Uit onze Raadzaal Dit No. bestaat uit 3 bladen. s, Olympiade Brief. ffltieel Orgaan der Geieeeole Sneed Eerste blad Nn. 91 44e Jaargang KIEZE BRINK Co., Zaterdag; 11 Augustus 199S BR SIEÉKÊË C OIBffï - annex SNEEKER COURANT an WYMBRITSERKDEEL tek. J Uitgave KIEZEBR1NK Co aai BESLUIT: Aldus enz. n ze SNEEK, 31 Juli 1928 i Aan den Gemeenteraad. i Juli 1928. Aldus enz. J SNEEK, 24 Juli 1928. r t d. k SNEEK, 24 Juli 1928. Aan den Gemeenteraad. SNEEK, 31 Juli 1928. Aan den Gemeenteraad. ■n ik rou- ?rijp ië is leeft itaal ten iren. it te dig- den 5 en VI. No. X 07.352.18(5). Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot aanbieding van de gemeenterekening over 1927. hem elijk aar- eins egaf van ge- zijn ;ong ach- No. X 07.351.34(3). Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot onderhandsche verhuring aan P. Jansen van een gedeelte van het terrein der gemeen- te-reiniging en tot het verleenen van ver gunning aan hem tot het bouwen daarop van een gebouwtje voor het smelten van vet en het zouten van darmen. A I. In afwijking van het geldende huurcontract met ingang van 1 October 1928 aan IJ. Rienstra, paardenslager, wo nende te Sneek, de huur op te zeggen van het perceel, kadastraal bekend gemeente Sneek, Sectie C, no. 1724; II. Behoudens goedkeuring van de Gedeputeerde Staten met ingang van 1 October 1928 het sub 1 bedoelde perceel onderhands te verhuren aan S. Bakker, paardenslager, wonende te Sneek, voor den huurprijs van vijf en twintig gulden (f 25.per jaar en verder onder de volgende voorwaarden: le. de verhuring geschiedt voor den termijn van 1 Octo ber 1928 af tot 1 Januari 1929, onder bepaling, dat de huur daarna telkens stilzwijgend met een jaar wordt ver lengd, zoolang niet door één der partijen opzegging heeft plaats gehad; 2e. wanneer één der partijen de huur wil doen eindigen, moet daarvan bij eenvoudige schriftelijke kennisgeving opzegging geschieden ten minste drie maanden voor het eindigen van het dan loopende huurjaar; 3e. de jaarlijksche huursom moet bij vooruitbetaling in één termijn vóór den len Februari worden betaald ten kantore van den directeur-boekhouder der gemeente- reiniging; met afwijking hiervan moet de betaling der huursom voor het tijdvak van 1 October 1928 af tot 1 Januari 1929, bedragende f6.25, vóór 1 November 1928 op het vorenbedoelde kantoor worden betaald. Bij gebreke van tijdige betaling zal de huurovereenkomst dadelijk worden geacht ontbonden te zijn, zonder dat eenige som matie of ingebrekestelling van de zijde der verhuurster noodig is; 4e. de huurder mag op het gehuurde terrein een opstal houden voor het slachten van paarden, het rooken van vleesch en het smelten van vet; wijziging in de inrichting van den thans bestaanden opstal behoeft de goedkeuring van Burgemeester en Wethouders; 5e. de aan- en afvoer van goederen naar en van het op het te verhuren perceel staande gebouw mag niet anders plaats hebben dan met inachtneming der door Burge meester en Wethouders te geven voorschriften; 6e. binnen een jaar na het eindigen van den huurtijd moet het sub 5e. bedoelde gebouw en verder alles, wat aan den huurder behoort, door en op zijn kosten zijn ver wijderd, bij gebreke waarvan een en ander onmiddellijk na het verstrijken van den gestelden termijn het eigendom der gemeente Sneek wordt; 7e. de kosten, die op de te sluiten overeenkomst vallen, zijn evenals de grondbelasting en andere op den opstal rustende lasten van 1 October 1928 af, voor rekening van den huurder. No. 208. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om een schriftelijke verklaring af te geven betreffende den diensttijd van J. L. Dijkhuis als tijdelijk leeraar aan de gemeentelijke hoogere burgerschool over het tijdvak 8 Sep tember 1903—14 October 1903. B. en W. hebben den raad de volgende voorstellen aangeboden: No. 1.812.11(2). Voorstel van Burgemeester en Wethouders om hen te machtigen met de Nederlandsche Tramweg Maatschappij, gevestigd te Utrecht, een overeenkomst aan te gaan omtrent het onderhoud van de bestratingen in en naast den tramweg in de gemeente en van de Noor- derpoortsbrug, de brug over het Kleinzand en de Oppenhuizerbrug. No. X 07.351.34(3). Advies van Burgemeester en Wethouders omtrent het adres van IJ. Rienstra en S. Bakker, houdende verzoek om de huur van het perceel, kadastraal bekend gemeente Sneek, Sectie C, no. 1724, liggende op het Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 219 der Gemeentewet bieden wij U hierbij aan de rekening van in komsten en uitgaven der gemeente over 1927, vergezeld van alle daarbij behoorende stukken. Ingevolge het bepaalde in artikel 220 der aangehaalde wet leggen wij tegelijk aan U over een ontwerp-besluit tot voorloopige vaststelling der bedoelde rekening. Abonnement: per jaar f2.50, fr. per post f3.75. Advertentiën: 9 ct. per regel. Inge zonden mededeelingen hooger, bij Abonnement belangrijke korting. Advertentiën worden tevens gratis ge plaatst in de SNEEKER COURANT Verschijnt DINSDAGS en VRIJDAGSAVONDS Uitgevers: SNEEK TELEFOON No. 150. SNEEK, 16 Aan den Gemeenteraad. De commissie voor rekeningen en begrootingen ontving ,ter adviseering de rekening en verantwoording van ont vangsten en uitgaven betreffende de rente van het legaat van wijlen mej. Wed. Jorritsma over het jaar 1927. De ontvangsten bedroegenf 329.56 de uitgaven-326.15% terrein der gemeentereiniging, voor IJ. Rien stra te doen .eindigen en dat perceel aan S. Bakker te verhuren. Een schriftelijke verklaring af te geven, waaruit blijkt, dat het de bedoeling is geweest den heer J. L. Dijkhuis In het hierbij gevoegde adres wordt door IJ. Rienstra en S. Bakker, beiden paardenslager, wonende te Sneek, verzocht om de huur van het perceel, kadastraal bekend gemeente Sneek, Sectie C, no. 1724, liggende op het terrein der gemeente-reiniging, voor IJ. Rienstra te doen eindigen en dat perceel onder dezelfde voorwaarden, als thans voor dezen gelden, te verhuren aan S. Bakker. Het perceel, kadastraal bekend gemeente Sneek, Sectie C, no. 1724 (oorspronkelijk no. 2013 ged.) werd ingevolge het raads besluit van 29 Maart 1920, no. 16, gewijzigd bij dat van 4 September 1923, no. 12, onder goedkeuring van de Gede puteerde Staten voor f 25.per jaar aan IJ. Rienstra verhuurd. Krachtens het geldende huurcontract kan de huur van het vorenbedoelde perceel na opzegging slechts eindigen met ingang van 1 Mei. Inwilliging van het verzoek brengt mede, dat van deze bepaling omtrent de huureindiging zal moeten worden afgeweken. Wij zijn van meening, dat in dit geval daar tegen geen bezwaren zijn aan te voeren. Aangezien bij ons ook overigens geen bedenkingen tegen de inwilliging van het verzoek bestaan, stellen wij U voor de huur van het genoemde perceel met ingang van 1 Octo ber e.k. dus in afwijking van de contractueele bepalin gen aan IJ. Rienstra op te zeggen en dat perceel met ingang van denzelfden datum in huur toe te wijzen aan S. Bakker. Behoudens een enkele afwijking zouden wij de voor waarden, die thans voor IJ. Rienstra gelden, zooveel mogelijk ook aan S. Bakker willen opleggen. Wij hebben de te stellen bedingen geformuleerd als in het hierbij be hoorende concept-besluit is aangegeven. Bij de commissie voor de gemeente-reiniging, wier advies omtrent het adres wij hierbij overleggen, bestaan tegen de opzegging der huur aan IJ. Rienstra en de verhuring van het bedoelde perceel aan S. Bakker geen bedenkingen. Wij geven U in overweging het volgende besluit te nemen: De Raad der gemeente Sneek; Gelezen het adres d.d. 27 Juni 1928 van IJ. Rienstra en S. Bakker, beiden paardenslager, wonende te Sneek, houdende verzoek om de huur van het perceel, kadastraal bekend gemeente Sneek, Sectie C, no. 1724, liggende op het terrein der gemeente-reiniging, voor IJ. Rienstra te doen eindigen en dat perceel aan S. Bakker te verhuren; Gelet op het advies van Burgemeester en Wethouders d.d. 24 Juli 1928, no. X 07.351.34(3); Door den heer J. L. Dijkhuis, leeraar aan de rijks hoogere burgerschool alhier, is tot den Pensioenraad het verzoek gericht om de periode van 8 September 190314 October 1903, gedurende welke hij als tijdelijk leeraar aan de destijds gemeentelijke hoogere burgerschool werkzaam was, te doen medetellen bij zijn diensttijd, waarnaar te zijner tijd het pensioen zal worden berekend. In verband hiermede heeft de Pensioenraad ons verzocht om toezending van het desbetreffende benoemingsbesluit. De heer Dijkhuis is echter gedurende het genoemde tijd vak aan de gemeentelijke hoogere burgerschool zonder formeele aanstelling werkzaam geweest. Ingevolge het bepaalde in artikel 133, 3e lid, der Pen sioenwet 1922, S. 240, geldt in dit geval als aanstelling een schriftelijke verklaring van de tot benoemen bevoegde autoriteit in casu van den Raad dat het de bedoeling is geweest den betrokkene als ambtenaar werkzaam te doen zijn. Met het oog hierop stellen wij U voor een zoodanige verklaring voor den heer Dijkhuis af te geven door daartoe het volgende besluit te nemen: De Raad der gemeente Sneek; Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 31 Juli 1928, no. 208; BESLUIT: adviseert tot goedkeuring daarvan. Namens de Commissie: D. ZUIDERBAAN, Voorzitter. U. SIJTEMA, Rapporteur. evenmin als bij ons bezwaar tegen inwilliging van het verzoek. De commissie adviseert om aan Jansen dat gedeelte grond in huur toe te wijzen, dat ten zuid-oosten van het door J. Langeraap gehuurde terrein (Sectie C, nos. 2227 en 2468) ligt en ten noordwesten van het door IJ. Rienstra gehuurde terrein (Sectie C, no. 1724). Het komt ons ge- wenscht voor, dat de door Jansen te huren grond door de commissie voor de gemeente-reiniging te zijner tijd nauwkeurig wordt aangewezen. Het rapport van de commissie leggen wij hierbij over. Wij stellen U voor het volgende besluit te nemen: De Raad der gemeente Sneek; Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 24 Juli 1928, no. X 07.351.34(3); BESLUIT: Behoudens goedkeuring van de Gedeputeerde Staten met ingang van 1 October 1928 aan P. Jansen, handelaar in slachtproducten, wonende te Sneek, onderhands te ver huren een gedeelte ter grootte van 24 M.2 van het terrein der gemeente-reiniging, kadastraal bekend gemeente Sneek, sectie C, no. 2623, voor den huurprijs van vier en twintig gulden (f24.per jaar en verder onder de vol gende voorw.aarden le. de verhuring geschiedt voor den termijn van 1 Octo ber 1928 af tot 1 Januari 1929, onder bepaling, dat de huur daarna telkens stilzwijgend met een jaar wórdt ver lengd, zoolang niet door één der partijen opzegging heeft plaats gehad; 2e. wanneer één der partijen de huur wil doen eindigen, moet daarvan bij eenvoudige schriftelijke kennisgeving opzegging geschieden ten minste drie maanden voor het eindigen van het dan loopende huurjaar; 3e. de jaarlijksche huursom moet bij vooruitbetaling in één termijn vóór den len Februari worden betaald ten kantore van den directeur-boekhouder der gemeente- reiniging; met afwijking hiervan moet de betaling der huursom voor het tijdvak van 1 October 1928 af tot 1 Januari 1929, bedragende f6.vóór 1 November 1928 op het vorenbedoelde kantoor worden betaald. Bij gebreke van tijdige betaling zal de huurovereenkomst dadelijk worden geacht ontbonden te zijn, zonder dat eenige som matie of ingebrekestelling van de zijde der verhuurster noodig is; 4e. het te verhuren gedeelte grond van 24 M.2 zal aan den huurder nader worden aangewezen door de commissie voor de gemeente-reiniging; 5e. de huurder mag op den gehuurden grond een ge bouwtje plaatsen voor het smelten van vet en het zouten van darmen overeenkomstig de aan hem te verleenen hin derwetvergunning, en onder goedkeuring, voorzooveel het uiterlijk betreft, van de commissie voor de gemeente-reini ging; 6e. de aan- en afvoer van goederen naar en van het sub 5e bedoelde gebouwtje mag niet anders plaats hebben dan met inachtneming van de door Burgemester en Wet houders te geven voorschriften; 7e. binnen een jaar na het eindigen van den huurtijd moet het sub 5e bedoelde gebouwtje en verder alles, wat aan den huurder behoort, door en op zijn kosten zijn ver wijderd, bij gebreke waarvan een en ander onmiddellijk na het verstrijken van den gestelden termijn het eigendom der gemeente Sneek wordt; 8e. de kosten, die op de te sluiten overeenkomst vallen, zijn evenals de grondbelasting en andere op den opstal rustende lasten van 1 October 1928 af, voor rekening van den huurder. Voordeelig saldo f 3.40% De commissie, die de rekening in orde heeft bevonden, j SNEEK, 17 Juli 1928. Aan den Gemeenteraad. Vóór het tot stand komen van de wet van 15 December 1917, S. 703, houdende voorschriften omtrent den aanleg en de instandhouding van spoorwegen, waarop uitsluitend met beperkte snelheid wordt vervoerd, op wegen, niet onder beheer van het rijk, was door de gemeente met de Nederlandsche Tramweg Maatschappij, gevestigd te Utrecht, in 1914 een overeenkomst gesloten, waarbij de gemeente aan die maatschappij vergunning verleende voor het hebben van een tramweg door de gemeente Sneek. De genoemde wet van 1917 bepaalt echter in artikel 2, dat voor den aanleg en de instandhouding of alleen voor de instandhouding van een spoorweg op wegen, niet in beheer bij het rijk, door de Gedeputeerde Staten een ver gunning moet worden verleend. Zoolang de Nederlandsche Tramweg Maatschappij deze vergunning nog niet van de Gedeputeerde Staten had verkregen, liep de vorenbedoelde overeenkomst tusschen de gemeente en de maatschappij door. Thans is aan de maatschappij echter de vereischte ver gunning voor het instandhouden van den tramweg van Sneek naar Heerenveen, voorzoover deze op openbare wegen, niet onder beheer van het rijk, is gelegen, ver leend. Deze vergunning is opgenomen in het hierbij ge voegde provinciaal blad no. 46 van 1928. De in 1914 door de gemeente verleende vergunning is hierdoor komen te vervallen. Het onderhoud van de bestratingen en van de Noorder- poortsbrug, de brugj over het Kleinzand en de Oppen huizerbrug, voorzoover dat krachtens de bedoelde over eenkomst tusschen de gemeente en de maatschappij bij deze laatste berustte, is thans weder ten laste van de gemeente gekomen. Artikel 7 der aangehaalde wet bepaalt, dat de schade, die voor de beheerders der wegen of voor andere recht hebbenden op de wegen voortvloeit uit den'aanleg en de instandhouding daarop van spoorwegen krachtens een door de Gedeputeerde Staten verleende vergunning, door den concessionaris moet worden vergoed. De vordering daartoe moet worden ingesteld voor den rechter van het kanton of, ter keuze van den eischer, van één der kantons, waarin de weg is gelegen. Op grond hiervan zou de gemeente jaarlijks de haar door de aanwezigheid van de trambaan veroorzaakte schade aan de maatschappij kunnen declareeren. Het is te voorzien, dat de bepaling van het bedrag dezer schade herhaaldelijk tot meeningsverschillen aanleiding zal geven. Procedures zullen daarvan het gevolg zijn. Om deze moeilijkheden, die wij in de toekomst verwach ten, te vermijden, zijn wij met de directie der Nederland sche Tramweg Maatschappij in overleg getreden over de vraag, hoe deze meeningsverschillen zouden kunnen wor den voorkomen. De aangewezen weg daarvoor leek onè deze, dat de vergoeding van de maatschappij aan de gemeente wegens de door de aanwezigheid van de trambaan veroorzaakte hoogere onderhoudskosten bij voorbaat contractueel werd geregeld. De directie heeft naar aanleiding hiervan een regeling ontworpen omtrent het onderhoud van de bestratingen in en naast den tramweg en van de vorengenoemde bruggen. Deze regeling is vervat in de hierbij overgelegde ont- werp-overeenkomst, waarmede wij ons kunnen vereenigen. Wij verzoeken U daarom ons te machtigen dienover eenkomstig te contracteeren, door het volgende besluit te nemen: De Raad der gemeente Sneek; Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 17 Juli 1928, no. 1.812.11(2); BESLUIT: Burgemeester en Wethouders te machtigen met de Ne derlandsche Tramweg Maatschappij, gevestigd te Utrecht, een overeenkomst aan te gaan omtrent het onderhoud van de bestratingen in en naast den tramweg in de gemeente en van de Noorderpoortsbrug, de brug over het Kleinzand en de Oppenhuizerbrug. Aldus enz. No. VI 07.352.65(1). Rapport van de Commissie voor rekenin gen en begrootingen inzake onderzoek van de rekening van het legaat van wijlen de weduwe W. J. Jorritsma over 1927. Gisteren sprak ik een buitenlander, die op een geweldig enthousiaste wijze zijn be wondering te kennen gaf over de schoonheid van Amsterdam bij avond. Hij had een tochtje gemaakt met een van de motor- booten, die hun passagiers bij avond over het IJ en door de haven varen. Deze haven vooral met zijn vele groote schepen waarvan de lijnen vervagen in het schemerdonker, met de vele en veelkleurige lichten, maakt op hen, die niet aan een dergelijk schouw spel gewoon zijn een phantastischen indruk. Tjot besluit van de tocht wordt een rond vaart gemaakt langs de van onder tot boven verlichte Westertoren, en de verlichte grachten. In het Stadion zijn op het oogenblik de turners in actie. De eerste dag van deze turnoefeningen was niet gewijd aan wed strijden, doch slechts aan demonstraties, welke werden bijgewoond door de heele Koninklijke familie. Het was een grootsch schouwspel toen tegen twee uur het ko ninklijke rijtuig, met vier paarden bespannen en voorafgegaan door een voorrijder het stadionplein opreed. Op het koninklijke rijtuig volgden verschillende wagens voor het gevolg, terwijl de stoet geëscorteerd werd door de bereden politie. Op het van Tuijlplein, het plein voor het stadion, had zich een groote menschenmassa verzameld die de koninklijke familie van harte toe juichte. Direct na de aankomst werd een begin gemaakt met de turndemonstraties, welke gegeven werden door Holland, Hongarije en Duitschland. De Hollanders, zoowel dames als heeren lieten keurig werk zien. Het eenige wat er aan mankeerde was dat het een beetje te gerekt was en eigenlijk te lang duurde om de aandacht tot op ’t laatst voldoende te kunnen boeien. Daarna kwam een aantal Hongaarsche dames in nationaal-kleurig costuum, die een serie loopoefeningen lieten zien, die door de elegance, waarmee ze werden uitgevoerd, zeker de naam van een dèns verdienden. Ten slotte kwamen de Duitschers; een ■groot aantal dames en heeren van de Deut sche Hochschule für Leibes-Uebung te Ber lijn. Al hoe aardig ’t andere was, wat men te aanschouwen had gekregen, het moet ge zegd worden dat het niet kon halen bij wat nu geboden werd. In zeer kortdurende, zeer vlot verloopende series werd beurteling door de dames en heeren, ook soms door allen tegelijk, een overzicht gegeven van de mo derne wijzen van lichaamsoefeningen. Geen 1 enkel bevel, geen luid tellen van de leeraar stoorde de aandacht, een enkele keer een fluitje was alles wat er noodig was om de oefeningen zonder eenige onderbreking in een tempo te doen volbrengen dat bewon- derenswaardig was. Een eigen muziekge zelschap bestaande uit violen, guitaren en een aantal houten blaasinstrumenten, die we nog nooit eerder gezien hadden, zorg den daar waar het wenschelijk was voor een muzikale begeleiding. De bruine kleur van alle deelnemers deed vermoeden dat zij gewoon waren veel in de open lucht te tur nen, een systeem dat misschien hier nog lang niet genoeg beoefend wordt. Het geheel maakte de indruk van buiten gewoon goed verzorgd te zijn en, hoe kan het anders bij de Duitschers, van een dege lijke discipline. Tot slot volgde ook hier een soort van rhythmische dans, waaraan zoowel de dames als de heeren deelnamen. Op het oogenblik zijn de wedstrijden in het turnen aangevangen en wat men daar te zien krijgt is schitterend, soms zelfs zoo dat men eigenlijk niet recht weet of men er de naam turnen nog wel aan geven mag of dat men beter doet het acrobatiek te noe men. De buitenlanders waren allen min of meer verbaasd dat Hare Majesteit een turn- demonstratie bezocht, terwijl de athletiek- wedstrijden, die toch nog altijd de hoofd schotel vormen van het Olympisch program ma, niét door haar bezocht werden. Was bij deze athletiekwedstrijden het Stadion steeds uitverkocht, op het oogenblik ziet men op de enorme tribunes veel open plaatsen. Het turnen schijnt niet zoo in de smaak te vallen als de andere nummers. Nu ligt dat ook wel voor de hand omdat men verschillende malen achter elkaar de zelfde oefeningen ziet volbrengen al is het ta]jc dan ook door andere turners. Maar op den duur wordt het voor iemand, die geen vak man op dit gebied is, toch wel een beetje saai. Daarbij komt nog dat de andere spor ten, die op andere plaatsen hoogtij vieren, vele liefhebbers trekken en deze dus niet in het stadion verschijnen. De ruitersport is in Hilversum begonnen en alles wat interesse voor paardensport heeft is daarheen vertrokken, terwijl ’t boks- gebouw de liefhebbers van blauwe oogen en uitgeslagen tanden trekt, om niet te ver geten de velen die in het schermgebouw yan de elegante bewegingen en de snelheid der schermers genieten. In de programma’s, die men op de ver schillende kampplaatsen kan krijgen, staat gedrukt een lijst van hen die een eerste, tweede of derde, prijs mochten verwerven in de reeds afgeloopen wedstrijden. Bekijkt men deze dan blijkt dat er al enkele Ne derlanders geweest zijn die zich hebben weten te onderscheiden. In de eerste plaats Aan den Gemeenteraad. Door P. Jansen, handelaar in slachtproducten, wonende alhier, is tot ons het verzoek gericht om aan hem te ver huren een gedeelte van het terrein der gemeente-reiniging, kadastraal bekend gemeente Sneek, Sectie C, no. 2623, f ter grootte van 24 M.2. Het ligt in zijn bedoeling daarop een gebouwtje te plaatsen voor het smelten van vet en het zouten van darmen. d Bij de commissie voor de gemeente-reiniging bestaat I IN 0 f II

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1928 | | pagina 1