Eerste Blad. UITGAVE: KIEZEBRINK Co.
FEUILLETON
oster’s
SLAPELOOS
CHIPSTEAD
No. 48
Woensdag 16 Maart 1932.
48e Jaargang
Dit No. bestaat uit 3 bladen.
Mljnhardt s Zenuwtabletten
RECLAME KOLOM.
MAAGPILLEN
VRIJBUITER VAN DEN 0. D.
door
BESLUITEN:
PARKEERVERBODEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van SNEEK brengen ter algemeene kennis
hun navolgend besluit:
No. 49 I.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van SNEEK;
Gelezen hunne besluiten van 23 Septem
ber 1931, no. 22 I en 23 September 1931,
no. 22 II;
Gelet op art. 22, 3e lid der Verkeersver-
ordening;
Onrustig en O marspannen. Gebruik hiertegen
de Zeauwstillende en Zenuwsterkende
Glazen Buisje 75 et. Bij Apoth. en Drogisten
SYDNEY HORLER
©«autoriseerde vertaling van
Jh®. R. H. 6. NAHUY6
eenige posten en gezien dit kleine bedrag hebben
Ged. St. daarom geadviseerd niet van dit aan
vankelijk standpunt af te wijken.
Op voorstel van B. en W. wordt aan dit ver
zoek voldaan en het raadsbesluit van 1 Februari
jl. dienovereenkomstig gewijzigd.
h. Schrijven van den Minister van Arbeid, Han
del en Nijverheid dd. 29 Februari 1932, no.
15721, houdende enkele bezwaren tegen de bij
raadsbesluit van 14 December 1931 vastgestelde
Winkelsluitingsverordening.
De heer N ij d a m vraagt de bezwaren.
De Voorz.: Wij hebben onder de verorde
ning gebracht categorieën die bij de wet uitge
zonderd zijn en dat is niet geoorloofd.
Dit schrijven wordt in handen gesteld van de
Commissie voor de Strafverordeningen ter na
dere beoordeeling.
i. Adres van de Vereeniging „Dorpsbelangen”
te Oudega, betreffende verbetering van de weg
en vaart in de buurt te Oudega.
Dit adres wordt om advies in handen van B.
en W. gesteld.
Nog zijn ingekomen:
Jaarverslag Gezondheidscommissie Sneek.
Ter inzage gelegd.
Verzoek der drie Landarbeidersorganisaties om
terwille der uitgetrokken leden allereerst de ver
zekerde arbeiders zooveel mogelijk werk te ver-
leenen, en bij gebreke daarvan een uitkeering te
verleenen gelijk aan die van de werkloosheids
verzekering.
De Voorz. zegt dat het betrokken departe
ment thans telegrafisch de volgende steunver
lening heeft veroorloofd nl. uitgetrokkenen f7,
dubbel uitgetrokkenen en ongeorganiseerden f 6,
50 ct. kindertoeslag, f5 en f4 kostgangers.
De gemeente had f 1 meer gevraagd en f 1
kinder toeslag, doch is nu aan deze regeling ge
bonden.
De raad besluit deze regeling officieel in te
voeren.
De Voorz. deelt nog mede wat de gemeente
reeds deed voor werkverschaffing, ook werd
reeds gelegenheid gegeven buiten de gemeente
te werken. Van de Sneeker Oudvaarr is een ver
zoek ingekomen om 20 subsidie voor een
werk, waardoor een aantal werkloozen uit deze
gemeente kan worden tewerk gesteld in dit wa
terschap.
Tot het geven van dit subsidie besluit de raad
eveneens.
Verzoek afd. Heeg Friesche Mij. en A. B. T. B.
om het verbod der huisslachtingen in te trekken.
Om advies in handen van B. en W. gesteld.
Adres van vereenigingen tot bestrijding van
het drankgebruik om een maximum verloven
vast te stellen.
Om advies in handen van B. en W. gesteld.
Adres van de raad van Haskerland om adhae-
sie aan een adresi aan H. M. de Koningin om
spoedmaatregelen ten behoeve van het veehou-
dersbedrijf om dit te behoeden voor een debacle.
De Voorz. zegt dat B. en W. in een vorige
vergadering ten opzichte van eenzelfde adres
van Wehl afrieden adhaesie te betuigen omdat
van het recht van petitie een zeer spaarzaam
gebruik moet gemaakt, en waar het hoogste
publiekrechtelijk orgaan in deze provincie, de
Staten, reeds een adres richtten aan de regee-
ring, stellen B. en W. voor deze adhaesie niet
te verleenen.
De heer A b m a is het hiermede eens; de be
trokken organisaties doen in dezen al zooveel,
dat dit overbodig is.
De heer S c h i 1 s t r a vindt het adres ook
onvolledig; het veehoudersbedrijf wordt alleen
genoemd; ook de varkenshouderij is in desola-
ten toestand. Spr. gaat mee met het advies van
B. en W.
Punt III. Voorstel van Burg, en Weth. tot
onderhandsche aanbesteding van de wal-
beschoeïing bij Nijlanderzijl.
22.
„Waarom dan hier gekomen waar
iedere schurk in Londen je kan zien en
je overhoop schieten als hij! er lust
toe gevoelt? Gekkenwerk.” David Mc
Nalty, die inderdaad een van die zeld
zame wezens waseen man, in ieder op
zicht uitmuntend voor zijn taak bere
kend, nam nooit een blad voor den
mond. Zelfs tegenover zijn metgezel,
dien hiji zulk een hooge achting toe
droeg, legde hij zijn stekeligheid niet
aan banden.
„Ik ben hier gekomen, Davie, omdat
ik een blik wenschte te werpen op
een menschelijk oor,” antwoordde Chip-
stead.
Er werd bij den dienst dikwijls be
weerd, dat niets in staat was, Mc Nalty
een wenkbrauw te laten optrekken,
maar nu staarde de Schot zijd metgeze1
over het tafeltje heen aan, met een
uitdrukking van bijna komieke verras
sing op zijn sproetengezicht. Mc Nalty
was aan de Hoogeschool te Aberdeen
gepromoveerd, maar hier begreep hij
niets van.
„Heb je er erg veel last van, jochie?” uiterljjk zijn onverdeelde aandacht ‘ge-
hun besluit van 23 September 1931, no.
22 II, aan te vullen in die zin dat onder IV
vóór het woord „alle” wordt ingevoegd:
uitgezonderd het voor parkeeren bestemde
gedeelte van het Martiniplein en van het
Oud-Kerkhof.
SNEEK, 2 Maart 1932.
Burgemeester en Wethouders van Sneek,
(get.) P. J. DE HOOP, Burgemeester.
(get.) P. SIKKES, Secretaris.
SNEEK, 16 Maart 1932.
Burgemeester en Wethouders voornoema,
P J. DE HOOP, Burgemeester.
P. SIKKES, Secretaris.
VOEREN VAN LANTAARNS VOOR MOTOR
RIJTUIGEN OP MEER DAN TWEE WIELEN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van SNEEK brengen ter algemeene kennis
hun navolgend besluit:
No. 49 IV.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van SNEEK;
Overwegende dat het voorschrift van art.
16, le lid van het Motor- en Rijwielregle-
ment, niet van belang is voor zoover betreft
stilstaande motorrijtuigen geplaatst op de
hierna vermelde parkeerterreinen;
Gelet op art. 16, 3e lid van genoemd re
glement en art. 37 der Verkeersverordening;
VERGADERING van den RAAD der gemeente
W1JMB RITS ER AD EEL
op MAANDAG 14 MAART 1932,
’b voorm. 10 uur.
Voübe. de heer H. M. Martera, frurgem«8rt’»r.
Secretaris de leer K. Visse».
Am wang alle (15) leden.
Voorzitter de heer H. M. Martens, burgemees
ter.
Secretaris de heer K. Visser.
Punt I. Notulen der vergadering van 1
Februari 1932.
(De Commissie bestaat uit de heeren Kas
persma, Nijdam en Rijpma.)
Op voorstel van de commissie bij monde van
den heer Kaspersma onveranderd goedge
keurd.
Punt II. Ingekomen stukken en mededee-
lingen.
a. Resolutie van Ged. Staten van Friesland
dd. 10 Februari 1932, no. 118, le Afd. B, hou
dende mededeeling dat de beslissing omtrent de
goedkeuring van het raadsbesluit dd. 14 De
cember 1931, tot vaststelling eener verordening
tot wijziging der Bouw- en bewoningsverorde-
ning, is verdaagd.
b. Idem dd. 10 Februari 1932, no. 10, 2e Afd.,
houdende goedkeuring van de raadsbesluiten dd.
1 Februari 1932, tot aankoop van grond ten be
hoeve van de bochtverbreedingen.
c. Idem dd. 17 Februari 1932, no. 5, 2e Afd.,
houdende goedkeuring van het raadsbesluit dd.
1 Februari 1932, tot overdracht van vaarten
aan het waterschap „Heeg”.
d. Idem dd. 17 Februari 1932, no. 6, 2e Afd.,
houdende goedkeuring van het raadsbesluit dd.
1 Februari 1932, tot gratis overname van grond
ten behoeve van de verbetering van de vaart en
de opslagplaats bij de Nijlanderzijl.
e. Idem dd. 24 Februari 1932, no. 82, 2e Afd.
F., houdende goedkeuring van de gemeente-
begrooting, dienst 1932.
De stukken a t/m e worden aangenomen voor
notificatie.
f. Adres van het Centraal Bestuur van den Ne-
derlandschen Christelijken Bond van Personeel
in Publieken Dienst betreffende het ontslag van
den strater-wegwerker M. Nijholt.
Op voorstel van B. en W. wordt besloten op
deze aangelegenheid niet terug te komen.
De Voorz. deelt nog mee dat de argumen
tatie van het adres, hoewel te goeder trouw, niet
zuiver het gevoelen van het rapport van den op
zichter weergeeft.
g. Schrijven van Ged. Staten van Friesland dd.
24 Februari 1932, no. 51, 2e Afd. F, houdende
verzoek om de oorspronkelijke wijze van dek
king uit de gewone middelen van de uitgaaf
posten volgnos. 334, 335 en 336, dienst 1931, te
handhaven.
De heer Gerbrandij vraagt of Ged. St
ook opgeven de reden waarom zij dit vragen.
De Voorz.: Deze bedragen zouden aanvan
kelijk gedekt uit gewoon, later geleend. Er blijft
echter slechts f 2700 te dekken na wegvallen van
DRANKWET.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van SNEEK maken bekend dat bij hen is in
gekomen een verzoek van de Commanditaire
Vennootschap W. EKKERS en Co., aldaar,
om verlof voor de verkoop van alcoholhou
dende drank andere dan sterke drank voor
gebruik ter plaatse van verkoop in de voor-
en achterbenedenzaal en de kegelbaan van
het perceel Kleinzand no. 36.
Tegen het verleenen van dit verlof kunnen
binnen 2 weken schriftelijk bezwaren wor
den ingebracht.
SNEEK, 16 Maart 1932.
voorts, hij had hem kunnen te woord
staan in een onberispelijk Bowery mis
dadigers-jar gon, waarover de aange
sprokene verbaasd gestaan zou hebben.
Een derde neiging, en de sterkste van
de drie, was, Daltry zoo geweldig op
zijh brutalen mond te treffen, dat de
boef het zich levenslang herinneren zou.
„Wat is hier te doen een standje?
Heeft iemand je beleedigd, man?”
De vraag werd gedaan met het on
miskenbaar Schotsch accent van Mc
Nalty. Mac werd niet gauw Boos, maar,
werd zijn woede eenmaal1 opgewekt,
dan was hij een ware duivel. Het zou
voor een man van zijn positie evenwel
hoogst onbetamelijk zijn, zich in een
gewonen koffiehuis-twist te laten be
trekken. Bunny toomde zich in.
„Alles in orde, ouwe knaap,” zei
hij, Mc Nalty met een elleboog aan-
stootende. „Deze heeren begrepen mij
verkeerd dat is alles.”
„Als dat zoo is, kunnen we beter
ons souper hervatten. Mijn vriend is
somtijds een weinig opvliegend, maar
hij meent het niet zoo slecht.” De man
van den Geheimen Dienst keerde zich
norsch tot de groep tegenover hem.
„Dat hebt ge wel begrepen, hoop ik?”
„O, jawel,” grijnsde Jack Daltry. De
kleine, slimme oogjes flikkerden, in
strijd met het wezenlooze lachje.
„Het was natuurlijk dwaas van mij,”
bekende Chipstead met gesmoorde
stem, toen zij weer aan hun tafeltje ge
zeten waren.
„De grootste stommiteit," dikte zijn
metgezel aan, „het is niets voor jou,
om op die wijze uit je slóf te schieten.
Wat had je eigenlijk in den zin?”
„Een kerel, die aan den overkant
heeren Kerkvoogden gehouden samenspreking
hebben wij het plan geopperd om voor het door
anderen weg te moeten bewandelen. In een met
hen beoogde doel het gebouw der bestaande
openbare lagere school beschikbaar te stellen,
welk plan hun volle instemming kon wegdragen.
Aan den heer Inspecteur van het Lager Onder
wijs in de Inspectie Sneek is bereids gevraagd
te willen verklaren, dat bij hem tegen deze wijze
van handelen geen bezwaren bestaan.
In verband! met vorenstaande stellen wij U
voor:
1aan de Kerkvoogdij der Ned. Herv. Gemeen
te te Wolsum de noodige medewerking te ver
leenen tot het stichten van een bijzondere lagere
school aldaar;
2. behoudens goedkeuring van den Inspec
teur voornoemd, deze medewerking te verleenen
door het gebouw der openbare lagere school te
Wolsum, ter beschikking te stellen van voor
noemde Kerkvoogdij, zoodra Uw besluit tot op
heffing dier school rechtsgeldigheid zal hebben
verkregen.
Z. h. s aangenomen.
Punt V. Voorstel van Burg, en Weth., in
verband met punt IV der agenda, tot op
heffing van de openbare lagere school te
Wolsum.
B. en W. adviseeren:
In verband met ons voorstel vermeld onder
no. 4 van deze agenda, deelen wij U het vol
gende mede:
Zooals wij reeds in dat voorstel hebben opge
merkt, zal de openbare lagere school te Wolsum
na opening van de aldaar te stichten bijzondere
school, haar bestaansrecht hebben verloren. Im
mers met uitzondering van een vijftal zullen alle
leerlingen der openbare school overgaan naar
die bijzondere school.
Van bedoeld vijftal zal ei één met ingang van
’t nieuwe schooljaar (1 Mei) de school verlaten,
waar tegenover staat, dat op dat tijdstip toela
ting tot de school van een nieuwe leerling zal
worden verzocht. Bij een eventueele instandhou
ding van de openbare school naast de te stichten
bijzondere school zou eerstgenoemde school
dus door 5 leerlingen worden bezocht.
Nu hebben de ouders van een tweetal van die
leerlingen verklaard, dat, hoewel zij openbaar
lager onderwijs voor hunne kinderen preferee-
ren, zij er geen bezwaar tegen hebben, die kin
deren de te stichten bijzondere school te doen
bezoeken. Waar de drie dan nog overblijvende
leerlingen een der openbare lagere scholen te
Bolsward zullen kunnen bezoeken de af te
leggen afstand is dan bijna even groot als tot
de naastbijgelegene O. L. School in deze ge
meente wil het ons voorkomen, dat de open
bare lagere school te Wolsum zonder eenig be
zwaar kan worden opgeheven.
Als gevolg hiervan zal dan aan den heer W.
P. M. Rosier en aan mej. E. J. Pot eervol ontslag
moeten worden verleend, respectievelijk als
hoofd der school en als onderwijzeres in de nut
tige handwerken.
Gemakshalve stellen wij U voor de datum van
ingang van deze ontslagbesluiten aan ons over
te laten.
Wij stellen U daarom voor vast te stellen na
volgend concept-besluit:
De Raad der gemeente Wymbritseradeel;
BESLUITEN:
te bepalen dat inachtngjping van het be
paalde bij het eerste lid van artikel 16 van
het Motor- en Rijwielreglement, niet noodig
is voor stilstaande motorrijtuigen geplaatst
op de voor parkeerterrein bestemde gedeel
ten van het Martiniplein, het Oud-Kerkhof
en de Kanaalstraat
SNEEK, 2 Maart 1932.
Burgemeester en Wethouder» voornoemd,
(get.) P. J. DE HOOP, Burgemeester.
(get.) P. SIKKES, Secretaris.
SNEEK, 16 Maart 1932.
Burgemeester en Wethouders van Sneek,
P. J. DE HOOP, Burgemeester.
P. SIKKES, Secretaris.
vroeg hij.
„Waarvan?”
„Van de zwakheid van geestvermo
gens, waaraan je lijdt.”
Bunny glimlachte.
„Ik zal jou niet behoeven te vertel
len, Mac, dat het eenige menschelijk
lichaamsdeel, dat het moeilijkst te ver
bergen is, het oor is.”
„Wat will je daarmee zeggen?”
„Ik bedoel, dat ik de hoop koesterde
hier vanavond een man te zien, in
wiens oor men zich onmogelijk vergis
sen kan. Hij bracht mij vanmorgen een
bezoek, en zei dat hij Pearson heette.
Ik ontdekte weldra dat hij zich uitgaf
voor een ander, en derhalve een mis
dadiger was. Dit is een verzamelplaats
van misdadigers zelfs Tony, de ober,
is niet geheel zuiver op de graat.”
„Dat is hij zeker niet!” barstte de
ander los. „Ik wacht alleen op een
redelijk bewijs, om hem te laten opsluir
ten. Maar, ik weiger om verder naar
je beslommeringen te luisteren, Bunny,
ik heb op ’t oogenblik zelf genoeg aan
mijn hoofd. Er is hoegenaamd niets
naders bekend geworden omtrent Hed-
dingly.”
Zijn metgezel scheen niet naar hem
te luisteren. Chipstead was opgespron
gen, en liet zijn oogen strak door de
ruimte dwalen.
„Wat voor den.begon Mc
Nalty. Hij had evenwel evengoed in
de woestijn kunnen roepen. Want
Bunny had hem verlaten, en baande
zich zonder omwegen een weg door de
druk bezochte, beperkte ruimte.. Aan
de andere zijde van het lökaal bevond
zich een man in avondkleeding, wiens
B. en W. adviseeren:
In Uwe vorige vergadering werd door U con
form ons voorstel besloten gelden beschikbaar
te stellen voor verbetering van de vaart en de
opslagplaats bij Nijlanderzijl en laatstbedoeld
werk aan te besteden onder timmerlieden uit
eigen gemeente.
Sedert dien is van de Kroon nog geen beslis
sing ontvangen op het ingestelde beroep tegen
de meening van Gedeputeerde Staten, dat de
aanbesteding van den verbouw van de Her
vormde school te Gaastmeer onder eigen tim
merlieden (hetzelfde geval dus als bovenver
meld) in strijd is met de wet, omdat een zoo
danige aanbesteding noch een openbare noch een
onderhandsche zou zijn, hetgeen door ons werd
betwist.
Een en andermaal hebben wij reeds geïnfor
meerd of de uitspraak van de Kroon in dezen
tijdig kon worden tegemoet gezien, dit met het
oog op de uitvoering der werkzaamheden bij
Nijlanderzijl, waarvodr rijkssubsidie is toege
kend tot 30 April a.s., voor zooveel de grond-
afgraving betreft.
Van het betrokken departement werd echter
dezer dagen de mededeeling ontvangen, dat het
niet mogelijk zou zijn zoo spoedig reeds een be
slissing te geven.
In deze situatie kwam het ons gewenscht voor
het werk onderhands door U aan te besteden
aan een met name genoemde aannemer.
Dit is althans de geijkte vorm van „onder
handsche aanbesteding”, waaromtrent geen mee-
ningsverschil met heeren Gedeputeerde Staten
valt te vreezen.
Wij ontvingen o. m. een prijsopgaaf van S.
de Boer, timmerman te IJsbrechtum, die bereid
is de walbeschoeiïng c. a. te maken voor de
som van een duizend zeven en zeventig gulden
(f 1077.—).
Dit bedrag komt ons, gezien de raming van
den gemeente-opzichter, zeer billijk voor en waar
wij niet de verwachting hebben dat bij openbare
inschrijving een nog lagere som zou verkregen
kunnen worden, achten wij het onderhands aan
besteden van de walbeschoeïng bij Nijlanderzijl
aan S. de Boer voornoemd in het belang der
gemeente.
Wij stellen U voor daartoe te besluiten.
Z. h. s aangenomen.
Punt IV. Verzoekschrift van de Kerkvoog
dij der Ned. Herv. Oemeente te Wolsum om
gelden te mogen ontvangen voor de stichting
eener bijz. lagere school aldaar, met voorstel
van Burg, en Weth.
B. en W. adviseeren:
Bij adres van 16 Februari 1932 richt de Kerk
voogdij der Nederlandsch Hervormde Gemeente
te Wolsum zich, onder overlegging der vereisch-
te stukken, tot Uwen Raad met het verzoek, om
overeenkomstig art. 72 der Lager Onderwijswet
1920 gelden uit de gemeentekas te willen ver
strekken voor het stichten van een school voor
bijzonder lager onderwijs aldaar.
Waar deze aanvraag voldoet aan de eischen
gesteld bij art. 73 van meergenoemde wet is het
verzoek voor inwilliging vatbaar.
Uit een ingesteld onderzoek is evenwel geble
ken, dat tengevolge van het stichten en openen
van een bijzondere lagere school te Wolsum, het
leerlingental der aldaar bestaande openbare la
gere school (per 1 Januari jl.: 28) tot vijf zal
dalen.
Bij verwezenlijking van het door voornoemde
Kerkvoogdij opgevatte plan zal dus de bestaan
de openbare school worden ontvolkt, doordat
nagenoeg alle leerlingen dier school zullen over
gaan naar de nieuw te stichten bijzondere
school. Het kleine aantal leerlingen, dat daarna
de openbare school nog zal tellen, zal o. i. de
instandhouding van die school niet rechtvaar
digen.
Wij hebben daarom gemeend in dezen een
trokken had.
„Mijnheer, het door u bestelde komt
dadelijk.” Tony, wiens donkergekleurd
gezicht een meer dan gewone belang
stelling verried, was met zijn gespierde
gestalte Chipstead in den weg getre
den.
„Ga op zijl” het bevel werd op zulk
een toon van gezag gegeven, dat het
de aandacht trok. Een aantal mannen,
die eerst onbeweeglijk gezeten hadden,
stonden op, en schaarden zich rond
den ober. Een van hen richtte het
woord tot Tony.
„Is die heer voornemens herrie te
maken?” vroeg hij.
De toon was strijdlustig met ken
nelijk opzet. Bunny wist, dat deze
groep, van wie sommigen misschien
gisten wie hij1 was, gaarne twist met
hem zou zoeken. Zijn handelwijze moest
hen zeer verdacht voorgekomen zijn, en
zij waren voornemens hem af te ranse
len, voordat hij iets had kunnen uit
richten.
„Herrie, waar denkt ge aan!” ant
woordde hij, den vrager tusschen de
oogen ziende. „Ik zal toch wel vrij
mogen doordringen om een woordje
met een vriend te wisselen, als ik wil?”
„O, zeker!” teemde de ander, terwijl
diens makkers hun gezicht tot een stil-
len, onaangenamen lach vertrokken,
„alleen maar, wijl, die hier geregeld
komen, zijh zeer nette, fatsoenlijke jon
gens, die niets van herrie moeten heb
ben, zie je?”
Bunny „zag”, Hij kon den spreker
genoemd hebben bij den naam, onder
welken hij bij de meerderheid van de
Chefs van Politie in Europa bekend
was „Lange Jack Daltry”. En
van het restaurant an een tafeltje zit
ik geloof, dat hij' die Pearson is,
over wie ik je sprak.”
Mc Nalty bediende zich van aard
appelen.
„Je herkende hem zeker aan zijh
joren?” vroeg hij.
„Hoofdzakelijk,” luidde het ernstige
mtwoord. „Vergeet niet, dat mijn
oogen zeer scherp zijn, Mac."
„De vent is nu natuurlijk vertrok
ken,” zei de Schot, zijn maaltijd voort
zettende.
„Natuurlijk. Hij liep evenwel niet
angs ons heen, dus veronderstel ik,
dat er nog een andere uitgang is. En
‘en, die tamelijk onzichtbaar is, bo
vendien. Dat groepje was blijkbaar van
cwee dingen op de hoogte ten eerste,
dat de man, tot wien ik spreken wilde,
een der hunnen was, en derhalve door
hen in bescherming genomen moest
worden, en ten tweede, dat ik zelf niet
tot het gilde behoorde. Zij waren be
sloten. dat ik den ander niet zou
naderen.”
„Oef!” riep Mc Nalty uit, zijn glas
bier neerzettende. „Ik hoop niet, dat zij
vergif in mijn bier gedaan hebben.”-
En hü beaamde de zienswijze van
Bunny, door te zeggen: „ik zie niet in,
wat wij hier nog voor goeds kunnen
doen ga liever mee naar mijn ka
mers en laten we een boom opzetten.
Ik schaam mij niet, je te vertellen, dat
dat zaakje mij doodsbenauwd maakt.
Ik kan dien blik in de oogen van dat
meisje niet verdragen. Als Susan Cour-
enay mij aankijkt, heb ik het gevoe'l
alsof het zuiver mijn schuld is, dat zij
den Chef vermoord hebben.”
Wordt vervolgd.
NIEUWE SNEEKER COURANT
annex SNEEKER COURANT (75e Jaargang)
i ■HnnHangnBHnannnHnnBMnamnnBqpnHH
xijn inderdaad het meest
ideale middel ter bevorde
ring van een normalen
stoelgang. Gemakkelijk in
te nemen, aangename
smaak, verwekken geen
krampen.
0.65 pet flacon.