H I - - Uit onze Raadzaal. NAk Gewetensgeld. 1. ■“•Dit Ho. bestaat uit 3 Bladen- Nieuwstijdingen. rd. 11AKIEZE BRINK Co., MK £,d- Sneek Internationale Vrouwenbond voor Vrede en Vrijheid. BUI ILNLANU. ZATERDM 10 MAART 1138 UitgaveKIEZEBR1NK Co. 44a JAAR8AI8 47 ij: SNEEK, 28 Februari 1928. BESLUIT: L en Aldus enz. Aldus enz. den EN. 5.200.— Jaar. worden, naar de achtererven der te bouwen woningen. 1 e ee Totaal per jaar. Totaal aantal weken. Engeland en Egypte. u de kans op een verbond tusschen Dte en Engeland verkeken is, heeft En- nd medegedeeld zich niet te kunnen enigen met de wetsvoorstellen door de ?tische regeering bij het Egyptisch par- nt ingediend inzake het recht van ver ding en vergaderen. Deze voorstellen en de autoriteiten in hun macht kunnen vakken. Men heeft dus nu een concreet waarbij Egypte en de bezettende mo- heid, Engeland, tegenover elkaar staan No. X 07.352.71(15). Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het aangaan vaneen geldleening, groot f 110.000.—, met de Verzekeringsbank „Vic- tiroa” te Amsterdam, tot dekking van de kos ten van het opspuiten en bouwrijp maken van gronden tusschen den Leeuwarderweg en de Oudvaart. No. 60. Advies van Burgemeester en Wethouders over het adres van W. Feenstra, schipper, wonende te Groningen, houdende verzoek om restitutie van de door hem over de belas tingjaren 1924/1925 en 1925/1926 betaalde gemeentelijke inkomstenbelasting. aan den adressant te berichten, dat zijn verzoek niet ter bevoegder plaatse is ingediend. 1921 1922 1923 1924 1925 1926 1927 9 40 104 132 107 119 121 1934 1938 1943 45 249 634 812 647 564 671 34.22 43.38 34.485 34.83" 30.975 26.45 29.32 Abonnement i per jaar f 2.50 fr, p.p poat f 3.60. Advertentiein i 0 et p. regel. Inge* zonden mededeelingen booger, bij Abonnement belangrij|ke korting Advertentlën worden tevens gratis ge plaatst in ac SNEEKER COURAN7 5 6 6 6 6 5 57/ 308.— 1735.30 3586.50 4598.50 3313.75 3147.25 "3548.25 No. 1.838.1(1). Advies van Burgemeester en Wethouders op het adres van de afdeeling Sneek van den Nederlandschen Kappersbond, houdende verzoek om wijziging van de Verordening op de winkelsluiting in dien zin, dat kappers zaken gedurende den geheelen Zondag voor het publiek gesloten moeten zijn. aandacht. Het is geen kwestie van de eerste SNEEK, 14 Februari 1928. Aan den Gemeenteraad. Door de afdeeling Sneek van den Nederlandschen Kap persbond is het hierbij gevoegde adres tot U gericht, waarin wordt verzocht in de Verordening op de winkel sluiting een bepaling op te nemen, dat kapperszaken des Zondags niet voor het publiek geopend mogen zijn. Naar aanleiding hiervan deelen wij U mede, dat de bij den bedoelden bond aangesloten kappers alhier onder ling overeengekomen zijn hun zaken des Zondags voor het publiek gesloten te houden. Het is echter gebleken, dat eenige kappers zich niet steeds aan de overeengekomen sluiting houden en binnen de in de genoemde verordening toegelaten uren hun salons des Zondags voor het publiek open stellen, waardoor de in onderling overleg bereikte Zondagssluiting dreigt te mislukken. Wij achten dezen inbreuk op het prijzenswaardig initia tief van den bond niet gewenscht. Teneinde een conse quente doorvoering van de sluiting van de kapperszaken op Zondag mogelijk te maken meenen wij, dat het aan beveling verdient het verzoek in te willigen. Wij geven U daarom in overweging daartoe over te gaan. Het door den Commissaris van Politie omtrent deze aangelegenheid uitgebracht rapport, waarmede wij ons niet geheel hebben kunnen vereenigen, leggen wij hierbij over. Wij stellen U voor het volgende besluit te nemen: De Raad der gemeente Sneek; Gelezen het adres van de afdeeling Sneek van den Nederlandschen Kappersbond, houdende verzoek om wijzi ging van de Verordening op de Winkelsluiting in dien zin, dat kapperszaken gedurende den geheelen Zondag voor het publiek gesloten moeten zijn; Gelet op het advies van Burgemeester en Wethouders d.d. 14 Februari 1928, no. 1.838.1(1); BESLUIT: de Verordening op de winkelsluiting in dier voege te wijzigen, dat aan artikel 1, le lid, sub c, wordt toegevoegd: „en voorzooveel barbierswinkels en kapperssalons betreft gedurende den geheelen Zondag”. Aldus enz. No. X 07.155.2(1). Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het geven van namen aan nieuw aan te leggen straten tusschen den Leeuwarderweg en de Oudvaart. Samen f 14.500/ In totaal zullen de uitgaven dus f 10.000.-F f 14.500. f 24.500.beneden de raming blijven. Hier staat echter tegenover, dat eenige hoogere kosten zijn gemaakt door het vervoeren van den aanwezigen zwarten grond van de terreinen, die opgespoten zullen Gemiddeld bedrag per i persoon. jft: ■ml” ive* 4.500.— dgf Mo* 47 Eerste BBarf lifliliil Orgni hr haiiiti M. Yanehfat (JDTIDAGB es VBUDA®3AT®NDS Bmnm Sta 159. B. en W. hebben den raad de volgende voorstellen aan geboden: iGemiddeld aantal I weken per persoon. I (Tusschentijdsche verkiezing in Engeland. be laatste tijd zijn de liberalen bij tus- lentijdsche verkiezingen in Engeland aan 1 winnende hand. Nu hebben zij weer een servatieve parlementszetel te St. Ives - werd. Mevrouw Runciman is de geluk- haar man is reeds Lagerhuislid; voor erste maal in de Engelsche geschiedenis t nu een echtpaar zitting. eigend. Wij zouden dan: a. de drie straten, aan te leggen loodrecht op den Leeuwarderweg, respectievelijk langs de noordoostzijde van het gebouw, eigen aan D. van der Heij, langs de SNEEK, 21 Februari 1928.* Aan den Gemeenteraad. Gevolg gevende aan de‘in Uwe vergadering van 14 Fe bruari jl. tot ons gerichte uitnoodiging om, met intrekking van ons desbetreffend voorstel d.d. 4 Januari -jl. no. X 07.155.2(1), voor de nieuw aan te leggen straten op het bouwterrein tusschen den Leeuwarderweg en de Oud vaart andere, niet aan oude zeevaarders ontleende namen te kiezen en aan U voor te dragen, komen wij thans met een collectie namen, ontleend aan de voor onze stad zoo bij uitstek karakteristieke watersport. De onderwerpelijke straten zijn o. i. door hun ligging in de nabijheid van de jachthaven aan de Oudvaart wel in het bijzonder tot het dragen van dergelijke namen ge- Aan den Gemeenteraad. Door W. Feenstra, schipper, wonende te Groningen, is tot U het hierbijgevoegde adres gericht, waarin verzocht wordt om restitutie van de door hem over de belasting jaren 1924/1925 en 1925/1926 betaalde gemeentelijke inkomstenbelasting. Dit verzoek is klaarblijkelijk gegrond op de missive van den Minister van Financiën van 12 Augustus 1924, B No. 192, die wij mede hierbij overleggen. Uit door den Inspecteur der directe belastingen c. a. alhier, le afdeeling, verstrekte inlichtingen is ons gebleken, dat de adressant in de genoemde belastingjaren niet in de gemeentelijke inkomstenbelasting van Sneek is aan geslagen geweest. Wij hebben Feenstra daarom verzocht de desbetreffende aanslagbiljetten aan ons ter inzage te zenden, waaraan door hem bij schrijven van 7 Februari 1.1. gevolg is gegeven. Deze aanslagbiljetten betreffen o. m. de gemeentelijke inkomstenbelasting voor de gemeente Amsterdam, en niet voor de gemeente Sneek. Wij hebben ons daarna nog gewend tot den Ontvanger der directe belastingen c. a., alhier, met het verzoek ons te berichten, of hem wellicht iets omtrent den aanslag van Feenstra in de gemeentelijke inkomstenbelasting van Sneek bekend was, en zoo ja, of in de uitkeeringen aan den ontvanger dezer gemeente ingevolge het bepaalde in artikel 243/? der Gemeentewet, betreffende die belasting over de genoemde belastingjaren ook door Feenstra be taalde bedragen begrepen geweest zijn. Bij dezen ambte naar is daaromtrent echter ook niets bekend. De over deze aangelegenheid gevoerde correspondentie voegen wij hierbij. Aangezien uit de van de rijksbelastingadministratie ont vangen inlichtingen blijkt, dat Feenstra niet in de gemeen telijke inkomstenbelasting van Sneek over de belasting jaren 1924/1925 en 1925/1926 is aangeslagen geweest, zijn wij van meening, dat zijn verzoek niet aan het juiste adres gericht is. Wij laten hierbij buiten beantwoording de vraag, of hij door blijkbaar te verzuimen tijdig bezwaren in te dienen bij den Inspecteur der directe belastingen c. a., die de aanslagen heeft vastgesteld, en daarna eventueel bij den Raad van beroep voor de directe belastingen tot wiens rechtsgebied de gemeente van aanslag behoort, zijn rech ten op teruggaaf der betaalde belasting heeft verloren. Ook gaan wij niet in op de vraag, of, indien hij wel in de gemeentelijke inkomstenbelasting van Sneek over de ge noemde belastingjaren aangeslagen geweest was, de Raad bevoegd geweest zou zijn hem restitutie van die belasting te verleenen. Wij stellen U voor het volgende besluit te nemen: De Raad der gemeente Sneek; Gele'zen het adres van W. Feenstra, schipper, wonende te Groningen, houdende verzoek om restitutie van de door hem over de belastingjaren 1924/1925 en 1925/1926 be taalde gemeentelijke inkomstenbelasting; Gelet op het advies van Burgemeester en Wethouders d.d. 28 Februari 1928, no. 60; BESLUIT:' Hiermede is een uitgaaf van f2.500.gemoeid geweest. In totaal zal derhalve gedekt moeten worden een bedrag aan uitgaven van f 134.000.f24.500.f2.500.— f 112.000.—, of rond f 110.000.— Dit bedrag zal uit een geldleening moeten worden ge vonden. Door de Incassobank te Leeuwarden is, blijkens hierbij overgelegde brieven als vertegenwoordigster van de Ver zekeringsbank „Victoria”, het aanbod gedaan aan de ge meente het benoodigde bedrag onderhands te leenen óp scliuldbekentenis, onder de volgende voorwaarden: a. de looptijd der leening moet ongeveer 30 jaren zijn: b. de uitgifte zal plaats hebben a pari; c. de rente zal bedragen 4% d. versterkte aflossing zal gedurende de eerste vijf jaren niet mogen plaats vinden. De Incasso-bank heeft voor haar bemoeiingen een be- middelingsprovisie van bedongen. De door de verzekeringsbank „Victoria” gestelde lee- ningsvoorwaarden komen ons billijk voor. Zij steken niet ongunstig af bij de condities, waaronder andere Friesche gemeenten in de laatste maanden leeningen konden plaatsen. Bij uitgifte der leening in obligatiën zouden zeer waarschijnlijk geen gunstiger voorwaarden kunnen worden bedongen, terwijl dan belangrijke zegel- en drukkosten betaald zouden moeten worden, die nu bespaard kunnen blijven. Wij stellen U dan ook voor het aanbod van de verzeke ringsbank „Victoria” te aanvaarden. De aflossing zouden wij alsvolgt wenschen te zien ge regeld: gedurende elk der jaren 1929 tot en met 1937 f 2000.— 1938 1942 - 4000.— 1943 1958 -4500.— behoudens eventueele geheele of gedeeltelijke vervroegde aflossing behalve in de eerste vijf jaren. De datum van storting zou bepaald kunnen worden op 15 April 1928. Naar den eisch van het Provinciaal blad no. 86 van 1923 hebben wij in Uw te nemen besluit den naam van de geldschietster vermeld. Wij geven U in overweging het volgende besluit te nemen: De Raad der gemeente Sneek; Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 14 Februari 1928, no. X 07.352.71 (15) zuidwestzijde van de Roomsch-Katholieke meisjesschool en langs de noordoostzijde van het Sint-Bonifaciusgesticht, zuidoostwaarts naar de Oudvaart en op bijgevoegde kaart gemerkt a, bb en c willen noemen respectievelijk: Regenboogstraat, Boeierstraat en Jachthavenstraat; b. de beide straten, welke zullen loopen van de Regen boogstraat naar de Boeierstraat en op bijgevoegde kaart onderscheidenlijk gemerkt d en e, respectievelijk Tjotter- straat en Jollenstraat, terwijl wij wat betreft c. de nieuw aan te leggen straat langs de Oudvaart tusschen de Regenboogstraat en de Jachthavenstraat handhaven ons voorstel d.d. 4 Januari jl., nl. om den naam le Oosterka.de- voortaan ook voor deze straat te doen gelden. Wij stellen U mitsdien voor te nemen het volgende besluit: De Raad der gemeente Sneek; Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 21 Februari 1928, no. X 07.155.2(1); BESLUIT: a. aan de drie straten, aan te leggen loodrecht op den Leeuwarderweg, respectievelijk langs de noordoostzijde van het gebouw, eigen aan D. van der Heij, laiigs de zuidwestzijde van de Roomsch-Katholieke meisjesschool en langs de noordoostzijde van het Sint-Bonifaciusgesticht, zuidoostwaarts naar de Oudvaart en op bijgevoegde kaart gemerkt a, bb en c de namen te geven onderscheidenlijk van: Regenboogstraat, Boeierstraat en Jachthavenstraat; b. aan beide straten, welke de Regenboogstraat en de Boeierstraat onderling zullen verbinden en op bijgevoegde kaart onderscheidenlijk gemerkt d en e de namen te geven respectievelijk van: Tjotterstraat en jollenstraat; c. te bepalen, dat de naam le Oosterkade in het vervolg niet alleen zal gelden voor de straat, loopende van den Leeuwarderweg bij de Oosterpoortsbrug zuidoostwaarts langs de Stadsgracht zooals dat tot heden het geval is, doch ook voor de nieuw aan te leggen straat langs de Oudvaart tusschen de Regenboogstraat en de Jachthaven straat en op bijgevoegde kaart gemerkt Aldus enz. SNEEK, 14 Februari 1928. Aan den Gemeenteraad. Door U werd in de vergadering van 31 Mei 1927 onder no. 7 o. m. besloten over te gaan tot opspuiting van gron den tusschen den Leeuwarderweg en de Oudvaart en tot het volledig inrichten van die gronden tot bouwterrein. In ons voorstel, dat tot het nemen van dit besluit heeft geleid (bijlage no.442 tot het raadsverslag 1927), werd aan de hand van een door den gemeente-architect opge maakte begrooting het bedrag, dat in totaal met de uit voering van deze werken gemoeid zou zijn, op f 134.000. gesteld. Het toen opgemaakte overzicht van kosten leggen wij hierbij weder over. De uitgaven, welke thans nog moeten worden gedaan, zullen beneden het genoemde bedrag blijven, en wel op grond van het volgende: In het overzicht waren mede opgenomen de kosten van de in den Leeuwarderweg gelegde rioleering, uitgevoerd in 1922, en die van slootdemping en trottoiraanleg aan den Leeuwarderweg tot de R.-K. Meisjesschool, uitgevoerd in 1926 en reeds in de rekening over dat jaar opgenomen. Een bedrag van f 10.000.in het overzicht vermeld, was derhalve reeds betaald. Ook in verband met de omstandigheid, dat de opspuiting van den grond niet tot die breedte zal worden uitgevoerd als waarvan bij den opzet der begrooting werd uitgegaan en de doortrekking van straten en riolen over de terreinen, die nog in eigendom toebehooren aan de heeren Wierda en Kuperus, niet kan worden uitgevoerd, zullen de werke lijke uitgaven beneden de raming blijven en wel met de volgende bedragen: a. minder zandopspuiting, 4000 M.3 a f 1.30 b. minder kosten van opspuiting wegens een lagere aannemingssom dnn waarop gerekend was (f 1.10 per M.3 in plaats van f 1.30 per M.3), 24.000 M.3 a f0.20 c. minder straataanleg en rioleering (nl. niet op de terreinen van Wierda en Kuperus) No. 1.842.97(2). Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wijziging van het raadsbesluit van 14 Juli 1921, no. 16, betreffende het verleenen van steun aan „uitgetrokken” en „nog niet reglementair rechthebbende” werkloozen. SNEEK, 28 Februari 1928. Aan den Gemeenteraad. De aan Gedeputeerde Staten ter goedkeuring ingezonden gemeentebegrooting voor 1928 gaf dat college aanleiding tot het maken van enkele opmerkingen. Na gevoerde cor- respondentie werd omtrent alle aangevoerde bedenkingen overeenstemming verkregen, behalve ten aanzien van het bezwaar, door Gedeputeerde Staten gemaakt tegen het nog steeds voortduren van de steunverleening aan „uit- z getrokken” en „nog niet reglementair rechthebbende” werkloozen. (Volgno. 444). Onzerzijds was op verzoek van het genoemde college het volgende overzicht verstrekt van den verleenden steun over de jaren 1921 tot en met 1927. Aantal verschil lende personen. -J- r rken )p 6 Maart werd alhier opgericht een af- j ,ing van de Internationale Vrouwenbond JlvP Vrede en Vrijheid met aanvankelijk 90 Ji. Het doel der vereeniging is, in alge- ne termen uitgedrukt, den groei der esgedachte te bevorderen en dan wel in erste plaats onder en door de vrouwen. ij den Inspecteur der directe belastingen te Sneek, le afdeeling, werd ontvangen 23.65 gewetensgeld wegens vroeger te nlg betaalde helaatingeri. Terwijl de Volkenbondscommissie voor jrbitrage en veiligheid nog bezig was aan jet uitkerken van model tractaten, die voor lopig de eenige tastbare uitkomsten van Jet langgerekte debat beloven te zullen vorden, is de Volkenbondsraad te Genève 3 zijn Maart-zitting bijeengekomen. Van de pderwerpen die er op de agenda staan, rekt de kwestie, die tusschen de Kleine aitente en Hongarije over de jongste wa- ^nsmokkelarij hangende is, het meest de 'L--o-- - - grootte, maar als precedent zal de wijze waarop men haar regelt haar waarde heb- b|n. ^Hongarije, waar de militaire controle van .ia den oorlog afgeschaft is, evenals in de ‘pierige centrale landen, heeft tegen het ver red van de bepalingen van het vredes-trac- aat machine-geweren ingevoerd en toen dat i&tdekt werd, de wapenen fluks laten vee rtigen, om het onderzoek te bemoeilijken, staten van de Kleine Entente, die de iste belanghebbenden zijn bij verboden oorlogstoerustingen van Hongarije, wen sten deswege de procedure voor een on derzoek door militaire deskundigen onder Ispiciën van den Volkenbond vastgesteld «zien en vervolgens in het land een nieuwe (spectie te laten houden. Hongarije verzet ifch hiertegen en vermoedelijk zal van zulk dn straffen maatregel niets komen, omdat et machtige vrienden in den Raad heeft, talië bv. dat nauwe betrekkingen met de -Ipngaren aankweekt en waar de machine- eweren vandaan zouden zijn, en Duitsch- ahd dat nog een bijzondere reden heeft, om m' deze zaak aan Hongaarsche zijde te •‘aan. Deze bijzondere reden is dat de Vol- nbondsraad uitgenoodigd is, een proce- ure vast te stellen die in dergelijke om- et met tandigheden later ook tegen Duitschland 80, 2 egepast zou kunnen worden, indien het in piegel. ’•itair opzicht dingen mocht doen welke t bij het tractaat van Versailles verboden i n. Men herinnert zich dat, na de afschaffing n de militaire controle door de geallieer- J n in Duitschland, de vraag hoe de Vol inbond handelen moet in gevallen, waarin n nieuw onderzoek daar noodig geoor- 'eld mocht worden, niet afdoende geregeld Duitschland’s waardigheid zou tegen het ■■^.nkbeeld van nieuwe pottenkijkers in zijn rsenaal in verzet komen, zoo goed als men ■i Hongarije zulk een houding ziet aanne- en. Het laat zich, als men op de berichten t Genève af mag gaan, aanzien dat de olkenbondsraad de gevoeligheid der Hon- aren zal trachten te ontzien, zonder na- urlijk de Kleine Entente voor het hoofd stooten. De verwachting is daarom dat inspectie zwl geschieden door een com- ssie van burgerlijke deskundigen die tech- 3ch niet voldoende op de hoogte zijn, om i’herp toe te kunnen kijken. Andere over- onnen staten zouden dan een precedent bben, om zich op te beroepen, wanneer ft later het vuur te na aan de schenen fegd werd, aldus de N. Rt. Ct. adere berichten uit Genève melden dat Igarije zeer brutaal is opgetreden. Zijn «vaardigde verzocht den Raad geen on- ftoek in te stellen omdat de betrekkingen fchen zijn land en de nabuurstaten al niet itfitterend waren en een onderzoek die nog 3|hter zou maken! Er is echter een corn lie van onderzoek uit neutrale burger- ■■4 leden bestaand, ingesteld waarin ook i Nederlander zitting heeft. 4 behoudens goedkeuring der Gedeputeerde Staten met de verzekeringsbank „Victoria” te Amsterdam een geldlee ning, groot f 110.000.,aan te gaan, teneinde daarmede te dekken de uitgaven, gemoeid met de opspuiting en het bouwrijp maken van gronden tusschen den Leeuwarderweg en de Oudvaart, onder de volgende voorwaarden: le. de uitgifte der leening vindt plaats op onderhandschc schuldbekentenis; 2e. de leening wordt uitgegeven tegen pari-koers; 3e. de rente bedraagt 4% 4e. de storting van het bedrag der leening heeft plaats ten kantore van den gemeente-ontvanger van Sneek op 15 April 1928; 5e. de betaling der jaarlijksche rente heeft plaats in twee gelijke termijnen, verschijnende op 15 Aprihen 15 Oktober van ieder jaar, voor het eerst op 15 October 1928;' 6e. de geldleening zal a pari worden afgelost. De aflossing bedraagt: in elk der jaren 1929 tot en met 1933 f2000.— 1937 ten minste -2000.— 1942 -4000.— 1958 -4500.— 7e. de gemeente behoudt zich het recht voor om, uit gezonderd in de jaren 1929 tot en met 1933, te allen tijde tot vervroegde geheele of gedeeltelijke aflossing over te gaan. Van het voornemen tot vervroegde geheele of ge deeltelijke aflossing wordt door haar ten minste drie maan den van te voren aan de geldschietster kennis gegeven; 8e. ter verzekering van de gerégelde betaling der ver schenen rente en aflossing van de geldleening worden de daartoe vereischte sommen op den gewonen dienst van de begrooting der gemeente gebracht; alle gewone middelen der gemeente worden daarvoor verbonden, en voor zooveel de aflossing betreft, zoo noodig, ook de buitengewone middelen; 9e. aan de Incasso-bank te Leeuwarden wordt voor de door haar verleende bemiddeling bij de plaatsing der geld leening door de gemeente een provisie van van het bedrag der geldleening toegekend; 10e. de kosten, die op het sluiten der geldleening vallen, worden door de gemeente gedragen. 1” B» 1 f i n 9»! ast. je»; uur ider ®k. «la. Lig® 4.800.— f JIEUWE SNEEZER CDÏÏRANT - annex SHEERER COURAHT en VYMBRITSERADEEL x Genève.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1928 | | pagina 1