Eerste Blad. UITGAVE: KIEZEBRINK Co. FEUILLETON oster’s SLAPELOOS CHIPSTEAD No. 48 Woensdag 16 Maart 1932. 48e Jaargang Dit No. bestaat uit 3 bladen. Mljnhardt s Zenuwtabletten RECLAME KOLOM. MAAGPILLEN VRIJBUITER VAN DEN 0. D. door BESLUITEN: PARKEERVERBODEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van SNEEK brengen ter algemeene kennis hun navolgend besluit: No. 49 I. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van SNEEK; Gelezen hunne besluiten van 23 Septem ber 1931, no. 22 I en 23 September 1931, no. 22 II; Gelet op art. 22, 3e lid der Verkeersver- ordening; Onrustig en O marspannen. Gebruik hiertegen de Zeauwstillende en Zenuwsterkende Glazen Buisje 75 et. Bij Apoth. en Drogisten SYDNEY HORLER ©«autoriseerde vertaling van Jh®. R. H. 6. NAHUY6 eenige posten en gezien dit kleine bedrag hebben Ged. St. daarom geadviseerd niet van dit aan vankelijk standpunt af te wijken. Op voorstel van B. en W. wordt aan dit ver zoek voldaan en het raadsbesluit van 1 Februari jl. dienovereenkomstig gewijzigd. h. Schrijven van den Minister van Arbeid, Han del en Nijverheid dd. 29 Februari 1932, no. 15721, houdende enkele bezwaren tegen de bij raadsbesluit van 14 December 1931 vastgestelde Winkelsluitingsverordening. De heer N ij d a m vraagt de bezwaren. De Voorz.: Wij hebben onder de verorde ning gebracht categorieën die bij de wet uitge zonderd zijn en dat is niet geoorloofd. Dit schrijven wordt in handen gesteld van de Commissie voor de Strafverordeningen ter na dere beoordeeling. i. Adres van de Vereeniging „Dorpsbelangen” te Oudega, betreffende verbetering van de weg en vaart in de buurt te Oudega. Dit adres wordt om advies in handen van B. en W. gesteld. Nog zijn ingekomen: Jaarverslag Gezondheidscommissie Sneek. Ter inzage gelegd. Verzoek der drie Landarbeidersorganisaties om terwille der uitgetrokken leden allereerst de ver zekerde arbeiders zooveel mogelijk werk te ver- leenen, en bij gebreke daarvan een uitkeering te verleenen gelijk aan die van de werkloosheids verzekering. De Voorz. zegt dat het betrokken departe ment thans telegrafisch de volgende steunver lening heeft veroorloofd nl. uitgetrokkenen f7, dubbel uitgetrokkenen en ongeorganiseerden f 6, 50 ct. kindertoeslag, f5 en f4 kostgangers. De gemeente had f 1 meer gevraagd en f 1 kinder toeslag, doch is nu aan deze regeling ge bonden. De raad besluit deze regeling officieel in te voeren. De Voorz. deelt nog mede wat de gemeente reeds deed voor werkverschaffing, ook werd reeds gelegenheid gegeven buiten de gemeente te werken. Van de Sneeker Oudvaarr is een ver zoek ingekomen om 20 subsidie voor een werk, waardoor een aantal werkloozen uit deze gemeente kan worden tewerk gesteld in dit wa terschap. Tot het geven van dit subsidie besluit de raad eveneens. Verzoek afd. Heeg Friesche Mij. en A. B. T. B. om het verbod der huisslachtingen in te trekken. Om advies in handen van B. en W. gesteld. Adres van vereenigingen tot bestrijding van het drankgebruik om een maximum verloven vast te stellen. Om advies in handen van B. en W. gesteld. Adres van de raad van Haskerland om adhae- sie aan een adresi aan H. M. de Koningin om spoedmaatregelen ten behoeve van het veehou- dersbedrijf om dit te behoeden voor een debacle. De Voorz. zegt dat B. en W. in een vorige vergadering ten opzichte van eenzelfde adres van Wehl afrieden adhaesie te betuigen omdat van het recht van petitie een zeer spaarzaam gebruik moet gemaakt, en waar het hoogste publiekrechtelijk orgaan in deze provincie, de Staten, reeds een adres richtten aan de regee- ring, stellen B. en W. voor deze adhaesie niet te verleenen. De heer A b m a is het hiermede eens; de be trokken organisaties doen in dezen al zooveel, dat dit overbodig is. De heer S c h i 1 s t r a vindt het adres ook onvolledig; het veehoudersbedrijf wordt alleen genoemd; ook de varkenshouderij is in desola- ten toestand. Spr. gaat mee met het advies van B. en W. Punt III. Voorstel van Burg, en Weth. tot onderhandsche aanbesteding van de wal- beschoeïing bij Nijlanderzijl. 22. „Waarom dan hier gekomen waar iedere schurk in Londen je kan zien en je overhoop schieten als hij! er lust toe gevoelt? Gekkenwerk.” David Mc Nalty, die inderdaad een van die zeld zame wezens waseen man, in ieder op zicht uitmuntend voor zijn taak bere kend, nam nooit een blad voor den mond. Zelfs tegenover zijn metgezel, dien hiji zulk een hooge achting toe droeg, legde hij zijn stekeligheid niet aan banden. „Ik ben hier gekomen, Davie, omdat ik een blik wenschte te werpen op een menschelijk oor,” antwoordde Chip- stead. Er werd bij den dienst dikwijls be weerd, dat niets in staat was, Mc Nalty een wenkbrauw te laten optrekken, maar nu staarde de Schot zijd metgeze1 over het tafeltje heen aan, met een uitdrukking van bijna komieke verras sing op zijn sproetengezicht. Mc Nalty was aan de Hoogeschool te Aberdeen gepromoveerd, maar hier begreep hij niets van. „Heb je er erg veel last van, jochie?” uiterljjk zijn onverdeelde aandacht ‘ge- hun besluit van 23 September 1931, no. 22 II, aan te vullen in die zin dat onder IV vóór het woord „alle” wordt ingevoegd: uitgezonderd het voor parkeeren bestemde gedeelte van het Martiniplein en van het Oud-Kerkhof. SNEEK, 2 Maart 1932. Burgemeester en Wethouders van Sneek, (get.) P. J. DE HOOP, Burgemeester. (get.) P. SIKKES, Secretaris. SNEEK, 16 Maart 1932. Burgemeester en Wethouders voornoema, P J. DE HOOP, Burgemeester. P. SIKKES, Secretaris. VOEREN VAN LANTAARNS VOOR MOTOR RIJTUIGEN OP MEER DAN TWEE WIELEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van SNEEK brengen ter algemeene kennis hun navolgend besluit: No. 49 IV. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van SNEEK; Overwegende dat het voorschrift van art. 16, le lid van het Motor- en Rijwielregle- ment, niet van belang is voor zoover betreft stilstaande motorrijtuigen geplaatst op de hierna vermelde parkeerterreinen; Gelet op art. 16, 3e lid van genoemd re glement en art. 37 der Verkeersverordening; VERGADERING van den RAAD der gemeente W1JMB RITS ER AD EEL op MAANDAG 14 MAART 1932, ’b voorm. 10 uur. Voübe. de heer H. M. Martera, frurgem«8rt’»r. Secretaris de leer K. Visse». Am wang alle (15) leden. Voorzitter de heer H. M. Martens, burgemees ter. Secretaris de heer K. Visser. Punt I. Notulen der vergadering van 1 Februari 1932. (De Commissie bestaat uit de heeren Kas persma, Nijdam en Rijpma.) Op voorstel van de commissie bij monde van den heer Kaspersma onveranderd goedge keurd. Punt II. Ingekomen stukken en mededee- lingen. a. Resolutie van Ged. Staten van Friesland dd. 10 Februari 1932, no. 118, le Afd. B, hou dende mededeeling dat de beslissing omtrent de goedkeuring van het raadsbesluit dd. 14 De cember 1931, tot vaststelling eener verordening tot wijziging der Bouw- en bewoningsverorde- ning, is verdaagd. b. Idem dd. 10 Februari 1932, no. 10, 2e Afd., houdende goedkeuring van de raadsbesluiten dd. 1 Februari 1932, tot aankoop van grond ten be hoeve van de bochtverbreedingen. c. Idem dd. 17 Februari 1932, no. 5, 2e Afd., houdende goedkeuring van het raadsbesluit dd. 1 Februari 1932, tot overdracht van vaarten aan het waterschap „Heeg”. d. Idem dd. 17 Februari 1932, no. 6, 2e Afd., houdende goedkeuring van het raadsbesluit dd. 1 Februari 1932, tot gratis overname van grond ten behoeve van de verbetering van de vaart en de opslagplaats bij de Nijlanderzijl. e. Idem dd. 24 Februari 1932, no. 82, 2e Afd. F., houdende goedkeuring van de gemeente- begrooting, dienst 1932. De stukken a t/m e worden aangenomen voor notificatie. f. Adres van het Centraal Bestuur van den Ne- derlandschen Christelijken Bond van Personeel in Publieken Dienst betreffende het ontslag van den strater-wegwerker M. Nijholt. Op voorstel van B. en W. wordt besloten op deze aangelegenheid niet terug te komen. De Voorz. deelt nog mee dat de argumen tatie van het adres, hoewel te goeder trouw, niet zuiver het gevoelen van het rapport van den op zichter weergeeft. g. Schrijven van Ged. Staten van Friesland dd. 24 Februari 1932, no. 51, 2e Afd. F, houdende verzoek om de oorspronkelijke wijze van dek king uit de gewone middelen van de uitgaaf posten volgnos. 334, 335 en 336, dienst 1931, te handhaven. De heer Gerbrandij vraagt of Ged. St ook opgeven de reden waarom zij dit vragen. De Voorz.: Deze bedragen zouden aanvan kelijk gedekt uit gewoon, later geleend. Er blijft echter slechts f 2700 te dekken na wegvallen van DRANKWET. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van SNEEK maken bekend dat bij hen is in gekomen een verzoek van de Commanditaire Vennootschap W. EKKERS en Co., aldaar, om verlof voor de verkoop van alcoholhou dende drank andere dan sterke drank voor gebruik ter plaatse van verkoop in de voor- en achterbenedenzaal en de kegelbaan van het perceel Kleinzand no. 36. Tegen het verleenen van dit verlof kunnen binnen 2 weken schriftelijk bezwaren wor den ingebracht. SNEEK, 16 Maart 1932. voorts, hij had hem kunnen te woord staan in een onberispelijk Bowery mis dadigers-jar gon, waarover de aange sprokene verbaasd gestaan zou hebben. Een derde neiging, en de sterkste van de drie, was, Daltry zoo geweldig op zijh brutalen mond te treffen, dat de boef het zich levenslang herinneren zou. „Wat is hier te doen een standje? Heeft iemand je beleedigd, man?” De vraag werd gedaan met het on miskenbaar Schotsch accent van Mc Nalty. Mac werd niet gauw Boos, maar, werd zijn woede eenmaal1 opgewekt, dan was hij een ware duivel. Het zou voor een man van zijn positie evenwel hoogst onbetamelijk zijn, zich in een gewonen koffiehuis-twist te laten be trekken. Bunny toomde zich in. „Alles in orde, ouwe knaap,” zei hij, Mc Nalty met een elleboog aan- stootende. „Deze heeren begrepen mij verkeerd dat is alles.” „Als dat zoo is, kunnen we beter ons souper hervatten. Mijn vriend is somtijds een weinig opvliegend, maar hij meent het niet zoo slecht.” De man van den Geheimen Dienst keerde zich norsch tot de groep tegenover hem. „Dat hebt ge wel begrepen, hoop ik?” „O, jawel,” grijnsde Jack Daltry. De kleine, slimme oogjes flikkerden, in strijd met het wezenlooze lachje. „Het was natuurlijk dwaas van mij,” bekende Chipstead met gesmoorde stem, toen zij weer aan hun tafeltje ge zeten waren. „De grootste stommiteit," dikte zijn metgezel aan, „het is niets voor jou, om op die wijze uit je slóf te schieten. Wat had je eigenlijk in den zin?” „Een kerel, die aan den overkant heeren Kerkvoogden gehouden samenspreking hebben wij het plan geopperd om voor het door anderen weg te moeten bewandelen. In een met hen beoogde doel het gebouw der bestaande openbare lagere school beschikbaar te stellen, welk plan hun volle instemming kon wegdragen. Aan den heer Inspecteur van het Lager Onder wijs in de Inspectie Sneek is bereids gevraagd te willen verklaren, dat bij hem tegen deze wijze van handelen geen bezwaren bestaan. In verband! met vorenstaande stellen wij U voor: 1aan de Kerkvoogdij der Ned. Herv. Gemeen te te Wolsum de noodige medewerking te ver leenen tot het stichten van een bijzondere lagere school aldaar; 2. behoudens goedkeuring van den Inspec teur voornoemd, deze medewerking te verleenen door het gebouw der openbare lagere school te Wolsum, ter beschikking te stellen van voor noemde Kerkvoogdij, zoodra Uw besluit tot op heffing dier school rechtsgeldigheid zal hebben verkregen. Z. h. s aangenomen. Punt V. Voorstel van Burg, en Weth., in verband met punt IV der agenda, tot op heffing van de openbare lagere school te Wolsum. B. en W. adviseeren: In verband met ons voorstel vermeld onder no. 4 van deze agenda, deelen wij U het vol gende mede: Zooals wij reeds in dat voorstel hebben opge merkt, zal de openbare lagere school te Wolsum na opening van de aldaar te stichten bijzondere school, haar bestaansrecht hebben verloren. Im mers met uitzondering van een vijftal zullen alle leerlingen der openbare school overgaan naar die bijzondere school. Van bedoeld vijftal zal ei één met ingang van ’t nieuwe schooljaar (1 Mei) de school verlaten, waar tegenover staat, dat op dat tijdstip toela ting tot de school van een nieuwe leerling zal worden verzocht. Bij een eventueele instandhou ding van de openbare school naast de te stichten bijzondere school zou eerstgenoemde school dus door 5 leerlingen worden bezocht. Nu hebben de ouders van een tweetal van die leerlingen verklaard, dat, hoewel zij openbaar lager onderwijs voor hunne kinderen preferee- ren, zij er geen bezwaar tegen hebben, die kin deren de te stichten bijzondere school te doen bezoeken. Waar de drie dan nog overblijvende leerlingen een der openbare lagere scholen te Bolsward zullen kunnen bezoeken de af te leggen afstand is dan bijna even groot als tot de naastbijgelegene O. L. School in deze ge meente wil het ons voorkomen, dat de open bare lagere school te Wolsum zonder eenig be zwaar kan worden opgeheven. Als gevolg hiervan zal dan aan den heer W. P. M. Rosier en aan mej. E. J. Pot eervol ontslag moeten worden verleend, respectievelijk als hoofd der school en als onderwijzeres in de nut tige handwerken. Gemakshalve stellen wij U voor de datum van ingang van deze ontslagbesluiten aan ons over te laten. Wij stellen U daarom voor vast te stellen na volgend concept-besluit: De Raad der gemeente Wymbritseradeel; BESLUITEN: te bepalen dat inachtngjping van het be paalde bij het eerste lid van artikel 16 van het Motor- en Rijwielreglement, niet noodig is voor stilstaande motorrijtuigen geplaatst op de voor parkeerterrein bestemde gedeel ten van het Martiniplein, het Oud-Kerkhof en de Kanaalstraat SNEEK, 2 Maart 1932. Burgemeester en Wethouder» voornoemd, (get.) P. J. DE HOOP, Burgemeester. (get.) P. SIKKES, Secretaris. SNEEK, 16 Maart 1932. Burgemeester en Wethouders van Sneek, P. J. DE HOOP, Burgemeester. P. SIKKES, Secretaris. vroeg hij. „Waarvan?” „Van de zwakheid van geestvermo gens, waaraan je lijdt.” Bunny glimlachte. „Ik zal jou niet behoeven te vertel len, Mac, dat het eenige menschelijk lichaamsdeel, dat het moeilijkst te ver bergen is, het oor is.” „Wat will je daarmee zeggen?” „Ik bedoel, dat ik de hoop koesterde hier vanavond een man te zien, in wiens oor men zich onmogelijk vergis sen kan. Hij bracht mij vanmorgen een bezoek, en zei dat hij Pearson heette. Ik ontdekte weldra dat hij zich uitgaf voor een ander, en derhalve een mis dadiger was. Dit is een verzamelplaats van misdadigers zelfs Tony, de ober, is niet geheel zuiver op de graat.” „Dat is hij zeker niet!” barstte de ander los. „Ik wacht alleen op een redelijk bewijs, om hem te laten opsluir ten. Maar, ik weiger om verder naar je beslommeringen te luisteren, Bunny, ik heb op ’t oogenblik zelf genoeg aan mijn hoofd. Er is hoegenaamd niets naders bekend geworden omtrent Hed- dingly.” Zijn metgezel scheen niet naar hem te luisteren. Chipstead was opgespron gen, en liet zijn oogen strak door de ruimte dwalen. „Wat voor den.begon Mc Nalty. Hij had evenwel evengoed in de woestijn kunnen roepen. Want Bunny had hem verlaten, en baande zich zonder omwegen een weg door de druk bezochte, beperkte ruimte.. Aan de andere zijde van het lökaal bevond zich een man in avondkleeding, wiens B. en W. adviseeren: In Uwe vorige vergadering werd door U con form ons voorstel besloten gelden beschikbaar te stellen voor verbetering van de vaart en de opslagplaats bij Nijlanderzijl en laatstbedoeld werk aan te besteden onder timmerlieden uit eigen gemeente. Sedert dien is van de Kroon nog geen beslis sing ontvangen op het ingestelde beroep tegen de meening van Gedeputeerde Staten, dat de aanbesteding van den verbouw van de Her vormde school te Gaastmeer onder eigen tim merlieden (hetzelfde geval dus als bovenver meld) in strijd is met de wet, omdat een zoo danige aanbesteding noch een openbare noch een onderhandsche zou zijn, hetgeen door ons werd betwist. Een en andermaal hebben wij reeds geïnfor meerd of de uitspraak van de Kroon in dezen tijdig kon worden tegemoet gezien, dit met het oog op de uitvoering der werkzaamheden bij Nijlanderzijl, waarvodr rijkssubsidie is toege kend tot 30 April a.s., voor zooveel de grond- afgraving betreft. Van het betrokken departement werd echter dezer dagen de mededeeling ontvangen, dat het niet mogelijk zou zijn zoo spoedig reeds een be slissing te geven. In deze situatie kwam het ons gewenscht voor het werk onderhands door U aan te besteden aan een met name genoemde aannemer. Dit is althans de geijkte vorm van „onder handsche aanbesteding”, waaromtrent geen mee- ningsverschil met heeren Gedeputeerde Staten valt te vreezen. Wij ontvingen o. m. een prijsopgaaf van S. de Boer, timmerman te IJsbrechtum, die bereid is de walbeschoeiïng c. a. te maken voor de som van een duizend zeven en zeventig gulden (f 1077.—). Dit bedrag komt ons, gezien de raming van den gemeente-opzichter, zeer billijk voor en waar wij niet de verwachting hebben dat bij openbare inschrijving een nog lagere som zou verkregen kunnen worden, achten wij het onderhands aan besteden van de walbeschoeïng bij Nijlanderzijl aan S. de Boer voornoemd in het belang der gemeente. Wij stellen U voor daartoe te besluiten. Z. h. s aangenomen. Punt IV. Verzoekschrift van de Kerkvoog dij der Ned. Herv. Oemeente te Wolsum om gelden te mogen ontvangen voor de stichting eener bijz. lagere school aldaar, met voorstel van Burg, en Weth. B. en W. adviseeren: Bij adres van 16 Februari 1932 richt de Kerk voogdij der Nederlandsch Hervormde Gemeente te Wolsum zich, onder overlegging der vereisch- te stukken, tot Uwen Raad met het verzoek, om overeenkomstig art. 72 der Lager Onderwijswet 1920 gelden uit de gemeentekas te willen ver strekken voor het stichten van een school voor bijzonder lager onderwijs aldaar. Waar deze aanvraag voldoet aan de eischen gesteld bij art. 73 van meergenoemde wet is het verzoek voor inwilliging vatbaar. Uit een ingesteld onderzoek is evenwel geble ken, dat tengevolge van het stichten en openen van een bijzondere lagere school te Wolsum, het leerlingental der aldaar bestaande openbare la gere school (per 1 Januari jl.: 28) tot vijf zal dalen. Bij verwezenlijking van het door voornoemde Kerkvoogdij opgevatte plan zal dus de bestaan de openbare school worden ontvolkt, doordat nagenoeg alle leerlingen dier school zullen over gaan naar de nieuw te stichten bijzondere school. Het kleine aantal leerlingen, dat daarna de openbare school nog zal tellen, zal o. i. de instandhouding van die school niet rechtvaar digen. Wij hebben daarom gemeend in dezen een trokken had. „Mijnheer, het door u bestelde komt dadelijk.” Tony, wiens donkergekleurd gezicht een meer dan gewone belang stelling verried, was met zijn gespierde gestalte Chipstead in den weg getre den. „Ga op zijl” het bevel werd op zulk een toon van gezag gegeven, dat het de aandacht trok. Een aantal mannen, die eerst onbeweeglijk gezeten hadden, stonden op, en schaarden zich rond den ober. Een van hen richtte het woord tot Tony. „Is die heer voornemens herrie te maken?” vroeg hij. De toon was strijdlustig met ken nelijk opzet. Bunny wist, dat deze groep, van wie sommigen misschien gisten wie hij1 was, gaarne twist met hem zou zoeken. Zijn handelwijze moest hen zeer verdacht voorgekomen zijn, en zij waren voornemens hem af te ranse len, voordat hij iets had kunnen uit richten. „Herrie, waar denkt ge aan!” ant woordde hij, den vrager tusschen de oogen ziende. „Ik zal toch wel vrij mogen doordringen om een woordje met een vriend te wisselen, als ik wil?” „O, zeker!” teemde de ander, terwijl diens makkers hun gezicht tot een stil- len, onaangenamen lach vertrokken, „alleen maar, wijl, die hier geregeld komen, zijh zeer nette, fatsoenlijke jon gens, die niets van herrie moeten heb ben, zie je?” Bunny „zag”, Hij kon den spreker genoemd hebben bij den naam, onder welken hij bij de meerderheid van de Chefs van Politie in Europa bekend was „Lange Jack Daltry”. En van het restaurant an een tafeltje zit ik geloof, dat hij' die Pearson is, over wie ik je sprak.” Mc Nalty bediende zich van aard appelen. „Je herkende hem zeker aan zijh joren?” vroeg hij. „Hoofdzakelijk,” luidde het ernstige mtwoord. „Vergeet niet, dat mijn oogen zeer scherp zijn, Mac." „De vent is nu natuurlijk vertrok ken,” zei de Schot, zijn maaltijd voort zettende. „Natuurlijk. Hij liep evenwel niet angs ons heen, dus veronderstel ik, dat er nog een andere uitgang is. En ‘en, die tamelijk onzichtbaar is, bo vendien. Dat groepje was blijkbaar van cwee dingen op de hoogte ten eerste, dat de man, tot wien ik spreken wilde, een der hunnen was, en derhalve door hen in bescherming genomen moest worden, en ten tweede, dat ik zelf niet tot het gilde behoorde. Zij waren be sloten. dat ik den ander niet zou naderen.” „Oef!” riep Mc Nalty uit, zijn glas bier neerzettende. „Ik hoop niet, dat zij vergif in mijn bier gedaan hebben.”- En hü beaamde de zienswijze van Bunny, door te zeggen: „ik zie niet in, wat wij hier nog voor goeds kunnen doen ga liever mee naar mijn ka mers en laten we een boom opzetten. Ik schaam mij niet, je te vertellen, dat dat zaakje mij doodsbenauwd maakt. Ik kan dien blik in de oogen van dat meisje niet verdragen. Als Susan Cour- enay mij aankijkt, heb ik het gevoe'l alsof het zuiver mijn schuld is, dat zij den Chef vermoord hebben.” Wordt vervolgd. NIEUWE SNEEKER COURANT annex SNEEKER COURANT (75e Jaargang) i ■HnnHangnBHnannnHnnBMnamnnBqpnHH xijn inderdaad het meest ideale middel ter bevorde ring van een normalen stoelgang. Gemakkelijk in te nemen, aangename smaak, verwekken geen krampen. 0.65 pet flacon.

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1932 | | pagina 1