Dit No. bestaat uit 2 Bladen. Wan XIEZEBRIKK t Co. Eerste Blad So. 98 Woensdag 7 September 1932 Feuilleton. H&IIR’S W IJ MB RITS ER AD EE L, op MAANDAG 5 SEPT. 1932, ’s voormiddags 10 uur. OFFICIEEL GEDEELTE. Weidt vervolgd. MAAGPILLEN Roman van HULBERT FOOTNER Voor Nederland bewerkt door W. J. A. ROLDANUS Jr. 4. Het liep tegen het einde van Mei; de weide was als een smaragdkléurig fluweelen kleed en de wilgen wanen opnieuw gestoken in hun lichtgeel ge bladerte. Het geheel werd glanzend be straald door de Noordelijke zomerzon. Kinderen en honden liepen en rolden in doellooze luidruchtigheid, terwijl de ouderen bij de ingang der hutten zich in het zonnetje zaten te koesteren. De kegel vormige hutten zelf rilet haar bundel stokken aan den top en de dunnerookzuiltjes erboven waren in volkomen harmonie met het natuur- tafreel. Alleen wanneer men van dichter bij keek, werd de lieflijkheid van het geheel eenigszins bedorven door de dui delijke bewijzen van het slordige huis houden der Fish-Eaters. Musq’oosis hut stond op zichzelf bui ten den halven kring en iets meer stroomafwaarts. De eigenaar zat nog, als een typisch klein bundeltje in een deken, voor zijn deur, toen Bela naar hem toe kwam. „Ik vind, dat je gauw komt,” zeide te bS te wmk oorxaak van slechte (pQsvertering n veratopping. Neem te meer beweging en ge- 1 gebruik Foster’» Maag- ptflen, bet afctoende teMHMukbM. L fQM Ata» hjj. „Jij weet ook alles,” constateerde Bela eenvoudig. Hij haalde zijn schouders op. „Ik zit hier heel rustig en mijn gedachten spre ken tot mij.” Zij ging op haar hurken en met haar handen in haar schoot voor hem zitten. Zonder eenige inleiding begon zij een voudig: „Mijn vader was een blanke.” Musq’oosis liet in het geheel geen verbazing blijken. „Dat weet ik," ant woordde hij. „De vader van mijn moeder was ook een blanke,” ging zij voort. Hij knikte., „Waarom heb je me dat nooit ver teld?” vroeg zij, even haar wenkbrau wen fronsend. Hij spreidde zijn handen uit. „Waar dieijde het voor? Je hadt dan willen weggaan. En daar was je veel te jong voor. Ik dacht, dat je je ongelukkig zou voelen, als ik het je vertelde.” Zij schudde haar hoofd. „Ik voel mij er juist gelukkig door. Ik weet nu hoe de zaken staan. Ik begrijp nu alles. Ik werd half gek, omdat ik dacht, dat die ongelukkige ellendeling van een Charley mjjn vader was.” „Het is goed,” zeide Musq’oosis. „Heb je mijn vader gekend?” vroeg Bela nieuwsgierig. Hij knikte ernstig. „Vertel me dan van hem.” Musq’oosis bleef eenigen tijd in ge dachten verzonken. „Het is al lang ge leden,” begon hij, „ofschoon ik toen cok al niet jong meer was. In den Louis Riel-oorlog heb ik je vader ge zien. Hij was soldaat in dien oorlog, hij droeg een roode jas, heel mooi. De van medewerking definitief geen uitvoering zou behoeven te worden gegeven. Het behoeft geen betoog, dat wij voor de ontheffing van deze nog altijd „dreigende” ka pitaalsuitgaaf in de huidige ongunstige tijds omstandigheden niet anders dan erkentelijk kunnen zijn. Niét, dat deze gemoedsstemming ons zou doen besluiten tegenover het thans aanhangige ver zoek van het schoolbestuur een andere houding aan te nemen, dan recht en plicht ons gebieden. Wij geven bovenstaande toelichting dan ook alleen ter Uwer informatie. De aanvraag toch voldoet geheel aan de wet telijke eischen en ingevolge art. 72 der L. O. wet 1920 zal dan ook de gevraagde medewer king behooren te worden verleend, i. c. door het verstrekken van de noodige gelden. Wij stellen U voor hiertoe het besluit te ne men, onder opmerking tenslotte, dat in de kos ten ook! begrepen is de aankoop van een oi twee woningen. De heer Gerbrandij verzoekt de kosten te mogen vernemen. De heer (Van Gooi beaamt dit en heeft geen tijd gehad om het stuk wat betreft de conse- kwenties voldoende na te gaan en te onder zoeken of dit noodzakelijk is. Spr. zou de be handeling willen uitstellen tot de volgende ver gadering. De heer H o f s t r a vraagt of, als het bedrag hoog wordt, het wel zeker is dat deze aanvraag volgens de wet is. Men zegt dat het bedrag be langrijk wordt. De Voorz.: Volgens de L. O. wet heeft de raad de beurs alleen te openen en de beoor- deeling aan B. en W. over te laten. Zelfs een raming van kosten behoeft niet meer overge legd. Het schoolbestuur heeft spoed verzocht. Wij kunnen over de kosten geen mededeeling doen; wel weten we dat reeds lang een ge bouw is aangekocht. De school heeft recht op een speelterrein, de raad kan niet anders dan afwijzen of gunstig beschikken. Stellen we de beslissing uit dan geeft dat niets, de noodzake lijkheid van de aanvraag is ter beoordeeling van het schoolbestuur. Als dit voorstel aangenomen wordt is het compromis van 1930 van de baan en is dat een financieel voordeel. De heer Van Gooi kent de wet niet vol doende om te beoordeelen of het schoolbestuur het recht heeft elk gewenscht speelterrein aan te vragen, en juist om dat te onderzoeken zou spr. het voorstel willen aanhouden. Ook de ge volgen van het compromis zijn niet afgewenteld; een nieuw bestuur kan toch een andere school eischen en we kunnen nu de toestand in de toe komst niet beoordeelen. De Voorz.: De noodzakelijkheid van een speelterrein beoordeelt niet de raad, doch he college van B. en W., dat beslist of de aan vraag binnen de behoorlijke perken blijft. Een uitstel om de raad een behoorlijk inzicht in de aanvraag te geven zal niet baten. Wanneer het compromis aan de kant is, is de financieele te gemoetkoming aan het bestuur vervallen en dat weegt ruimschoots op tegen de kosten van dit voorstel. De heer Gerbrandij meent toch dat de raad volgens de wet beoordeelen kan of het voorstel ook gaat boven de draagkracht der gemeente. Spr. is verbaasd dat B. en W. de kosten niet willen noemen. De Voorz.: Dat is onmacht, want wij heb ben de raming nog niet, de opzichter onderzoekt dat. De 1. o. wet bevat niets over de draagkracht der gemeente, omdat opname van een derge lijke clausule de financieele gelijkstelling in ge vaar zou brengen. De heer Gerbrandij meent toch dat het beter is dat we eerst de financieele gevolgen weten. De Voorz.: Louter uit vriendelijkheid jegens Dit verzoek is mondeling door het bestuur in een conferentie met ons toegelicht en in verband gebracht met het indertijd genomen raadsbesluit vair 29 April 1930 tot het verleenen van mede werking voor den bouw van een nieuwe school met 5 leslokalen en 1 gymnastieklokaal bene vens de inrichting van een terrein voor licha melijke oefening! Het zal U bekend zijn dat niet lang daarna het adresseerend schoolbestuur besloot den bouw van deze nieuwe school c. a. uit te stellen in verband met de ingetreden daling van het leer lingental, waartegenover geen spoedige klim ming te wachten stond en de sedert verslech terde economische toestand mogelijk gepaard gaande met wijzigingen in de L. O. wet 1920. Deze omstandigheden waren het, welke het bestuur blijkens zijn schrijven van 25 Februari 1931 hadden doen besluiten den bouw voor- loopig uit te stellen. Adressant brengt deze gang van zaken thans in verband met zijn voorliggende aanvraag, door aan het verzoek om medewerking tot vergroo- ting van het speelplein een clausule toe te voe gen, welke hierop neerkomt dat hij bij inwilli ging van deze aanvraag zijn zooeven genoemd besluit om den bouw van een nieuwe school c. a. voorloopig uit te stellen omzet in een definitief besluit tot afstel. Dit wil dus zeggen dat aan het eens genomen raadsbesluit van 29 April 1930 tot het verleenen VRIJSTELLING DIENSTPLICHT. De BURGEMEESTER der gemeente SNEEK brengt ter openbare kennis dat van heden af ter Secretarie, 2e Afd., ter inzage ligt de beschikking van den Minister van Defensie, d.d. 1 September 1932, waarbij aan TAEKE BOOTSMA, dienstplichtige der lichting 1931 uit deze gemeente, met ingang van 8 September 1932 voor een jaar vrijstelling van de dienstplicht is verleend wegens kostwinnerschap. Tegen deze uitspraak kan uiterlijk de tiende dag na de dagteekening dezer be kendmaking beroep worden ingesteld. SNEEK, 6 September 1932. andere soldaten noemden hem Smiler (Glimlacher) Forest. De Roodhuiden noemden hem Bird-Mouth (Vogel- mond), omdat hij altijd muziek maakte met zijn adem, zoo En Musq’oosis deed een fluitenden man na. „Hij was een goed soldaat. Dapper. De Groote Moeder over het water (Koningin Vic toria) heeft hem een medaille gestuurd met haar gezicht er op, omdat hij zoo dapper was.” „Wat is dat een medaille?” viel Bella hem in de rede. „Een klein rond stuk net als geld, maar niet om uit te geven,” legde Mus q’oosis uit. „Het wordt op je jas ge speld, zoodat iedereen zien kan, dat je dapper bent. Ik ben altijd een vriend van de blanken geweest”, vertelde hij verder, „daarom heb ik in dien oorlog voor hen gevochten. Ik kon niet goed marcheeren of rijden, maar ik ging op de Saskatchewan-rivier als verken ner roeien. Je vader was een vriend voor me. We praatten veel bij het vuur. Hij maakte veel grapjes met me, maar ik werd niet boos, omdat ik zag, dat hij me toch graag mocht. Dikwijls zeide hij tegen me: „Musq’oosis, jongen, ik deug niet.” „Niet deugen?" vroeg Bela. „Dat was een grap van hem. Ik ge loofde niet alles wat hjj zei, om den drommel niet. Hij zeide: „Musq’oosis, ik deug nergens voor behalve voor sol daat. Wanneer er geen oorlog is, kan ik mij niet uit de beroerdigheid hou den.” Hij vroeg me veel over mijn land hier en zeide dan„Als de oorlog voor bij is, ga ik daar heen. Misschien kan ik me daar uit de beroerdigheid hou den.” Ik dacht, dat het een grap van Bird-Mouth zal zich hier ook niet uit de beroerdigheid houden. Daarna was hij precies ais iedere verliefde man. Hjj wou den heelen nacht opblijven en praatte aan één stuk door over haar. Hij vroeg mij wat haar naam betee- kende. Ik vertelde hem, dat Loseis eendje beteekent. Hij zei: „Nooit heeft iemand een beteren naam gehad.” „Wacht liever wat,” zei ik, „er zijn nog heel wat andere meisjes te zien.” „Niet voor mij,” zei hij. „Na een week trouwt hij met haar. Trouwt met haar voor een priester en de Bijbel. Hij bouwde een huis te Nine-Mile Point en een stal. Hij zeide, dat hij een wisselplaats wilde gaan houden voor de bevrachters, wanneer zij de winterprovisie voor de factorij brachten. Hij verzamelde veel hooi voor zijn stal. Hij werkte als tien roodhuiden, d oen er ijs kwam, wilde hij het hooi overbrengen. Ik zei: „Wacht nog even, het is nog niet sterk genoeg.” Hij lachte. Op een goeden dag kregen we een vreeselijke sneeuwstorm. Hij raakte op het ijs verdwaald en komt in een wak terecht. Later vonden we het hooi drij ven hij heeft jou nooit gezien. Jij werd in de lente geboren. Hij was een mooie man. Dat is alles.” En na een korte stjlte vroeg Mus- qoosis dan: „En wat ‘jviil je nu doen?” „Ik ga weg,” antwoordde Bela on- middelljjk. „Naar het land van mijn vader." HINDERWET. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van SNEEK maken bekend: "dat ter secretarie ter inzage ligt een ver zoek met bijladen van R. DE JONG, tabaksfabrikant te Sneek, om vergunning tot uitbreiding van zijn ta baksfabriek „De Haas” in de perceelen ge legen aan de Truffelsteeg en de Oosterdijk en genummerd Oosterdijk nos. 39 en 41, kadastraal bekend gemeente Sneek, Sectie B, nos. 3159, 3158, 65, 3715, door bijplaat sing van 2 electromotoren resp. van 2 en 1 P.K., welke onderscheidenlijk een slijpma chine en een inpakmachine in werking bren gen; dat op Woensdag den 21 Sept. 1932, des middags te 12 uur, ten gemeentehuize al daar gelegenheid zal worden gegeven om tegen het verzoek bezwaren in te brengen en deze mondeling en schriftelijk toe te lich ten en dat zoowel de verzoeker, als zij die bezwaren hebben in te brengen, gedurende drie dagen voor evengemeld tijdstip ter se cretarie, in de gewone bureau-uren, van de ter zake ingekomen bescheiden kennis kun nen nemen. De aandacht wordt er inzonderheid op gevestigd, dat volgens de heerschende op vatting, slechts tot hooger beroep gerech tigd zijn zij, die voor het Gemeentebestuur af een of meer zijner leden zijn verschenen, ten einde hunne bezwaren mondeling toe te lichten. SNEEK, den 7 September 1932. VERGADERING van den RAAD der gemeente Voorz. de heer H. M. Martens, burgemeester. Secretaris de heer K. Vtesw. Aanwezig! 14 leden. Afwezig de heer Abma (m. k.). Na opening op de gebruikelijke wijze is aan de orde: Punt I. Notulen der vergadering van 21 Juli 1932. (De Commissie bestaat uit de heeren Rijpma, Santema en Schilstra). Op advies der commissie onveranderd vast gesteld. Punt II. Ingekomen stukken en me dedelingen. a. Resolutie van Gedeputeerde Sta ten van Friesland dd. 20 Juli 1932 No. 61, 2e Afd. F, houdende goedkeuring van het raadsbesluit dd. 30 Juni 1932 tot wijziging van de gemeente-begrooting, dienstjaar 1931. b. Idem dd. 20 Juli 1932, No. 75, le Afd. B, houdende goedkeuring van het raadsbesluit dd. 30 Juni 1932 tot vaststelling van een verordening voor het agentschap der arbeidsbemiddeling in deze gemeente. De stukken a en b worden aangenomen voor kennisgeving. i c. Proces-verbaal van de opneming van kas en boeken van den gemeente ontvanger op 21 Juli 1932. Verslag over 1931 van den toestand der Provincie Friesland. Idem van den Armenraad te Leeu warden. De stukken genoemd’ onder c worden ter in zage gelegd voor de leden. Ingekomen is het volgende voorstel van B. en W.: Onder „nagekomen stukken” zal U ter raads vergadering van 5 September a.s. mededeeling worden gedaan van een heden ingekomen aan vraag van het Bestuur der Vereen, v. Chr. Nat. onderwijs te Woudsend om gelden beschikbaar te stellen voor de noodige uitbreiding van het speelterrein rondom zijn school. De post huren bracht over dit jaar nog op f 10054.62, dat is vrijwel het vrjjwel het gewone bedrag. Bij deze post zal in de toekomst zij het nood gedwongen wel met enkele verla gingen rekening moeten worden gehou den, waardoor de kans op een sluitende rekening dus ongunstig! wordt beïn vloed. Op de nog veel te hooge balanswaar de der bezittingen werd reeds eerder de aandacht Uwer vergadering geves tigd. De Commissie kan volstaan met zich aan te sluiten by de wenschen der be kende Staatscommissie Vliegen, dat, met aanzienlijken steun van Rijkswege, door een buitengewone afschrijving spoedig dit crisis-verlies zal kunnen worden gerealiseerd. De Commissie stelt U voor: a. de hierboven bedoelde financi eele bescheiden voor kennisgeving aan te nemen; b. goed te keuren, de uitkeering over 1931 aan de Woningstichting van de gewone jaarlijksche bijdrage ad. f6212.39. Z. h. s. conform besloten. Punt IV. Adressen van S. de Boer te Goënga en H. Muller te Parrega om gedeeltelijke kwijtschelding van huur voor land en bermgewas, met voorstel van Burg, en Weth. B. en W. stellen voor: Evenals vorig jaar verzoekt S. de Boer, koemelker, wonende te Goënga een tegemoetkoming in de huur, ver schuldigd voor de bij hem in gebruik zijnde perceelen grasgewas (bermen) en voor een stukje land gelegen bij de mestverzamelplaats onder Goënga. Adressant betaalt voor het grasgewas der bermen f 199.en voor het stukje land f53.25 per jaar. Zooals U zich wellicht zult herinneren is hem over 1931 een reductie verleend van 20% van het totaal bedrag der door hem verschuldigde huur. Waar de tijdsomstandigheden verge leken bij het vorig jaar nog aanmerke lijk zijn verslechterd stellen wjji U voor aan adressant ook over het jaar 1932 een gedeelte van de huurschuld kwjjt te schelden en wel door de huur van het land terug te brengen van f 53.25 op f 30.en die van de bennen van f199.op f125.Een verlaging tot deze bedragen achten wij, gezien de tijdsomstandigheden en de bedragen die in normale tijden voor deze percee len werden ontvangen, alleszins billijk. Voorts verzoekt Haring Muller te Parrega een tegemoetkoming in de door hem over 1932 verschuldigde huur van een perceel grasgewas (bermen) te Nij- huizum. Ook deze adressant motiveert zijn verzoek met een beroep op de aan houdende moeilijke tijdsomstandighe den. Wij stelllen U voor het verzoek in te willigen door de huursom te brengen van f 25.op f 17.50. Z. h. s. conform besloten. Punt V. Adres van W. Kuipers te Woudsend om verlaging van huur voor de door hem bewoonde woning, met het schoolbestuur betrachten we spoed. We hebben overwogen dit uit te voeren met de schoolwoning, dan is dat misschien iets voor- deeliger. Spr. heeft overigens tegen uitstel geen bezwaar, maar wat wint men er mee? De heer Schilstra constateert dat dit voorstel veel goedkooper is voor de gemeente. Spr. pleit nog voor opruiming van een woning, waardoor het verkeer verbeterd zal worden. Ook kan hier gelegenheid geschapen worden voor opbergen van het materiaal der dorps- reiniging. De Voorz.: We hebben nog geen definitief plan of 1 of 2 woningen worden aangekocht. Al die vragen moeten opgelost worden tusschen B. en W. en het bestuur als de zaak onderzocht is. We zullen trachten een zoo goed mogelijke regeling te treffen. Als om het speelterrein de 2e woning noodig is, zullen we trachten een verkeersverbetering te krijgen, maar het is lang niet zeker dat die aankoop noodig is. De heer Van Gooi wenscht, hoewel hij in principe is voor eeen behoorlijk speelterrein, eerst een inzicht te hebben in de zaak. De Voorz.: De raad heeft ingevolge de wet alleen inzicht noodig over het principe der aan vraag. Spr. kan zich overigens de houding van den heer Van Gooi wel begrijpen. Het voorstel-Van Gooi tot uitstel komt in stemming. Voor stemmen de leden Gerbrandij, Jellema, Van der Hoff en Van Gooi; tegen de leden Hof- stra, Kaspersma, Huitema, Santema, Rijpma, Nij- dam, Schilstra, Atsma, Cnossen en Bakker. Dit voorstel is dus verworpen met 104 st., waarna het voorstel van B. en W. z. h. s. wordt aangenomen. In gekomen is nog: d. Adres van het Bestuur van de R.-K. Boe ren- en Tuindersbond om noodig-verklaring van een cursus voor landbouw-huishoudonderwijs te Woudsend. B. en W. stellen voor een gunstige beslissing te nemen en stellen voor het verstrekken van een lokaal en de huur aan B. en W. over te laten. Aldus besloten. Atenu worden de raadscommissies z. h. s. samengesteld als de vorige keer. Punt III. Rapport der raadscommis sie, belast met het onderzoek der Ba lans per 31 Dec. 1931 en de Verlies- en Winstrekening over 1931 van de Wo ningstichting. in Wijmbritseradeel. De commissie stelt voor: De Commissie, belast met het on derzoek der Balans en Verlies- en Winstrekening van de Woningstichting in deze gemeente over 1931, heeft zich heden van haar taak gekweten. Omtrent de juistheid der cijfers heeft de Commissie geen aanmerkingen te maken. De Verlies- en Winstrekening geeft over dit jaar een saldo’-verlies aan van f402.87. Dit verlies wordt in hoofdzaak ver oorzaakt door den post onderhoud, die een last aangeeft van f 2318.59V2, dat is ruim f 700.hooger, dan de begroe ting toestaat. De Commissie meent in dit verband er de aandacht op te moeten vestigen, dat niet dan in zeer bijzondere geval len een begrootingspost aanmerkelijk mag worden overschreden. Alleen bij een zeer voorzichtig en zuinig beheer bestaat er voor volgende jaren kans op een exploitatie-rekening, die sluit zonder extra-bijdrage van ge meentewege. hem was. Langzamerhand kwam er een eind aan den oorlog en Louis Riel werd naar de gevangenis gebracht. Ik had toen broers hier. Ik wou mijn broers na den oorlog zien. Dus ging ik af scheid van hem nemen. Maar hij zei: „Stop even, Musq’oosis, ik ga met je mee.” Ik zei: „Wat moet je daar doen? Er zijn geen andere blanken dan de man op de factorij.” Hij zeide: „Ik ga met de natuur vechten.” „De natuur?” herhaalde Bela ver wonderd. Musq’oosis haalde zijn schouders op. „Dat was zijn manier van praten. Hij bedoelde boomen hakken, graven en werken. Dus ging hij met me mee. Het was een leuke reis. Altijd lachen en zingen en muziek maken met zijn adem. Hij praatte met me alsof ik een blanke was. Ik heb nooit zoo’n vriend gehad. Ik hield van Walter Forest als of hij mjjh zoon was.” De oude man liet, toen hij zoover gekomen was, zijn hoofd op zijn borst vallen en het verhaal scheen ten einde. „En wat hebben jullie gedaan toen jullie hier waren?” vroeg Bela. Musq’oosis zuchtte en ging dan voort: „De Fish-Eaters hadden toen hun dorp verderaf bij Musquasepi. Je moeder was daar. Zij was een heel knap meisje. Het mooiste meisje van den stam, geloof ik.” „Mooi?” vroeg Bela verwonderd. „Zij was de eerste, die we zagen, toén we hier kwamen. Wij roeiden de rivier op en zij was bezig op den oever bunzingvallen op te zetten. Je vader keek naar haar. Zij keek naar je va der. Allebei werden zij als steen van het kijken. O hemel, dacht ik bij mezelf, 4 S fa li* io de wildernis. NIEUWE SNEEKER COURANT annex SNEEKER COURANT (75e Jaargang)

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1932 | | pagina 1