Kinderrubriek.
De Avonturen van Snuffelgraag en Knagelijntje.
i
leemarKl te Leeuwarden.
n
4'
Skledkindige Oameikeningen
oer
1
Het betooverde kasteel.
ddUüdS- CÜ AdlklüCïklllCÜ.
uuv wajlubm, a April 1»81.
i.
I
Werkzoekenden:
Wirdt forfette.
Of dit een afdoende voorzorgsmaatregel
Toppenhuzen).
(Nadruk verboden.)
(Slot.)
ee-
on-
ian
oor
cht
ler
Kostelooze bemiddeling voor Werkgevers en
z Werkzoekenden.
vroolijk pratend naar huis terug, om ’t blijde
nieuws bekend te maken.
De drie achterblijvenden vertelden elkaar
159. Daar fluistert Snuffelgraag de mui
zen van zijn partij, enkele woorden toe. Ze
grinniken even, knikken dat ze er alles van
begrijpen en beginnen dan nog sterker te
trekken Kwispelaar krijgt het moeilijk,
hoor.
waarschuwd voor het gevaar, dat hem
dreigde.
Zij kwam juist op tijd, want op, het oogen-
’k Ga ook nog eierzoeken,
Dan ga ’k met Vader mee.
Dat wordt een reuzedagje.
De velden in, hoezee!
We zwaaien onze strijdbijl:
Wahiwahuohooi 1
En dansen saam een krijgsdans.
O man, wat wordt dat mooi!
’k Ga Indiaantje spelen
Des avonds op het plein.
We sluipen door de prairie:
Waar zou de vijand zijn?
En als ik daarna thuis kom,
Ga 'k lang nog niet naar bed.
Maar ’k blijf nog uren lezen.
O kerels, wat een pret!
e
n
’k Ga met de jongens trainen,
We zijn van L. S. C.
Als nu het veld maar droog blijft!
Zoo’n glijboel valt niet mee.
irij
ide
m-
len
>n-
SKE ARNEG OU T UM
samle troch
UPCKO FEN SCHERNHEMSTRA.
35.
«ft
ure
te
dr.
55,
tot
□r-
ror
as.
ng
:he
ru-
ht,
11e
eh
or-
oor
Ike
'en,
.én,
en,
rk
;n
in
e-
n.
rs-
Ie
li
r
as
:n
n
1,
Vliegongelukken in Engeland.
De officier-vlieger Little is bij Rochford
met een gevechtsvliegtuig van 100 M. hoog
te, neergevallen. Hij was op slag dood. De
bestuurder had assistentie willen verleenen
aan een anderen vlieger, die een noodlan
ding moest maken. Dit is reeds het 34ste
menschenlevenj dat de Kon. luchtmacht dit
jaar te betreuren heeft.
Vreeselijk drama.
Dinsdagmorgen schoot de 24-jarige ge
trouwde vrouw Therese M. te Aschaffen
burg haar 37 jaar oude zuster en haar 3
kinderen, een meisje tweeling van 6 jaar en
een knaapje van 4 jaar met een revolver
neer. De zuster en de beide meisjes waren
onmiddellijk dood, terwijl het knaapje ster
vend is. De ongelukkige vrouw wierp zich
daarop uit een raam op de 4e verdieping.
Zij werd dood opgenomen.
Het.
Nog stonden, ze verschrikt naar de onbe
wegelijke gedaante te kijken, toen ’n vreem
deling de hal binnen kwam. Hij was een-' blik'dat de ridder door een raam naarliui*-
feestelijkheden te presideeren.
Om te voorkomen dat de souverein dom
heden begaat is d.e helcVhunner keuze een Pitersbierrum),
getrouwd man, vader van eenige kinderen. Isaac (Tietsjerk), Mattheus (Martinus) (to
Of dit een afdoende voorzorgsmaatregel Toppenhuzen).
is? Alexandre Meignotte zoo heet hij j Hy waerd as kandidaet fen de klassis
is pas vijf en twintig jaar.
I hie noch fjouwer broerren dy’t itselde amt
waernommen, nl. Jacobus (dy’t stie o. te
Johannes (Aldehoarne),
C.
;d:
ijk
iu-
■4
ir-
:r-
BURGERLIJKE STAND.
1JLSI, 20—27 Maart 1031.
Geboren geene.
Ovei leden Jam je Tuinhout 47 j. Echtgen.
Uusse Wijociiga eerder wed. v. Jelle
/an der Veldeö.jmen outna 91 j. wedn.
Cicetijc de jong.
161. Plotseling loopt de groep van Snuf
felgraag een eindje terug. De partij van
Kwispelaar heeft daarop niet gerekend. Ze
trokken allemaal zoo hard ze konden en nu
het trekken aan den anderen kant inééns
ophoudt
Va
GEMEENTELIJKE ARBEIDSBEURS. t
Paleis v. Justitie, Marktstraat, Tel. no. 231.
4. Fen Abraham Overney witte wy hwet
mear. It wier in soan fen de 3de Skearne-
goutumer dümnij (nü. 1 op dizze list). Hy
162. Nu gaat de heele partij van Kwis
pelaar ineens van de sokken. Alle muizen
spartelen door elkaar of ze knikkers waren.
Trekken, roept Snuffelgraag triomfan
telijk. We hebben ze, jongens. Even de
tanden op elkaar!
Ja, heel die veertien dagen,
Dat wordt een feuzétijd.
Hoera, voor de vacantie!
Lang leve de joligheid!
gua wordt het aantal dooden op ten minste
1150 en dat der gewonden op.3000 ge
raamd. De aanvoer van medicamenten en
levensmiddelen is ontoereikend. De schade
zal in hoofdzaak door Engelsche assurantie-
maatschappijen worden gedragen. De puin-
hoopen van de Engelsch-Zuid-Amerikaan-
sche Bank, waaronder zich in een sate en
kele millioenen moeten bevinden, zijn voor
alle zekerheid opgeblazen. De waakzaam
heid der straatpatrouilles heeft tot dusverre
plunderingen kunnen voorkomen.
Het Amerikaansche gezantschap is door
brand verwoest. Amerikaansche troepen ver
richten patrouilledienst.
Naar uit Managua gemeld wordt, vordert
de bestrijding van de brand, die op de aard
beving gevolgd is, thans iets beter, daar de
wind omgeslagen is. Onder de puinhoopen
moeten zich nog talrijke dooden, hoofdza
kelijk vrouwen en kinderen, bevinden. De
medici van het eenige niet door de ramp
getroffen ziekenhuis wachten met ongeduld
op geneesmiddelen. Er zijn verscheidene
vliegtuigen met medici, verpleegsters en
medicamenten onderweg.
Reuter meldde gisteravond uit Managua,
dat men nu vreest, dat het aantal dooden
tengevolge van de aardbeving meer dan
5000 zal bedragen. Er zijn meer dan 1000
menschen gedood, die zich tijdens de aard
beving op de markt bevonden en 700 zijn
omgekomen door het instorten van een zie
kenhuis en de gevangenis. Het grootste deel
van de slachtoffers kon niet geïdentificeerd
worden.
De wegen in de buurt van Managua zijn
vol halfverhongerde kinderen.
Op de pleinen zijn dadelijk lazarettenten
opgeslagen. 5 chirurgen hebben meer dan
24 uur lang voortdurend operaties verricht.
Er werden meer dan 150 ernstige operaties
verricht, terwijl de aardbevingen nog voort
duurden.
In een veldlazaret buiten de stad zijn de
laatste dagen 8 kinderen geboren.
Naar de Associated Press uit Managua
meldt, wordt de door de aardbeving aan
gerichte schade op 175 millioen gulden ge
schat. Door den krachtigen wind laaien tel
kens tusschen de puinhoopen weer vlammen
op.
1 afbramer, 1 ass.-accountant, 1 bank
werker, 3 bakkers, 1 banketbakker, 1 bloe-
mïst-tuinman, 1 borstelmaker, 2 brood-,
koek- en banketbakkers, 1 fabrieksarbeider,
1 gasfitter, 2 glas in loodzetters, 9 grond
werkers, 1 handlanger, 1 houtbewerker, 1
huisbewaarder, 1 kantoorbediende, 1 kan
toorbediende (vr.), 1 kapper, 1 kinderjuf
frouw, 5 landarbeiders, 1 lithograaf, 2 ma
chinisten, 3 magazijnbedienden, 1 metaal-
draaier, 1 metaal-polijster, 2 metaalslijpers,
1 metaalslijper-polijster, 2 metselaars, 1
meubelmaker, 1 notarisklerk, 11 opperlieden,
1 reiziger, 1 rijwielmonteur, 6 schilders, 1
schipper, 1 slager, 4 smeden, 1 stoffeerder,
1 stoker, 1 stucadoor, 1 tabaksbewerker, 20
timmerlieden, 1 touwslager, 1 verpleegster,
1 wagenmaker, 1 zetschipper, 1 zilversmid,
67 zonder bepaalde vakkennis.
Ik heb uw edelmoedigheid niet vergeten
en beloon ze op deze manier. Eén ding moet
de reus en de reuzin en keerden daarnaleeft, moogt ge niet naar uw land terug
keeren. Als ge dat doet, zal hij u net zoo
lang martelen, tot ge hem verraden hebt, wie
u in deze nacht heeft helpen ontvluchten.
Beiden zal hij ons dan dooden. Voor u zoo
wel als voor mij is het dus beter, dat ge niet
terug komt tijdens het leven van de reus.”
De ridder gaf zijn belofte en trok de wijde
wereld in. Veel maakte hij door, wonder-
Schoonheidskoning.
Het schijnt dat de openbare meening in
Frankrijk min of meer beu wordt van de
tailooze „schoonheidskoninginnen”, die dan
hier dan daar worden gekozen. Elk arron
dissement, elke stad, elk gilde heeft tegen
woordig een „reine”, die gedurende een
jaar wordt geëerd en gevierd.
De mijnwerkers van het dep. Pas-de-Ca-
lais hebben met de traditie willen breken en
te Courrières een jongen kameraad tot
„schoonheids-koning” gekozen. Hij heeft de
opdracht gedurende 1931 alle bijzondere
Felle koude in Griekenland.
In Noord-Griekenland heerscht groote
koude, die gepaard gaat met een hevigen
sneeuwval. De omstreken van Florina en
Castoria zijn met een sneeuwkleed bedekt.
In het gebergte bij Volo werden de lijken
van 5 personen gevonden, die tijdens 'den
jongsten sneeuwstorm om het leven zijn
gekomen.
Nabij Cardiza werden 2 zusters door den
sneeuwstorm overvallen, zoodat ze eveneens
bevroren. In het ziekenhuis te Volo zijn tal
rijke boeren met bevroren armen of beenen
opgenomen. De plotselinge hevige vorst
heelt ook den landbouw groote schade be
rokkend.
160. Nog een eindje trekt de partij van
Snuffelgraag met alle macht de groep van
Kwispelaar voort. Dan komt er weer stil
stand. Snuffelgraag draait even zijn hoofd
om, Ja, zegt hij en daar gebeurt het...
Fijn, ’s avonds laat naar bed toe!
En ’s morgens geen gezeur!
Geen sommen, die je plagen,
Geen zorgen aan Je deur,
troch d.e klassis Sriitg-yn Nov, 1687, mar ds.
wier net fen plan, hj arren det to sizzen; hy
makke him der mei öf troch to sizzen: „Om
redenen by my selven hebbendel”
In jier letter, 6 Nov. 1688, krijt er fen de
Klassis dé rie, net wer nei it leedzjemiel fen
de „papisten” to gean, oars binne de gefol-
gen tor him.
Yn 1699 is deselde dümnij scriba fen de
sinóade. Mar op ’e Ljouwerter klassis wirdt
yn Maeije 1700 klage, det de scriba sok
treurich wirk levere hie. it wier Qnfolslein,
sadet noch forskate saken üt de memoarje
ten do bywêzige Sinoadeleden opteikene
wirde moasten, De Klassis tocht, sa n scriba
to „citeeren en ter verantwoording te roepen
en de synode te verzoeken voortaan bequa-
mer mannen te kiezen.”
Yn 1703 wirdt er emeritus (14 Juni) en
giet nei Sleat ta to wenjen. De stimrjuch-
tichde leden kieze him ta alderling yn 1717,
mar ds. de la Ferte (1711—1751), de boar-
gemaster en rie en in protte lidmaten, wierne
der min oer to sprekken. Hja stjüre in stik
yn by de klassis, dér t it foigjende yn stiet:
a. Ds. Scaevola, dy’t al sunt 1703 emeri
tus is, is üngeskikt, „door groote swackheyt
en onmagt, als ouderling, in hoedanigheid
waarvan hij ook tot gec.(ommitteerde) of
dep.(utatis) Syn.(odi) zou kunnen worden
gekozen.”
b. Hy hat it boargerrjucht fen de stêd
noch net, en de bilêsung dêrfor hat er net
bitelje wollen; sa lang t it de ünderteike-
ners heucht, is it net foartallen, det ien ta
alderling keazen waerd, dy’t gjin boarger
wier.
c. De nijkeazene kin net mei syn iennichste
soan, Wibrandus (by Romein wirdt er
Johannes neamd), dy’t him opfolge is to
ökearnegoutum, mar nou nei Ynje tagongen
is, sünder mei syn heit forsoend to wezen.
Dr. Cuperus, dy’t dizze Disünderheden
forhellet yn syn n.n. boek, teikent hjir by
oan; „Blijkbaar werd dus de omstandigheid,
dat Scaevola bij sommigen, vooral bij ds.
ds la Ferte, geene persona grata (wol sizze:
det er net yn e ginst stie) was, door de ma
gistraat der stad benut als een middel om
den onechten burger een hak te zetten en
tevens om zich reenten te verschaffen in ker
kelijke zaken. De classis, dit wel inziende,
keurde na een mislukte poging, om de par
tijen tot elkaar te brengen, de benoeming
goed en Scaevola werd ais ouderling beves
tigd door twee harer vertegenwoordigers,
daar ds. de la Ferte zich verontschuldigde.”
Nei dizze trammelhnsje libbet er noch
fjouwer jier. Yn 1721 forstjêrt yn itselde
plak, yn de hege êlderdom fen 80 jier.
Drie visschers omgekomen.
Drie Zweedsche visschers uit een dorpje
bij Flekkefjord, die met een roeiboot waren
uitgegaan om netten uit te zetten, zijn tijdens
een hevigen sneeuwstorm omgekomen. De
boot met het lijk van een der drie mannen
is aan land gedreven. De verongelukten
waren twee broers van ongeveer vijftig jaar
en de twintigjarige zoon van een hunner.
man.” I
Zij omhelsde hem en ook Koos begroettehoofd.
„Eens hebt ge mij het leven gered. Ik was
I onder een vallende boom geraakt in het een-
Toen de boeren hoorden, wie de vreemde-1 zame woud en zou van honger omgekomen
ling was en wie Koos en zijn moeder in wer-1 zijn, als gij me niet gevonden hadt. Ge liet
kelijkheid waren, hieven zij een luid gejuich uw arbeiders roepen om de boom weg te
aan. Hun oude heer, wiens edelmoedig ka- wentelen, zoodat ik weer vrij was.
rakter velen onder hen zich nog zeer goed En ik behoorde toch tot het geslacht der
herinnerden, was teruggékeerd met zijn reuzen, de vijanden der menschen.
vrouw en kind. Nu zou er een goede tijc-
voor hen aanbreken.
Op verzoek van de ridder begroeven zij ge mij echter beloven. Zoo lang de reus
lijke avonturen beleefde hij. Hard en moei
lijk was vaak zijn leven, maar steeds hoopte
hij, dat hij nog eens naar zijn land zou kun
nen terug keeren.
Zou hij zijn vrouw en zoon daar nog vin
den? Leefden ze nog? Waar waren ze en hoe
ging het hun?
Dergelijke vragen kwamen dikwijls bij
hem op. Eindelijk, toen hij de hoop op een
weerzien al had opgegeven, kreeg hij be
richt van de fee.
Zij meldde hem, dat zijn vrouw en zijn
zoon in zijn kasteel op hem wachtten. Da
delijk was hij op reis gegaan naar zijn land
en zijn kasteel. Wie hij daar vond, weten
wij reeds.
De ridder nam nu het kasteel weer in be
zit, waar hij verder met vrouw en kind ge
lukkig leefde. Hij was een vriendelijk en
rechtvaardig heer voor zijn ondergeschikten.
Daardoor heerschte in zijn land tevreden
heid en geluk.
VACANTIE.
Hoera, het is vacantie!
Ha jongens, wat een feest!
Twee weken niet naar school toe.
’k Ben nooit zoo blij geweest.
voudïg, bijna armoedig gekleed, maar in zijn ten klom, kwam de reus de trap reeds op-
houding lag iets gebiedends, dat de boeren stormen.
onwillekeurig naar achteren deed wijken, I
toen hij op Koos en zijn moeder toe liep.
„Kent ge mij nog?” vroeg hij.
oannomd de 20 Mei 1634, waerd lid fen de
I klassis de 17de fen Junymoanne. Emeritus
I waerd er 19 Mei 1681 en itselde jier for-
stoar er (17 Maeije), Aid 77 jier. Neffens in
hênskriff fen Burmania, det oer pastoarkes
giet, wier „Overnei A.” berne to „Zuidwol-
de”, troud to Ljouwert („wesende cand.”)
met Lijsbet Roos 28 Jul. 1633.
Yn ds. Overneij syn tiden wier it forbean
in lykrede to hélden, om’t it „Roomsche
superstitie” wier! Hwa’t al sa polyst is, it
to dwaen komt ünder sensuer. Mar Abraham
Overneij jowt der neat om. Hy héldt de lyk
rede op de biïerdiging fen Ds. Obbertus
Sixtus’ frou (Boasum). Dy rekket der troch
yn tsjok waer mei de klassis, mar wol net
ünthjitte, det er it letter noch net ris dwaen
scil. (Oct. 1664).
Yn 1680 fortoane hjar by de 21de dümnij
sokke Slderdomsbrekken (hy is nl. swak
fen memoarje), det er üntslach oanfreegje
I moast. Det krijt er, lyk as ik boppe skreau
19 Mrt. fen it foigjende jier.
5. Him folget op Joh. Schultetus, Schulte-
tus Everhardussoan. Hy waerd fen Toppen-
jhuzen biroppen yn 1681 en 22 Des. 1685 is
er forstoarn, do’t er noch mar 46 jier wier.
6. Twa jier is Skearnegoutum den fakant.
1 Nov. 1687 komt de nije pas. Hy hjit Wil
lem Scaevola, stie eartiids to Heech en noch
earder to Aldemardum fen 16751684. De
foigjende libbensbisünderheden haw ik fen
him foun. Yn ds. Scaevola’s tiden plichte
de klassis wol ris oan in dümnij, dy’t in bi-
rop oannomd hie, to freegjen, hwêrom ’t hy
det dien hie. Him waerd dy frage ek steld
Steeds meer groepjes voegden zich bij
Koos en zijn moeder en toen ze eindelijk bij
het kasteel aankwamen, was het gezelschap
tot een groote menigte aangegroeid.
De reuzin, die in de toren op de uitkijk
zat, zag hen naderen.
Uit ongerustheid over de reus, die ze de
vorige avond na haar wandeling niet thuis
gevonden had, was ze de gansche nacht op
gebleven.
Wat beteekende nu dit ongewone bezoek
van zoo’n massa menschen? vroeg ze zich
af, terwijl ze haastig naar beneden liep. Zou
de reus een ongeluk hebben gehad?
Verschrikt en zenuwachtig rende ze de
steile wenteltrap af. In haar haast gleed ze
uit op een uitgesleten trede en viel naar
benéden, op de steenen vloer van de hal. Ze1 hun lotgevallen gedurende hun lange schei-
was onmiddellijk dood. ding. Het verhaal van de ridder kwam op
Zoo werd ze gevonden door Koos en de het volgende neer:
andere mannen, diê met geweld de deur| In de nacht, toen de reus het kasteel was
Jiaddén geopend toén niemand hen binnen binnen gedrongen, had de reuzin hem ge-
Gevraagd personeel:
^Mannen: amanuensis (Amsterdam;,
Utrecht), ambtenaar (Amsterdam Leeuwar?
den, Utrecht), bankwerker (Enschede, Ber-j
j|“n op Zoom), behanger (Leeuwarden, Am
sterdam), boerenknecht (Hoorn, Schiedam?.
Rotterdam), boomer-kettingscheerder (Eindho-
ven), ciseleur (Utrecht), colporteur (trice)
(Utrecht), fabrieksbaas (Bergen op Zoom),
gasfitter (Leiden), kleermaker (Hoorn, Ter-j
neuzen), lasscher (Utrecht), lederbewerker
(Amsterdam), mandenmaker (Zutphen),
metaalslijpers (Roermond), metaalslijper-
polijster (Sneek), meubelmaker (Hilver
sum), plaatwerkers (’s Gravenhage), op
zichters (Amsterdam, Leeuwarden), stoker
(Leeuwarden)rietwerkers-wiegenmakers
(Apeldoorn), slagers (Tilburg), stucadoors
(Utrecht), suikerwerker (Utrecht), zager-
kistenmaker (Haarlem), zilvergraveur (Am
sterdam).
Vrouwen: dienstboden (Alkmaar, Bre
da, Delft, Enschede, Haarlem, Helmond, ’s
Hertogenbosch, Leeuwarden, Rotterdam,
Tilburg, Venlo, Winschoten, Zutphen)
meisjes (Bergen op Zoom).
De reuzin bracht de ridder vervolgens
j door het bosch, waar hij zelf in donker nooit
de weg had kunnen vinden. Op de heide aan-
„Arnout!” riep de vrouw. „Mijn lieve1 gekomen, nam ze afscheid van hem. Toen
I hij haar wilde bedanken, schudde zij het
zijn vader, die zoo onverwacht was terug-
gekomen.
J
r-
ESS
n
ms
in.
9e
ch
aM
1
j
:r-
lat
fe
n.
[-
a-
i.
P
s-
n
s.
P
I
it-
rij.
3él
(ïplinrr rip hal hinnpn Izivam Mi, wac ppn. I
di«ream*rkl pl.m. 63u00 silo’s kipsisroa
iga/uoii 81/a Ok «k P- Beaseiere»
ióu0 A.U, ,vi l> ot. par stak.
8 April i»81.
e2 Sti ren 80410 On. UO00 454 vetts
Koeien 805 1505 meike- ea kalvekoeua
o tuor. IcO - a9j Ze »oort bvb Pia«
«a 9o 176 41 Vette Kal/erea 40 - Ivb 00
UriaiKalveren tO uuü bo4 Anceteren dito
11 1ZU Vette Schapen Zb 8t>. Weide
le&upen Z4óz tUU Lammere» 00— OJ !Uö5
ette Varaens c6 1 0 vb Magere Varkens
U65 OU Vette Big en uU U 4b4 klein»
.ito 0—13 iti Bukae» en Geiten Paar-
lua en Veulens vu- Ov.
Is samen 6073 sinas vee,
Vette koeien per K.ü. 68—0.88 Vette Var-
eae per K.G. 85—40 et. Zouters p. kg. 40—42
OVSRZIOHT.
Handel in Meike-, kalve-, vare- en vette
ueien eu g^ede soort redelga goed. Overigens
alm, a loop waarschqalgc stugger. Stieren
raste Svort wei prgsu. Pinkstienjes traag.
Piaken redelg» good, door duurdere verkoop
ets kalmer dan voilg. week. Vette kalveren
lecht. NucU eren kalveren f.auwer. Vette
varkens pry»h. Zouter» .ets duurder. Wolvse
ag-