Officieel orgaan
der gemeente Sneek
Uit onze Raadzaal.
Genteentebegroollng 1931.
Dil No. bestaat uit 4 bladen.
I
Ki
031
4Te Jaargang.
Eerste Blad
I
I No. 16 Eerste Blad uitgave: KIEZEBRINK Co. Zaterdag 22 November 1930
De SNEEKER COURANT is een
Regelprijs 9 cent, abonnementen belangrijke korting
(Vervolg.)
BESLUIT:
BESLUIT:
van
(in totaal werd in 1930 geraamd f342500).
Dinsdags te Woudsend, Heeg, Nijezijl, Folsgare, Nijland, Oppenhuizen, Uitwellingerga, Oudega W.),
IJsbi echtum, Wolsutn, Harlch, Hemelum, Bakhuizen, Nijemirdum, Sondel, Sloten, Tjerkgaast, Spannenburg,
roppingawier, Warns, Rauwerd
Conrtöle op de oplaag toegestaan.
Terzool,
Wyckel,
1.
ll.
g
I,
VERGADERING van den RAAD der gemeente SNEEK op
MAANDAG 17 NOVEMBER 1930, ’s avonds 7'4 uur.
Voorzitter de heer P. J. de Hoop, burgemeester.
Secretaris de heer P. Sikkes.
Aanwezig 14 leden. 1 vacature (v. d. Meulen).
en het uitbaggeren van een gedeelte van de sloot tusschen
het Wilhelminapark en de Oude Dijk.
Het baggeren van het Spoordok, dat aan het eind van
genoemd rapport wordt genoemd, zouden wij voorloopig
buiten beschouwing willen laten, omdat dit verband houdt
met een eventueel voorstel tot het aanwijzen en inrichten
van parkeerterreinen dat binnenkort aan de orde komt.
De uitvoering van de vijf eerstgenoemde werkjes zal
naar raming een uitgaaf vorderen van f4460.in totaal.
Wij stellen U voor, en dit voorstel heeft de volledige in
stemming van de Commissie voor de openbare werken, ons
ie machtigen om deze werkjes bij wijze van werkverschaf
fing te doen uitvoeren en daartoe te nemen het volgende
besluit:
De Raad der gemeente Sneek;
Gelezen een voorstel van Burgemeester en Wethouders
dd. 11 November 1930, no. 1.836.1(1);
Punt XIII. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
om met ingang van 1 Januari 1931 J. Wijtzes en T. O.
Haring te ontheffen van de tijdelijke waarneming van les
sen in de oude talen aan het gymnasium. (Bijlage 113;
dossierno. 208).
Z. h. s. aangenomen.
Punt XIV. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot wijziging van de Verordening op het beheer van het
openbaar slachthuis. (Bijlage 115; dossierno. IX 07.35(2)).
B. en W. stellen voor:
Terstond na de totstandkoming van de rekeningsvoor-
schriften 1924 ontstond er verschil van meening over de
vraag, op welke wijze de bedrijfsrekeningen definitief
dienen te worden vastgesteld. In de verordeningen op het
beheer van de bedrijven dezer gemeente is, in aansluiting
aan de ook elders gevolgde practijk, voorgeschreven, dat
de bedrijfsrekening wordt geacht te zijn vastgesteld tege-
12.9^ üjk niet de gemeenterekening, tenzij als gevolg van dè
vaststelling van de gemeenterekening wijziging van de
bedrijfsrekening noodig mocht zijn, in welk geval een af
zonderlijk besluit van de raad wordt geëischt. De in Uw
vergadering van 13 October 1930 vastgestelde verordening
op het beheer van het openbaar slachthuis bevat dezelfde
regeling.
Met een beroep op een Koninklijk Besluit van 27 Decem
ber 1929 geven de Gedeputeerde Staten dezer provincie
in overweging; het voorschrift te vervangen door een be
paling, dat de vaststelling van de gemeenterekening steeds
de vaststelling van de bedrijfrekening inhoudt en aan
burgemeester en wethouders en den directeur tot ontlasting
strekt. Zij verwijzen bovendien naar het aanhangig ont
werp tot wijziging der Gemeentewet waarin ten aanzien
van de vaststelling der bedrijfsrekening een bepaling/van
gelijke strekking voorkomt, als zij voorstellen.
Daar de kwestie hoofdzakelijk van theoretische aard is,
hebben wij geen bezwaar tegemoet te komen aan de be
denkingen van de Gedeputeerde Staten.
Wij stellen U voor het volgend besluit te nemen:
De Raad der gemeente Sneek;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders
van 5 November 1930, no. IX 07.35(2);
gedeeltelijk, wanneer een verpachting wordt gehouden bij
inschrijving met gesloten briefjes. Wij ontveinzen ons niet,
dat ook aan deze wijze van verhuring bezwaren kleven,
doch met de commissie voor de gemeente-eigendommen
zijn wij van oordeel, dat deze niet van die aard zijn, dat
op grond daarvan een gewone publieke verhuring de voor
keur verdient.
Wij stellen U voor, over te gaan tot publieke verhuring
bij inschrijving met gesloten briefjes van de in de aanhef
bedoelde landerijen voor de tijd van vijf jaren. Een ont
werp van de voorwaarden, waarop de verhuring kan
plaats hebben voegen wij mede hierbij. Ten aanzien van
de daarin voorkomende bepalingen betreffende het hekke-
len en greppelen verwijzen wij U naar het advies der com
missie en naar het daarin aangehaald rapport van den
opzichter, dat bij de stukken is gevoegd.
Wij bieden U navolgend ontwerp-besluit ter vaststelling
aan.
De Raad der gemeente Sneek;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders
van 11 November 1930, no. X 07.351.32(13);
De NIEUWE SNEEKER COURANT is een abonnementsorgaan, verschijnt Dinsdags en Vrijdags. Abonnementsprijs in de stad f 2.50, naar buiten fr. per post f 3.60,
Advertentieblad en wordt gratis bezorgd bij allen die te Sneek geen abonné zijn op de Nieuwe Sneeker Courant en bovendien huis-aan-huis verspreid
V r ij d a g s te Hommerts, Jutrijp, Tirns, Goênga, Gauw, Sijbrandaburen, Offingawier,
Abbega, Oostbem, Deersum, Scharnegoutum, Roodhuis, Oaastmeer, Balk, Stavoren,
Langweer, Bozutn
Alle Advertentiën worden in beide bladen opgenomen.
Door het feit, dat de gewone dienst 1931
geen bijdrage krijgt van vroegere diensten,
moeten alle uitgaven voor dat'jaar dus ge
dekt worden uit de inkomsten van dat jaar.
Een belangrijke wijziging in de groepeering
dier inkomsten heeft de begrooting door
de wijziging in de fiancieele verhouding
tusschen rijk en gemeenten ondergaan. We
zien dat al in hoofdstuk II „Algemeen be
heer”, waarop nog in 1930 een nadeelig
saldo werd geraamd van f 16179, en nu een
voordeelig van f81546, een voordeelig ver
schil dus van f 97725. Gevolg van het feit,
dat nu in dit hoofdstuk de bijdragen worden
verantwoord uit het gemeentefonds ad to
taal f 140.250, waartegenover de uitkeerin-
gen ingevolge de wet van 1897 vervallen.
Op dit hoofdstuk drukken ditmaal extra de
kosten der volkstelling (f 1500) en van 2
verkiezingen (gemeenteraden en Prov.
Staten) f2250.
Inkomsten van dit hoofdstuk f 152023, uit
gaven f70477, batig saldo f81546.
Het hoofdstuk XII belastingen is in
verband met de nieuwe wet op de finan-
cieele verhouding ook geheel veranderd. Als
nieuwe posten vinden we nu in dit hoofd
stuk geraamd de uitkeering van het rijk van
de hoofdsom der grondbelasting ad f 23000
op gebouwd en f 3000 op ongebouwd, hoofd
som der personeele belasting f 58000, op
centen hoofdsom personeele belasting
f28000, 50 inplaats van 25 opcenten ver
mogensbelasting f 10900, 70 opc. hoofd
som gemeente fondsbelasting f 62000. Daar
entegen verdwijnt nu de gemeentelijke in
komstenbelasting uit de begrooting, echter
Burgemeester en Wethouders te machtigen tof het in
het openbaar verhuren bij inschrijving met gesloten brief
jes, van de landerijen der gemeente, vermeld op de bij
dit besluit behoorende staat voor het tijdvak, loopende
tot 1 Januari 1936 en op de voorwaarden, in ontwerp bij
dit besluit gevoegd.
De heer Hoekstra zegt dat in de vorige vergadering be
sloten is reductie te verleenen op de huurprijzen. Wil men nu
de voorgestelde methode blijvend invoeren, dan krijgt men telken
jare huurveranderingen. Op zich zelf heeft spr. tegen tegemoet
koming van de huurders geen bezwaar, want hoe meer het deze
nijvere bevolking, die 14 uur per dag en Zondags nog 7 uur
werkt, naar den vleeze gaat, hoe beter voor ons allen. Toch lijkt
het spr. vei statiger 'n dezen tijd voor 1 of 2 jaar te verhuren;
dé bepaling m het contract wat hekkèTen en greppelen betreft
is in strijd met de algemeene bepalingen; de huurder kan het
goedkooper dan de gemeente en doet het ook in een beter sei
zoen, nl. in de herfst, dan heeft het land gelegenheid te ont
wateren.
De V o o r z. zegt, dat de gemeente afgaat op het deskundig
advies van den opzichter der landerijen. Voor een verhuring
voor 1 jaar voelt spr. niet veel en dan komt van hekkelen en
greppelen heelemaal weinig terecht.
De heer N i e v e e n vindt 5 jaar te lang en is voor 2 jaar.
De heer S ij tem a: Terecht hebben B. en W. opgemerkt dat
bij publieke verhuring de juiste waardeering wel eens in het
gedrang komt; maar ook bij gebruik van briefjes krijgt men nog
geen geheel zuivere toestand. Er zijn koemelkers die land moe
ten hebben en dan meer betalen dan overeenkomt met de
waarde; taxatie acht spr. het beste systeem, dat hij in overwe
ging geeft voor een volgende verhuring.
De heer Zuiderbaan onderschrijft die woorden wel, maar
taxatie is vooral voor landen bij de stad moeilijk; verhuren voor
5 jaar acht spr. echter thans niet gewenscht.
De Voorz.: Bij verhuring op korter tijd doen de menschen
over het geheel minder aan het land.
De heer D o k k u m vraagt zich af hoe de huurders tegenover
de termijnen staan. Allicht is het verstandiger de huurtermijn nu
niet te lang te nemen, bv. 3 jaar. Als de huurders de voorkeur
geven aan een langere termijn,’ is het natuurlijk wat anders.
De Voorz.: De huurders kunnen in hun pachtsommen met
het risico rekening houden en bovendien men weet niet hoe
lang de slechte tijd zal duren.
De heer Smeding gelooft dat de huurder liever voor 5 jaar
huurt dan voor 2 of 3. Dat is voor het land ook beter.
De heer Hoekstra: Ja, in normale tijden.
De heer Blok: Nu kunnen de menschen voor een langere
tijd allicht voor lage huur pachten, omdat de toestand niet roos
kleurig is. Er zit nu wat risico in, maar voor de pachter kan het
nu toch gauw.
Het voorstel-H oekstra om voor 2 jaar te verhuren, komt
in stemming.
Voor stemmen de leden: Nieveen, Hoekstra, Siemensma,
Breeuwsma, Sijtema en Zuiderbaan; tegen stemmen de leden
Boeijenga, Oppenhuizen, Potma, Boonstra, De Groot, Blok,
Smeding en Dokkum.
Verworpen met 86 st.
Het voorstel van B. en W. wordt nu z. h. s. aangenomen.
Punt XVI. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
om hen te machtigen tot het doen uitvoeren van enkele
daarin met name aangeduide kleinere werken bij wijze van
werkverschaffing. (Bijlage 117; dossierno. 1.836.1(1)).
B. en W. stellen voor:
Door de geleidelijk stijgende werkloosheid daartoe aan
gespoord, zijn wij er op bedacht geweest rond te zien naar
enkele kleinere werken, welke er zich toe leenen, om in de
komende wintermaanden bij wijze van werkverschaffing te
worden uitgevoerd. Het voorstel tot de aanleg van een
woonwagenpark bij de Lemmerweg, dat U tegelijkertijd
met dit voorstel wordt aangeboden, is hiervan mede een
uitvloeisel. Naast dit werk worden in het rapport van den
Directeur der Gemeentewerken dd. 4 November jl. nog een dat op een bij dit voorstel behoorende teekening
zevental werkjes aangewezen als geschikt om daarbij keurig is aangegeven en dat dan een uitweg zou moeten
werkloozen te werk te stellen. Wij noemen hiervan het verkrijgen naar de Lemmerweg. Dit gedeelte, dat niet voor
weder aanbrengen van een boombeplanting langs de Wes- de reinigingsdienst in gebruik behoeft te worden genomen,
tersingel na de rooiïng van de bestaande boomenrij aldaar, leent zich voor het aangegeven doel o.i. uitstekend. Op de
het verder doortrekken van het plantsoen aan de Kerk- teekening is aangegeven hoe de uitweg naar de Lemmerweg
-gracht in de richting van de Koningsbrug, het verfraaien kan worden gemaakt. Een vergunning tot het leggen van
de hoofdtoegangsweg tot het Wilhelminapark, de een dam in de sloot naast de Lemmerweg is bereids bij
verbetering van de toegang tot de stad aan de Bolswar- de Rijkswaterstaat aangevraagd.
derweg, de uitdieping van de sloot langs de Kapelstraat Volgens een zich bij de stukken bevindend schrijven van
BESLUIT:
de bij raadsbesluit van 13 October 1930, no. 4, vastge
stelde verordening op het beheer van het openbaar slacht
huis in die zin te wijzigen dat art. 21 wordt vervangen
door de volgende bepaling:
Art. 21.
Het besluit van de Gedeputeerde Staten tot vaststelling
van de gemeenterekening sluit in zich de vaststelling van
de rekening van het bedrijf en strekt aan burgemeester en
wethouders en den directeur tot ontlasting behoudens later
in rechten gebleken valschheid in bewijsstukken.
Z. h. s. aangenomen.
Punt XV. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
het in het openbaar verhuren van landerijen. (Bijlage 116;
dossierno. X 07.351.32(13)).
B. en W. stellen voor:
Op 1 Januari 1931 eindigt het tijdvak, voor hetwelk zijn
verhuurd de landerijen der gemeente, vermeld op de hierbij
overgelegde staat.
De opzichter der gemeente-landerijen heeft in overwe
ging gegeven, in afwijking van de tot dusver in het alge
meen gevolgde regel, de publieke verhuring voor een nieuw
5-jarig tijdvak niet te doen geschieden bij .opbod, doch bij
inschrijving met gesloten briefjes.
Blijkens haar hierbij overgelegd advies kan de com
missie voor de gemeente-eigendommen zich vereenigen met
de meening van den opzichter.
Aan een publieke verpachting bij opbod zijn twee be
zwaren verbonden, welke vooral in de thans heerschende
minder gunstige economische omstandigheden, sterk naar
voren kunnen treden. In de eerste plaats heeft de ervaring
geleerd, dat bij een publieke verpachting als tot dusver
plaats vond, meermalen op ongemotiveerde wijze en met
bedoelingen van twijfelachtige aard wordt opgeboden. In
normale omstandigheden ligt het naar onze meening niet
op de weg der gemeente om als verhuurster daaraan bij
zondere aandacht te schenken, doch in de omstandigheden,
waarop wij zooeven het óog hadden, moet alles worden
vermeden wat het genoemde euvel in de hand zou kunnen
werken.
Een tweede bezwaar, dat bij een vorige gelegenheid
reeds in eenigermate werd gesignaleerd, is dat bij een
mo. publieke verpachting bij opbod de mogelijkheid bestaat,
over 1931 nog niet geheel, daar nog ff s J H J
f120500 betreffende het in het dienstjaar dat de gegadigden onderling overleg plegen, waarvan de
eindigende belastingjaar wordt ontvangen gemeente in financieel opzicht de dupe zou kunnen worden.
- -- Beide bezwaren kunnen worden ondervangen, althans
aan Burgemeester en Wethouders machtiging te ver
leenen tot het uitvoeren der in hun voorstel genoemde
werken.
De heer S ij t e m a is «erkentelijk voor de wijze waarop B. en
W. gezocht en gevonden hebben werk, dat de vrij groote werk
loosheid kan bestrijden. Wij hebben ook zelf nog al eens ge
zocht, doch zijn niet zoo gelukkig geweest als B. en W. Toch
meent spr. dat de kwestie woonwagenpark niet geheel mag
worden gezien 'als werkverschaffing, dit is een noodzakelijk
werk, dat al jaren in overweging is en daarom wenscht spr.
dit niet te zien als werkverschaffngsobject, doch als gewoon
werk.
De Voorz.: Dat is toch een apart voorstel.
De heer Breeu wsma: Als dat zoo beschouwd wordt
hebben we tegen dit voorstel geen bezwaar.
Z. h. s. wordt het voorstel van B. en W. nu aangenomen.
Punt XVII. Advies van Burgemeester en Wethouders op
een adres Van het,bestuur van de Christelijke Besturen
bond, houdende verzoek, om invoering van algeheele Zon-
dagssluiting voor de maanden October tot en met Maart
van de bruggen, is onderhoud en beheer bij de gemeente
en op een adres van den Directeur van de fabriek Sneek
van de Ned. Maatschappij van Kaas- en Roomboterfabrie
ken, om de bestaande regeling van de Zondagssluiting der
bruggen te handhaven. (Bijlage 118; dossierno. 1.811.122.
5(2)).
Het voorstel van B. en W. was opgenomen in een onzer vorige
nummers.
De heer Nieveen: Zoolang niet wettelijk getornd wordt
aan het verkeer voor auto’s en wagens op Zondag, vind ik het
beperken van de scheepvaart machtsmisbruik, waar de bruggen
ei niet zijn voor de gebruikers der vaarten, doch voor de
wegengebruikers. Wil men de menschen Zondagsrust gunnen
dan was het dus logisch dat men de brug Zaterdagsavonds open
deed en Zondagsavonds weer sloot. Spr. zegt dat als de diensten
uit Holland Vrijdags door stormen overvallen worden en eerst
Zaterdags over de Zuiderzee komen, dit voorstel de opvarenden
verhindert Zondags in hun familiekring door te brengen. Spr.
vindt het niet billijk dat zulke menschen dan gedwongen worden
buiten Sneek te blijven. Spr. stelt voor de bestaande regeling te
handhaven.
De heer Zuiderbaan heeft bezwaar tegen het vervallen
der openstelling van de bruggen van 3'44'4 op Zondagen in
den zomer. Het aantal motorbooten ook in de omgeving neemt
steeds toe en juist deze passeeren om die tijd gaarne onze brug
gen en kunnen niet tot 7 uur wachten. Al gunt spr. de brug
wachters gaarne rust op Zondag, hij vindt het jammer voor de
schippers die geen gemoedsbezwaren hebben en in deze slechte
tijden nog wat verdienen willen, dat zij nu op Zondag niet kun
nen varen, waarom spr. meegaat met den heer Nieveen. De
vervanging der brugwachters is hier zoo voldoende geregeld
dat ze voldoende Zondagsrust hebben.
Het voorstel van B. en W. komt in stemming.
Voor de leden: Blok, Sijtema, Dokkum, Boeijenga, Oppen
huizen, Potma, Boönstra, de Groot, Siemensma en Breeuwsma;
tegen stemmen de leden: Smeding, Zuiderbaan, Nieveen en
Hoekstra.
Met 104 st is dit voorstel aangenomen.
Punt XVlll. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot het inrichten van een woonwagenpark bij het terrein
der gemeentereiniging met uitweg op de Lemmerweg.
(Bijlage 119; dossierno. 1.754.21(13)).
Volgens artikel 10 der Algemeene politieverordening is
het verboden binnen de gemeente met woonwagens een
andere staanplaats in te nemen dan het gedeelte van de
Oudedijk, dat door vanwege Burgemeester en Wethouders
te plaatsen borden daarvoor is aangegeven. Reeds meer
malen hebben wij overwogen of niet, met het oog op de
omgeving, naar een andere staanplaats moest worden
rondgezien. Nu er, ter leniging van de dreigende werk
loosheid, naar werkgelegenheid moet worden omgezien,
is onze aandacht opnieuw op dit punt gevestigd. Wij mee
nen dat, om verschillende redenen als meer geschikte
plaats, de voorkeur moet worden gegeven aan een gedeelte
van het terrein van de gemeente-reiniging, nl. het gedeelte
nauw-
De begrooting onzer gemeente over 1931
heeft bij vorige jaren vergeleken eenige be
langrijke veranderingen ondergaan, gevolg
van de wijziging in de financieele verhou
ding tusschen rijk en gemeenten en van het
raadsbesluit tot instelling van een algemeen
reservefonds. De invloed van dit laatste be
sluit bemerken we al direct in Hoofdstuk 1
„Vroegere diensten”. Ditmaal wordt ’t batig
saldo van de laatst afgesloten dienst (1929)
niet meer in de gewone ontvangsten van
1931 opgenomen, doch afgevoerd naar het
algemeen reservefonds. Dit reservefonds,
dat geopend werd met de reservefondsen der
bedrijven, totaal f 72245,896 groot, ontving
in 1930 ’n gedeelte van de winst van ’t elec-
triciteitsbedrijf over 1929, nl. f5123, 40
van de winsten van gasbedrijf en waterlei
dingbedrijf over dat jaar resp. ad f 10224
en f 7456 en steeg daardoor tot f 95049.
Er komt in 1931 nog aan ten goede een ge
deelte van het batig saldo van de gewone
dienst over 1928 ad f 14500, winst van het
electriciteitsbedrijf over 1930 f"
40 winst gas- en waterleidingbedrijf over
1930 resp. f5120 en f4476 (alles geraamd)
en bedraagt dus in dat jaar f 121.198.
Hierbij komt nu in de eerste plaats het
saldo van de gewone dienst 1929 ad f 19393,
voorts de geraamde winst over 1931 ad
f2964.48 (1930: f2052.51) van het electrici
teitsbedrijf.
De winst van het waterleidingbedrijf
wordt f2300 hooger geraamd dan in 1930,
nl. f 13518.28, waarvan 40 naar het reser
vefonds gaat, zijnde f5407.31, de winst van
het gasbedrijf wordt f 1350 hooger ge
raamd dan in 1930, nl. op f 14157 en ook
hiervan gaat 40 naar het alg. reserve
fonds, zijnde f 5662.87. Het algemeen re
servefonds wordt door al deze bijdragen
totaal geraamd op f 154626.
Nu wij het toch over de bedrijven hebben,
vermelden wij, dat voor het eerst een be
drijfsrekening van het slachthuis voor
een vol jaar is opgemaakt, die sluit zonder
verlies of winst. Tot nog toe leverde de
keuringsdienst voor vee en vleesch een niet
onbelangrijke bate aan het hoofdstuk
„Volksgezondheid”, waarvan het nadeelig
saldo, door het onttrekken van de inkomsten
en uitgaven van de keuringsdienst van
f788 in 1930 stijgt tot f6246 in 1931. Uit-
teraard zal eerst later kunnen blijken in
hoeverre het slachthuisbedrijf in staat is
winst te maken.
Het nadeelig saldo van ’treinigings-
bedrijf is f 1800 lager geraamd dan in
1930, het verlies op het woningbedrijf
daalt, tengevolge van de afnemende rente
last, regelmatig.
IS
ut
FIEIIWE SNEEKER COURANT
annex SNEEKER COURANT (74e Jaargang)