tevens treffend beeld: de kruisdragende Christus onder een Gothisch baldakijn, het groote en lichtende Voorbeeld voor een ieder, die om Zijnentwille zich zelven verloochent, lijden en strijden kan, een offer weet te brengen. Het randschrift daarin „S. Cornelii de Snek, vicarii congrega, holladio ord. predic.” herinnert nog aan den tijd, toen de Sneeker Pater in de Noordduitsche landen zijn vicariaat over de Dominicanen kloosters der Hollandsche congregatie waarnam. Zoo heb ik U, hoewel nog zeer onvolledig, het levens beeld geschetst van een Frieschen Katholieken geleerde, theoloog, kloosterling, die uit de Sneeker environs werd geroepen naar de Duitsche landen, om daar zijn zending in dienst van Zijn Koning en Kerk te volbrengen, dat deed op een bewonderenswaardige wijze in een tijdsbestek vol onrust, evolutie en revolutie en wiens lichtend voorbeeld gelijkelijk aan Katholieken en Protestanten respect af dwingt. Yndied, in eale Fries om utens! Breda. op het moment dat we het beleefden. Wat toen een verpletterend verdriet of een on peilbaar geluk scheen, het is nu misschien meer tot zijn ware afmetingen terug ge bracht. Nu het achter ons ligt, weten we weer dat een zwaar verdriet doorworsteld kan, dat een groot geluk vervluchtigt. We hebben dan weer een les uit het boek der levenswijsheid gerepeteerd en er opnieuw ingeprent, we hebben weer een oogenblik ’t betrekkelijke van alle leed en geluk op deze aarde beseft. We weten weer dat niet geluk en leed het leven zelf zijn, dat dat leven misschien meer gevormd wordt door de wijze waarop wij het leed ondergaan, de vreugde genieten, dan door vreugde en leed zelve. En met deze wetenschap naderen we misschien dichter de zin van het leven, waar over het goed is zoo bij zoo’n halte in ons al maar voortijlend leven eens even te pein zen, even maar, tot we weer voortgerukt worden, verder door het ons nu nog onbe kende 1 Koeien door electr. stroom gedood. Dinsdagmorgen omstreeks half 11 stierf te Woensel bij den landbouwer J. v. d. Vel den plotseling een koe, zonder vooraf ziek teverschijnselen te hebben vertoond. De die renarts kon aan het dier ook geen teekenen binden, die wezen op een bepaalde ziekte. In het begin van den avond stierf er weer sen koe; nu in het bijzijn van den eigenaar ran der Velden en enkele andere personen. In allerijl werd de dierenarts telefonisch ont boden. Deze, de heer H. A. Pulles, en zijn assistent, de dierenarts Van der Graaf, wa ren spoedig aanwezig. Terwijl zij nog bezig varen met hun onderzoek, werd onverwacht iet raadsel opgelost. Onder hevig geloei aegonnen de overige negen koeien plotse- ing te vallen of te springen, zoodat er een ;roote consternatie in den stal ontstond. Dit tuurde ongeveer een minuut; daarna wer- len de dieren direct weer kalm. Maar er Heek weer één stervende te zijn, die na mkele minuten dood was. Men kwam nu tot de overtuiging, aldus de V. Rt. Ct„ dat er een electrische stroom loor de dieren was gegaan. Hoe dit moge- ijk geweest is, is nog niet opgehelderd. -Vel was er een stoornis in de stalverlich- ing, hoe de electrische stroom op de ijzeren stalpalen, waaraan de koeien door middel -an een ijzeren ketting om den hals vast- ;ebonden stonden, gekomen is, kon nog niet 'erklaard worden. De dierenartsen hebben 'root gevaar geloopen. Friesch vee naar het buitenland. Door bemiddeling van den heer K. J. Kti- serus te Beetgumermolen zijn, zoo meldt de .eeuw. Ct., met de Edam 25 drachtige vaar- :en en vier Saanen-bokken verzonden naar Aexico. De collectie is bestemd voor de boerderij van den president van Mexico, den leer Calles, die persoonlijk den heer Kupe- us bij een vorig bezoek aan Mexico de op- Iracht tot vee-aankoop gaf. Voorts zijn nog 2 vaarzen en een stier laar Brazilië verzonden. PATER CORNELIUS VAN SNEEK. Hl- Pater Cornelius als apologeet terug naar Friesland. Zijn zending volbracht. nett op z’n schip. Gale is in een gevecht met Bennett al gewond en nu begeven Poleon en Meade zich naar het strand, waar zij Bennett’s schip door het ijs bedreigd zien. Dwars over de ijsschotsen bereiken zij het schip en weten Necia na een hevig gevecht van boord te halen. Eenige oogenblikken later zinkt het schip met Bennett in de diepte. Meade en Necia worden een gelukkig paar. In het tweede gedeelte van de week wordt als hoofdnr. gegeven „De Lijfeigene van den Czaar”, een stuk dat speelt onder de regee- ring van Iwan de Verschrikkelijke. De Bioscoop bij de Waag draait tot en met Zondag een der beste films van Harry Piel, waarin deze de rol van sensatie- journalist creëert. Men begrijpt dat dit een succesrol voor deze Duitsche artist is. Van Maandag af gaat in deze bioscoop „Je meent het?” naar een succesvol tooneel- stuk van dezen naam. Gevonden voorwerpen. Aanwezig en te bevragen bij de navol gende ingezetenen, onderstaande voorwer pen, als gevonden aangegeven op 29 en 30 Dec. 1927: lorgnet in étui, O. Weissenbach, I Groote Kerkstraat 16; parapluie, C. van Oostenrijk, le Oppenhuizerdw.str. 5; bruine handschoen, G. v. d. Berg, le Selfhelpstr. 3; mesje, H. de Vries, le Steenklipstraat 20; huissleutel, P. Schurer, Franekervaart; huis sleutel, J. Batstra, Swartsbuurt 6. Gewetensgeld. Bij den inspecteur der directe belastingen 2e afd. alhier is van een onbekende f 80 ge wetensgeld ontvangen, ter voldoening van te weinig betaalde belastingen over vorige jaren. Zondagsschool Ned. Protestantenbond. Deze Zondagsschool hervat de lessen Zondag 8 Januari 12'/2 uur. Dr. A. C. Antusch. f Woensdagmiddag is tijdens ’n wandeling in zijn woonplaats, Bergen, plotseling over leden dr. A. C. Antusch, sedert vele jaren directeur van de R. H. B. S. te Alkmaar. Een paar jaar geleden, bij het 50-jarig jubileum van de school, was dr. Antusch be noemd tot officier in de Orde van Oranje- Nassau. Oud-leerlingen der H. B. S. alhier zullen zich den heer Antusch, die geruimen tijd, in de eerste jaren na 1900 als opvolger van dr. Diehl, directeur was dezer inrichting, onge twijfeld nog herinneren. Jubileum. Woensdagavond had de 50ste begroo- tingszitting van den Amsterdamschen raad plaats. Bij het begin heeft de voorzitter, bur gemeester de Vlugt hieraan herinnerd en geconstateerd, dat de raad hiermede een record op zijn naam heeft gevestigd. De eerste spreker, de heer F. van Meurs, heeft daarna den burgemeester gehuldigd voor diens correcte leiding tijdens alle 50 zittingen. Later werd een mand bloemen binnen gebracht. 44» JAARQAEG Abonnementper jaar f 2.50 fr p.p. post f 3.60. Advertentieën0 cl p. regel. Inge zonden mededeelingen hooger, bij Abonnement belangrijke korting Advertentiên worden tevens gratis ge plaatst m uc óNEEKER COURANT 1- enz. .11- De Bouwverordening der gemeente Sneek in dien 2111 te wijzigen, dat het bepaalde onder artikel 73 vervalt Cn wordt vervangen door: „Met het opsporen van de overtredingen en het toezicht "P de nakoming van die bepalingen dezer verordening, oie niet op de Woningwet, doch op artikel 135 der Ge meentewet gegrond zijn, zijn behalve de daarvoor in het wetboek van Strafvordering aangewezen personen belast e gemeente-architect en de opzichters bij het bureau van gemeentewerken, de ambtenaren en beambten der gemeen- e-pohtie en de directeur der gemeente-reiniging.” 1927 US vastgesteld in de vergadering van 12 December F. BLOK, 'l.-B., Voorzitter. S. BIJLSMA, loco-Secretaris. Z|jnde deze verordening aan de Gedeputeerde Staten an Friesland volgens hun bericht van den 21sten Decem- er 1927, no. 61, le afdeeling B, in afschrift medegedeeld, tm is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, Den 31 sten December 1927. De Burgemeester en Wethouders voornoemd, P. J. DE HOOP, Burgemeester. P. SIKKES, Secretaris. NwrwwMi'WMijliMW!i»MTOirji).i>„i,iHMMSMNnMMni der kerk, totdat hij noodgedwongen tegen het einde van 'dit jaar of in ’t begin van 1534 hier het stof van zijn voeten schudde en naar het eenig overgebleven klooster zijner orde in het nabijgelegen Wismar vertrok. We leiden dit af uit een zijner brieven, gericht aan den in Rostock achtergebleven ordegenoot, P. Hermannus Otto, een zijner sibste vrienden, die later ook met hem naar Friesland vertrok. Deze brief van 7 April 1534 heeft veel historische waarde, wijl P. Cornelius daarin van uit Wismar vertelde, hoe hij van alle windstreken berichten had ontvangen over de vervolgingen, waaraan speciaal ae Dominicanen in de Duitsche landen blootstonden. Zij werden door het grauw opgejaagd van plaats tot plaats, waren nergens veilig, terwijl hun kloosters gesaeculari- seerd werden. Zij hadden alles verloren, werden het land uitgebannen, terwijl sommigen hunner zelfs met de vun- zigste kerkerholen en gruwelijkste straffen kennis maak ten. Dat alles gebeurde in een tijd, toen hier te lande de eerste bloedgetuigen en martelaars der Hervormden van wege de Katholieke regeering en een hun vijandig gezinde kerkehjke overheid naar den brandstapel of het schavot werden geleid. Wel mogen we zeggen: hooggeroemde godsdienstvrijheid, een waarlijk onwaardeerbaar erfdeel onzer vaderen! Evenwel, ook in Wismar werd P. Cornelius geen lange tijd van rust en meditatie gegund. Ook hier drong de Hervorming langzaam maar zeker door, zoodat ten slotte de kerken, kloosters en gasthuizen werden geconfisqueerd. Opnieuw moest hij nu om een ander heenkomen zoeken. Waarheen thans zijn schreden te wenden? Tenslotte be sloot hij naar zijn oude vaderland terug te keeren. Hij wist, dat in Friesland en de andere gewesten de Katho lieke godsdienst nog de heerschende was, dat deze den steun en de bescherming van den machtigen Karel V als heer der meeste Nederlanden genoot en dat hij onder diens régime in het oude klooster te Leeuwarden zijn laatste levensdagen met meer gerustheid, met beter geeste lijke en zedelijke voldoening zou kunnen doorbrengen dan op deze wijze als balling ’s lands en zwerveling van de eene stad naar de andere te worden verdreven. Boven dien bracht zijn lichamelijke gesteldheid mee, dat hij die vurig begeerde rust dringend noodig had. Zoo ontving Friesland in den zomer van 1534 een zijner edelste zonen in de gestalte van een afgeleefden grijsaard terug, iemand die in het Oosten zijn zending volbracht had, doch als een gebroken, ontmoedigd, gedesillusion- neerd mensch naar het Westen was teruggekeerd. Aan zijn heimwee naar het oude land zijner droomen, naar de geliefde stichting der Cammingha’s tusschen Oude Gracht, Schoenmakersperk en kerk van Nyehove, waar heden ten dage de Groote of St. Jacobskerk met hare massieve statuur en markante omtrekken de herinnering bewaart aan vroegere glorie, aan dit heimnisvol verlangen, van den vergrijsden pater was door de Oppermacht vol daan. Het was voor P. Cornelius een klein weinigje zon neschijn in den grauwen nevel zijns levensavonds. Hoogstwaarschijnlijk kwam P. Cornelius op Frieschen: bodem terug in gezelschap van zijn bovengenoemde orde genoot, P. Hermannus Otto. Immers door diens tusschen- komst werd aan den Leeuwarder prior, P. Danckquardf van lerseken, eenig goudgeld toegeteld, om daarvoor ten behoeve van „Dockter Cornelius te tymmeren” een kamer. Ook gelukte het dien later, om een klein getal boeken, handschriften en sieraden te redden tijdens de destructie des kloosters en deze kostbaarheden mee te- nemen, gelijk blijkt uit een archiefstuk, afgedrukt bij Dr.. Schröder, Kirchengeschichte des evangelischen Mecklen- burgs”. Een jaar is weer voorbij; in den jachten den gang van het hedendaagsche leven zet ten we ons om ons even te bezinnen op wat we in 1927 beleefden. Tenminste de meesten onzer, er zijn maar weinigen die het niet doen en doorjachten, omdat ze aan een terugblik geen behoefte hebben of beweren te hebben. Maar met de meesten zal het wel gaan als met hen, die voor goed hun ge- I boortestreek verlaten, en als de trein hen wegvoert, blij zijn als aan een halte even ge stopt wordt; een laatste blik gaat dan over alles wat daarbuiten is, over al het goede bekende om het beeld van het zoo bevriende landschap nog eens in zich op te nemen tot aanstonds de trein hen weer voortrukt uit dit bekende naar het verre onbekende. Als op zoo’n reis, hecht zich nu, nu we op onze reis door het leven aan een jaar wisseling zijn, aan een halte dus, onze blik ook nog eens aan wat daar achter ons ligt. Nog eens toeven onze gedachten bij wat we in zoo’n jaar hebben ondervonden, nog eens gaat onze blik over het bekende, dat we nimmer meer zullen aanschouwen, omdat er van onze reis geen terugkeer mogelijk is. Is het wel de moeite zoo’n terugblik, wil len we maar niet doen als hij die nooit om ziet, altijd voortijlt, tot hij er hijgend bij neervalt? Dat ware de vlucht voor ons zelf. Zullen we dan geen oogenblik van bezinning kennen op onze sneltreinvaart door het leven, de bezinning die rust geeft te midden van het levensgewoel? I Laten we toch een oogenblik terugzien, Mnu, wat er in 1927 geschiedde, nog zoo dicht I achter ons ligt, ons nog zoo bekend is, zoo- flat we het zoo goed kunnen herkennen, het misschien in beter verhoudingen zien dan Geda ?>pte Paortezj eiheek Kleinzaad Telef. die desgewenscht de geheele reclame-campagne iW® voor U regelt ZliT GE TEVR DEN OVER DE RESUL TATEN, DIE HET U IN ZA<EN BRACHT Zoo niet, kan dan de schuld ook liggen aan de wijze waarop ge tot nu toe reclame hebt gemaakt Is het dan niet gewenscht eens nieuwe wegen te zoeken De kosten daaraan verbonden vallen erg mee en worden nog belangrijk minder nu met 1 Februari porto-verlaging voor drukwerk zal worden ingevoerd. Zorgt, dat ge de voor- deelen der DIRECTE reclame ook voor Uw zaak benut en wendt U om inlichtingen tot De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van SNEEK floen te weten, dat door den Raad dier gemeente in zijne vergadering van 12 December 1927 is vastgesteld de vol gende verordening: De Raad der gemeente Sneek; Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders «d. 8 November 1927, no. 1.778.51(1); BESLUIT: R.-K. Leesbibliotheek St. Martinus. Deze bibliotheek is morgen Zondag 1 als handelaar in Alaska. Als Necia 17 jaar Januari gesloten. Aankondigingen. Kunstavond I. v. A. O. Mevr. Waihout— Dennett komt intusschen weer op de prop- hoewel John Gale beweert dat het kind van den kapitein al jaren dood is en Necia zijn eigen kind is. Bennett doet alsof hij dit ge- De Amicitia Bfoscoop brengt als Iooft> doch wacht zijn kans af. Die komt als rctc hoGfd..u.I.,„vl- „De Slagboom”. De Meade en Necia samen van de goudvelden Indiaansche vrouw van den ruwen zeekapi- terugkeeren, waar zij claims in bezit heb- tein Stark Bennett, krijgt aan boord een ben genomen. Meade heeft Necia tot vrouw ongeluk en stuurman John Gaylord belooft gevraagd, maar als ze thuis komen, vertelt de stervende haar dochtertje buiten de in- i de wraakzuchtige Bennett dat ze zijn doch- vloed van Bennett op te voeden. Gaylord ter en een halfbloed is. Om dit laatste voelt vlucht van boord met de kleine Necia en XT"":" u““"'1 B;?0°r den omkeer in het kerkelijke werd het Pater M/nellus on de hem getrouwen op den duur onmogelijk Rlihaa^i ?n hot Dominicanen klooster van Rostock te Kn m*1- hhj moest het eindelijk opgeven, toen ook de Raad Magistraat der stad naar het kamp der Lutheranen Kef Dat beteekende de officieele ondergang van Kr Ka“10,i.cisme, verdrijving der monniken uit hun kloos- Kz °Ptieffing van dit klooster zelf en gewijzigde bestem- g daarvan. Slechts een enkel stuk is bewaard gebleven, KérHVan die veranderde orde van zaken en omtrent de Ki ii I(jtgevallen van P. Cornelius eenig blijk geeft. Dat Kl 'u' v11* 1533 n°g te Rostock in het klooster verbleef, KrLr Ul^ een oorkonde, waarop zijn handschrift en auto- Krior’ "ta'atuur e- d. alsvolgt: Conventus Rostochensis ilDrin ac ‘n natione orientali provinciae Saxoniae vicarius KanpJr Van het klooster te Rostock en vicarius der Domini- Kj: n van het oostelijk deel der Saksische provincie). Mjj. cheen toen nog in de stilte zijner cel God te dienen de inspraak van zijn geweten en volgens de leer I tl« Ak n ^^K ui 1Z.U1vi vOj Xllvj. LHvil UC J declamatrice, de heer P. Bos, pianist. 3IEUWE SIEEKER COUEAÏI - -_L E*

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1927 | | pagina 1