der gemeente Sneek
Officieel orgaan
OPENING
Voorjaarsseizoen 1930
OP ZATERDAG 15 MAART J L.
P. S. BAKKER
LEEUWARDEN
Eerste blad
46 e Jaargang
No. 49
tl oen&emfe 1O H atari iiW
Jil No. bestaal alt 3 bladen.
oniciiel Gedeelte.
Het Sneeker klokkenspel
n
i
I
In Japonnen - Mantels
Hoeden, Kinderkleeding
brengen wij alleen dat, wat bijzonder mooi en toch voordeelig is
dat, wat elegant en apart is; dat, wat ook in Uw garderobe aanwezig
behoort te zijn.
buitengewoon voordeelige prijzen
verkocht worden.
Permanente Modeshow
i-
Uü|«v«: KiIZAMhik a G*.
V
i-
ir
S
De SNEEKER COURANT is een
Regelprijs 9 cent, abonnementen belangrijke korting.
door JAC. N. D. HOOGSLAG.
I
Doel en wezen der Vrijmetselarij.
offer; hij kent en ervaart de strijd tusschen het
goede en het booze, welke het leven een ge-
Dinsdags te Woudsend, Heeg, Nijezijl, Folsgare, Nijland, Oppenbuizen, Uitwellingerga, Oudega (W.),
IJsbt cchtum, Wolsum, Harlch, Hemelum, Bakhuizen, Nijetnirdum, Sondel, Sloten, Tjerkgaast, Spannenburg,
Popplngawler, Warns, Rauwerd -
Contrdle op de oplaag toegestaan.
Reeds zeer vroeg moet de mensch de be
koring van den klokkenklank hebben opge-
merkt. Hiervan getuigen de klokken sinds
onheugelijke tijden bij de Chineezen in ge
bruik. Ook carillons schijnen bij dit volk
bekend te zijn geweest. De klokken uit aller
hande metaal geslagen zijn de oudsten. In
nog groote geestelijke beteekenis heeft en naast,
ja boven de andere geestelijke stroomingen haar
plaats heeft.
een voortdurende bedreiging bleven voor
Nederlands onafhankelijkheid.
De tijd van gestadige inzinking, de 18e
eeuw en de Fransche tijd met al haar tribu-
laties heeft zij beluidt, doch ook het herstel
van onze vrijheid, terwijl zij tot op heden
een getrouwe tijdsaanwijzer voor het maat
schappelijk leven is gebleven, die vooral bij
de jaarswisseling met algemeene aandacht
wordt afgewacht.
En zoo roept haar geregelde slag gedach
ten op van leven, dood en eeuwigheid,
„zoo menigmaal ghij hoort den heidren
[klockenslagh
gedenkt aendachtelijk aen uwen jongsten
[dach”.
(Ontleend met meer andere gegevens aan:
D. J. v. d. Ven „De Torens zingen”).
Ontelbare malen hebben dichters de klok-
de dwaling die anderen dan zelfs vervolgd mo
gen worden. Wij erkennen de waarde van veel
diepte en moois in dit geloof, maar verzetten
ons tegen de heerschzucht en onverdraagzaam
heid er in, zooals wij ons ook verzetten tegen
fascisme en bolsjewisme, dat in politiek opzicht
geen andere meening naast zich gedoogt.
De vrijmetselaar erkent de veelzijdigheid der
waarheid en moet krachtens die erkenning de
onverdraagzaamheid, die onmaconniek is, over
al bestrijden.
Sijbrandaburen, Offingawier,
Gaastmeer, Balk, Stavoren,
Terzool,
Wyckel,
HINDERWET.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van SNEEK maken bekend, dat zij bij be
sluit van 11 Maart 1930, no. 11, wijziging
hebben gebracht in de voorwaarden, ver
bonden aan de aan H. R1NGNALDA, aan
nemer en timmerman aldaar, en zijn recht
verkrijgenden verleende vergunning tot het
oprichten van een door een electromotor van
5 P.K. in werking te brengen timmerfabriek
aan den Singel no. 39 en 41, kadastraal be
kend gemeente Sneek, Sectie B nos. 912 en
3443.
SNEEK, 19 Maart 1930.
NIEUWE SNEEKER COURANT
annex SNEEKER COURANT (73e Jaargang)
In STOFFEN steeds maar' ook uitsluitend de fijnste
kwaliteiten, warme kieuren-nuances, meesterlijk van teekening.
Wij noodigen U beleefd uit, geheel vrijblijvend onze collecties te
komen bezichtigen,
orde staat ook boven de politieke partijen, zij
omvat liberalen, v.-d., s.-d., ook enkele c.-h„
heeft geen politieke kleur, zij beoogt noch een
eenzijdig individualistische ontwikkeling noch
een eenzijdig universalistische, doch is een twee-
eenheid van die beide richtingen.
het weten staat dat dit deel is eener Goddelijke
komedie: dat door dood en opstanding wordt
verworven het leven naar den geest.
Aldus wordt een algemeene religiositeit bele
den nl. het diepere dat boven alle verschil in
godsdienst iedere religie gemeen heeft, en dat
daarom een beroep doet op verdraagzaamheid
jegens iedere overtuiging. Maar ook daarom
stoot de vrijmetselarij af iedere belijdenis, die
meent dat zij alleen-zaligmakend is, omdat zij
meent, dat de waarheid veelzijdig is. Zij is niet
anti-Roomsch-katholiek omdat iedere eerlijke
overtuiging onze sympathie heeft en in iedere
religie-uiting de drang naar stijging zich open
baart, maar wel tegen de R.-K. kerk, die er
een aparte streng van andere gescheiden belij-
I
Een kort woord over het ontstaan der vrij
metselarij. In 1717 trad zij in Engeland voor het
eerst officieel aan het licht, maar zij is ongetwij
feld ouder, al behoeven we niet aan «te nemen
dat ze uit Adams tijd of de tijd van de Salomo-
nische tempelbouw dateert, zooals sommigen be
weren. Een der meest voorkomende hypothesen
is dat haar oorsprong moet gezocht onder de
middeleeuwsche genootschappen der kathedraal-
bouwers, onder welker eereleden free masons
de vrijmetselarij dan zou zijn ontstaan. Spr.
zelf zoekt de brug met het verleden in de in de
17e eeuw bestaande orde der rozekruisers
welke orde over geheel Europa verbreid was,
ook hier in Nederland; Descartes, Spinoza moe
ten tot haar leden behoord hebben. Toen de
charletanerie in die orde doordrong (St. Ger
main, Cagliostro) en de rozekruiser-orde daalde
tot een occult genootschap, kunnen de ernstig
willende rozekruisers zich hebben afgescheiden
en een vrijmetselaars-genootschap hebben ge
dicht. De orde der rozekruisers gaat via Albi-
genzen enz. terug tot de kettersche sekten der
oud-christelijke wereld.
De vrijmetselarij heeft sedert 1717 een groote
verbreiding gekregen over geheel de beschaaf
de wereld, met name in de Angelsaksische lan- in zoo’n milieu vinden wij altijd het éénzijdige,
De religieuse aanleg nu vindt haar toepas
sing in de hoogste levenskunst, de koninklijke
kunst om wèl te leven. De vrijmetselaar van
aanleg zal het leven trachten te maken tot een
schoone harmonie, een brok schoonheid, in een
zelfde liefde omvattend het „ik” en het „niet-ik”. denis op nahoudt, welke anderer overtuiging tot
Hij verneint het leven niet, keert zich tot dat dwaling verklaart, op grond van welke vermeen-
H1NDERWET,
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van SNEEK maken bekend:
dat ter secretarie ter inzage ligt een ver
zoek met bijlagen van
P. SIJPERDA, timmerman en aannemer,
te Sneek,
om vergunning tot het oprichten van een
timmerfabriek, in werking te brengen door
twee electromotoren van 5 P.K., in het ge
bouw aan de le Woudstraat no. 30 A, ka
dastraal bekend gemeente Sneek, Sectie C,
no. 2699;
dat op Woensdag, den 2 April 1930,
des middags te 12 uur, ten gemeentehuize
aldaar gelegenheid zal worden gegeven om
tegen het verzoek bezwaren in te brengen
en deze mondeling en schrittelijk toe te lich
ten en dat zoowel de verzoeker, als zij dit
bezwaren hebben in te brengen, gedurende
drie dagen voor evengemeld tijdstip ter se
cretarie, in de gewone bureau-uren, van de
ter zake ingekomen bescheiden kennis kun
nen nemen.
De aandacht wordt er inzonderheid op
gevestigd, dat volgens de heerschende op
vatting, slechts tot hooger beroep gerech
tigd zijn zij, die voor het Gemeentebestuur
of een of meer zijner leden zijn verschenen,
ten einde hunne bezwaren mondeling toe
te lichten.
SNEEK, den 19 Maart 1930.
Dit Voorjaarsseizoen zal door ons tegen
Wij worden hiertoe in staat gesteld, eerstens doordat wij zelf op een
zeer gunstig gekozen tijdstip onze inkoopen dedeneen groot aantal
origlneele modellen van de fijnste hulzen in Parijs en Weenen werden
door ons en bloc aangekocht tegen bijzonder billijken prijs
Ten tweede hopen wij in steeds sterkere mate profijt te trekken
van onzen grooten étalage-hal, waardoor wij het voordeel van een
hoogeren omzet tot uitdrukking brengen in een (ageren prijs.
Wij volstaan er verder mede U op onze permanente Modeshow
te wijzen in onze groote moderne Etalage-hal.
En wanneer U bij het bezichtigen daarvan U laat lelden door Uw smaak
en Uw schoonheidsgevoel, dan is de keuze in welke zaak U zult
koopen, niet moeilijk.
De symboliek waarmede de vrijmetselaar in
de orde werkt, wordt hem niet van buiten op
gelegd, is dus geen poppenkasterij, maar wordt
hem van binnen uit opgelegd, ons geloof in een
waarheid als eenheid van tegendeelen, waar
achter die diepere waarheid ligt welke zich niet
laat be- of omschrijven, doet ons naar het syni-
bool grijpen om deze aan te duiden. Iedere om
ken bezongen.
„Hoort gij hoe 't klokje met liefelijken klank
Ons weer naar huis roept tot bede en tot
[dank”.
Dit liedje heeft ieder onzer wel eens ge
hoord.
A. Rodenbach, de Vlaamsche dichter,
drukt het aldus uit in zijn „Zondag”:
„Over dorp en over veld
De avond spreidt, de beêklok schelt.”
„Curfew must not ring to night” is een
bekend Engelsch gedichtje, waarin de
avondklok bezongen wordt. Curfew van ’t
Fransche couvre-feu, d. w. z. klok die geluid
werd om aan te geven dat het vuur en licht
gedoofd moesten worden. Misschien is de
nog bestaande gewoonte in onze dorpen
hiervan wel afkomstig.
De poortklok, hoewel de poorten reeds
Na een inleidend woord van den heer F. W.
C. de Haas sprak Vrijdagavond in de loge, voor
genoodigden de heer Mr. Ds. F. C. M. Boenders
over bovengenoemd onderwerp.
Deze vergadering, zeide spr., wordt niet ge
houden om propaganda voor toetreding tot de
loge te maken want wij werven geen leden
maar om de buitenwereld op de hoogte te
brengen van onze beginselen, waaromtrent nog
al te veel onbekendheid heerscht. De geheim
zinnigheid welke de vrijmetselarij omhult, heeft
de belangstelling van vriend en vijand gewekt
en 'hoewel niet allen de ijselijkheden zullen ge-
looven welke men in R.-K. kringen wel van ons
vertelt, is de nieuwsgierigheid van allen geprik
keld. Het is hier wel overbodig te zeggen, dat
er in onze kringen niets ongeoorloofds gebeurt.
Beroemde mannen wijdden en wijden hun beste
krachten aan de vrijmetselarij, sedert zij offi
cieel in 1717 voor den dag kwam, Lessing,
Goethe, Mozart, Voltaire, Frederik de Groote
waren vrijmetselaars en eenerzijds zal de wel
willende buitenstaander denken dat een bewe
ging, tot welke zulke mannen behoorden een
zekere beteekenis moet hebben, anderzijds ech
ter zal hij zich afvragen of sedert den tijd, toen
die mannen leefden, de gedachten dezer groote
denkers van het verleden het algemeen inzicht
niet zoodanig hebben beïnvloed, dat die ge
dachten nu gemeengoed van ieder weldenkende
en vrijdenkende zijn geworden en de vrijmetse
larij dus verouderd is. Spr. hoopt aan te toonen
dat dit niet het geval is, dat de vrijmetselarij
lang verdwenen zijn, kan men nog te Bols-
ward hooren luiden.
Overbekend is Schiller’s „Lied von der
Glocke”. Romberg, Max Bruch en V. d’lndy
hebben het getoonzet.
Niet alleen dichters ook toonkunstenaars
hebben zich sterk tot den klokkenklank aan
getrokken gevoeld en deze voor bepaalde ef
fecten, voor imitatie en vooral tot het berei
ken van stemmingen gebezigd. Ik noem
slechts enkele voorbeelden uit velen. Het
Sneeker Klokspel, It Snitser Klokkespil, ’t
Carillon van Gouda, ’t Carillon van Duvn-
kerke, ’t Carillon van Ekelsbeke, les Cloches
de Cornevillc, Cloches a travers les feuilles.
Pagodes en la Cathédrale engloutie van C.
Debussy, The Belis van W. Byrd, Klokke-
klang van Grieg, Danse macabre, carillon
en les Cloches de las Palmas van Saint-
Saëns, les Cloches du soir van C. Franck,
la Campanella en Danse macabre van Liszt.
Fête Dieu van Albeniz, Montanese van de
Falla, Klokke Roeland van Benoit, Kerst
klokken van Handel, Carillon uit de Arlé-
sienne van Bizet, de Alarmklok in de Hu
genoten van Meyerbeer, de klokkenscène uit
Cavaleria van Mascagni, de klokkenaria uit
de Zauberflöte van Mozart, Beiaard van A.
Diepenbrock, Crépuscule van Mawet e. t. q.
En in het maatschappelijk leven worden
klokken en bellen tot allerlei doeleinden ge
bruikt bv. koeklokken, rinkelbel, belleslede,
„de Narren met haer bellen” (oud-Nederl.
lied), deurtje bellen (thans verouderd), dat
wel hoofdzakelijk door de „beF’hamels zal
uitgeoefend zijn en het reeds genoemde
beieren, luiden, kleppen, slaan bij hoogtij
den, rouw, rampen, kerkelijke plechtigheden
en dergelijke.
Ten Zuiden van de Martinikerk staat een
gebouw, waarin twee klokken hangen. De
kleinste, toonshoogte F (hooge stemming),
draagt behalve een fraai randschrift het vol
gende opschrift in Gothische letters:
t Vox mea vox viae, voco vos ad sacra.
Venite Johannes ter Steghe me fecit anno
domini MCCCCXLIII.
Van Borssum Waalkens heeft abusievelijk
1514, door anderen overgenomen. Zijn be
richtgever moet destijds het slanke L-teeken
voor een I hebben aangezien. Ook de ruwe
schatting van haar gewicht 1000 a 2000 K.G.
is stellig te hoog. M. i. komt zij niet aan het
laagste dezer cijfers toe. Ik vind haar klank
wel ijler doch niet minder fraai dan die van
haar grootere zuster. Haar klepel mag wel
eens „ontroest” worden. En dan
„Zoo laat die klok maar luiden
en laat die klok maar slaan”
Ik vermoed dat deze klok destijds die van
Butendiic heeft vervangen, welke wellicht
toen reeds slagklok is geworden.
De groote klok uit dit klokhuis, die 3273
Ned. Ponden moet wegen, toonshoogte C
(hooge stemming) voert als opschrift:
1. Borchhard fudit Enchusae Ao. 1767; plus
het wapen van Sneek waaronder vier schild
jes waarop de wapens zijn uitgekapt.
Borchhard heeft deze klok bijzonder zui
ver op de vorige afgestemd. Een zoo rein
kwartinterval te hooren is een genot. Deze
Aan de hand van art. 2 en 3 der grondwetschreiende nood der wereld. De vrij metselaars
horizontale, gelijkvloersche, de zwakheid en
dat gevormd traagheid, maar dit allerlaagste en armzaligste
wordt door datgene wat in ons het lagere zoekt, doorsneden door de verticale lijn naai boven
het horizontale, en datgene wat zoekt het hoog- gericht, het omhoog strevende, dat zich uit in
ste, het verticale. De vrij metselaarsorde is ech-hartstocht, liefde, extase maar vaak ook in het
ter geen godsdienstig milieu zonder meer, want
den, waar 98 der vrijmetselaars gevestigd staat steeds de vraag op den voorgrond: „wat weldig tragische schoonheid geeft, waarachtei
zijn. -moet ik doen om zalig te worden", is men te-
j veel bedacht op eigen stijging, te weinig op de
de 17e eeuw komen de gegoten klokken in
zwang allereerst in Frankrijk. Spoedig daar- 1
na ook elders. j
Als klokkenspijs komt in de middeleeuwen
brons voor een legeering van c. 78
koper met c. 22 tin, terwijl de beste En-
gelsche gieters tegenwoordig enkele deelen
zink en lood hierbij mengen. Dat toevoeging
van zUver of goud den klank zou veredelen
is een legende, hoewel het is voorgekomen
dat tijdens de gieting door geloovigen edele
metalen in den oven werden geworpen.
Ons gewest bezit nog een groot aantal
oude klokken. Tot de 12e eeuw worden ze
zelden gedateerd, daarna vrij geregeld. Een
van de oudste klokken uit de 13e eeuw, die
zich thans in het Rijksmuseum bevindt, is
afkomstig uit Warstiens, ze weegt 316 Ko
(Zie G. H. v. Borssum Waalkens, Friesche
Klokkenopschriften, Vrije Fries, deelen XVI.
XVIII en XIX).
Tot de oudste inwoners onzer stad be
hoort ongetwijfeld de heeluursslagklok, ge
goten door Steven Butendiic in 1446, met
toonshoogte iets beneden g1. S. Butendiic
was een bekend Utrechtsch klokgieter, die
vele klokken in de Nederlanden vervaardigd
heeft. Zij draagt het volgende opschrift:
fugo pestem decoro defunctos ploro anno
domini MCCCXLVI Steven butendiic fecit.
Vermoedelijk is dit de luidklok geweest van
de vorige St. Martinikerk.
De bijna onbegrensde levensduur van
klokken maakt hen tot getuigen van eeuwen
van historie. Hef is eene eigenaardige sen
satie te weten dat deze klok hoogstwaar
schijnlijk geslagen en geluid is tijdens de
schrikkelijke partijtwisten tusschen „scyrin-
gen en vetcoeperen” in de 15e en 16e eeuw,
toen Friesland en deze streken in ’t bizonder
in een toestand van bijna volslagen anarchie
verkeerden. Want wie de eindelooze, een
tonige reeks van „bioedstortinge, rouerije,
brandt ende andere misdaeden” leest, moet
zich eigenlijk verwonderen, dat er nog iets
van het Friesche volk is overgebleven.
Als mijn vermoeden juist is dan hebben
Bocke Harinxma, heerschop van Sneek, Pe
ter en Worp van Thabor, kroniekschrijvers,
deze klok gehoord en is zij geluid bij de
feestelijke intocht van Bocke te Sneek in
1497 na zijne ontvluchting uit de gevange
nis te Groningen met behulp van Jan Kan-
neken, wijntapper en cannemaecker, waar
van vermoedelijk Wijnkanstraat,
„ende Snekers beyerden en hlueden hoer
doeken hem teghen ende speulden op
den orghele” volgens Peter van Thabor.
En hoevele malen is zij geklept om op te
roepen ter verdediging tegen overval,
„se sloegen die doeken in Sneek ende
Sneker vijfgea”.
Later is deze klok getuige geweest van de
wederzijdsche onverdraagzaamheid en harde
geloofsvervolging, de bange angst voor de
dingen die stonden te gebeuren als Spanjes
wil wet dreigde te worden.
Doch ook gelukkiger tijden heeft zij mee
gemaakt als Friesland een bescheiden pro
fijt trekt uit hare aanhechting aan de Repu
bliek, hoewel ook toen Engelands ijverzucht
en de machtsbegeerte der Fransche koningen
leven en beleeft het als een scheppende schoon
heid. Een dogmatische scheiding van het gees
telijk leven in een leven voor de wetenschap,
voor de moraal, voor de kunst maakt dat leven
dor en droog; op alle fundamenten van het leven
wenschen wij een leven van harmonische syn
these op te bouwen, een synthese van wijsheid
en kracht. De vrijmetselaar is optimistisch-reli-
De NIEUWE SNEEKER COURANT is een abonnementsorgaan, verschijnt Dinsdags en Vrijdags. Abonnementsprijs In de stad I 2.50, naar bulten Ir. per post f 3.60
Advertentieblad en wordt gratis bezorgd bij allen die te Sneek geen abonné zijn op de Nieuwe Sneeker Courant en bovendien huis-aan-huls verspreid
Vrijdags te Hommerts, Jutrijp, Tirns, Goênga, Gauw,
AbbegaOosthem, Deersutn, Scharnegoutum, Roodhuis,
Langweer, Bozurn
Alle advertentiën worden in beide bladen opgenomen.
voor de orde van vrijmetselaren onder het
Grootoosten der Nederlanden betoogt spr. nu
dat de vrijmetselarij is een geestelijke rich
ting, een mentaliteit en geen stelsel of belijde
nis; zij is geboren uit de diepte van het men-
schelijk hart, men is vrijmetselaar krachtens
aanleg of geen vrijmetselaar, ieder kan dus door
zijn mentaliteit vrijmetselaar zijn, ook al is hij
niet toegetreden, wij noemen hem dan de vrij
metselaar zonder schootsvel. Een geestesrich
ting laat zich nu eenmaal niet opsluiten in een
bepaalde organisatie, zij openbaart slechts haar
karakter en dat is bij de vrijmetselarij het stre
ven naar een voortdurende ontwikkeling van
die eigenschappen bij mensch en menschheid,
die deze opvoeren naar hooger geestelijk en
zedelijk peil.
De vrijmetselarij richt zich op den religieusen
mensch in de diepste en ruimste zin van het
woord.
Religie, ontstaan uit een tot bewondering en
aanbidding overgaand gevoel van verwondering
is psychologisch verklaarbaar uit een drang tof
stijging, de poging van den mensch boven zich gieus, hij weet in zich zelf en ieder mensch het
zelf uit te komen; de mensch voelt dan de span- i
ning van den strijd, het kruis, dat gevormd traagheid.
gericht, het omhoog strevende, dat zich uit in