I
No. 14 Eerste Blad.
ÜIT08VE: KKZEBBin S Ge.
Woensdag IS November 1931.
Dit No. bestaat uit 2 bladen.
Uit onze Raadzaal.
48 e Jaargang
NIEUWSTIJDINGEN.
I
Op
1
I.
van
was
1
d.
1.
Bedrag der kosten.
Artikel 3.
Inderdaad, er bestaat geen beter en
meer afdoend middel tegen slechte spijs
vertering en verstopping, en de daaruit
voortkomende kwalen.
Alom verkrijgbaar t 10.65 per flacon.
De heer Van der Voet zegt dat het brandgevaar nu wel
wat te zeer op de voorgrond gesteld wordt. Spr. wenscht dat
men vooral zal letten op de vraag of het rietdak aesthetisch
recht van bestaan heeft op een bepaalde plaats. Er zijn tal van
steden aan te wijzen, waar het rieten dak eerst goed stond,
maar door latere inbouwing niet meer o'p z’n plaats was.
Z. h. s. wordt het voorstel van B. en W. alsnu aangenomen.
Punt XI. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
onbewoonbaarverklaring van de woningen Jousterkade no.
6 en Kleimand no. 44. (Bijlage 117; dossierno. 1.778.522
(4)).
Z. h. s. aangenomen.
Punt XII. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
wijziging van het Reglement van orde voor de vergaderin
gen van de Raad der gemeente Sneek. (Bijlage 118; dos
sierno. X 07.51(6)).
Z. h. s. aangenomen.
Punt XIII. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot wijziging van het raadsbesluit betreffende opneming
en belegging van kasgeld en om hen te machtigen de aan
de gemeente toebehoorende obligaties en aandeelen, indien
noodig, te beleenen bij de Nederlandsche Bank. (Bijlage
119; dossierno. X 07.352.626(1)).
Het voorstel van B. en W. vindt men in ons vorig nr.
Het wordt, na een vraag van den heer Oppenhuizen,
welke de V o o r z. beantwoordt, z. h. s. aangenomen.
Punt XIV. Advies van Burgemeester en Wethouders op
het verzoek van het bestuur der Zuid-Friesche tuinbouw-
vereeniging te Sneek, om aan hem te verkoopen, onder
beding van een jaarlijksche grondrente van f 1600.het
als veilingsterrein ingericht gedeelte, ter grootte van on
geveer 6500 MA, van het perceel kadastraal bekend ge
meente Sneek, Sectie C, no. 2798, gelegen tusschen de
Oppenhuizerweg en de Houkesloot. (Bijlage 120; dossier
no. X 07.351.3’2(52)).
Het voorstel van B. en W. vindt men in ons vorig nr.
Z. h. s. aangenomen.
Punt XV. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
vaststelling van een Verordening op de heffing en op de
invordering van rechten, bedoeld in artikel 21 der besmet
telijke ziektenwet (Stbl. 1928, no. 265), in de gemeente
Sneek. (Bijlage 121; dossierno. 1.774.8(3)).
B. en W. adviseeren:
De Raad der gemeente Sneek;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders
d.d. 4 November 1931, no. 1.774.8(3);
Gelet op het advies van de Gezondheidscommissie met
de zetel Sneek, d.d. 4 November 1931, no. 67;
BESLUIT:
voorbehoudens de goedkeuring der Koningin,
vast te stellen de volgende
VERORDENING OP DE HEFFING VAN
RECHTEN BEDOELD IN ARTIKEL 21 DER
BESMETTELIJKE ZIEKTENWET (Staats
blad 1928, no. 265) IN DE GEMEENTE
SNEEK.
met kennisgeving de heer F. Boeijenga.
Het onderzoek van de gemeenterekening 1930 heeft de
2e sectie geen aanleiding gegeven tot het maken van bij
zondere op- of aanmerkingen.
B. en W. antwoorden:
Het onderzoek van de gemeenterekening heeft geen van
beide secties aanleiding gegeven tot het maken van op- of
aanmerkingen. Alleen werd door de le sectie bij de post
volgno. 234 de vraag gesteld „of er voor de politiekleeding
ook een draagtijd is vastgesteld”.
Ons antwoord op deze vraag luidt ontkennend. Nieuwe
kleeding voor de politie wordt eerst aangeschaft, als de
oude zoodanig is afgedragen dat zij niet meer toonbaar is.
De heer S ij t e m a zegt dat B. en W. ontkennend antwoorden
betreffende de vraag of er een draagtijd voor de kleeding van
de politie is vastgesteld. Is het niet gewenscht een minimum
draagtijd vast te stellen, wat misschien de zuinigheid in de hand
werkt, en op de duur tot eenige besparing zal leiden? In de
regel wordt een dergelijke draagtijd vastgesteld voor uniformen.
De V o o r z. kan die opinie niet deelen. Als de menschen
niet onder ccntróle stonden zou het misschien wat anders zijn;
maar ook de stoffen en kleuren zijn niet altijd even duurzaam
en in zoo’n geval zou de drager aan de slijtage niets kunnen
doen. Er wordt steeds op toegezien dat men er netjes uitziet
en spr. gelooft dat de politiekleeding hier zuinig gebruikt wordt.
Z. h. s. wordt de rekening voorloopig goedgekeurd.
Punt VII. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
overneming in eigendom, onderhoud en beheer van een ge
deelte van de Mac-adamweg SneekBolsward. (Bijlage
113; dossierno. 1.811.111(3)).
Het voorstel van B. en W. vindt men in ons vorig nr.
Het wordt z. h. s. aangenomen.
Punt VIII. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot onderhandsche verhuring aan S. Dijkstra van het voor
malige brandspuithuisje, kadastraal bekend gemeente
Sneek, Sectie B, no. 3006, gelegen aan het Oud Kerkhof
no. 5. (Bijlage 114; dossierno. X 07.351.32(54)).
Het voorstel van B. en W. vindt men in ons vorig nr.
Z. h. s. aangenomen.
Punt IX. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
vaststelling van een verordenifig, houdende regelen omtrent
de voorzieningen, bedoeld in art. 7, le lid, en art. 9, 3e lid
der Woningwet. (Bijlage 115; dossierno. 1.778.51(1)).
Z. h. s. aangenomen.
Punt X. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
wijziging der bouwverordening. (Bijlage 116; dossierno.
1.778.51(1)).
Het voorstel van B. en W. vindt men in ons vorig nr.
De heer Blok weet niet wat de aanleiding geweest is, dat
men met dit voorstel komt, het schijnt dat de behoefte of wen-
schelijkheid op een of andere wijze naar voren is gekomen.
Toen het verbod van rieten daken destijds in de bouwverorde
ning werd opgenomen, waren daarvoor gegronde redenen en
nu begrijpt spr. niet welke redenen er kunnen zijn dat verbod
nu op te heffen. Vooral waar de tram hier nog al eens vuur
spuwende allures heeft, blijft er brandgevaar, want aan de
onbrandbaarheid van het riet mag met reden getwijfeld. En
voorts is het de vraag of het rieten dak hier uit schoonheids-
oogpunt wel reden van bestaan heeft, al heeft de schoonheids
commissie geen bezwaar. Het rietdak voor een boerderij had
een oorzaak, nl. dat het de dampen uit de boerderij opnam,
maar ook voor deze gebouwen komt men er van terug, nu
men een andere wijze van ventileeren heeft. Spr. is zoowel uit
practisch oogpunt dus om het brandgevaar als uit schoon-
heidsoogpunt tegen dit voorstel, al zal hij er geen voorstel
tegenover indienen.
De heer Van der Voet ontraadt ook het rieten dak toe
te passen bij de huidige verkaveling; maar het kan zijn dat op
den duur bouwterreinen beschikbaar komen, waar een dergelijk
dak aesthetisch tot zijn recht kan komen, bv. zou op bouwter
rein bij de Jachthaven dit dak misschien zeer wel mogelijk zijn.
Alles hangt echter af van de verkaveling; zooals die nu is is
ze niet geschikt voor toepassing van het rietdak.
Spr. wijst er nog op dat de bouwverordening al in geen jaren
meer verkrijgbaar is; het is toch tijd dat er nu eens een nieuwe
komt; de bouwers moeten niet altijd naar gemeentewerken be
hoeven te gaan om de verordening daar te lezen.
De Voorz.: De herziening der verordening was al onder
handen, maar is met het oog op de wijziging der Woningwet
blijven liggen. Het ontwerp-verordening moet nu vrij wat om
gewerkt worden.
De heer Van derVoet: Mijn bedoeling is dat zoo spoedig
mogelijk de nieuwe bouwverordening geredigeerd wordt en in
de raad gebracht.
De Voorz.: We zullen daarmee de noodige spoed betrach
ten.
De Secretaris: De oorzaak van het uitstel staat toch in
het voorstel?
De heer Van derVoet: Zeker. Maar ik dring aan op
spoedig gereed maken van de nieuwe verordening. Het is niet
bevorderlijk voor een goede verhouding dat architect en aan
nemer geen verordening kunnen koopen.
De Voorz.: Er is een aanvraag geweest voor een huis met
een rieten dak bij de tram daar. Spr. geeft toe dat er veel
bezwaar tegen een rietdak is; de onbrandbaarheid is spoedig
van zoo’n dak af. Maar andere gemeenten laten het wel toe,
bv. Leeuwarden. Wij willen ook niet de vrijheid geven heele
reeksen huizen met rieten daken te bouwen, maar alleen elk
geval op zich zelf beschouwen en het bij uitzondering toestaan.
De heer Blok: Dan wordt het moeilijker de verordening toe
te passen; als men immers één aanvraag inwilligt, kan men
moeilijk een tweede weigeren, zal men niet beschouwd worden
als met 2 maten te meten. Spr. zal geen voorstel doen, maar
gelooft dat men wel had kunrten wachten met dit voorstel tot
de nieuwe verordening wordt aangeboden.
De heer M a s e 1 a n d: De ernstige mogelijkheid dat er zoo’n
aanvraag zou komen heeft geleid tot dit voorstel. Het bezwaar
van precedent of bevoorrechting is ondervangen in het voorstel
zelf, dat immers de normen geeft waarvan het toestaan van een
rieten dak afhangt, zoo bv. de eisch dat er een vrij terrein om
het huis moet zijn enz. Naar het brandgevaar is ook geïnfor
meerd, en er is ons gebleken dat dit bij behoorlijke afstand niet
ernstig is. Zelfs in zeer waterarme gemeenten, waar men zware
eischen stelt betreffende brandgevaar, laat men het rietdak wel
toe, en daarom is er geen bezwaar het in onze waterrijke en
van goede brandbluschmiddelen voorziene gemeente bij uitzon
dering ook te verocrloven.
Spr. geeft toe dat incidenteele indiening van voorstellen inzake
de bouwverordening niet gewenscht is, maar gezien de zeer
bijzondere omstandigheden, nu er een aanvraag werd over
wogen, waarbij het rieten dak een zeer groot aesthetisch belang
had, zijn B. en W. met dit voorstel gekomen. Of de aanvrage
zal doorgaan hangt echter nog van andere omstandigheden af.
De heer Blok haalt een voorbeeld aan van open bebouwing,
waarbij ook het brandgevaar in de praktijk niet bleek uitgeslo
ten, doch zegt geen voorstel te zullen doen. Spr. heeft een waar
schuwing willen doen hooren.
Punt II. Ingekomen stukken:
a. Adres van de ouder-commissie van school no. 1,
houdende verzoek om over te gaan tot bijbouw van een
lokaal aan de o. 1. school no. 1, ten dienste van het fröbel
onderwijs. (1.851.1(1)).
Dit adres wordt gesteld in handen van B. en W. om advies.
b. Adres van J. E. Kuipers, houdende verzoek aan de
hem met ingang van 1 Januari 1932 te verleenen vergun
ning voor het spannen van draden over en het aanbrengen
van palen en kabels in gemeentegrond, voorwaarden te
verbinden, welke voor hem in financieel opzicht minder
bezwaarlijk zijn dan die, welke hem aanvankelijk door
Burgemeester en Wethouders zijn medegedeeld. (1.818(9)).
De heer Blok heeft gehoord dat dit adres ingetrokken is.
De Voorz.: Mij niet bekend.
De heer Blok: Ik heb het zwart op wit.
De heer Sij terna: Er zal geen andere weg zijn dan dat
B. en W. advies uitbrengen, maar spr. vraagt zich af of dat
wel formeel juist is. B. en W. leggen de man nieuwe voor
waarden op en de man stelt beroep in; zijn nu B. en W., die
hier partij zijn, wel het aangewezen lichaam om advies over
dit beroep uit te brengen?
De Voorz.: Op B. en W. rust de plicht de raad mee te
deelen op grond waarvan zij die nieuwe voorwaarden stelden.
De heer S ij t e m a: Het wordt geen onpartijdig advies.
De Secretaris: Dit is geen beroep. Adressant vraagt andere
voorwaarden dan B. en W. hem aanvankelijk mededeel
den. B. en W. leggen dus den raad straks een voorstel voor
omtrent die voorwaarden, geheel conform de gewone wijze van
voorbereiding der voorstellen. De raad heeft in laatste instantie
de beslissing over de voorwaarden.
Z. h. s. besloten dat B. en W. advies zullen uitbrengen.
c. Adres van S. Tromp, houdende mededeeling dat hij
ontslag neemt als regent van het Old Burger Weeshuis,
met ingang van 1 Januari 1932. (1.842.73(16)).
Voor kennisgeving aangenomen.
Punt III. Voordracht van Burgemeester en Wethouders
voor de benoeming van een onderwijzeres aan de o. I.
school no. 2. (Bijlage 107; dossierno. 208).
B. en W. adviseeren:
Tengevolge van het aan Mej. J. Veeninga bij Uw besluit
van 29 September jl., no. 2b verleende eervol ontslag als
onderwijzeres aan de openbare lagere school no. 2, alhier,
zal er met ingang van 1 Januari 1932 een vacature aan
genoemde school ontstaan.
Ter voorziening in deze vacature hebben wij aan de
hand van de ingekomen sollicitatiën in overleg met den
Inspecteur van het lager onderwijs in de inspectie Sneek
de volgende voordracht opgemaakt:
1. Mej. B. Heerema, tijdelijk onderwijzeres aan de
openbare lagere school no. 2 te Sneek;
2. Mej. A. Woudstra, onderwijzeres te Sloten (Fr.);
3. Mej. J. Groenhout, onderwijzeres te Hindeloopen.
Het omtrent de sollicitanten door het hoofd der school
den
VERGADERING van de RAAD der gemeente SNEEK
MAANDAG 16 NOVEMBER 1931, avonds 7)4 uur.
Voorzitter de heer P. J. de Hoop, burgemeester.
Secretaris de heer P. Sikkes.
Aanwezig alle (15) leden.
Aan de orde is:
Punt I. Notulen van de vergadering van 26 October 1931.
Hebben ter visie gelegen en worden onveranderd vastgesteld.
De in artikel 1 bedoelde kosten bedragen:
a. voor vervoer: de kosten door de Provinciale Frie-
sche Vereeniging „Het Groene Kruis” of door het Bestuur
van het St. Antonius Ziekenhuis te Sneek, volgens het
geldend tarief, aan de gemeente in rekening gebracht;
b. voor afzondering en onderzoek: de werkelijke aan
de gemeente in rekening gebrachte kosten;
c. voor verpleging in het paviljoen voor lijders aan be
smettelijke ziekten van het St. Antonius Ziekenhuis tc
Sneek per verpleegdag twee gulden en vijftig cent (f 2.50),
vermeerderd met de door het Bestuur van genoemd zieken
huis aan de gemeente in rekening gebrachte kosten van
verstrekte verplegingsartikelen en de in verband met die
verpleging noodzakelijke ontsmetting van goederen;
voor reiniging en ontsmetting, de kosten door de
Provinciale Friesche Vereeniging „Het Groene Kruis”,
volgens het geldend tarief aan de gemeente in rekening
gebracht.
Verhaalstarief.
Artikel 4.
De in artikel 1 bedoelde rechten bedragen voor be
langhebbenden met een inkomen van:
f 1600.-— of meer doch minder dan f2400.25
f 2400.of meer doch minder dan f 3200.50
f 3200.of meer doch minder dan f 4000.75
van
2.
de kosten genoomd in artikel 3.
De in artikel 1 bedoelde rechten bedragen voor
belanghebbenden met een inkomen van f 4000.of meer,
het volle bedrag van de kosten genoemd in artikel 3.
Heffing belasting.
Artikel 1.
In deze gemeente worden als bijdrage in of vergoeding
van de ten laste der gemeente komende kosten van ver
voer, afzondering, onderzoek, verpleging, reiniging en
ontsmetting als bedoeld in artikel 21 der besmettelijke
ziektenwet (Staatsblad 1928, no. 265) rechten geheven
naar de in de volgende artikelen genoemde grondslagen.
Belanghebbenden.
Artikel 2.
1. De in artikel 1 bedoelde rechten zijn verschuldigd
door de belanghebbenden.
2. Als belanghebbende wordt beschouwd:
a. bij vervoer, afzondering, onderzoek, reiniging en
ontsmetting, het hoofd van het gezin of de alleenwo
nende persoon, in wiens woning, voer- of vaartuig het
geval van besmettelijke ziekte, waarop dat vervoer, die
afzondering, dat onderzoek of die reiniging en ontsmet
ting betrekking heeft, is vermoed of vastgesteld;
b. bij verpleging, het hoofd van het gezin, waartoe
de lijder behoort, of de lijder zelf, indien deze is een
alleenwonend persoon.
3. Als belanghebbende wordt mede beschouwd de
lijder zelf, indien deze eigen inkomsten heeft en niet hoofd
van het gezin is.
uitgebracht rapport leggen wij met het advies van
bedoelden Inspecteur aan U over.
Wij stellen U voor, de bepaling van het tijdstip
infunctie-treding aan ons over te laten.
Mej. B. Heerema wordt met 14 st. benoemd. 1 stem
blanco.
Punt IV. Aanbeveling van Regenten van het Old Burger
Weeshuis voor de benoeming van een lid van dat College.
(Bijlage 108; dossierno. 1.842.73(16)).
De aanbeveling vindt men in ons vorig nr. Er komen op voor
de h.h. S. Zeijl, bankier en P. Flach, drukker.
De heer S. Zeijl wordt met 11 st. benoemd; de heer P. Flach
had 2 st, de heer J. de Groot 1, blanco was 1 st.
Punt V. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
aanwijzing van een gedelegeerde in het bestuur der Huis
houdschool en aanbeveling voor die benoeming. (Bijlage
109; dossierno. 1.851.365(3)).
B. en W. adviseeren:
Ingevolge artikel 57, 3e lid, van de Nijverheidsohderwijs-
wet kan de gemeente in de besturen van bijzondere scho
len voor nijverheidsonderwijs, die door haar worden ge
subsidieerd vertegenwoordigd worden door twee gedele
geerden, die volgens art. 63, le lid, dier wet alle rechten
bezitten, verbonden aan het bestuurslidmaatschap. Van
deze bevoegdheid wordt, zooals U bekend is, al sedert
eenige jaren gebruik gemaakt ten opzichte van de Am
bachtsschool. Met betrekking tot de Huishoudschool zouden
wij thans hetzelfde willen doen, omdat een nauwer contact
met het bestuur ook van deze in omvang toenemende in
stelling ons gewenscht voorkomt. Voorloopig achten wij
voor de Huishoudschool één gedelegeerde voldoende, tc
benoemen, evenals dit geschiedt met de beide gedelegeer
den voor de Ambachtsschool, voor drie jaren.
Wij stellen U derhalve voor, tot aanwijzing van een ge
delegeerde met ingang van 1 Januari 1932 in het bestuur
van de Huishoudschool over te gaan en bevelen U voor
een benoeming aan:
1. C. A. A. van der Voet;
2. W. Boonstra.
De heer C. A. A. van der Voet wordt met 9 st. benoemd; de
heer W. Boonstra had 5 st., 1 st. was blanco.
Punt VI. Voorloopige vaststelling van de gemeente-reke-
ning over 1930. (Bijlagen 110, 111 en 112; dossierno. X 07.
352.18(5)).
De le sectie rapporteert:
Ondergeteekenden hebben de eer U te berichten, dat
door bovengenoemde sectie d.d. 19 October jl. de gemeente
rekening dienst 1930 werd nagezien.
Aanwezig waren de heeren W. Boonstra (Voorzitter),
G. L. Dokkum, U. Sijtema, J. de Groot en C. A. A. van der
Voet (rapporteur); afwezig met kennisgeving de heeren
M. Oppenhuizen en A. Smeding.
De rekening gaf geen aanleiding tot bemerkingen, alleen
werd bij hoofdstuk III, volgno. 234, de vraag gesteld: „of
er voor de politiekleeding ook een draagtijd is vastgesteld”.
De 2e sectie rapporteert:
Aanwezig waren de heeren J. A. Maseland, D. Zuider-
baan, E. Siemensma, S. Breeuwsma, W. Hoekstra; afwezig
C. O. Stockmann, f
Alhier is in den ouderdom van ruim 70
jaar overleden de heer Carl Gregor Stock
mann, een burger die zich voor het publieke
leven in onze stad buitengewoon verdienste
lijk heeft gemaakt.
De heer Stockmann werd te Mettingen in
Westfalen 8 Maart 1861 geboren, doch was
reeds sedert 1863 in Nederland woonachtig,
in 1895 werd hij genaturaliseerd. Toen de
heer Stockmann in Maart van dit jaar 70
jaar werd, hebben we bij zijn verdiensten
stil gestaan en we citeeren uit dit artikel
nog even het volgende:
Behalve in zijn eigen zakenwerkkring
heeft deze stadgenoot zich nuttig gemaakt
in tal van corporaties te dezer stede vaak
was hij zelfs daarvan de oprichter, hij be
perkte die werkzaamheid niet tot R.-K. cor
poraties, doch bewoog zich ver daarbuiten
en heeft daardoor niet alleen waardeering
in alle kringen van onze stad gevonden,
maar vaak ook dankbaarheid voor het vele
dat hij ten bate onzer stad verrichtte.
Hij was oprichter van de St. Josephver-
eeniging (1883) en jarenlang haar voor
zitter, later haar eerevoorzitter; voorts
oprichter en commissaris van de R.-K.
Spaarkas (1890), waarvan hij nog steeds
een commissariaat waarnam. Regent van
het O. B. W. was hij in de perioden 1895
1902; 1909—1916; 1917—1920, tijdens de
bouw van het nieuwe weeshuis was hij voor
zitter van het college.
Lid van den raad onzer gemeente was hij
van Augustus 1917 tot 1924. Van de Snee-
ker Onderlinge Brandwaarborgver. was hij
in 1894 commissaris geworden, van 1909 tot
1924 nam hij de voorzitterszetel in en onder
zijn leiding bracht deze vereeniging het tot
groote bloei.
In 1917 trad hij op als een der kerkmees
ters van de parochie van de H. Martinus te
Sneek, hij bedankte, om gezondheidsrede
nen, welke hem noopten tal van functies op
te geven, in Februari 1923, in dezelfde pe
riode was hij regent van het St. Antonius
Ziekenhuis.
Van 1903'24 Was de Qverledene be
stuurslid, ook tal van jaren voorzitter der
R.-K. Kiesvereeniging „Gelijk Recht” alhier,
van Dec. 1918 tot 1924 voorzitter der R.-K.
Centrale Kiesver. in Friesland. Van beide
vereenigingen was hij nu eere-voorzitter.
Het lidmaatschap der financieele commis
sie van de woningbouwver. Selfhelp ver
vulde hij van 19041923, een reeks van
jaren was hij lid van het college van zetters,
van 1908 af tot de opheffing regent van de
strafgevangenis alhier. De heer Stockmann
was de oprichter der godsdienstige ver.
Pius X <13 Jan. 1920 opgericht).
Dat de verdiensten van dezen zeventig
jarige ook de aandacht van hoogere autori
teiten hebben getrokken spreekt wel van
zelf; in Dec. 1919 benoemde Z. H. de Paus
hem tot ridder in de orde van den H. Gre
gorius de Groote; onze regeering schonk
hem de Oranje Nassau orde in 1930.
Voorwaar een welbesteed leven is afgeslo
ten; een man is heengegaan van wiens werk
de vruchten nog lang in het publieke leven
onzer stad zullen kunnen worden opgemerkt.
Het plechtige requiem wordt gehouden in
de Parochiekerk van de H. Martinus Vrijdag
a.s. 9 uur v.m., waarna om 11 uur de begra
fenis volgt op de R.-K. Begraafplaats.
Instituut v. Arb. Ontw.
Men verzoekt ons de aandacht te
willen vestigen op de lezing door den
heer Van den Berg, Commissaris van
Politie alhier, op Donderdag 19 No
vember e.k. te houden voor het I. v.
A. Q. over „De regels van den weg".
Waar dit ongetwijfeld een onderwerp
is, waar in letterlijken zin levensbelan
gen mee gemoeid zijn, mag op een druk
bezoek gerekend worden. Wij verwijzen
verder naar de betreffende advertentie.
Uit dezelfde advertentie bemerkt
men, dat Louis de Vries ook hier zijn
reeds met zooveel succes gespeelde ju-
bileumrol in „De Despoot” zal spelen.
Stuk en spelers zijn blijkens de groote
bladen bij de première j.l. Zaterdag in
Amsterdam geestdriftig toegejuicht,
zoodat de liefhebbers van tooneelspel
zeker verlangend naar den 27sten No
vember zullen uitzien.
Rijksinkomsten.
In October j.l. is de opbrengst der rijks-
middelen f 7.805.000 kleiner geweest dan een
jaar geleden. Over de eerste tien maanden
bedraagt het nadeelige verschil ten opzichte
van 1930 f 54.033.000.
I
1
NIEUWE SNEEKER COURANT
annex SNEEKER COURANT (75e Jaargang)