25-jarig bestaan Vereeniging tot bevordering van Christelijke Belangen. annex SNEEKER COURANT (74e Jaargang) Eerste Blad. UITGAVE: KIEZEBRINK Co. No. 1 Dit No. bestaat uit 4 bladen. Zaterdag 3 October 1931. 48e Jaargang Hulp in Nood 50 Jaar. r Het bestuur der jubileerende vereeniging had plaats genomen op het met bloemen fraai ver sierde podium. Ds. Te Winkel opende met zegenbede en het gezamenlijk doen zingen van Gezang 2, eerste en vijfde vers. Na daarna in gebed voorgegaan te zijn, las spr. Psalm 126, waarna het Jeugd koor een lied zond onder leiding van den heer IJ. Rusticus. Ds. Te Winkel, herinnerend aan de spot, welke Opnieuw zong alsnu het jeugdkoor een lied, waarna ds. Te Winkel het woord weer neemt. Deze spreker heet nu welkom de burgemeester van Sneek en is er erkentelijk voor dat deze aan de invitatie gevolg gaf; het streven der ver. leert ons te erkennen dat het God belieft ons door een overheid te doen regeeren en daarom gaat ons gebed voor die overheid uit. Voorts een welkomstwoord tot burgemeester Martens van Wymbritseradeel, een belangstellend lid on zer ver.; wij stellen het zeer op prijs dat ook gij gekomen zijt Gaarne had spr. hier welkom geheeten ds. Wumkes, die gedurende tweederde van haar be staan de ver. leidde, en wij zouden verheugd ge- mee had kunnen loven; we kunnen echter begrij pen dat hij niet kwam en daarom heet spr. wel kom mevrouw Wumkes en de zoon A. Wumkes; brengt gij ds. Wumkes de boodschap over, dat onze ver. nog met groote dankbaarheid denkt aan wat God ons gaf in ds. Wumkes en zijn rijke gaven; in de armen van uw man is de ver. toen zij jong en klein was gelegd en door zijn werk heeft hij bijgedragen dat de ver. tot bloei geraakt is. Ook een hartelijk welkom tot de directeur van gemeentewerken, die ons bij het nieuwe gebouw steeds met goede raad ter zijde Stond. Dank brengt spr. alle oud-bestuurs- leden, voor wat zij deden ten bate der vereeni ging. Welkom heet spr. de afgevaardigden der verschillende ver. die hier vergaderen; tal van deze ver. hangen ten nauwste samen met de onze en zij mogen er zich van overtuigd houden, dat voorzoover het mogelijk is, er rekening wordt gehouden met hare belangen. Twee personen, die hun krachten aan de ver. wijden, kunnen thans hun zilveren jubileum als zoodanig vieren. In de eerste plaats 't bestuurs lid M. Oppenhuizen, wiens naam in het eerste bestuur voorkomt en die we nog in ons midden hebben. U en uw werk stellen we ten zeerste op prijs; gij verlangt geen lofspraak, maar toch heeft het bestuur u een klein aandenken willen geven ter herinnering aan dit ook in uw leven gewichtige feit, nl. een vulpenhouder (applaus). De tweede persoon die jubileert is de collec tant onze vriend C. Doevendans. Dat werk ge schiedt belangeloos; gij hebt dat 25 jaar lang gedaan en het bestuur dankt u daarvoor en biedt u als herinnering een zilveren lepel aan. Spr. zou nog een derde persoon kunnen noe men nl. broeder Nota, die er nu wat schraal afkomt; er is thans geen cadeautje voor hem en hij moet afwachten wat er verder voor hem is weggelegd, maar reeds nu wil spr. zeggen dat wij hem en zijn vrouw dankbaar zijn voor wat ze verricht hebben. Straks legt gij uw arbeid als concierge neer. Moge God u zegenen op uw ver der levenspad. Na zang van het jeugdkoor sprak burge meester De Hoop, die het volkomen eens is met de woorden van den voorzitter, dat men in een tijd leeft dat men wil jubileeren, maar het is niet altijd gemakkelijk een jubileum te ontloopen. Een ver. echter die 25 jaar bestaat, heeft recht tot jubileeren; het is moeilijk een vereeniging 2)00 lang samen te houden bij de wisseling der denkbeelden. Het oude gebouw v. Chr. Belangen was mij niet onbekend het was stembureau der gemeente toen we uit Amicitia verjaagd werden en als spreker dat gebouw vergelijkt met het nieuwe, dan blijkt daaruit de groote vooruitgang uwer vereeniging en groote kracht en eensgezindheid en wil om ondanks moeite en zorgen, tot het doel te geraken: een goed gebouw voor een goede vereeniging te verkrijgen. Moge die kracht en eensgezindheid u met moed de volgende 25 jaar doen ingaan (applaus). De heer A.W u m k e s leest nu voor een per soonlijk woord door ds. Wumkes tot de vereeni ging gericht. Het is een menschelijk verschijn sel dat men in ’t herfsttij des levens terug staart naar hét verleden, en schr. wil enkele meer in tieme dingen uit de eerste janen der vereeniging te berde brengen. Hij herinnert er aan hoe in die jaren ’t modernisme hier in de Hervormde kerk, het calvinisme in de Gereformeerde kerk over- heerschte. Ds. M. Niemeijer predikte hier het modernisme, hij, de „ijzeren generaal" zong nog het lied van het zelfvoldane liberalisme, ’t reveil enz. was niets. Ds. Niemeijer kon bitter zijn en dat was geen wonder, want toen de orthodoxie nog overheerschte was hij bitter behandeld, de straatjongens riepen hem hier „Liegmeijer" ach terna. Toen op 18 November 1906 ds. Niemeijer zijn 40-jarig ambtsjubileum gedacht, was schr. de eenige rechtzinnige in de volle feestzaal en toen ook schr. eenige woorden had gesproken, was het eenige wat men hem toevoegde: we hopen maar dat uw geestverwanten het u niet al te kwalijk zullen nemen. En nu zijn de muren van Jericho, gevallen, dank zij mede het Woord Gods, dat schr. hier 18 jaar lang heeft mogen verkondigen. De Vereeniging ter bevordering van Chr. Be langen is een vrucht van het reveil, zooals spr. ste jaren heerlijke dingen bereikt, de geest Gods was in het zeil, daardoor was de reis voorspoe dig. Het zijn schoone jaren geweest, doch we danken alles aan den drieëenigen God. Het oude gebouw is een stuk van schrijvers leven gewor den, en spr. verblijdt er zich over dat men hier thans 2 leeraars heeft. Ook dit werk wordt al leen gerechtvaardigd uit genade door het geloof. Moge, aldus eindigt schr., Chr. Belangen blijven staan in het teeken der wederkomst des Heeren. (Applaus.) Ds. Te Winkel verzoekt de heer Wumkes ds. Wumkes de dank der ver. over te brengen voor dit schoone woord; wij wenschen uw vader toe dat hij ook in zijn verdere leven moge wor den gezegend. De voorzitter der Ver. van Rechtzinnig Her vormden, de heer Nau t a, zegt dat bij zoo’n herdenking de beelden uit het verleden zich met nieuwe gloed voor de oogen plaatsen. Spr. wenscht het bestuur geluk, dat het ’t voorrecht heeft twee predikanten in zijn midden te tellen, dat bewijst dat de geestelijke leiding voorop staat. Er is bij u blijdschap, doch er is een vreugde der wereld zonder geestelijke winst, de Chr. blijdschap is een dankbaar gedenken van Gods weldaden. En wanneer wij denken aan dat verleden zien we hoe God wonderlijk gezegend heeft. En wij denken aan hen die 25 jaar geleden de ver. en het gebouw stichtten, waar Sneek De viering van dit 25-jarig bestaan werd in gezet met een wijdingsavond in het Gebouw voor Christelijke Belangen op Woensdag jl. De zaal was geheel bezet; onder de aanwezigen waren o. a. de burgemeesters van Sneek en Wymbritseradeel, de h.h. De Hoop en Martens, haven. Tien jaar geleden ging de strijd er om dienen binnen het kader der Ned. Herv. kerk, een kind van dat reveil is. Er zijn ook in de eer- Gode zij dank dat kan en haar werk bleef niet ongezegend. Zij dient een wereld die aan zich zelf dreigt ten onder te gaan, in dien zin is onze ver. een ver. tot bevordering van Chr. belangen. Het zou binnen afzienbaren tijd wel eens kunnen zijn dat de prediking in dit gebouw overbodig wordt, maar dan zal het hier staan als een monument van geloof en gebed en het na geslacht zal spreken van een generatie die niet de kortste weg volgdemaar het beloofde land, maar jarenlang omzwierf in de woestijn, vaak in zonde verviel, doch zich gewillig liet leiden door de Overste Leidsman, die zijn volk het lijden niet spaarde, maar het er door hielp. Dan moge dit gebouw hier staan als een gebouw voor alle Chr. arbeid, waar geeste lijk en stoffelijk, maar voor alles zuiver de Kerk van Christus gediend moge worden in onze aloude, vaak getrapte maar geliefde vaderland- sche kerk, de Ned. Hervormde. doel der vereeniging, welke in die, vergade- Nicolaas Beets al dreef met de viering van jubi- x zegt da* Beets zeker als hij nu leefde geen enkel woord van die spot zou terug nemen, eer is de zucht tot jubileeren nog toegenomen. De vraag is gewettigd of wij niet te veel jubilea hebben, soms schijnt het dat men opzettelijk naar een reden tot jubileumvieren zoekt. Het is noodig dat we hieraan denken als wij ons be zinnen op wat wij met het vieren van dit jubi leum bedoelen. Gaat het hier om iemand of iets op te hemelen, om een prettige feestavond of om een bazar? Dat gebeurt inderdaad dikwijls en we moeten dit gevaar terdege onder oogen zien; menig jubileum lijdt aan onwaarachtigheid, aan aardsch-gezindheid en innerlijke leegheid. Spr. hoopt dat een hooger motief ons hier sa mengebracht heeft. Het is niet verkeerd te zoe ken naar iets in het verleden, dat op een bepaald oogenblik stof tot danken geeft voor de leidin gen van God, Hem te eeren in mensch en maat schappij. In dit teeken zet spr. ook deze ure. Godsverheerlijking en niet menschverheerlijking zij ons doel; als wij menschen noemen is dit om ze te zien als werktuigen gebruikt in Zijn dienst. Wij gedenken dan thans wat de vereeniging tot bevordering van Chr. Belangen alhier in 25 jaar verrichtte. Spr. zal even stilstaan bjj de oorzaken die leidden tot de oprichting. De ver. is geboren uit de nood en gedragen door de liefde tot het evangelie en de Hervorm de Kerk; ze heeft zich het geestelijk leven aan getrokken van een kleine kudde Hervormden, die dreigde te verstrooien. Het ging dus om het heil der zielen. Spr wil niet beweri-n dat deze heilige beginselen altijd vertegenwoordigers in onze vereeniging hebben gevonden, die ze hoog heb ben gehouden. Al dit werk is immers geschied door zondige menschen, vandaar dat menschen die buiten onze kringen staan wel eens heel an dere dingen van dit alles kunnen zeggen dan in de onze geschiedt. Er ging bv. al 25 jaar een hardnekkig gerucht dat heel de overdracht van het oude gebouw geschiedde omdat de eige naars het wilden afschuiven op anderen en dat bij de besprekingen over de bestemming allerlei persoonlijke belangen meer op de voorgrond stonden dan de algemeene. Er wordt dan ook wel gezegd, dat dr. Wumkes, aan wie wij zoo veel te danken hebben, zich aanvankelijk afzijdig hield. Volmondig mogen wij erkennen, dat er allerlei onzuivers geweest is, als wij dan echter bij dat zondige tevens maar peilen naar de die pere ondergrond, die er is. Wat wilden toch de oprichters? Men wilde voorzien in de nood die er was, men zocht een plaats waar men samen kon komen, waar des Heeren Woord gehoord kon worden en hoopte en bad, dat de stroom van genade daaruit zou voortvloeien, die bij het kruis van Golgotha zijn oorsprong heeft. En als wij dan terugblikken leidt het ons tot verwondering over de zegen, die God gaf in 25 jaar en tot verootmoediging, om dat die zegen niet verdiend was. Al het verkregene is dus niet te danken aan het werk van menschen, aan de offervaardigheid der reChtzinnigen; wij zien de zegeningen niet voorbij ons ook geschonken in dr. Wumkes, die naar Gods raad en wil, hier bleek de juiste man op de juiste plaats. Erkend mag de offervaardig heid der velen, die zich om hem schaarden, maar geen lof voor menschen, het geheim van de bloei der ver. is de kracht van het Woord en de werking van ’s Heeren geest, en wij spre ken het eerbiedig uit dat het niet de mensch is maar Christus, die heeft gebouwd en nog bouwt. De daden des Heeren zijn misschien wel het grootst in dat wat aan onze aandacht ontsnapt, in de verborgen zegen, die is bereikt bij hen, die hebben geleerd naar Hem te vragen. Wilt gij uw danklied opheffen tot Hem, dan hebt gij daartoe ruime stof. Wanneer het Woord dat gij door onze vereeniging hoordet, niet aan uwe zielen voorbij ging maar voor u is geworden het woord waarvoor gij wenscht te leven en te sterven, het woord dat u oordeelt en zaligt tevens, u doet buigen en hopen, dat ons leert schuld te belij den en te danken met mond en hart, het woord van Jezus Christus, dat Woord dat hier is ge predikt 25 jaar lang. Hierna werd gezongen Psalm 84 3, het lied, waarmede menige vergadering der jubileerende vereeniging is geopend. Alsnu is aan het woord ds. Houders. Deze zegt dat in het gedenkboekje 3 markante zijden van de vereeniging naar voren gebracht zijn: voorgeschiedenis, de sfeer van het oude gebouw en de tot standkoming van het nieuwe. Nu heeft ds. Te Winkel de geestelijke zijde belicht, thans wil spr. iets zeggen over het karakter der jubi leerende ver. Zij is allerminst karakterloos of tweeslachtig. Als we ons spiegelen in haar ver leden zullen we ons schoon spiegelen voor dé' toekomst Karakterteekening is omlijning, om- perking der naaste omgeving. Spr. zal de figuur der ver. dus trekken naar haar naaste omgeving het Woord kon hooren, dat het noodig had. Ook onze tijd heeft daaraan behoefte tot vulling van de leegte in elk, mensch en tot zegen van Kerk, Staat en Maatschappij. Ook nu gaan wij, van nature trouweloos, op zondige wegen, maar te genover onze ontrouw staat ’s Heeren trouw, die ons wil opvoeren tot de lichtende hoogten van Zijn gemeenschap. En dan gaan onze gedachten terug naar onze eminenten pastor ds. Wumkes, die wij zoo gaarne hoorden in dat oude gebouw, dat waren heerlijke Zondagsmorgens. Thans staat hier dit ruime gebouw; we mogen uitroe pen „Rehoboth”; dwars door onze ontrouw heen zijn we ruim gezegend. En wanneer dit Jubileum staat in de vereering Gods dan staat de toe komst verzekerd omdat we gesteund worden door het gebed en het offer, dan kan een ver. niet verloren gaan, ook al lijkt de toekomst drei gend. Moge de ver. mede het middel zijn dat in de Groote Kerk bereikt worde dat daar verkon digd worde het zuivere evangelie. Spr. eindigt met het vers: „Ik weet hoe ’t vast gebouw van Uwe gunstbewijzen.” (Applaus.) De heer L. de Vos, sprekend namens een aantal vereenigingen die in het gebouw verga deren, hoopt dat God de vereeniging nog lang mag sparen. Spr. biedt nam^is die vereenigin gen een couvert met inhoud aan, waarvoor aan geschaft moet worden een bestuurstafel en een inrichting voor de betuurskamer (applaus). Dsi. Te Winkel dankt voor dat geschenk (f 100). Het bestuur wil de vereenigingen zoo goedkoop mogelijk laten vergaderen, maar dit zij hier nog eens gezegd, niet verlangd kan worden dat er geld moet bijgelegd. Spr. be schouwt dit huldeblijk als het bewijs, dat gij dit nu ook openlijk hebt willen uitspreken. De heer M. Oppenhuizen dankt voor de verrassing en hoopt dat God hem de gelegenheid zal geven de vulpen nog lange jaren te gebrui ken. Het Jeugdkoor zong nu nog een lied. Ds. Te Winkel dankte allen voor de aanwezig heid en ds. Honders sloot met dankzegging. Ge zamenlijk werd gezongen Psalm 118 laatste vers. De feestavond op Donderdag. De feestavond werd geopend door ds. T e Winkel, waarna de samenzang volgde „Lof zij den Heer, den Almachtige” (2 coupletten), begeleid door het Chr. Muziekcorps „Harmo nie”. Ds. Te Winkel ging nu voor in gebed, waarna het doek openging en een transparant in beeld bracht: het oude en nieuwe gebouw der ver., het oude te klein geworden, werd vervan gen door het schitterende nieuwe dat 10001200 personen kan bevatten. Dt>. Te Winkel sprak bij dit transparant Spr. zeide dat de Bouwfondscommissie, die ook de leiding van deze avond heeft, dank verdient voor alles wat zij deed in de loop der jaren om de schuld op het nieuwe gebouw rustende, te ver lichten. Dit transparant stelt voor het vroegere kaaspakhuis, dus ons oude Gebouw voor Chr. Belangen, waar wij zooveel hebben doorleefd, zooveel zegen hebben ontvangen; meer dan 4/5 van het bestaan der vereeniging deed het dienst als plaats van samenkomst, ouderen herinneren zich de prediking van de voorganger van spr., ds. Wumkes, de jongeren de Zondagsschool en de jeugdvereenigingen. Maar dat oude gebouw werd te klein en daarom verrees het nieuwe en wij gedenken het dankbaar dat wij zoover zijn gekomen. Inderdaad blijkt het niet te groot voor ons, als we nu weer het groote bezoek aan deze avond zien. Spr. wenscht nog dank te brengen voor de bloemen, gisteren door de ver. Geloof, Hoop en Liefde geschonken; dat de vrouwenvereenigii: in alle eenvoud wilde toonen hoe zij met het bestuur meeleeft, stemt spr. dankbaar. Na gemeenschappelijke zang van Psalm 138 1 'en 3, en Gezang 49 vers 5, zong een koor voor dit speciale doel bijeen gebracht eenige num mers, onder leiding van den heer Van Manen, die op het orgel accompagneerde, feestelijke mu ziek van Sonorita volgde, waarna de heer K 1 a i- b e d a, voorzitter van het Bouwfonds, ’t podium besteeg om te verklaren, dat de commissie voor het Bouwfonds gaarne bereid was ook deze feestavond weer te organiseeren. De vorige door haar georganiseerde avonden hadden groot suc ces en nu hebben we een bezoek dat alle ver wachtingen overtreft: 1050 personen. Wij zijn dankbaar dat zoovelen met ons feestelijk dit ju bileum willen gedenken; wanneer er één com missie is die blij is met dit jubileum dan is het zeker onze commissie, die zoo nauw vierbonden is met de ver. Onze gedachten gaan een zevental jaren terug toen stemmen opgingen om een bouwfonds te stichten voor een nieuw gebouw of verbouw van het oude. Het Bouwfonds kwam er, klein zijn wij begonnen, we hebben te strij den gehad met onbekendheid en met pessimis me, maar het Bouwfonds sloeg het oog naar boven, we wisten dat dit werk ons door onzen God op onze schouders was gelegd en na 6 we ken hadden wij reeds f 1000 aan bijdragen per jaar toegezegd. God wilde ons werk zegenen en steeds zijn we doorgegaan. Toen het bestuur vroeg of we in 3 maanden f 15000 tegen een bepaalde rente of renteloos bijeen konden bren gen om de Harmonie te koopen, hebben we in één week van bidden en werken die f 15000 toe gezegd gekregen. Stil zijn wij doorgegaan en in 7 jaar tijds is f 15000 door het Bouwfonds bijelkaar gebracht. Wij mogen dan ook de gemeente op deze dag hartelijk danken voor de groote offervaardigheid. Maar hier zijn 1050 personen en we hebben slechts 225 contribuanten. Tot de niet-contribu- anten zegt spr.: „Hebt gij de moed ons gebouw hedenavond te verlaten zonder uw offer te bren gen voor het Bouwfonds, voor Gods koninkrijk?” Wacht niet tot morgen, doe het nul Wij zijn nlog niet klaar met ons werk, spr. hoopt dat we nooit het 25-jarig bestaan van ons Bouwfonds zullen vieren, maar dat over eenige jaren een feestavond kan belegd als het Bouwfonds alle schulden heeft afgelost en ’t gebouw zichzelf kan redden. Laat de gansche gemeente zijn verant- II. Op Zaterdag 15 October 1881 dan kwam de commissie bijeen nl. de h.h. G. Geel Kz., K. Lampe Jr., F. Swart, J. de Ruiter Wz., K. G. de Jong, B. Wielinga G. W. Eisma, M. J. van Hasinga, A. L. de Wolf, J. Huges en R. Visser W.Hzn. De heer Geel hield daar een inleiding over de wenschelijkheid om te dezer stede een permanente commissie te vormen, die werkzaam zal zijn ten behoeve van de noodlijdenden in het algemeen en van onze arme ingezetenen in het bijzonder. De heer Geel kwam daarin tot een, wat hulp aan de noodlijdenden te Sneek betrof, vrij wel negatieve conclusie, hij achtte het moei lijk de armenzorg ter hand te nemen en wenschte slechts een permanente commissie voor algemeene rampen. Het voornaamste of de Ver. van Rechtzinnig Hervormden zou sa mensmelten met de Ver. v. Chr. Belangen of ieder het eigen karakter bewaren. 6 Juni 1921 werd de strijd daarover in het oude gebouw ge voerd. De voorzitter der Ver. van Rechtzinnig Hervormden bepleitte daar met alle aandrang de fusie, dr. Wumkes noemde het echter het aan tasten van de hartader onzer ver., die immers bedoelde evangelisatie en zeker geen kerkelijke politiek in engeren zin. Het slot was dat de ver. beide hun eigen karakter behielden. De Vereeniging van Rechtzinnig Hervormden, hier heden als gast aanwezig, moge weten dat de aanhaling in het gedenkboekje uit de vergade ring, waar gesproken wordt van „de kronkel paden der kerkelijke politiek”, een uitdrukking is in de hitte van de strijd gebruikt. Wij stellen er prijs op te verklaren dat we het werk van de Ver. van R.-H. allerminst als mirRlerwaardig beschouwen, doch wel als ander soortig, hier geldt het „getrennt marschieren, vereint sChlagen”. De tweede markante karaktertrek onzer ver eeniging ligt in de houding tegenover de kerk: zij draagt geen kerkelijk ka skter en toch bedoelt zij de Nederlandsche Hervormde Kerk te dienen. Bij de geboorte der ver. heeft ds. Wumkes ge tracht de ver. kerkelijk te doopen en gezegd dat hij zeer ongaarne de niet-kerkelijke weg bewan delde en dus de prediking kerkelijk wenschte in te schakelen. Op practische en principieele gron den is dat door de vrijzinnige kerkeraad gewei gerd en de ver. dus een iet-kerkelijk karakter opgedrongen. Maar zij bedoelt de Kerk van Christus te dienen in de Ned. Herv. kerkformatie, zij is dus wel degelijk een vereeniging van recht, zinnig hervormden, al is zij niet d e ver. van R.- H. Ook aan deze karaktertrek is wel zeer ge tornd; in 1917 was er een strooming die de niet- kerkelijke weg nog verder op wilde, ze dreigde zelf kerkje te gaan spelen. In verband met de betere financieele toestand der vereeniging en de onwelwillende houding der vrijzinnigen opperde iemand, en niet de eerste de beste in de ver eeniging, het plan de k«. vaarwel te zeggen efl in het gebouw te blijven; ds. Wumkes werd zelfs aangeraden emeritaat aan te vragen en zich te wijden aan het werk der Vereeniging voor Chr. Belangen. In het antwoord van ds. Wum kes op dit voorstel hooren wij iets van heilige toom over het feit, dat zonen van het Reveil zoo iets durfden uit te spreken; hadden de mannen van het reveil ooit de Ned. Herv. Kerk verlaten, hoe benard haar toestand ook destijds was, de oude kerk, in bloed en tranen geboren, die ten nauwste samengeweven was met ons volk. Inderdaad is onze vereeniging niet los te den ken van het Reveil, niet van de confessioneele zaal-prediking, niet van dr. Wumkes als Ned. Herv. predikant, niet los te denken van de beide tegenwoordige rechtzinnige predikanten in onze kerk. En wat zou het gevolg zijn van de onker kelijke weg? Dit: dat men nog kerkistischer zou worden dan de paus van Rome, worden zou een van die duizend-en-een kerkjes, elk van eigen zuiverheid het meest overtuigd, die het gebod van het Hoofd der Kerk: dat allen één zijn, tot een bespotting maken. Het werk waarvoor dr. Wumkes 18 jaar pal stond is dit dat we de kerk van Christus willen dienen binnen de organisatie van de Ned. Herv. kerk; als zoodanig lijkt onze vereeniging iets op de Gemeinschafte, die we in Duitschland vooral langs de Rijn vinden. Het zij ons een oorzaak van diepe droefheid in de organisatie der Ned. Herv. kerk, dat Jezus er ook wel niet als de eenige weg ter zaligheid kan worden verkondigd, maar blijft er bij een zuiverder kerkorganisatie ook niet over dat Christus wel eens niet wordt gediend? Het is nog altijd mogelijk het Woord en het sacrament zuiver te dienen in de Ned. Herv. Kerk en ware het mogelijk naar de organisatie deze zuiver te dienen in de Katholieke kerk, let wel, spr. zegt niet R o o m s c h Katholieke kerk, dan hoorden we daar. Er is dus een sterke markante kerkbindende trek in de ver., wij jagen niet naar een kerken veelheid, maar de ware Kerk begeert de ver. te ring opgericht werd, werd dan ook volgens het reglement het optreden bij algemeene rampen. Tot bestuur werd gekozen: de h.h. K. Lampe Jr., F. Swart en G. Geel Kzn. Op Zaterdag 22 October volgde in de bui- tensocieteit de Harmonie de vergadering, waar het reglement zou worden vastgesteld, en waar de voorzitter mededeelde dat naar aanleiding van een opdracht der vorige ver gadering de burgemeester was uitgenoodigd het eere-voorzitterschap te aanvaarden, wat deze had gedaan. Het reglement werd nu vastgesteld. De voornaamste artikelen luidden: Art. 1. Er bestaat te Sneek een vereeni ging die onder den naam Hulp in Nood zich ten doel stelt bij groote rampen werkzaam te zijn ten behoeve van de ongelukkigen, die er door getroffen worden. Art. 2: Onder groote rampen wordt ver staan: a. buitengewone behoefte in de ge meente, b. watersnood, hevige brand enz. hoofdzakelijk binnen de grens van het va derland. Art. 3: Een deel der fondsen kan worden besteed tot ondersteuning van dezulken, die buiten schuld ongelukkig worden. Hun kan eene geldelijke bijdrage worden verleend ten einde hen in staat te stellen op de een of andere wijze hun brood te verdienen. Over de zoodanigen wordt door het be stuur steeds een wakend en zorgend oog gehouden. Elders werd in het reglement nog bepaald dat de ver. bestaat uit hoogstens 25 leden. Men werd tot lid benoemd uit een door het bestuur aan de ledenvergadering aangebo den dubbeltal. De door het reglement geëischte advisee- rende commissie werd voor het eerst samen gesteld uit de h.h.: J. R. Brouwer, IJ. S. v. d. Meulen en K. G. de Jong. Als naam werd gekozen Hulp in Nood. Om het ledental tot het gestelde maxi mum uit te breiden besloot men een aantal heeren uit te noodigen als lid toe te treden, nl. J. Rodenhuis, J. Campen H. J. J. Visser, Mr. D. Alma, F. Wilhelmy, H. Jongbloed, F. M. de Jong, S. Bokma en J. Bergmans. Mochten, aldus de notulen, enkele van die heeren refuseeren, dan zouden worden uitge noodigd de h.h. N. J. Wouda, J. Jorritsma, Dr. M. A. Schepers en apotheker Bloemen. Het was toen dus wel anders dan thans, nu Hulp in Nood gaarne zou willen dat ieder ingezetene als lid toetrad. Door een zestal leden werd ter vergadering voor het vaste fonds ingeteekend voor een som van f 50. Het Old Burger Weeshuis, dat zooveel voor onze stad deed en doet, was ook nu de eerste corporatie welke als donatrice toetrad; in de notulen van 3 Dec. 1881 lezen we al dat heeren weesvoogden f 25 be schikbaar hadden gesteld voor het vaste fonds; het werken met lijsten onder de inge zetenen had opgebracht f 146.75 voor het vaste fonds en 62 donateurs voor jaarlijk- sche giften van f 92.75. In dezelfde vergadering werd een drietal leden benoemd en thans kwam eigenlijk de principieele kwestie aan de orde of de ver. volgens haar reglement een bepaald persoon die in moeilijkheden was geraakt, mocht hel pen. Daarvoor zou art. 3 van het reglement ruim uitgelegd moeten worden en met alg. stemmen werd inderdaad besloten aan een ingezetene hulp te verleenen; het eerste ge val van een zegenrijk werk nu sedert 50 jaar door Hulp in Nood verricht. In November 1882 waren reeds 24 perso nen geholpen; de uitgaven bedroegen in het jaar 1881/82 f386.43, ontvangsten f457.02. 23 Dec. 1882 werd het bestuur gemach tigd rechtspersoonlijkheid der ver. aan te vragen, wanneer de kosten f 25 niet te boven gingen. Tevens werd besloten giften in te zamelen voor de nagelaten betrekkingen van omgekomen visscherslieden uit Schevenin- gen. Bij de discussie daarover kwam de ge- wenschtheid al naar voren de actie der ver. geheel tot de eigen gemeente te bepalen. Voorloopig ging de vereeniging echter nog door met het optreden ook bij algemeene rampen. Zoo werd in 1883, niettegenstaande Gemengd Koor en Loge al een collecte voor hetzelfde doel hadden gehouden, besloten te collecteeren voor de slachtoffers van de vreeselijke stormramp in de nacht van 5 op 6 Maart te Paesens en Moddergat, waar 51 visschers verdronken en op Urk, waar 17 visschers omkwamen. f799.52'/2 ging naar Paesens en Moddergat, f276.51 naar Urk; in de herfst van dat jaar kregen we de Kra katau ramp; ook toen trad het bestuur han delend op. In de loop van 1883 was de Koninklijke goedkeuring aan de vereeniging verleend. en vindt dan dat zij niet is gelijk aan de Ver. - -- van Rechtzinnig Hervormden. Spr. wil daarmede wees* J'in 318 hij hier de daden des Heeren op deze feestavond geen O'Ude twistappel in de vereeniging werpen. Maar men weet hoeveel moeite het kostte het eigen karakter te hand- I NIEUWE SNEEKER COURANT

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1931 | | pagina 1