der gemeente Sneek Officieel orgaan I itmiiiiDiCHi Mummi opgericht te Veendam i» ts»o vaarin opgenomen de Eerste Neder- landsoiie By„otheekbriefbsnk te ’a Uravenhags) 45e Jaargang Eerste blad Znlerdna tf> Jtanunri No. 31 Dit No. bestaat uit 3 bladen- i 2 41/» °|o Mrimn i99l/i°|o GELDEN BESCHIKBAAR voor eerste hypotheek op billijke voorwaarden. mtUWSTIJOINbtH. Uitgave KIEZEBRINK Co. De SNEEKER COURANT is een d 1839. 1 id toen die wateren weken, kwamen de bergtoppen Oosthem, Deersum, Scharnegoutum, Roodhuis, Gaastmeer, Balk, Stavoren, Rijs, Oudemirdum, Wyckel. Regelprijs 9 cent, abonnementen belangrijke korting. Dinsdags te Woudsend, Heeg, Nijezijl, Folsgare, Nijland, Oppenhuizen, Uitwellingerga, Oudega (W.), Jjsbrechtum, Wolsum, Harich, Hemelum, Bakhuizen, Nijetnirdum, Sondel, Sloten, Tjerkgaast, Spannenburg. Contröle op de oplaag toegestaan. Alle advertentiën worden in beide bladen opgenomen. antwoord. Ten slotte sprak de heer v. d. Brug een woord van dank tot de spreekster voor haar aardige en belangrijke causerie, wekte de belangstellenden op het gehoorde goed te overwegen en stelde zich beschikbaar tot het geven van inlichtingen omtrent reisge legenheid enz. Waarna de bijeenkomst ge sloten werd. geweten verbiedt het militairisme diensten te verleenen, dan, dr. Kuyper zei het al, moet zelfs de staat wijken. In dat geweten stellen wij ons vertrouwen, het is ’t vaste, dat er in den mensch NIEUWE SNEEKER COURANT annex SNEEKER COURANT (72e Jaargang) I Kerk en Vrede. In de Groote Kerk hield de afd. Sneek van „Kerk en Vrede” Dinsdagavond een propagan- da-vergadering, die goed bezocht was. De heer L. Bakker heette den spreker van den avond, ds. Westmijse van Drachten, .'kom. Deze sprak over „Oorlogssperwer en Vredesduif na 10 jaar”. Spr. constateert dat het voor allen die den vrede liefhebben een vreugde moet zijn, dat de organisatie Kerk en Vrede bestaat, die als een wachter op de muren scherp uitziet en ook durft te zeggen, wat ze meent. Zij was het die nog pas te Arnhem, toen de St. Eusebius-kathe- draal, die anders slechts voor orgelconcerten wordt beschikbaar gesteld, doch welke thans’ om een zóóveeljarig bestaan van een regiment fees telijk te vieren, werd gebruikt, in een gespierd ingezonden stuk getuigde dat er velen zijn die met walging en groeiende antipathie alle mili tair gedoe gadeslaan, en niet wenschen mede te werken aan versterking van het misverstand, dat Christendom en militairisme bij elkaar zou den hooren. Een misverstand, waaraan het oor spronkelijke Christendom niet schuldig staat, dat tegen het geweld was en dat steeds zuiver is bewaard in tal van kleine secten die onbe taalde rekeningen der Kerken doch ontstaan is door het feit dat toen het Christendom z’n knieval deed voor de Staatsmacht, het ook het geweld is gaan steunen; dus een officieel militairistisch Christendom ontstond, dat over- heerschte in den na-Romeinschen tijd, in den tijd ook van Cromwell en onze republiek en tot in den tijd van Bismarck doorloopt. De liberale overtuiging van den langzamen vooruitgang, die voor Augustus 1914 zoovele gemoederen in slaap suste en de meening deed post vatten dat de evolutie de menschen gaan deweg wel zoo zou verbeteren, dat een groote oorlog niet meer te duchten was, werd weg gevaagd door de gebeurtenissen van 1914’18, welke spr. het publiek evenals een film wil doen voorbijtrekken. Inderdaad, de oorlogssperwer wierp zijn scha duw toen wel donker over de wereld. In Frank rijk en elders stonden de levende muren van jonge mannen uit centrale en geallieerde landen tegenover elkander en zóó werden onze ge voelens afgestompt, dat we tenslotte geen inte resse meer hadden voor de kleine indeukingen, welke die muren soms kregen. Alleen de huis moeder had nog belangstelling voor de krant en wel voor de rubriek distributienieuws, want de staat bemoeide zich immers met al onze levens- benoodigdheden, met ons stukje brood en ons kopje thee. Dan komen in October 1918 de ge ruchten van wapenstilstand, Oostenrijk zinkt in een, in Duitschland rollen de kronen over de straat, de keizer komt als banneling in Neder land. Het was een sympathieke gedachte van den toenmaligen burgemeester van Groningen, dat hij op dien Maandag, toen de wereldge schiedenis hoorbaar langs onze deuren ging, de klokken der kerken deed luiden en hunne voor gangers uitnoodigde de menigte bij het groote gebeuren van den vrede te bepalen. „Kerk en Vrede”, inderdaad ze behooren bij elkaar, en het is in onze versnipperende tijd' zoo van beteekenis dat er een organisatie is, waarin deze groote waarheid is uitgedrukt, uitgedrukt voor alle groepen, want niet alleen de vrijzin nigen kunnen in deze organisatie opgenomen, vele ethisch orthodoxe predikanten en hunne volgelingen telt men in haar rijen. Het was ech ter niet het officieele Christendom, dat in No vember 1918 het eerst weer de eenheid van alle De NIEUWE SNEEKER COURANT is een abonnementsorgaan, verschijnt Dinsdags en Vrijdags. Abonnementsprijs in de stad f 2.59, naar buiten fr. per post f 3.60. Advertentieblad en wordt gratis bezorgd bij allen die te Sneek geen abonné zijn op de Nieuwe Sneeker Courant en bovendien huis-aaa-huis verspreid Vrijdags te Hommerts, Jutrijp, Tirns, Goënga, Gauw, Sijbrandaburen, Offingawier, Terzool, Abbega, Nederland en België. Naar de Tel. meldt, heeft de Belgische regeering aan onze regeering een nota doen w_.. *oekomen met nieuwe voorstellen betref- is. Ook al overspoelden de wateren de bergen, fendc de herziening van het Verdrag van D e 1 7000 voor Neel. Men schrijft aan de N. R. Ct. Over de som gelds, die eenigen tijd ge leden door een schildersjongmaatje In een onbewoond huis te Alkmaar werd gevon den met als eenige aanduiding „Voor Neel”, is thans tusschen den vinder en den erfge naam overeenstemming bereikt. Zooals wij destijds meedeelden, had de vinder ge- ëischt dat de schat van ruim f 7.000 als „gevonden schat” zou worden beschouwd, terwijl de erfgenaam van de familie Corner, die het laatst het huis bewoonde, de heer De Bruin te Rotterdam, het geld als hem toebehoorende beschouwde. De kwestie kwam in de gemeenteraad van Alkmaar, waar B. en W. voorstelden het geld aan den heer De Bruin uit te keeren. De stem men staakten toen en de meening werd geopperd, dat aan de kwestie een eind zou komen, als de heer De B. den vinder een behoorlijk vindersloon gaf. Thans wordt ons medegedeeld, dat de vinder f 500 heeft ontvangen en zich daar mee tevreden heeft verklaard, zoodat aan de uitkeering van den schat aan den heer De Bruin nu niets meer in den weg staat. Canada. Dinsdagavond had in ’t Gerechtsgebouw alhier een bijeenkomst plaats, saamgeroe- pen door den agent van de Holland-Ame- rika Stoombootmaatschappij, den heer K. v. d. Brug alhier, ten doel hebbende aan be langstellenden gelegenheid te geven inlich tingen te ontvangen omtrent het leven en de toestanden in het tegenwoordig veel be sproken immigratie-gebied Canada aan de overzijde van den Atlantischen Oceaan. Mej. G. Veeman, die als dochter van een farmer, een achttal jaren in de nabijheid van Edmonton heeft geleefd en thans in die streek als onderwijzeres werkzaam is en tij delijk hier te lande vertoeft, had zich bereid verklaard een schets te geven van de Cana- leesche toestanden en inlichtingen te ver schaffen over wat de aanwezigen zou inte- resseeren. De bijeenkomst, die, in tegenstelling van die in den namiddag gehouden was, slechts matig was bezocht, werd door den heer K. v. d. Brug geopend met een woord van wel kom die daarna het woord aan Mej. Veeman gaf. De spreekster, die op nog jeugdigen leef tijd met haar ouders naar het nieuwe land vertrok en de levensomstandigheden daar te lande, speciaal op het land, goed heeft leeren kennen, geeft een getrouw en onge kunsteld beeld van het kolonisatiegebied. Zij heeft het gezien, zooals het zich uitstrekt van den eenen oceaan tot den anderen, van den 49sten breedtegraad tot in de Pool- zeeën. Velen stellen belang in dit reusachtig ge bied, hetgeen zeer begrijpelijk is, als men bedenkt, dat de menschen hier zoo dicht samengepakt leven, zoodat er nauwelijks ruimte blijft om zich vrij te bewegen, als men hier zwoegen en werken moet zonder vooruitzicht naar een beter toekomst. Het is dan ook voor spr. een genot, eens iets te kunnen vertellen van het nieuwe va derland. Canada geeft werkelijk betere kan sen dan de oude wereld, omdat het in zijn bodem onmetelijke schatten bergt, die wach ten op gezonde, ijverige, stoere jongelui om ze te delven. De onbekendheid met het land maakt dat mei» huiverig is er naar toe te gaan. Daarom is het goed de menschen in te lichten. Canada dan, voorzoover het bekend is, is ongeveer 280 maal zoo groot als Nederland en heeft evenveel inwoners, 8 millioen. De helft van deze inwoners leven in het ooste lijk deel van het land. Het grootste gedeelte van Canada is bedekt met eeuwenoude bos- schen en oerwouden. Daartusschen strekken zich de onmetelijke vlakten uit,, die men prairiën noemt. Hier groeit het dichte gras telken jare hoog op, is nooit gemaaid, ver welkt ieder jaar en bemest den grond op nieuw. Deze eeuwenlange toestand heeft de grond bedekt met ’n zeer dikke laag humus, zoodat bij het in cultuur brengen in geen 20 jaar bemesting noodig is. Deze prairiën beslaan een oppervlakte van 1400 millioen acres (ruim 1 pdm.), waarvan nog maar slechts ’n twaalfde deel, 110 millioen, bezet zijn. Hiervan is de helft in cultuur. Zij vormen de graanschuur voor een groot deel van de wereld. Hier trekken de farmers naar toe en vinden er een goede toekomst. Buiten de tarwe, die hier verbouwd wordt, levert het land ook nog andere schatten. De mijnindustrie is evenzeer niet onbelangrijk. De bodem is rijk aan mineralen, als goud, koper, asbest, steenkool, terwijl er veel ge daan wordt aan de vischvangst, de vangst van pelsdieren. De landbouw staat echter bovenaan. De regeering heeft de geheele exploitatie in handen. Dit is een groot voordeel. Want waar de andere landen van de wereld allen meer of minder schuldenaren van de Ver. Staten zijn geworden, heeft Canada zich na den oorlog niet tot deze geldmarkt behoe ven te wenden. De belastingen worden er steeds verlaagd en de staatsschuld wordt geleidelijk afgelost uit het surplus van de staatsinkomsten. Men berekent dan ook, dat het land na 10 jaar financiëel geheel onaf hankelijk zal zijn. Inkomstenbelasting wordt eerst geheven bij een inkomen van 2000 dollar, na aftrek van 700 dollar voor ieder kind. Verder heeft men nog de grondbelasting. Het land is verdeeld in negen provincies. Drie er van worden door de prairie ge vormd, nl. Alberta, Saskatchewan en Mani toba. De prairie is uitgemeten in vierkante mij len, die omgeven worden van i weer te voorschijn; de bergen, ze zijn het vaste, ze wortelen als in het ingewand van de aarde. In geestelijk opzicht is het geweten zoo’n berg, ons geloof in vrede, in broederschap in de mogelijkheid dat eens gerealiseerd zal wor den waarheen wij thans streven. Het vaste was er ook in de harten van die Duitsche stokers en machinisten, die in November 1918, toen de regeering te Berlijn reeds onderhandelde over de wapenstilstand, de vuren der oorlogsschepen doofden, toen admiraal von Scheer, in revolu- tionnair verzet tegen Berlijn, de uitvaart beval om de Engelsche vloot slag te leveren; het was er in de Engelsche mijnwerkers, die op een ge geven oogenblik, toen de geallieerden de cen- tralen na den vrede nog meer wenschten te knechten, hun regeering toeriepen: „Laat af”, en in de menschen der wetenschap, die elkaar straks in de Rijnprovincie zullen ontmoeten om te spreken over dë kwestie, hoe in de toekomst de oorlog ook moreel buiten de wet te stellen. Dat vaste is er in dien Pruisischen generaal Von Schonaich, die na 30 jaar dienst, thans in ons land protesteert tegen het militairisme, en van dat vaste getuigt ten slotte toch ook nog, dat hoe vaak de oorlogvoerenden ook in hunne communiqué’s enz. den naam van God hebben misbruikt, ze nimmer er in hebben durven ge wagen van het Evangelie en Jezus Christus, daar zij beseften, dat deze zich niet met den oorlog verstaan. Inderdaad: torenhoog staat het echt Christe lijk idealisme boven de wateren, als een vuur toren, waarop wij ons kunnen richten; wij zijn niet pessimistisch als de schrijver van ’t Noach- verhaal, maar gelooven in een gezindheid van den mensch, die hem kan bekeeren, innerlijk veranderen. Het is op dat geloof dat Kerk en Vrede zijn hoop en zijn actie bouwt, allen zijn daarin welkom, ook hier in Sneek, waar het troepje van 20 leden nog hedenavond belang rijk dient versterkt. Het is in dat geloof, dat wij als de schrijver van het Noach-verhaal, aan den hemel zien een zevenkleurige boog, niet, zoo als de schrijver gelöoft, als een Godsbelofte dat Hij geen zondvloed meer zal zenden, neen, wij lezen daarin „God met ons”, niet ons in onze strijd vóór Kerk en Vrede tegen den oorlog. Het Vrijzinnig Kerkkoor had onder leiding van zijn directeur, den heer Paul Gaillard, bij den aanvang en in de pauze enkele liederen ge zongen, voor welke verdienstelijke zang de heer Bakker dit koor dank bracht, waarna hij ds. Westmijse dankte. vierkante mijlen worden onderverdeeld in acres, terwijl 160 acres ’n zgn. „homestead'’ vormen. Zoo’n homestead nu geeft de regee ring cadeau aan ieder die het wil bewerken. Men mag zelf het terrein uitzoeken en ont vangt het voor den tijd van drie jaar. Het ligt afgelegen en is onbewerkt en onbe bouwd, ieder moet er zelf zijn huis bouwen, de benoodigdheden aanvoeren enz. Na drie jaar moeten 30 acres gescheurd en 20 be bouwd zijn. Is aan deze voorwaarde vol daan, dan is het land eigendom van den bewerker. Anders neemt de staat het terug. Velen koopen echter liever gescheurd land, omdat men dan de eerste jaren beter op de oogst kan rekenen, die na scheuring het eerste jaar nooit meevalt. De prijzen variëe- ren van 2550 dollar per acre, d. i. 100 dollar per H.A. De koopsom wordt dan af betaald met de opbrengst, waarvan nooit meer dan de helft geëischt kan worden. Huren komt in ’t algemeen niet voor. Ook voor anderen dan boeren is er goede toekomst. Vakmenschen zijn er weinig. Ge brek is er aan timmerlieden, daar de huizen allen van hout gebouwd worden. Metselaars heeft men er niet noodig. De levensstandaard is in Canada hoog opgevoerd, men houdt er van goede en degelijke kost. Vooral in den oogsttijd tracht de eene huisvrouw hierin de andere te over treffen. Men houdt er van, steeds van alles het beste te koopen. Auto en radio heeft er iedereen. Aan loon betaalt men er den geschoolden boerenarbeider 40-50 dollar per maand, bo ven kost en inwoning. Dit geldt voor een seizoen AprilOctober. De overige tijd van het jaar moet men zich anders voorzien, door hout te kappen en ander werk, wat er in overvloed is. Sommige blijven zonder loon op de boerderij. Er is voor deze menschen volop werk en ze zijn moeilijk te krijgen. In Mei wordt er gezaaid en in Augustus geoogst. In dien dorschtijd wordt er wel 5—7 dollar per dag betaald. Eenzaam is het leven er betrekkelijk niet. In de dorpen, waar iedereen Zaterdags heengaat om inkoopen te doen, is er altijd wel iets te doen. Bioscopen vindt men er en verwarmde ijsbanen, biljartzalen enz. Drank en bier mogen in het publiek niet geschon ken of gedronken worden. Het kan gekocht worden in stadswinkels om het thuis te ge bruiken. De post gaat er niet verder dan het dorps- kantoor. Alles moet er door buitenmenschen worden afgehaald. Scholen zijn er overal. Ook midden in de prairie. Spr. zelf is onderwijzeres aan zoo’n prairieschool, geheel alleen en heeft 8 lagere en 2 hoogere klassen, waar zelfs wiskunde wordt onderwezen. Het aantal leerlingen is natuurlijk gering, doch bestaat uit alle na tionaliteiten. De leerplicht duurt tot 15 jaar. In de hoofdsteden der provincies is het onderwijs goed geregeld alsook het land bouwonderwijs. Op het land ^taat men 5 uur op en werkt er met enkele tusschenruimten tot ’s avonds 6 uur. ■*'4' Het klimaat is in de provincie prachtig De zon schijnt er alle dagen, het geheele jaar door. Zomers kan het er wel warm worden, maar doordat de lucht zuiver is, heeft men er geen last van. Zoo gaat het ook met de koude. Een temperatuur van 0 graden Fahrenheit vindt men er heerlijk. Soms zakt deze tot 4048 graden, doch is dan nog beter te dragen dan hier 1012 Het sterftecijfer is dan ook nergens ter wereld zoo laag dis in de prairies van Cana da. Rotten of 'schimmelen van schoenen, kleeren enz., zooals hier, is er onbekend. Om het klimaat alleen zou men de menschen aanbevelen, naar Canada te gaan. Wie is nu geschikt er naar toe te gaan? De Ver. Staten hebben iedereen tot zich ge trokken. Alles wat elders niet meer wezen kon ging naar Amerika. Dat heeft zich ge wroken. Thans is het een land, dat over loopt van misdadigers. In Canada wil men dat_niet en ziet er op toe, dat zulke elemen ten niet binnenkomen. Hollanders wil men er graag hebben. Maar men moet kunnen en willen werken en niet tegen ongemakken opzien. Geld is niet beslist noodig, doch wel zeer gewenscht, dat men iets bezit. Tevens moet men zich voorstellen dat wat men hier geleerd heeft, daar van weinig waarde is. Dus moeten de gebruiken van voren aan op nieuw geleerd worden. Wie dus een farm (boerderij) wil koopen, moet eerst in de leer gaan bij een andere farmer. Hieruit volgt, dat men liefst geen huishouden moet heb ben te onderhouden. Alles saamgenomen dan is Canada wel een land, waar voor goede werkers een betere toekomst te bereiken valt. Na deze uiteenzetting werden door enkele -aanwezigen verschillende vragen gesteld, wegen. Deze j die door Mej. Veeman uitvoerig werden be- Directie Mr M J BOS en Mr J. WILKENS Gepl. Maatach Kap. f 8 750.000 en Reserves Hypotheken ^3 000.000 Pandbrieven f 70 000.000 Rijksmiddelen. De Rijksmiddelen hebben in December 1928 f43,209 000 opgeleverd, of f3,397.000 mier dan het jaar tevoren. Voor het ge tijen volgen ten opzichte dezer vraagstukken „ï?ar1?28 was de opbrengst immar rl o-iol f rit» 1«<n 1 urn Q Tl A. P. bv. nu dankbaar zijn voor haar ontwape- beteekent van f 6.826.000. Een goede vangst. Een Medemblikker visscher achtte zijn netten, welke door de vorst in zee waren gebleven, verloren door den dool kon hij volken verkondigde, dat deed de Spaansche griep, die als een worgengel over de aarde trok en van alle volken zware offers eischte. Nu, na ruim 10 jaar, wenscht spr. nog eens bij al dat gebeuren stil te staan, als een drama nog eens op het tooneel te brengen, daarbij als coulisse kiezend dat Oud-Testamentische ver haal van den Zondvloed, dat terug grijpt tot naar de wieg der menschheid, en waarvan de schrijver de vertelstof gebruikt als voertuig voor zijn eigen gedachten. Die groote vloed bracht het water 15 ellen boven de toppen der bergen, zegt de schrijver en hoe geboeid waren wij in onze jeugd al niet door dat verhaal van Noach, die zich met de zijnen redde in de ark, en ten slotte de duif uitzond als verkenner of de aarde weer veilig was. Tien jaar geleden is het nu sedert de oorlogs- wateren alles overspoeld hebben wat er vast stond onder de menschen. Daar was de moraal, die voor 1914 dan overheerschend de burger lijke moge geweest zijn, ze was er toch, maar werd overspoeld; goede trouw, eerlijkheid, ook een zekere handelsmoraal, ze verdwenen, de crisisjaren brachten de schimmelplant van den kettinghandel met zijn diefjes en diefjesmaat, die dit soort menschen met lichaam en ziel vast klonk aan de aarde. De levenslust en energie der jongeren vond tijdelijk geen uitweg, en zocht er een in het holle vermaak van bioscoop enz., terwijl roeping en taak braak lagen. Dat de oorlog en al wat daarvan het gevolg was kon komen en alles overspoelen, bewijst wel dat er iets niet in orde was met het officieele Chris tendom, dat de lijn uit het oog had verloren van het oude Christendom der secten, waarin geen plaats was voor het geweld. Trouwens de in- consekwentie van den staat, die pastoors, ka pelaans en dominees vrij stelt van den dienst en van de a.-r. en andere partijen die deze vrij stelling accepteeren, bewijst reeds dat niet ge heel ook door de heidensche Staat uit het oog verloren is, dat Evangelie en oorlog niet bij elkaar hooren. Het is de heerlijke taak van Kerk en Vrede, die oude lijn weer te voorschijn te brengen en te volgen, daarbij vooral ook gesteund door de jongeren, waarom spr. met verheugenis con stateert het anti-militairistisch streven bv. bij de Doopsgezinde jongeren. Duidelijk toont profes sor Heering in zijn boek: „De zondeval van het Christendom” aan, dat dit Christendom en het militairisme niet bij elkaar hooren, dat het een schande is dat Christenvolken gewapend en in oorlog tegenover elkaar staan, waar de eerste bladzijde van den bijbel reeds schande over de broedermoord spreekt. Spr. deelt mede dat ds. De Vos hier 4, 11, 18 en 25 Februari over dit boek een cursus zal geven. Tien jaar is het nu geleden dat de vredesduif wegschoot over de wateren, en wat zien we? Allerwege toenemende bewapening. Frankrijk besteedt 6 milliard fres. ttan de versterking zij ner grenzen tegen Duitschland en Italië, de Ame- rikaansche oorlogsbegrooting bedraagt 700 mil lioen dollar, China gaat in Shanghai een vloot- basis inrichten, de Fransche staatsuitgaven wor den voor 77 in beslag genomen voor oorlogs doeleinden, ondanks Kellogg-pact en Volken bond, tractaten trouwens, die bij uitbarsting van een conflict maar als vodjes papier beschouwd worden. Deze oorlogstoerusting toont wel aan dat de oorlogssperwer nog leeft en als een don kere schaduw het leven der jongeren bedreigt. Voorspeld wordt een tweede wereldoorlog, en we denken aan de verschrikkingen, welke dan de gifgassen zullen veroorzaken; onderscheid tusschen soldaat en burger zal er niet meer zijn en alles zal ingelijfd worden in één militair re gime., Daarom is het zoo noodig ook de oude lijn van het Christendom weer te voorschijn te brengen, want de lijn die Rome en Dordt in dezen volgen is afval van het oude Evangelie. De organisatie Kerk en Vrede staat sterk in haar actie omdat de Kerk, anders dan de poli tieke partijen, geen grenzen kent, zij zich beroe- pen kan op de machtige geestelijke beweging van het Christendom, welke spreekt tot alle be- schaafde volken. Buitendien, alle politieke par-(. tnoo tijen volgen ten opzichte dezer vraagstukkenJaar ‘928 was de niet immer dezelfde lijn; al kunnen we de S. D. 492 305.009, hetgeen een vermindering r» u.. Ji.i-ixkniAoLart* wam f A ningsactie, we weten ons ook nog te herinneren, dat Schaper in Augustus 1914 naar de grenzen wilde en Troelstra zijn zoon voor het militai risme beschikbaar stelde. We weten dat er telkens meer begenadigde jongelui komen, die dienst weigeren, maar zul-- - len niemand tot zoo’n feit aansporen, omdat ef, bijkomen en bleken zij onbeschadigd te een zaak van het geweten zelve is. Bij de door- z,'in- Hij kon bovendien een vangst van snee jongelui van tegenwoordig vinden de 10.009 haringen ophalen, prachtige waarheden ook geen voedingsbodem, die voelen meer voor een pretje, maar als het

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1929 | | pagina 1