Uit onze Raadzaal. Eerste Blad No. 22 Uitgave KIEZEBRÏNK Co. Woensdag 14 December 1932 49e Jaargang Dit Mo. bestaat uit 2 Bladen. NIEUWSTIJDINGEN. uur. I met I GEMEENTEBEGROOTING 1933. Vóór de behandeling der bedrijfsbegrootingen worden nu de aigemeene beschouwingen over de begroeting 1933 gehouden. VERGADERING van de RAAD der gemeente SNEEK op MAANDAG 12 DECEMBER 1932, ’s voormiddags 10 Voorzitter de heer P. j. de Hoop, burgemeester. Secretaiis de heer P. Sikkes. Aanwezig 14 leden. Afwezig de heer S. Breeuwsma. Aan de orde is: eunt 1. voorstel van Burgemeester en Wethouders tot net toekennen van schadevergoedingen aan de pachters jan bruggelden H. van der Vverj en IJ. Nieuwenhuis te >neek en T. Waima te Rauwerd. (Bijlage 131; dossierno. ..811.112(3)/A 07.351.32 '1 (4)). B. en W. stellen voor: tengevolge van de werkzaamheden aan de Sneeker- ..eeuwarder trekvaart nabij Scharnegoutum is het scheep vaartverkeer door dit kanaal gedurende het tijdvak 27 Juli —29 September 1932 gestremd geweest. Een drietal pachters van bruggeld hebben hiervan nadeel ondervonden, aangezien tijdens die stremming slechts enkele schepen de door hen gepachte bruggen zijn gepas seerd. Wij hebben op verzoek van deze pachters pogingen aangewend, deze schade van provinciewege vergoed te Krijgen. De Gedeputeerde Staten waren hiertoe evenwel niet bereid. Daarna hebben de meergenoemde pachters zich tot ons gewend met het verzoek, de door hen geleden schade voor rekening van de gemeente te nemen. Hoewel wij van oor deel zijn, dat de provincie als veroorzaker van deze schade redelijkerwijs tot toekenning van een schadevergoeding verplicht is, meenen wij niet, dat de pachters van het o. i. onjuiste standpunt van de Gedeputeerde Staten dezer pro vincie de dupe mogen worden. Om deze reden achten wij het gerechtvaardigd, van gemeentewege de door de pach ters gederfde inkomsten te vergoeden. Volgens het hierbij overgelegde advies van den directeur der gemeentewerken dienen de toe te kennen schadevergoedingen vastgesteld te worden op f 162.voor H. v. d. Werf, pachter van de Oosterpoortsbrug, alhier, op f 180.voor IJ. Nieuwenhuis, pachter van de brug bij de „Laatste Stuiver”, alhier en op f90.voor T. Walma, pachter van de „Dillebrug” onder Rauwerd. Wij kunnen ons hiermede vereenigen en stellen U mits dien voor het volgende besluit te nemen: Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders dd. 30 November 1932, no. 1.811.112(3)/X 07.351.32 T(4);. BESLUIT: aan H. v. d. Werf, pachter van de bruggelden, geheven bij de Oosterpoortsbrug alhier, IJ. Nieuwenhuis, pachter van de bruggelden, geheven bij de brug bij de „Laatste Stuiver”, alhier, en T. Walma, pachter van de bruggelden, geheven bij de „Dillebrug” onder Rauwerd, schadevergoe dingen toe te kennen van respectievelijk f 162.f 180.— en f 90. De heer Hoekstra constateert dat er een slag naar de vergoeding is geslagen, men had het verschil tusschen dezelfde periode van dit jaar en het vorige jaar moeten berekenen, dan zou spr. voor gestemd hebben, nu kan hij dat niet. De heer Dokkum zegt dat in de brief van Ged. Staten vermeld wordt dat gemeente en pachters bekend waren met de risico’s dit jaar; is de extra risico dus hierin alleen gelegen, dat het werk langer duurde dan waarop gerekend was? De V o o r z.: Dat de omlegging zou plaats hebben kon ons bekend zijn, maar het tempo kon ons niet bekend zijn. Het werk is bij wijze van werkverschaffing uitgevoerd, wat ten gevolge had dat het werk dat, machinaal uitgevoerd, misschien 14 dagen, nu 9 weken duurde. Vandaar ons voorstel schade vergoeding te geven. Vandaar ook dat wij ons tot Gedeputeer den hadden gewend, waarop tot onze bevreemding geantwoord werd dat dit verzoek werd afgewezen, omdat volgens het contract het risico bekend was. Nu hebben we de raad voor gesteld de pachters de schade te vergoeden. De boekhouding van brugwachters zal wel niet conform de eischen zijn, zoodat het moeilijk is na te gaan wat vorig jaar in dezelfde tijd ont vangen is. Vast staat dat het klei vervoer in die tijd niet door de bruggen kon, en daarop baseerden wij ons voorstel. De heer Hoekstra: Er lag nu toch een lijstje bij het voorstel wat de pachters dit jaar ontvangen hebben. De Voorz.: Dat was een begrooting van den directeur op grond van verkregen inlichtingen van enkele betrouwbare menschen. Z. h. s. wordt het voorstel van B. en W. aangenomen. Punt II. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het aangaan van een kasgeldleening groot f 49000. met het St. Geertruidsleen te Abbega. (Bijlage no. 132; dossierno. X 07.352.75(6)). B. en W. stellen voor: Burgemeester en Wethouders van Wymbritseradeel deel den als provisoren van het St. Geertruidsleen te Abbega aan ons mede, dat dit leen de beschikking heeft over een bedrag van f49000.dat zij tot 1 Mei 1933 rentegevend wenschen te beleggen. Zij verklaarden zich bereid het geld tegen een rente van 3 aan deze gemeente te leenen. Daar in de loop van deze maand niet onbelangrijke bedragen ter voorziening in de behoefte aan kasgeld zullen moeten worden opgenomen bij den kassier der gemeente tegen een hoogere rente dan 3 meenen wij dat er alle aanleiding is om het aanbod van onze ambtgenooten te aanvaarden. Wij stellen U voor het volgend besluit te nemen: De Raad der gemeente Sneek; Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 8 December 1932, no. X 07.352.75(6); BESLUIT: behoudens goedkeuring van de Gedeputeerde Staten, tot het aangaan van een geldleening ter voorziening in de behoefte aan kasgeld van ten hoogste f49000.met het St. Geertruidsleen te Abbega tegen een rente van ten hoogste 3 per jaar en onder bepaling dat de leening uiterlijk 1 Mei 1933 geheel zal zijn afgelost. Z. h. s. conform dit voorstel besloten. Punt III. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wijziging van de gemeentebegrooting voor 1932. (Bijlage 104; dossierno. X 07.352.11(18)). Z. h. s. conform besloten. Punt IV. Mededeeling van Burgemeester en Wethouders nopens de vaststelling van percentages voor de jaarlijk- sche afschrijving op de bezittingen van het gemeentelijk electriciteitsbedrijf. (Bijlage 110; dossierno. II 07.352.62). Z. h. s. voor kennisgeving aangenomen. ALGEMEENE BESCHOUWINGEN. De heer Zuiderbaan brengt B. en W. nog eens lof vooi de samenstelling der memorie van toelichting, waarbij geen woord fransch was. Toch waren we lichtelijk verbaasd van du college een serie voorstellen te ontvangen, die gioote beroering weKien bij groepen der bevolking, die er bij betrokken waren, omdat het een belastingverhooging betrof, welke nog we. ai.een rekening met de uherlijke welstand of huisbezit rekening nouut. Keeas vong jaar wezen wij er op dat door de nieuwe oeiastingherting ais gevolg van de financieele regeling tusschei. njK en gemeente een onhoudbare toestand ontstond. Met vraagt met: „Welk inkomen hebt gij?” doch: „Hoe leeft ge?’ en in deze crisistijd drukt deze onbillijke heffing des te meei en mag men van een college van B. en W. verwachten, da. het deze heffing zoo laag mogelijk houdt B. en W. zeggen, da. ze dat getracht hebben, doch wij zijn het daarmee niet eens Ais B. en W. zien wij in subsidieveilaging geen beteekenis, en wij willen geen verplaatsing van lasten bevorderen bij instel lingen, die een sociaal-economisch en cultureel belang verte genwoordigen. De verhooging van de gasprijs zal, vreezen ook wij, een averechtsch gevolg hebben. Verder gaan wij echter niet me. B. en W. mee. Wat de veilaging van de salarissen betreft, to. nu toe hebben wij ons daartegen verzet, behalve tegen de 3 uer kortingswet, maar wij hebben reeds vorig jaar gezegd oat er een tijd kon komen, dat dit zou moeten geschieden, omdat anders zij,, die het zwaarst getroffen worden door de crisis, de handeldrijvende middenstand en de loontrekkenden der vrije bedrijven, te zwaar zouden worden belast. Over de heele wereld gaat men daarom de loonen van hen, die niei getroffen worden door de crisis eenigszins korten en daarop is niets aan te merken nu die loonen door de daling der prijzen zelfs in verhouding nog gestegen zijn. Wij willen een bescheiden korting en strikt tijdelijk, dus ook geen pensioenkorting, die niet tijdelijk is, terwijl wij bovendien voor premievrij pensioen zijn, al kan de tijd komen dat men met al zijn principes za moeten transigeeren. Wij meenen ook dat een teruggang in loonen zeer geleidelijk moet gaan; door te forsch ingrijpen ver oorzaakt men een sfeer van zich niet te kunnen aanpassen, hetgeen een terugslag zal hebben op de inkomsten der geheele burgerij door vermindering der koopkracht bij het gemeente- personeel. Met bijzondere aandacht las spr. de clausules in de memorie van antwoord betreffende de reserves. B. en W. zien de ge meente als een continuïteit en waarschuwen nu al een groot bedrag af te nemen van het gemeenschappelijk bezit dat he. reservefonds vormt. Maar door hun maatregelen tast men andere reserves aan, die met meer moeite misschien verkregen zijn dan de gemeentelijke, nl. de particuliere reserves, men belast d< particulieren niet meer naar hun inkomen maar naar uiterlijk. teekenen van welstand. Wat zal straks het beste zijn: een ster! gemeentelijk reservefonds dan wel een matig en de burgerij bewaard voor te groote schokken in de belastingheffing. Wij gelooven dat in deze maatschappij de eigenaar nog gaarne zei op zijn reserves past, al zijn ook wij voor een behoorlijk ge meentelijk reservefonds. Wij zeggen hier ronduit „neen” bij dt voorstellen van B. en W. Als de middelen weer ruimer vloeien moeten wij eerst de loonen herstellen en de verslechting van het voorbereidend onderwijs enz. en eerst daarna weer aan ver sterking van het gemeentelijk reservefonds denken. Wij zijn ook voor stadsverfraaiing en hebben steeds daaraan meegewerkt, doch nu meenen wij dat iedere cent dient omgekeerd. Erkennend dat de bestrating Hoogend—Singel niet fraai is, meenen wij da; dit werk nog kan uitgesteld; dat men hier van „gevaarlijk” kan spreken is spr. een raadsel. Wij moeten duizenden besteden aan werken ook om de werkverschaffing en hebben toe te zien dat dit op de meest nuttige wijze geschiedt. Dit werk kaï wachten. Tenslotte de post „Onvoorzien”; B. en W. noemen reeds uit gaven uit deze post, welke 4/5 van het bedrag zullen opslok ken; dat zijn dus „voorziene onvoorziene uitgaven”. De diens 1932 zal een tekort opleveren, waaraan ons amendement, b de vorige begrooting aangenomen, meewerkte volgens B. en W Wij vinden het ietwat klein over die f 5000 nog na te pleiten, maar het amendement werkte in ieder geval mee de particuliere reserves te sparen; wil men nu onvoorzien op het uitgetrokken bedrag handhaven, dan zullen wij voorstellen het noodige aan het algemeen reservefonds te onttrekken. Ten slotte resumeert spr. de houding van de v.-d. fractie tegenover de voorstellen van B. en W., hiervoren genoemd. De fractie is tegen een straatbelasting, voor een tijdelijke loon- korting van 3 en 5 tegen intrekking van het voorstel be treffende de gemeentefondsbelasting. De heer Boonstra zegt dat in de eerste jaren van de behandeling der begrooting sedert spr. raadslid is, een vaste lijn was op te merken, de secties weken over het algemeen weinig van de door B. en W. ingediende begrooting af. Bij de begrooting 1933 is de crisis echter van geweldige invloed; kwam bij de begrooting 1932 al uit dat de raad aandrong op ver andering van koers en grooter versobering, het bleef toen alleen bij het uitdrukken van bepaalde gevoelens, alleen deed men een kleine greep naar de reserves (amendement-Zuiderbaan c. s.), maar nu zal het blijkens de sectie-rapporten niet daarbij blijven, doch zal de raad voet bij stuk houden en een andere richting kiezen dan B. en W. in eerste opzet aangaven. In de sectieverslagen bleek duidelijk dat de belastingverhoo ging zeer onwelkom was. Gezien de geweldige crisisuitgaven moesten ingrijpende maatregelen genomen; het vorig jaar is getracht door bezuiniging te komen tot vermindering van uit gaven, doch practisch kwam daarvan niets, zoodat naar spr.’s inzicht de raadsleden het beste handelen als ze het niet zoeken in kleine bezuinigingen, doch in enkele maatregelen, die belas tingverhooging zooveel mogelijk voorkomen. De raad heeft te kiezen tusschen twee dingen nl. of de door B. en W. voorge stelde belastingverhooging of maatregelen die dit onnoodig maken. Het zal moeten komen tot een offer van het gemeente- personeel; spr. betreurt dat, hij wil het particulier bedrijfsleven in deze niet als maatstaf nemen, doch heeft niet de moed om langer de salarieering van het personeel zonder korting te ver dedigen. Die korting zal ongeveer f 12000 opleveren. Op open bare werken, hoe mooi stadsverbetering ook is, zal nu oo! moeten bezuinigd. Spr. zou met de Singel-verbetering willen wachten tot betere tijden, dat geeft f 11000 bezuiniging. Verder is door B. en W. toegegeven dat het putten uit het reservefonds niet zou zijn te voorkomen; spr. gelooft dat de geheele straat belasting zal moeten vallen en de rest van het tekort dus uit het reservefonds zal moeten worden geput. De heer De Groot gelooft dat de behandeling der begroo ting zich zelden in zoo groote belangstelling van de zijde der burgerij mocht verheugen als nu. Door de crisis is er een hiaat in de begrooting van ruim f 80000, dat B. en W. in hoofdzaak willen dekken door belastingheffing, waardoor men de doorsnee- burger midden in zijn hart treft; daaraan heeft, had en zal hij steeds een broertje dood hebben. Verschillende anonieme schrij vers in plaatselijke bladen hebben de manier aangegeven hoe zij het best van deze zaak konden afkomen en de lasten op een GEMEENTEBEGROOTING 1933. De aangenomen voorsteden. Na voortzetting der aigemeene beschou wingen, waarvan het verslag in volgende numiners verschijnt, zijn gisteren door de raad de voigenue voorstellen behandeld: tiet voorstel van B. en W. geen loonkor- ting of verhooging van het pensioenverhaai toe ie passen, verworpen met 59 st. (Voo. de leden ómeding, bijtema, Maseland, De Groot, Siemensma). Het voorstel Zuiderbaan-Hogeveen 3 te korten op de loonen der gehuwden, 5 op die der ongehuwden. Verworpen met 11- 3 st. (voor de leden Hogeveen, Blok, Zui derbaan). tiet voorstel het pensioenverhaai met 5 te verhoogen tot het wettelijk maximum van 8/2 Aangenomen met 113 st. (Tegen de leden De Groot, Smeding en Sijtema). Aangenomen is eveneens een amendement Dokkum om op salarissen boven f 3000, welk deel met door het meerdere pensioenverhaa. wordt getroffen, van dit meerdere salaris 5 te korten. Een en ander geldt tot 1935. Verworpen is het voorstel-Maseland tot verdubbeling van de kindertoeslag met 8-6 st. (de leden Dokkum, Boonstra, Maseland, Potma, Oppenhuizen, Siemensma). Verworpen is met 59 st. een voorstel- Oppenhuizen tot verhooging van de gas prijs met V2 ct. (Voor de leden Potma, Op penhuizen, Siemensma, Dokkum en Blok). B. en W. zullen een onderzoek instellen naar de mogelijkheid van een reinigingsbe- lasting en naar invoering van auto-tractie bij de reiniging. Met 113 st. (de leden Sijtema, De Groot en Smeding) is besloten Ged. St. te verzoe ken op de salarissen van burgemeester, se cretaris en ontvanger een korting van totaal 8/2 toe te passen. Met 76 st. (de leden De Groot, Siemen sma, Smeding, Boeijenga, Sijtema en Hoek stra) is aangenomen een voorstel-Oppen- huizen Ged. St. uit te noodjgen de salaris sen der wethouders van f 1000 op f800 te brengen; met 113 st. (de leden Smeding, Sijtema en De Groot)een voorstel van de zelfde om Ged. St. uit te noodigen het pre sentiegeld der raadsleden te verlagen van f5 op f4. Eveneens is met 113 st. (de leden Smeding, Sijtema en De Groot) be sloten de Kroon medewerking te verzoeken op het salaris van de Commissaris van po litie dezelfde korting te mogen toepassen als geldt voor het gemeentepersoneel. Met 113 st. (de leden Oppenhuizen, Smeding en Boonstra) is verworpen een voorstel-Oppenhuizen de Sneeker Badin richting leidingwater voor de halve tariefs- prijs te leveren. Het voorstel van B. en W. om afwijzend op het verzoek dezer inrich ting om gratis water te beschikken is daar na aangenomen. Een voorstel om het subsidie aan het Cen traal Drankweer-Comité met 20 te verla gen, is verworpen met 95 st. (de leden Dokkum, Blok, Boeijenga, Hoekstra, Oppen huizen). Een voorstel-Boonstra om f 10000, uitge trokken voor verbetering van het Singel te schrappen is aangenomen met 86 st. (de leden Hogeveen, De Groot, Smeding, Sijte ma, Zuiderbaan, Maseland). Een voorstel Blok om in het vervolg leerboekjes van de Uloschool niet meer gratis beschikbaar te stellen is ver worpen met 12—2 st (de leden Dokkum en Blok). Over de post „zwemonderwijs f425” staakten de stemmen, in een volgende vergadering wordt óvergestemd. Een voorstel de Groot—Smeding om de Koorklassen f 25 subsidie te verlee- nen is verworpen met 95 st. (de le den: Sijtema, Zuiderbaan, Hogeveen, de Groot en Smeding). Een voorstel Boeijenga om 20 op het subsidie van de Leeszaal te korten is verworpen met 113 st. (de leden; Dokkum, Blok en Boeijenga). Een voorstel van dezelfde heer om het subsidie der muziekkorpsen 20 te verlagen is met 86 st. ver worpen (de leden: Oppenhuizen, Sie mensma, Dokkum, Blok, Boeijenga en Hoekstra). De door B. en W. voorgestelde straatbelasting is verwe oen met 113 st. (de leden Smeding, lijtema en de Groot). De rangschikking der -emeente in de derde klas der gemeen ondsbelas- ting is aangenomen met I2 -3 st. (de leden: Smeding, Sijtema en de Groot). De verhooging der opcenten op de personeele belasting is met aigemeene stemmen aangenomen. De aangenomen voorstellen zullen het volgende opleveren: Pensioenkorting f12.000 Verwerping verbetering Singel -10.000 3e klas fondsbelasting -12.800 Meer opcenten personeel -21.000 f 55.800 Voorts zullen daarbij nog eenige kleine bedragen komen, wanneer hoo gere autoriteiten medewerking verlee- nen tot salariskorting van bepaalde ambtenaren. ander afschuiven. Ook anderen hebben met stukken, die de raad oereikt hebben, een weg meenen te moeten aanwijzen. Het is .nderdaad in het belang der gemeente en ge gemeentenaren dat ae burgerij haar meerung over dit alles bekend maakt, maar mei altijd loopen de belangen der gemeenschap en van de belasting- oeialers parallel. Raadsleden, die de toestand beter kunnen be- oordeelen dan buitenstaanders, moeten met te veel komen onder ae suggestieve roep van de belastingbetalers, doch moeten in de eeiste plaats letten op de gemeente als verzorgster van de oelangen van alle burgers, nu en vooral in de toekomst. Eerst iii de tweede plaats moet gelet op de belastingbetaleis, al mogen nun belangen nooit vergeten. B. en W. komen dus met nieuwe aelastingvoorstellen, die bij spr. ook geen aangename klank nebben; ook bij B. en W. echter niet, die reeds zeggen dat als er betere tijden komen, deze belastingheffingen weer moeten verdwijnen. Wat moet dan echter het eerst aan de beurt komen? Het feit Jat niet de inkomstenbelasting doch de personeele belasting uls sluitpost op de begrooting dient, staat met alleen; het xarakter der bedrijven is ook al sterk veranderd, ze zijn er ■iu minder voor de belangen van de burgerij dan ten bate van de gemeentelijke schatkist. Meer dan eens is al geprotesteerd .egen de hooge waterleidingtarieven. Spr. vreest echter dat we aan een verlaging nu nog lang niet toe zijn. Waar er reeds op gewezen is dat verhooging van de prijs dezer producten oileen om de te vreezen averechtsche gevolgen achterwege moet olijven, vreest spr., dat we eerder belastingverlaging zullen krij gen dan lager tarieven, temeer nu de raad blijkbaar inplaats van oO der bedrijfswinsten, 100 wil storten in de gewone dienst. Spr. wil de verschuiving naar de derde klas der gemeente- .ondsbelasting niet, immers de minst gesitueerde, die leeft op de grens van de honger, zal dan in die belasting vallen; die verplaatsing wordt dus gevoeld door de minst draagkrachtigen en dat is toch niet billijk. Dit soort menschen wordt gevonden .liet alleen onder de arbeiders, maar ook onder de kleine mid denstanders, en zij dragen ook reeds bij tot andere soorten oelasting. Gelukkig hebben B. en W. subsidiair dat voorstel .aten vallen en spr. zal dus niet voorstellen 20 inplaats van 40 der bedrijfswinsten te reserveeren. Spr. is tegen het stor ten van 100 der bedrijfswinsten in de gewone dienst; als er geen enkele aanvulling van het reservefonds plaats heeft, is Jat een gevaarlijk experiment, te meer waar nog een stijging van uitgaven mogelijk is. Een terugkeer zal heel moeilijk zijn en als de conjunctuur zich wijzigt, zal het de vraag zijn of men wel weer tot het reserveeren terugkeert. Gok dan weer zullen de „critici”, „middenstanders”, enz. zich laten hooren. Hetzelfde geldt voor de vermindering van uitgaven voor straten enz. Alles wat noodig is geschiedt nu zonder overdaad. De straten zijn niet weelderig en hier en daar laten ze veel .e wenschen over. Veel wat noodig is, zal overgaan als deze post verminderd wordt. Eerlang zal de verloren schade moeten mgehaald. Doch zelfs als dit niet geschiedt, moet toch de nieuwe post worden bijgevoegd en het budget verhoogd. Terugkeer lijkt Jus ook hier moeilijk omdat deze eventueele belastingverlaging zal tegenwerken. Spr. kan dus meegaan met de begrooting van B. en W., die deze gang van zaken voorzien, hoe het hen ook in discrediet zal brengen bij de belastingbetalers. Niet vergeten dient dat de gemeentebegrooting de groote stooten in de con- .unctuur zal moeten opvangen,’ een conjunctuur welke zich nu uit in ons groote aantal werkloozen. Een der middelen, door anderen aangewezen, is loonsver laging; de loonen van ons personeel vormen de. steen des aanstoots sedert jaren. Toch is het loon hier niet aan de hooge xant; bij geen enkel salaris staat onze gemeente voorop, ook niet bij vergelijking met gemeenten van dezelfde grootte als de onze en ook niet bij het rijk vergeleken. De salarieering is niet hoog en toch wil men nog een veer plukken van dit personeel en doet dat onder allerlei schoon klinkende uitdrukkingen als „gemeenschappelijk dragen van lasten” enz. Jaar in jaar uit is nierop gehamerd. In de memorie van toelichting staat echter een lijstje van het gemiddeld belastbaar inkomen hier, dat in 192324 f2201 bedroeg en tot 1030 om hetzelfde bedrag schommelde. Al die jaren wees men er hier op dat het gemeente personeel teerde op de ellende van de belastingbetalers. Toch oleef dat inkomen ongeveer gelijk; in 193031 was het cijfer nog f2179. Dit is een bedrag dat de fiscus bekend was; het gemeentepersoneel en andere loontrekkenden brachten ten volle aun deel aan, maar welke inkomens moeten er hier verdiend zijn om te komen tot een gemiddelde dat f600 a f700 ligt boven dat van het gemeentepersoneel, van wie men, koste wat het kost, de crisislasten wil halen. Hoeveel arbeiders in het parti culiere bedrijf zijn niet gedwongen loonsverlaging te aanvaarden en toch bleef het gemiddelde inkomen gelijk; er moet dus een groep zijn die meer verdiende. Het loon moet een behoorlijk levensonderhoud garandeeren; zeker de prijzen daalden, maar nu staat daartegenover weer een neiging tot stijging door de crisismaatregelen, terwijl belasting, huren enz. niet dalen. Meer malen is er gezegd dat andere arbeiders voor dit betere loon van het gemeentepersoneel meebetalen; dat zegt men echter niet in de rijen der georganiseerde arbeiders, ook niet in het georganiseerd overleg; daar weet men dat de overheidsloonen mede een maatstaf vormen voor het particuliere loon. Niet het wanhoopsloon der werkverschaffing moet maatstaf zijn, maar dat wat een behoorlijk levensonderhoud garandeert, en hier is het loon in geen enkele groep daar boven. Spr. onderschrijft ten deze volkomen de meening van B. en W. en zal zich verklaren tegen elke maatregel, welke verlaging beoogt van de loonen van welke personeelsgroep ook. De straatbelasting is spr. niet buitengewoon sympathiek, om dat ze inderdaad een onbillijke heffing is. Het is, naar spr. werd ingelicht, mogelijk een reinigingsbelasting te heffen met als grondslag het inkomen. Het zal te laat zijn die nu nog in te voeren, maar verwijzend naar de desbetreffende verordeningen van Harlingen en Leeuwarderadeel, verzoekt spr. B. en W. naar de werking een onderzoek in te stellen met het oog-op een volgend jaar. Het vorige jaar heeft spr. gewezen op de hooge lasten van het bijzonder onderwijs voor de gemeente, in het bijzonder door de voor de geschatte waarden der schoien vergoede rente vol gens art. 205 der onderwijswet, welk percentage ten eeuwigen dage uitbetaald wordt. Nergens is sprake van eenige annuïteit, zoodat de gemeente altijd f24800 per jaar betaalt; dat lijkt op den duur een niet te dragen last; reeds betaalt men f40000 voor huisvesting van het bijzonder onderwijs en spr. acht het gewenscht, mede gezien het onbillijke van het vastgestelde rentetype, een motie voor te stellen welke bij den minister op een billijker rentetype aandringt. De heer Dokkum zegt dat anoniem geschrijf, wanneer het zich niet richt tegen personen, toch niet absoluut veroordeeld is, al zou men gaarne meer argumentatie zien; doch ook in strooibiljetten van organisaties mist men die wel, en het is nog beter dan dat men versjes maakt, waarmee men tracht tegenstanders te intimideeren. Als er gewezen wordt op de agi tatie onder de burgerij, moet men toch niet te veel onderscheid maken tusschen belastingbetalers en gemeente, want van wie anders zou de gemeente het geld krijgen om haar taak te vervullen. Wanneer in een strooibiljet de aandacht er op ge vestigd wordt dat de middenstand belang heeft bij een goed loon van ’t gemeentepersoneel is dat misschien het eenige juiste in dat biljet, maar ook het gemeentepersoneel heeft belang bij een bloeiende middenstand; dat is juist de fout bij zekere par- I NIEUWE SNEEKER COURANT annex SNEEKER COURANT (76e Jaargang)

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1932 | | pagina 1