De Avonturen van Snutfelgraag en Knagelijntje.
Het bittere erfdeel
1
FEUILLETON.
a
I
7/
2
L.S.C;- Voetbaltournooi.
n
De wedstrijden.
(23
J
e
Black BoysG.V.A.V. adspiranten, 11.
L.S.C.Sneek juniores. 101.
SneekG.V.A.V.-juniores
0—8.
Wordt vervolgd.
Onder leiding
Zandstra betreden
5—5
0—5
5—5
5—3
Sneek adspirantenG.V.A.V. adspiranten
6-0.
pnt.
22
20
20
8
8
8
4
2
2
0
0
gesp.
12
11
10
7
10
9
8
gew.
10
8
7
6
6
5
4
4
4
2
1
1
L.
e.;
D.
He
ve
01
(F
D.
D.
rin
lar
dr<
ge<
ge:
ge
•ver
het
ste
Dr
ten
dat
ove
ma;
VCS1
zich
ver
son.
It
dan
nekt
een
en
Gol
A
L
de
gen
beie
waa
is,
Hierna volgde de finale tusschen de win
naars le ronde adspiranten ploegen. Dat
waren Sneek en G.V.A.V. De thuisclub
was te sterk voor de kleine Groningers. Tot
rust ging het nog wel. De kleine Spakman
was weer danig in actie. Ekke de Haan wist
voor de rust Sneek de leiding te geven, en
verhoogde na de hervatting de score tot 2-0.
Poiesz, Punter, Poiesz en Voerman voerden
de stand op tot 60, waarmee het einde
kwam. z
6—6
6—0
6—6
6—0
6—6
4—6
5— 19:
3—14:
16— 7:
3—18:
12—14:
De stand is als volgt:
Part.
7
13
3
18
19
8
9
verl.
4
4
5
3
6
6
7
7
9
6
6
5—2
2—5
Het was Zondag j.l. voor de vijfde1
maal dat de L.S.C;. voor haar afdj
jeugdvoetbal alhier in het sportpark
wedstrijden hield. Qeze kunnen bizon!
der geslaagd heeten. Want al w|as de
temperatuur veel te warm voor voet
ballen het kan niet ontkend worden!
dat er uitstekend door de jongelui is1
gespeeld. Wel was de eene ploeg beter!
samen gesteld dan de andere doch dd
sterkeren evenals de zwakkeren hebben
tot het laatste toe gezwoegd. Naast
de drie plaatselijke clubs heeft de
’G.V.A.V. van Groningen ook deelge
nomen. De spelers en leiders arriveer!
den hier reeds Zaterdagavond om plmj
6 uur. Bij het station waren de L.S.C.-
leden aanwezig en het bestuur deelde!
de Groningers in. Alleen de drie lei
ders waren niet bij de ouders van dd
L.S.C.-leden ingekwartierd. Deze heb
ben in een g>oote tent gekampeerd op
het sportpark waarvoor het bestuur van
het sportpark hun bereidwillig toestem
ming had verleend.
Des avonds om plm. 7 uur werd een
boottocht naar de Sneekermeer ge»
maakt, die natuurlijk best in de smaak1
is gevallen. Men heeft genoten. Vooral!
de Groningers waren hiermede zeer in
genomen.
gelijken dat „vrouwe Fortuna” de Gro
ningers de rug heeft toegekeerd, want!
op wonderbaarlijke wijze weet Sneek
plm. 10 minuten haar doel voor een
doorboring te behoeden. Dan opeens!
een keurige voorzet van de G.V.A.V.-
linksbuiten en Brandsma moet visschen.
De blauwhonden, stuk voor stuk keu
rige voetballers nemen dan het sped
geheel in handen. Men laat fraaie staal
tjes voetbal zien. Ook met het „kop
pen” zijn de Groningers best op dreef;
Hun positiespel is onberispelijk. Zeker*
willen we toegeven dat de ploeg die
de Groningers tegenover zich hebben!
uiterst zwak is en men daardoor "het
G.V.A.V.-spel beter kan ontplooien,
[doch uit het doen en laten van dej
G.iV.A.V.ers blijkt dat een serieuze trai
ning vooraf igegaan is. Het stoppen van
de bal en het y,knallen” wekt alge
meen bewondering.
Sneek kan hiertegen niets inbrengen.
Met de rust is de stand 3—0 en het
einde brengt G.V.A.V. een volkomen
verdiende 80 overwinning.
246. „Op hun verre reizen kwamen ze
ook aan de Jangtse Kiang, de machtige
rivier, door de Chineezen „den zoon van het
Westen” genoemd. Zij besloten een jonk te
huren om handel op het water te drijven”.
245. „Samen reisden ze nu de markten
af en verdienden er een karig bestaan. Maar
Poe was ijverig en nauwgezet en Kin Fo
vergat weldra zijn vroegeren dienaar, die
hem zooveel verdriet had aangedaan”.
247. „Weldra hadden zij een geschikt
vaartuig gevonden, dat door een ouden
schipper aan de kooplieden werd verhuurd.
Nu voeren Kin Fo en Poe op de breede
rivier en dreven handel met de voorbijvaren
de schepen”.
248. „Maar op zekeren dag brak er een
vreeselijke wervelstorm los, die de Chinee
zen een „taifoen” noemen. Ontzettend hoog
werden de golven opgezweept tegen de
oevers van de rivier”.
Na de pauze, die pl_ m. een uur duurde,
verschenen de L.S.C. en Sneek juniores. Ge
zien het resultaat van des morgens van
Sneek, waren de verwachtingen, nu men
tegen L.S.C. in het strijdperk moest, al even
weinig hoopvol, te meer daar L.S.C. met de
leeftijdsgrens een elftal op de been bracht,
waarin o. a. uitkwamen spelers als Riemer-
sma, v .d. Zee, v. Gorkum. Het bleek dan
ook spoedig dat het een spelletje van kat en
muis was. De eindstand 101 voor L.S.C.
is het beste bewijs.
G.V.A.V. Jun.—L.S.C. Jun. 2—1.
1 Deze juniores finale is de beste wedstrijd
(van den dag geworden. Ondanks de hooge
i temperatuur werd er enthousiast en goea ge-
speeld, terwijl er een behoorlijk tempo in
gehouden werd. De G.V.A.V. ploeg vormde
j een beter geheel dan de L.S.C., maar van
een overwicht van een der beide partijen
j was feitelijk geen sprake. Een gelijk spel
f had de verhouding beter uitgedrukt. Over de
wedstrijd het volgende:
Na de aftrap eerst een tijdje op en neer
gaand spel, meest in het midden-veld. Hier
bij valt vooral de G.V.A.V. spil op door z’n
goed koppen. Reeds vrij spoedig nemen de
Groningers de leiding als hun linksbuiten
aan z’n bewaking ontsnapt en onhoudbaar
doelpunt. De L.S.C.’ers beantwoorden met
eenige tegenaanvallen waarbij het spel
soms wel een beetje te kort wordt gehouden.
Als er weer eens op de vleugels gespeeld
wordt, komt al spoedig de gelijkmaker, die
de r.-binnen uit een voorzet van de l.-buiten
inschiet. Met gelijke stand komt de rust.
(1-1).
Na half-time worden de keepers beurte
lings aan ’t werk gezet. De L.S.C. doelman
vooral heeft eenige harde schoten verdien
stelijk gestopt. Beide partijen doen hun
uiterste best om de leiding te nemen. De L.
S.C. midvoor mist een mooie kans, door een
voorzet niet te benutten. Ondanks ’t gezwoeg
van beide ploegen verstrijkt de tijd zonder
dat er gescoord wordt, totdat eenige minu
ten voor het einde G.V.A.V., alweer door de
links-buiten, de leiding neemt; haar voor
sprong weet ze tot het einde te bewaren en
wint dus de le prijs in de afdeeling Junio
res.
De wedstrijd stond onder de goede leiding
van den heer van Winden.
Het was een waardig slot van een aardig
jeugd-tournooi.
door
MARGARET PEDLER.
Uit het Engelsch vertaald door
A. E. C. VUERHARD—BERKHOUT.
24.
Toen ze zich daar half omdraaide en haar
hand uitstak, glimlachte hij tegen haar.
„Ik ga even mee naar binnen,” zei hij be
slist en volgde haar in de groote betimmerde
hall.
Ze was verlaten en alleen verlicht door het
rustelooze geflikker der vlammen van de
geweldige houtblokken, die in den haard
brandden en toen ze beiden instinctmatig
naar het vuur liepen, scheen het, alsof de
November-schemering zich achter hen sloot,
de rest van de hall in schaduw dompelde en
de man en de vrouw te samen omgaf met
een stralenden lichtcirkel. Toen Herricks
oogen nerveus de duisternis, die hen omgaf,
trachtte te doorboren, werd ze zich opeens
haar alleen-zijn met Mac bewust. Het scheen
bijna, alsof ze zich in een kleine wereld
apart bevonden, afgesneden van al het an
dere en ze maakte plotseling een verschrik
te, impulsieve beweging alsof ze hem alleen
wilde laten. Onmiddellijk schoot zijn arm uit
en versperde haar den weg.
„Nee, loop niet weg,” zei hij met een tee-
deren en geamuseerden klank in zijn stem.
Herrick lieveling ben je zoo bang
voor liefde, dat je er voor weg loopt?”
Ze keek op en ontmoette voor één bevend
oogenblik de onmiskenbare vraag in die
grijze, smeekende oogen, die op haar gezicht
rustten. Hij moest het onbewuste antwoordIoogen aan. Trouwen! Daar had
in de hare hebben gelezen, want op het-J oogenblik over gedacht. Ze kón niet trou-'
beurt, ik zal je altijd blijven liefhebben.”
Er was iets dat hem ontwapende in haar
eenvoudige woorden, ontwapende en over
tuigde en Mac verzachtte ondanks zichzelf.
„Als dat waar is,” zei hij vriendelijker,
„zeg me dan, waarom je niet met me kunt
trouwen. Je zult moeten toegeven,” ging hij
met een kort, ironisch lachje voort, „dat dat
toch niet te veel gevraagd is.”
Ze klemde haar handen ineen. Ze was erg
bleek geworden en er lagen donkere kringen
onder haar oogen.
„Nee,” zei ze zacht, „dat is niet te veel.
Maar toch kan ik je zelfs dat niet zeggen.
Herinner je je niet, dat ik je dien nacht in
Parijs zei, dat ik nooit zou trouwen? Dat
meende ik.”
Mac verstijfde weer.
„Waarom
Ze bracht zijn gedachte onder woorden.
„Waarom ik je dan liet zeggen dat Je van
mij hield? Dat wilde je vragen, is ’t niet?”
Hij knikte.
„Ja, waarom?” zei hij streng.
Ze deinsde van hem terug. Dit was de
Mac waar ze bang voor was de Mac,
wiens onwrikbare code van trouw en recht-
door-zee-gaan in haar oogen geen conside
ratie had voor menschelijke zwakheid.
„O, Mac, kun je het niet begrijpen?” riep
ze wanhopig. „Het gebeurde nu eenmaal, ’t
ongeluk dat me plotseling liet merken dat
ik van je hield en toen ineens die ontdek
king, dat jij ook om me gaf... En ik dacht
niet vooruit aan een huwelijk of zoo, tot
dat je me vroeg wanneer we konden trou
wen.”
Het kwam er alles zoo natuurlijk uit, met
een zoo onmiskenbare oprechtheid, dat Ke
nyons laatste wantrouwen verdween. Hij
nam haar handen in de zijne.
L.S.C.Sneek-adspiranten 16.
Reeds vroeg in den morgen is het
een en al drukte want om 10 uur zal;
|er worden begonnen. Het eerst be
treden de L.S.C. en Sneek-adspirantenj
het groene tapijt. Voor de rust is het
een gelijk opgaande strijd. De L.S.C.-
aanval zit geweldig op de bal, doch hoe
de kleine witgekraagde blauwhemden;
ook zw|oegen, niets mag baten. De
Smeek-verdediging is geweldig en stopt!
alles. Punter weet voor Sneek via dd
paal succes (te boeken en met 01 voor!
Sneek wordt van doel geryisseld. Na<
de hervatting is Sneek overwegend ster-1
ker. Nadat Keeper van Gorkum eeri|
fraai door Voerman ingeschoten bal
onschadelijk heeft weten te maken be
zondigd een der L.S.C.ers zich aan(
„hands”. Voerman begaat geen fout en
„Keesje” mag visschen. Stand 2dj
voor Sneek. De L.S.C.-ers gaan ver
slappen en Sneek weet hiervan te pro-
fiteeren. Als van Gorkum op een bal
is uitgeloopen is Punter er het eerste
bij en scoort 3O. Na fraai vleugel4
werk van Voerman wordt het 40, ter
wijl E. de Haan de stand keurig op
50 brengt. Na een goed aangegeven
bal krijgt Punter de gelegenheid om
no. 6 te doelpunten, wat hij dan ook1
doet. Tenslotte weet Bos voor L.S.C,
de eer te redden 61. Met Miedemaj
(Sneek) en keeper van Gorkum (L.S.C.)
op de doellijn in duel klinkt het eind
signaal en heeft Sneek gewonnen.
De derde wedstrijd van den dag brengt
de Sneeker Black Boys en de „kleintjes”
van de G.V.A.V. tegenover elkaar. Vanaf de
aftrap zijn de zwarte jongens verre de meer
deren, doch weten dit niet in doelpunten uit
te drukken, want in ’t Groninger doel stond
een kereltje, dat door zijn kranig spel aller
aandacht trok en de Sneekers de overwin
ning voor de neus weg heeft gekaapt. Zelden
hebben we een keeper zoo in actie gezien.
Alles was voor hem. Waar halfs en backs
volkomen faalden, bracht hij redding. Ver
schillende Sneekers hebben hem vereeuwigd
op een kiek. We kunnen gerust zeggen: het
was een wedstrijd tusschen Black Boys en
Spakman. Met rust was de stand 00.
Black Boys nam door Schriemer met een
laag ingeschoten bal, waar de kleine man
onmogelijk bij kon doordat een der backs
hem ’t uitzicht belemmerde, de leiding, doch
Haumersen wist spoedig gelijk te maken. De
verlenging bracht ook geen verandering in
de stand 11, Toen moesten 2X3 penalty’s
beslissen. Nadat de B. B. alle drie hadden
ingeschoten volgde G.V.A.V. dit goede voor
beeld en besliste daarna het lot ten gunste
van G.V.A.V.
wen. O, ze was krankzinnig geweest had
zich een oogenblik hulpeloos laten meesle
pen door die onweerstaanbare, wonderlijke
liefde. En nu, bij dat woord „trouwen”, was
de bitterheid van de herinnering, van de
harde werkelijkheid over die droom-momen-
ten heen gegaan en had ze totaal vernield.
„Ja, trouwen,” herhaalde Mac kalm. En
even schoot door Herricks brein hoe vreemd
het was dat bij twee menschen de eene ziel
de martelingen der hel kon ondergaan, ter
wijl de ander totaal onkundig daarvan bleef.
„Er is geen enkele reden waarom we niet
gauw zouden trouwen,” ging hij voort. „Ik
en Greenwood wachten allebei op je.’
Greenwood Macs huis. En nu dacht hij,
dat het binnenkort ook haar tehuis zou
worden. Ze kende het zoo goed het lange,
lage, met klimplanten begroeide huis met het
roode pannendak, dat juist op den rand van
een heuvel stond en uitkeek op Windycroft...
Precies het lieve, ouderwetsche huis dat de
hemel kon beteekenen voor twee, die elkaar
liefhebben!
Macs stem, feeder en vol aandrang, schrik
te haar uit haar gedachten op en haar vi
sioen van het oude huis verdween opeens.
„Moeten we erg lang wachten, liefste,
Greenwood en ik?” drong hij aan.
Met een plotselinge heftige beweging trok
Herrick zich uit zijn armen los.
„Ja,” zei ze, heel vlug en een beetje schel,
i „Je zult eeuwig moeten wachten. Omdat
omdat ik onmogelijk met je kan trouwen.”
Een oogenblik staarde hij haar verbluft
De prijsuitdeeling.
Na afloop reikte de voorz. van de L.S.C.-
adspirantenploeg, de heer Dijkhuis, in het
restaurant van het Sportpark, met een toe
passelijk woord de prijzen uit. Hij dankte
allen die hadden meegewerkt tot het wel
slagen van dit voetbalfeest. In het bijzonder
de scheidsrechters en de G.V.A.V., die zoo
bereidwillig was geweest met 2 elftallen
naar Sneek te komen. De eerste prijs zilv.
lauwertak is gewonnen door G.V.A.V. ju
niores. De tweede prijs een vergulde pla
quette in deze afd. L.S.C. De le prijs verg,
zilv. kruis afd. Adspiranten Sneek. De 2e
prijs verg, medaille G.V.A.V. Spr. eindigde
met de wensch dat een volgend jaar deze
wedstrijden met even groote belangstelling
zullen kunnen worden gehouden.
Bij monde van den heer Prins dankte G.V.
A.V. de leden en ouders van de L.S.C. voor
de aangename en gulle ontvangst aan de
leden van zijn vereeniging bereid.
Kaatscompetitie.
De uitslag van de Vrijdag jl. gespeelde
wedstrijden voor de kaatscompetitie is als
volgt:
Partuur
voelig. „Ik bedoel precies wat ik zei, niets
meer en niets minder, ik kan niet met je
trouwen.”
„Maar je hebt me nog niet gezegd waar
om niet, ik heb toch ten minste het recht om
dat te weten.”
„Ja, ik veronderstel dat je dat „recht”
hebt. Maar ik kan je toch de reden niet zeg
gen.”
Zijn oogen werden dreigend. Er scheen
een vuur in de diepte ontstoken te worden
en daar te smeulen.
„Bedoel je dat je weigert?”
Ze knikte, haar gezicht een wit masker.
„Ik weiger”.
Er volgde een dreigende stilte. Ze had het
gevoel alsof ze bijna de werking van zijn
brein kon zien en precies het moment wist,
waarin bittere achterdocht de plaats innam
van stomme verbazing hoewel ze geen
vermoeden had van den aard van dien ach
terdocht.
„Misschien kan ik de reden wel raden,’
zei hij eindelijk langzaam. „Je hebt me alleeh
maar voor den gek gehouden hebt je ten
koste van mij geamuseerd en nu de licht-
geloovige gek er in geloopen is, verlang je
een eind aan het spelletje te maken. Is het
niet zoo? Is dat de verklaring?”
Ze luisterde naar hem met oogen, die zich
van afschuw verwijdden. Geheel vervuld met
haar eigen opvatting, was het nooit bij haar
opgekomen, dat haar handelwijze op die
manier zou kunen worden uitgelegd, totdat
Mac ze met die kille, dreigende kalmte, die
ineens werelden tusschen hen in scheen te
leggen, onder woorden had gebracht.
„Nee, nee!” fluisterde ze eindelijk, zacht
en ademloos van schrik. „Dat niet. Mac,
hoe kón je dat denken?”
„Wat moet ik anders denken?” antwoord
de hij onverzoenlijk.
„Alles, behalve dat alles!!Je moet
nooit aan mijn liefde voor jou twijfelen,”
ging ze eenvoudig voort. „Wat er ook ge-
zelfde oogenblik waren zijn armen om haar
heen en drukte hij haar aan zijn borst, haar
kussend met een heftige passie, die haar
bijna den adem benam. En Herrick gaf zich
zondep het zich bewust te zijn over aan de
liefde, die haar zoo plotseling overmeester
de, ze leunde tegen hem aan, tot in ’t diepst
van haar ziel beroerd door de passie, die de
zijne in haar had opgewekt.
Eindelijk werd de druk van zijn arm min
der en hield hij haar een eindje van zich af.
„Ik ben al zes weken verliefd op je,” zei
hij, „vanaf een zekeren nacht in Parijs
en heb me al dien tijd afgevraagd of ik een
kans bij je had of niet. En ik geloof, dat die
autobotsing noodig was om je werkelijk be
wust te maken van mijn bestaan.”
„O, ik dacht dat je gedood zoudt wor
den,” antwoordde ze eenvoudig. „En en
toen begreep ik hoe vreeselijk dat zou zijn.”
Ze glimlachte een beetje beverig en hij trok
haar opnieuw in zijn armen.
„Liefste!” zei hij onvast. En weer kuste
hij haar met de gebiedende heftigheid, die
geboren was uit zes weken van onzekerheid
en spanning.
„Herrick!Lieveling!Zeg, dat je
me lief hebt. Je hebt het nog niet gezegd en
ik wil het hooren.”
Ze keek naar hem op met oogen, die
straalden van teederheid.
„Is het noodig dat je dat hoort?” vroeg
ze. „Je weet dat ik je lief heb.”
En nadat ze dit gezegd had bleven ze een
poos stil staan, dicht in eikaars armen, op-I
gaande in die eerste, ongelooflijk zalige aan, te verbaasd om te spreken en Herrick,
vreugde van liefde geven en ontvangen. die naast hem stond, haar handen zoo vast
Mac verbrak het stilzwijgen met de vraag in elkaar geklemd dat de nagels in het
die vroeg of laat moest komen. vleesch sneden, dacht, dat ze nooit in haar
„Wanneer kunnen we trouwen, liefste?” j heele leven zoo’n martelend, wanhopig mo-
„Trouwen?” Het woord kwam bijna hij-; ment had doorgemaakt. Toen hij eindelijk
gend over haar lippen. Ze draaide zich in sprak klonk zijn stem uiterst verbaasd.
zijn arm om en staarde hem met ontstelde „Kan je niet met me trouwen?” herhaalde
ze geen hij. „Wat bedoel je? Ik begrijp je niet.”
„Niet?” Haar stem klonk hard en onge-
van scheidsrechter
nu de Sneek ei|
GjV.A.V. juniores de kampplaats. De!
verwachtingen van Sneek zijn zeer po
ver. Het is een zeer zwakke; ploeg. En
zoodra is de bal niet afget’rapt, of
het ergste mag gevreesd worden. Die)
Gron. vormen een schitterend geheel.
Mooi combineerend bekogelt men het
Sneek-doel waar de withemden met de
moed van de wanhoop zich tot het
uiterste gaan verdedigen en zeer be
nauwde oogenblikken doorleeft het
Sneek-doel. Het begint er echter op te
T
- tweJ
V
i
WS
■MR
n
n
16
14
12
12
10
RS
aS
12
10
12
10
10
10
10
6
6
11
10
eii
co
aa
niei
clar
opl
Gif
ktr
nit
mate?rr -a."«»M^-ra<aasji
MUUMwSR -HjV
10—13:
6— 13:
16
6
11
1
12
5
2
14
17
1
1
2
2
5
F