I
I
11
O
I
H H
I
I
I
I
I
i
2
g
1
I
1
ia
i
in
85
h
CS
R
(N
O
s r ,y'
O
■f
6 S S S
1
s
1
s
s
H n H H
ts
!*5 co c*5
J2
3 8
«?88!q&8&
coiDmirSiriiritfiin
S M
or
GEMEENTEBEGROOTINO.
Algemeene beschouwingen.
d
g
het algemeen uit te spreken. Moeilijker is het haar waar
te maken. Wij hebben in het rapport der sectie geen ern
stige pogingen gevonden om zonder belastingverhooging
het evenwicht in de begrooting te bewaren. Er viel een
tekort te dekken van 36.000.Indien al de bezuinigingen
werden toegepast, in het rapport door een enkel lid aanbe
volen, zou daardoor (het bewaarschoolonderwijs hier uit
gezonderd) een bedrag van nog geen f2500.worden
uitgespaard. Het lid dat geen belastingverhooging wenscht
is derhalve in gebreke zelfs met een poging om zijn be
wering waar te maken. Het komt ons voor, dat de tijds
omstandigheden inderdaad te ernstig zijn om zich op deze
wijze van een plicht af te maken.
Werkloozen
184
190
190
201
206
214
242
238
232
246
228
243
239
249
So
BEGROOTING WATERLEIDINGBEDRIJF.
Volgno. 1 der lasten. 2e sectie. Naar aanleiding van een
onlangs ontvangen circulaire van den Minister van Bin-
nenlandsche Zaken en Landbouw over het verbruik van
binnenlandsche kolen hebben wij aan dezen bewindsman
medegedeeld bereid te zijn een proef met het stoken van
binnenlandsche kolen bij de waterleiding te nemen. Het is
niet waarschijnlijk dat voor gasproductie van binnenland
sche kolen gebruik kan worden gemaakt. Een proef wordt
genomen. Mocht deze voor een belangrijk gedeelte slagen,
wat niet waarschijnlijk is, dan zal ook aan onze fabriek nog
een hoeveelheid binnenlandsche kolen kunnen worden ge
bruikt, aangezien nog niet het geheele benoodigde kwan
tum is aangeschaft.
Volgno. 1 der baten. 2e sectie. Zooals wij In ons desbe
treffend voorstel reeds hebben gezegd, bevredigt ook ons
dit voorstel niet geheel. De stand der begrooting liet echter
het doen van een verder gaand voorstel niet toe.
De opbrengst van water schijnt ons, rekening houdende
met de geboden voorzichtigheid, niet onjuist geraamd. De
opbrengst over 1930 was f63.282.09. Als gevolg van
tariefswijziging zal ongeveer f2300.minder worden
ontvangen. In de raming voor 1932 zit derhalve een niet
onbelangrijke toeneming van waterverbruik verwerkt. Een
becijfering van de te verwachten toeneming kunnen wij
niet geven.
>n
r
i
5
w
w
73
-S
o
n
;t
n
S
oi
8
T4
8
^er
op
ur-
be-
rdt
rag
de
/an
Als
ar-
in-
8
I
•5
Si
<3
oè
•am,
de
een
cht.
i.-r.
men
lid
oep
op
vel-
een
bij
iten
;m
ar
or
en
ar
m
sen
iri
rr
Steunbedrag.
f264.—
-283.50
-267.—
-346.50
349.—
- 356J0
- 399.—
-458.—
-476,—
-409.—
- 449.50
- 459.50
-454.50
-520.50
3
>or
st,
'd-
10
17
24
31
7 November
8 S S f S 6 6
b H 8 H
S88S38888
s H H 8 s s
E U
le sectie. Ten aanzien van de punten, in de vergadering
der sectie bij de algemeene beschouwingen aangeraakt,
merken wij het volgende op.
Niet al hetgeen gezegd is, raakt het in de begrooting
tot uitdrukking komende beleid van ons College. Met name
niet de door een lid geuite opvatting, dat „een groote ker
kelijke groep ten aanzien van de armenzorg haar plicht
verzaakt”. Wij beschikken, gelijk bekend is aangenomen
dat de bedoelde uiting juist zou zijn niet over de mid
delen om de kerkelijke groep te dwingen tot nakoming
van hetgeen als haar plicht zoude moeten worden be
schouwd. Wij sluiten ons, wat dit punt betreft, aan bij de
opmerking van een ander lid, dat klaarblijkelijk in de
huidige omstandigheden de kerkelijke groepen niet in staat
zijn een behoorlijke armenverzorging op zich te nemen.
Met dit feit hebben wij rekening te houden. In welke mate
dit is geschied blijkt uit de begrooting van het Burgerlijk
Armbestuur.
De tegenstelling, door een lid gemaakt tusschen „de
belasting betalende burgerij” eenerzijds en „het gemeente-
personeel” anderzijds, in die zin, dat de lasten uit de
moeilijke tijdsomstandigheden voortvloeiende uitsluitend
door de eerstgenoemden zouden worden gedragen, schijnt
niet geheel juist.
Voor zoover ons bekend behoort het gemeentepersoneel
ook tot „de belastingbetalende burgerij” en krijgt ook dit
personeel zijn aandeel in eventueele belastingverhooging te
dragen.
Wat niet komen kan valt moeilijk te zeggen en wij willen
noch kunnen ons in dit opzicht voor de toekomst binden.
Wij denken hier Inzonderheid aan het „kortings-ontwerp-
De Geer”. Maar wel willen wij verklaren, dat wij op dit
oogenblik nog niet voor een verlaging van de looncn van
het gemeente-personeel voelen, evenmin als voor een ver-
hooglng der te betalen pensioen-premle. Wij hebben dit
standpunt in de inleiding tot de Memorie van toelichting
reeds met een enkel woord geargumenteerd; wij hebben
daaraan weinig toe te voegen. Ons standpunt dat de loonen
geen „sluitpost" mogen zijn, handhaven wij geheel. Het
daartegen aangevoerde, dat er In de begrooting geheele
reeksen posten zijn die als sluitpost dienst kunnen doen,
doet de vraag rijzen, welke die posten dan zijn. Wij hebben
ze, zooals uit de begrooting blijkt, niet kunnen vinden.
Ook bij de „algemeene beschouwingen" treffen wij de
klank „versobering” aan. Wij zouden hier kunnen her
halen wat wij in de aanhef van deze Memorie schreven
ten aanzien van de wensch om belastingverhooging geheel
te voorkomen. Wie de leuze „versobering" aanheft, heeft
tot onmlddellljke plicht, concreet aan te wijzen, wat hij
„versoberen" wil. Versoberen beteekent toch niet zgn. met
forsche hand een aantal dingen schrappen die in de loop
der jaren zijn opgebouwd. Versoberen beteekent, als wij
de zin van het woord goed vatten: elke uitgave nauw
keurig toetsen aan het belang dat er door wordt gediend.
Dat nu is wij kunnen het met gerustheid zeggen bij
het opmaken der begrooting geschied. En al moge een
enkele post, bv. die voor zwemonderwijs, nog eens voor
een crltische beoordeeling in aanmerking komen, er valt
op dit punt niet veel te bezuinigen, tenzij men bv. door
schrapping of verlaging van subsidies het bestaan van
een aantal nuttige instellingen in de gemeente op het spel
wil zetten. Heel veel zou dit trouwens ook nog niet op
leveren, aangezien in totaal, buiten het bijzonder voorbe
reidend onderwijs, een bedrag van nog niet f6500.aan
subsidies in de begrooting voorkomt.
Volgens het rapport werd de noodzakelijkheid der voor
gestelde belastingverhooging betwist. Wij betreuren het,
dat de argumenten, waarop deze uitspraak dan toch moet
steunen, ons onthouden zijn. Wij willen hier nog eens onder-
streepen, dat ons het doen van een voorstel tot verhooging
verre van aangenaam is geweest. Te voorzien viel dat de
crltiek ons niet gespaard zou worden. Wij vreezen die niet;
wel meenen wij als eisch te mogen stellen, dat de critici
het niet bij algemeene beschouwingen laten, maar met zoo
concreet mogelijke en doorvoerbare voorstellen komen om
een evenwicht op lager niveau te bereiken, zoo, dat de
belasting niet verhoogd behoeft te worden. Alleen dan
zouden zij met eenig recht de leuze „geen belastingverhoo
ging" mogen aanheffen. Het gaat niet uitsluitend hierover:
belastingverhooging voorkomen coute que coutel Indien
het zoo stond zou elk ander belang bij de belasting,raag
moeten achterstaan. Maar het Is toch niet vol te houden
dat Inderdaad de zaak zoo staat. Als wij de gang van de
belastingdruk, tot uiting gekomen In de gemeentelijke
inkomstenbelasting, over enkele jaren nagaan, dan alen
wy het volgende reeulteat:
de belastingdruk is in de laatste jaren toegenomen.
De onjuistheid van deze stelling hebben wij hierboven
reeds bewezen. Uit de daarbij verstrekte gegevens blijkt,
dat de belastingdruk zich wel degelijk In een dalende lijn
beweegt.
b. de belastingdruk was in 1931 nog f 42.700.— zwaar
der dan bij een volledige werking van de flnancieele ver
houdingswet, volgens de door ons gegeven becijfering, kon
worden verwacht.
In 1931 was er een overgangstoestand; de in de begroo
ting voor dat jaar voorkomende belastlngcijfers kunnen
zonder meer niet voor een vergelijking dienst doen. Er zij
nog op gewezen dat aan de dienst 1931 ten gevolge van
de overgangsregeling een extra-bate toeviel, welke In
bijlage 156 tot hst raadsverslag 1930 ward berekend op
8 8 p te je je
8 8 8 8
HBj88832122
5
I inrichting zal terugbetalen in hoogstens
0 termynen van f 500de laatste termijn
in 1938 te betalen.
Gevonden Voorwerpen.
Aanwezig en te bevragen bij de navol
gende ingezetenen, onderstaande voorwer
pen, als gevonden aangegeven op 16, 17 en
18 December 1931: bankbiljet, G. Poiesz,
le Oosterkade; beursje m. inhoud, P. Brood-
winder, le Frittemahovenstr. 36; rijwielbe-
lastingmerk, W. IJntema, Kloosterhof 3; vul
pen, Th. Grabal, Kloosterhof 1; boodschap-
tasch, W. Cnossen, le Steenklipstraat 91;
handbeschermer, L. Brouwer, Will. Lode-
wijkstraat 12; eenige geldstukken, W. Gaas
tra, Kleinzand 71; rijwielbelastingmerk, G.
Spoelstra, Eenheid 4; rijwielbelastingmerk,
Graafsma, Parkbuurt.
De brigadier-majoor der rij'ks-
veldwacht A. Scheper alhier is bevor
derd tot majoor, met standplaats Don
kerbroek.
De tijdelijke Rijksklerk der directe be
lastingen G. Vroon, uit Utrecht, is per 16
December 1931 als zoodanig verplaatst naar
de le Afdeeling alhier.
Woensdag jl. heeft onze stadgenoot de
heer F. de Vlas te Oostermeer bij een aldaar
gehouden Chr. Reciteerwedstrijd een 3e
prijs zilv. med. (afd. luim) weten te behalen.
Het pand van der heer P. J. van
Bergen, Suupmarkt no. 6 is onderhands
aangekocht door mej. A. Roosenstein.
In het pand zal nu een zaak in dames
hoeden etc. worden gevestigd.
Bioscoopnieuws.
Marlene Dietrich, de ster die thans
aan het filmfirmament zoo’n schitteren
de plaats inneemt, is de hoofdpersoon
in „Onteerd” de hoofdfilm in de „Ami-
citia"-bioscoop. De regie van deze
film is van Joseph von Sternberg, de
Oostenrijker die in Amerika zoo’n schit
terend succes had als filmregisseur en
bekend is om zijn verrassende vond
sten. Deze forsch-dramatische film is
gebaseerd op het leven van onze pro-
vincie-genoote Margaretha Zede,be
kend als Mata Hari, tijdens de wereld
oorlog als spionne gefusilleerd te Vin
cennes. Men kan dus rekenen op een
boeiende inhoud. Victor Mac Laglen
heeft de mannelijke hoofdrol.
Binnenkort hier „Trader Hom", waar
van de vertooning te Leeuwarden plaats
heeft voor uitverkochte zalen en die
daar dan ook geprolongeerd is.
De bioscoop „Bij de Waag"
brengt het meest sensationeels duik-
bootdrama dat ooit op het witte doek
gebracht is n.l. „In Doodsgevaar". Het
is een grootsch drama van wanhoop en
heldenmoed 95 voet onder de zeespie
gel. Deze film is opgenomen met me
dewerking van de Amerikaansche ma
rine en J. Farrell Macdonald en Frank
Albertson hebben er de hoofdrollen in.
Een amusante film „De reclame-ko-
ningin" met Sue Carol, Marjorie
White en El Brendel vormt het tweede,
geestige hoofdnummer.
Binnenkort hier de operette-schlager
„Zwei Herzen im drie viertel Takt",
met Willy Forst, Karlweiss en Walter
Janssen.
De verduistering door een predikant te Wirdum
Men meldt uit Leeuwarden:
Donderdagmiddag heeft de rechten
commissaris bjj de rechtbank te Leeu
warden de gevangen houding gelast
van ds. J. H. C. K. te ’Wirdum, ver
dacht van verduistering van f30.000
ten nadeele van de pastoralia van de
Ned. Herv. gemeente aldaar en van
f3000 ten nadeele van de diaconie.
De aangehoudene heeft bekend en is
in het huis van bewaring opgesloten.
Onderricht van gemeenteveldwachters.
LEEUWARDEN, 17 Dec. In een onlangs
ten provinclehulze op uitnoodlglng en onder
leiding van den Commissaris der Koningin
gehouden vergadering van burgemeesters
In dit gewest Is besloten cursussen te or-
ganlseeren tot onderricht van de gemeente
veldwachters in Friesland.
Een benoemde Commissie van Voorbe
reiding, bestaande uit 6 leden, t. w. 3 bur
gemeesters, 2 commissarissen van politie en
T Inspecteur van politie, zal de verwezen
lijking van dit plan bevorderen.
De stempelstaking
te Amsterdam
Thans stempelen daar 1200 werkloo
zen ‘s middags niet. Een en ander
geeft aanleiding tot relletjes in de buur
ten by de stempellokalen. Met stee
nen enz. is gisteren op de Rozengracht
naar bereden agenten geworpen, die
met sabel en revolver in de hand char
ges uitvoerden. Ook is er geschoten
op agenten, terwijl een 48-jarige man
in de Laurierstraat door een kogel van
een politierevolver is geraakt. De man
is in een ziekenhus opgenomen.
,Op het nippertje gered.
Gister is te Southampton het stoom
schip Aztec aangekomen, dat op den
Atlantischen Oceaan vjjf man van de
bemanning van den schoener Ria uit
Saint Jean ((New Foundland) gered
heeft op het oogenblik dat ^jj nog
slechts een zak uien als mondvoorraad
hadden en regenwater moesten opvan
gen, om hun dorst te lesschen. Gedu
rende 17 dagen had de bemanning hul
peloos rondgedreven op het schip, dat
in een storm lek geslagen was en zijn
masten had verloren. 'Alles wat men
*in boord had, tot het grootste deel
de kleeren, hadden de sehipbreu-
'tdiagea gebruilst. mi er toortsen va*
8S8SSSSS5
14
21
28
5 December
Deze cijfers doen het In elk geval twijfelachtig zijn of
met het uitgetrokken bedrag zal kunnen worden volstaan.
Voor werkverschaffing Is f 10.000.uitgetrokken, waar
tegenover in ontvangst staat f 5000.— als subsidie van het
Rijk. Van gemeentewege zijn thans 20 werkloozen uitge
zonden, waarmede globaal f 300.per week is gemoeid.
Het aantal werkloozen neemt, zij het met geringe schom
melingen, eer toe dan af. Op dit oogenblik is een aantal
arbeiders werkzaam bij voor rekening van de gemeente
uitgevoerde werken. Was dit niet het geval, dan zou zeer
vermoedelijk met uitzending van 20 werkloozen niet kun
nen worden volstaan. Ook op dit gebied heerscht groote
onzekerheid.
Uit een en ander volgt, dat een voorzichtig beleid on
voorwaardelijk gebiedt, dat, Indien nu toevallig een mee
valler Is aan te wijzen, deze, althans voor een deel moet
worden aangewend om de wankele posten In de begrooting
te steunen, desnoods door de post onvoorzien te versterken.
Het is o. 1. niet aanvaardbaar wij wezen daarop reeds
in de Inleiding tot de memorie van toelichting thans
een politiek van dag tot dag te voeren. Nu meer dan ooit
moet het oog op de toekomst worden gericht. Wij komen
op het punt van verhooging der opcenten personeele be
lasting terug bij de desbetreffende post.
Hier willen wij nog Iets zeggen over de In het rapport
der late sectie weergegeven opmerking van één lid: „dat
belastingverhooging niet eooveel mogeiyit maar geheel
most worden toorkomaa".
Als de kwestie van belastingverhooging zóó wordt ge
zien en derhalve niet alleen als een vraag van morgen,
als dan bovend’en in aanmerking wordt genomen, dat de
nieuwe regeling der financieele verhouding tusschen Rijk
en gemeenten al heeft deze niet volledig gebracht wat
er van werd verwacht toch heeft geleid tot een in totaal
lager bedrag aan gemeentelijke heffingen, dan komt de
zaak wel onder een ander licht te staan en behoeft ons
volstrekt nog niet de vrees om het hart te slaan. Hoe het
zij, aan een „afbraakpolitiek” als door sommigen voor
gestaan, wij komen daarop bij de beantwoording van
het rapport der 2e sectie terug wenschen wij onder deze
omstandigheden niet mee te doen.
2e sectie. Voorzoover de door de sectie bij de algemeene
beschouwingen gemaakte opmerkingen in het vorenstaande
of hierna bij sommige posten nog niet haar beantwoording
mochten hebben gevonden, volgen hier nog enkele mede-
deelingen onzerzijds.
Zooals uit de inleiding tot de Memorie van toelichting
blijkt, beliep het tekort bij de eerste opzet der ontwerp-
begrooting f 58.000.Door een aantal uitgaafposten te
verlagen en enkele ontvangstposten nog eens te toetsen,
kon dit tekort tot f 36.000.worden teruggebracht. Be
dragen voor de doeleinden in de 4e alinea van de inleiding
genoemd, waren bij de eerste opzet niet uitgetrokken.
Dat inderdaad het opmaken der begrooting meer dan
gewone zorg heeft gekost mag door een enkel lid in twijfel
worden getrokken, wij hebben door onze uiting in de inlei
ding niet anders gedaan dan de werkelijkheid weergeven.
Hij die de ontwikkeling der verhoudingen met open oog en
onbevooroordeeld heeft gade geslagen moest, naar wij
meenen, ook zonder uitdrukkelijke verklaring onzerzijds
er van overtuigd zijn, dat het opmaken der begrooting voor
1932 geen gemakkelijk werk zou zijn. Twijfel aan welke
desniettegenstaande uiting wordt gegeven weg te nemen
schijnt ons onbegonnen werk.
In het rapport van de sectie worden enkele opmerkingen
gewijd zoowel aan het openbaar als aan het bijzonder
voorbereidend lager onderwijs. Wat het eerste betreft mer
ken wij op dat de gemeente gedurende tientallen van jaren
vrijwillig de zorg voor dit onderwijs op zich heeft genomen.
Terecht naar wij meenen. Er valt hier van gemeentewege,
vooral met het oog op de veelal klein behuisde arbeiders
bevolking, een taak te verrichten, welke niet moet worden
onderschat. Hoezeer de arbeid der gemeente op dit gebied
wordt gewaardeerd blijkt uit het feit, dat, toen een nieuwe
klasse werd geopend in het Sperkhem, het getal aangiften
de beschikbare plaatsen belangrijk overtrof. Ook nu nog
wordt uit dit stadsdeel, zooals blijkt uit een tot U gericht
adres, aandrang tot verruiming van de plaatsingsmogelijk
heid uitgeoefend. Daarnaast Is nog aanhangig een adres
van bewoners van de Steenkllp en omliggende straten,
waarop wij binnenkort een advies aan U hopen uit te
brengen. Ook uit dit adres blijkt hoezeer de bemoeiingen
der gemeente op dit gebied worden gewaardeerd.
Onder deze omstandigheden kunnen wij geen vrijheid
vinden U een voorstel tot liquidatie van het openbaar voor
bereidend lager onderwijs te doen.
Wat het bijzonder voorbereidend lager onderwijs betreft
herinneren wij er aan, dat bij raadsbesluit van 23 December
1929, no. 21, op verzoek van belanghebbeenden een rege
ling betreffende de subsidleerlng van dit onderwijs in het
leven Is geroepen. Die regeling heeft dut nu ongeveer
2 jaar gewerkt. Belanghebbenden hebben het recht te ver
onderstellen dat zij zich bij het uitvoeren van de taak
welke zij zich op dit gebied hebben gesteld, op een althans
eenlgszlns duurzame werking van de subsidieregeling mo
gen Instellen. Zij zouden o. 1.- in groote ongelegenheid
worden gebracht Indien nu tot opheffing of geleidelijke
inkorting der subsidieregeling werd overgegaan. De finan
cieele toestand der gemeente is o. I. niet zoo, dat zij tot
drastische maatregelen, als in het rapport voorgestaan,
moet lelden.
Het lid van de 2e sectie dat met cijfers trachtte aan te
toonen dat de belastingdruk in de gemeente in de laatste
jaren nogal is toegenomen, komt to4 de volgende conclu
sies:
3 I
cm ri
.E
8
r 5
Volgno. 1 der lasten, le en 2e sectie. Op zich zelf zit in
een redeneering als door een aantal leden van de 1ste
sectie gevoerd, in de gegeven omstandigheden iets aan
lokkelijks. De beschouwing is echter eenzijdig. Er wordt
voorbij gezien, dat in de begrooting, die, toen wij haar in
ontwerp hadden opgemaakt, zoo goed als geen mogelijk
heid tot expansie van uitgaven bood, enkele posten voor
komen ten aanzien waarvan thans noch door de Raad,
noch door ons, met eenige zekerheid de loop van zaken
kan worden voorspeld. Wij bedoelen wat de inkomsten
aangaat de post: landhuur en wat de uitgaven betreft de
steun aan werkloozen welke over het Burgerlijk Armbe
stuur loopt en de post: werkverschaffing.
Wat de eerstgenoemde post betreft merken wij op, dat
dit jaar voor verhuring in aanmerking komen 26 perceelen
land waarvan:
a. 10 zijn verhuurd met Ingang van 1 Januari 1927;
b. 11 zijn verhuurd met ingang van 1 Januari 1928 (bij
zondere voorwaarden melkvoorziening)
c. 5 zijn verhuurd voor de tijd van een jaar met ingang
van 1 Januari 1931.
Bij de raming van de post landhuur is op advies van
den opzichter, gerekend op een huurvermindering van 50
voor zooveel betreft de perceelen onder a bedoeld; op een
vermindering van 25 voor de perceelen onder b bedoeld
en op een vermindering van 10 voor de perceelen onder
c bedoeld. In totaal is de post f 2500.lager geraamd dan
anders het geval zou zijn geweest. Met een mogelijkheid
van gedeeltelijke kwijtschelding van volgens nog loopendc
contracten verschuldigde huur, is bij de opzet der begroo
ting geen rekening gehouden. In de eerste plaats kan dit
om administratieve redenen niet; in de tweede plaats kan
thans niai ook maar met eenige zekerheid geoordeeld wor
den over de omstandigheden die zich in de herfst van 1932
zullen voordoen.
Voor steun aan werkloozen was op de begrooting van
het Burgerlijk Armbestuur voor 1931 uitgetrokken f3000.
Tot en met 5 December 1931 is voor dit doel uitgegeven
f 14.453.25. Op de begrooting voor 1932, zooals deze bij
schrijven van 21 Juli 1931 aan ons Is Ingediend, Is uitge
trokken f 16.000.—. Of dit bedrag voldoende zal zijn is
volstrekt onzeker.
Ter Uwer informatie laten wij hier volgen een staatje
van Ingeschreven werkloozen- en crlsls-steunuitkeerlngen
vla het Burgerlijk Armbestuur van begin September af. Bij
de beoordeeling moet er rekening mee gehouden worden
dat niet allen die werkloos zijn onmlddellljk voor steun In
aanmerking komen.
Datum.
5 September
12
17
26
3 October
SP s
c.E -8
■s
c .E
o 42 s; c
S 8 8
8 18 8
S?«3SSS888
SPËSSSSSS
8, II I I
N ID xy O>
W“l 1
i
w-x
s
s
MöpSë
MtwiB-wrr-^M»?tffwygaw
k’. V*7
h
h
ra
C
1
J
5
1
I
■o
E
G)
oi
O0
r-
CN
•O
<50
C
c
CS
‘Q
<n
3
c
•C
<0
©5
0
ja
o
I
O)
II
II
I
-- n oi cn
T— V—
00 00 00
S 2
a.
b
<50 (O IO
XIII
'I
6C
u
M
II
II
<U 0J
o M
y Es** m
I I I