49e Jaargang Uitgave KIE ZE BRISK Co. Ifo. 57 Eerste Blad der Gemeente Sneek Officieel Orgaan Dit No. bestaat uit 4 Bladen. De Grijze Schim Zaterdag 15 April 1933 NIEUWSTIJDINGEN. Regelprlja 9 cent. Abonnementen belangrijke korting Alle AdvertentlBn worden in belde bladen opgenomen. door HERMAN LANDON. 2. V r ij d a g s te Hommerts, Jutrijp, Tirns, Goënga, Gauw, Sijbrandaburen, Offingawier, Terzool, Abbega, Oosthem, Deersum, Scharnegoutum, Roodhuis, Gaastmeer, Balk, Stavoren, Wyckel, Langweer, Bozum. De NIEUWE SNEEKER COURANT is een abonnementsorgaan, verschijnt Dinsdags en Vrijdags. Abonnementsprijs in de stad f2.50, naar buiten fr. per post f3.60. De SNEEKER COURANT is een Advertentieblad en wordt gratis bezorgd bij allen die te Sneek geen abonné zijn op de Nieuwe Sneexer Courant en bovendien huis-aan-huis verspreid: D i n s d a g s te Woudsend, Heeg, Nijezijl, Folsgare, Nijland, Oppenhuizen, Uitwellingerga, Oudega (W.), IJsbrechtum, Wolsum, Harich, Hemelum, Bakhuizen, Nijemirdum, Sondel, Sloten, Tjerkgaast, Spannen burg, Poppingawier, Warns, Rauwerd Controle op de oplaag toegestaan. schitterend. Vooral de laatste acte is heel sterk, zooals u zoo dadelijk zult De crisis zou niet zoo hevig zijn als ze niet gekomen was over een wereld, ontwricht door de oorlog. Niet straffeloos gaan volken 4 jaar met geweld om, dan is het geloof aan het ge weld gekweekt, dat niet zoo spoedig is uitge- van overschotten; van 1924 tot 1930 bleven er 354 millioen aan overschotten in de schatkist. De s.-d. hebben toen de goede raad gegeven in de vette jaren het crisisfonds te vormen om te voorkomen dat in magere jaren allerlei nut tige uitgaven direct moesten stopgezet. Maar dat geschiedde eerst in het laatste jaar; de heer De Geer verlaagde te voren niet de belastingen op de armen, dus de indirecte, maar wel de be lasting op de rijken, een aantal directe belastin gen werden verminderd, de indirecte bleven zoo als Colijn ze had gemaakt. En toen de crisis kwam werden niet de verlaagde directe belas tingen weer verhoogd, neen, nieuwe indirecte heffingen ingevoerd en eerst daarna kwamen de verhoogingen van eenige directe belastingen. Was het billijk of niet dat de s.-d. zeiden: aan deze politiek doen wij niet mee. Daartegenover hebben wij ons uitgewerkt financieel program gezet, dat zoowel bezuiniging beoogde als be- lastingverhooging, nl. van de directe, die naar de draagkracht Wij wilden aan geleden ver liezen in alle opzichten tegemoet komen, doch meenden dat de groote vermogens, al zijn ze zwaar getroffen, toch in d'e eerste plaats geroe pen waren in deze zware tijden ons volk voor inzinking te behoeden. Maar voor alles wilden wij bezuiniging en niet op nuttige uitgaven, maar op het militairisme. Wij hebben gezegd: zoolang gij 90 millioen voor leger en vloot uitgeeft, waar van het grootste reel van het volk beseft dat het weggegooid geld is, gelooft het Nederland- sche volk niet dat er financieele nood is en moet gij zeker van ons onderwijs en sociale wet geving afblijven. In 1932 hebben wij gevraagd nationale ontwapening, maar men wilde niet; wel schond men de geestelijke en zedelijke be langen van ons volk door op onderwijs en so ciale wetgeving te bezuinigen, doch op defensie deed men het niet. Voorts zeiden wij: Nu ten behoeve van het crisisfonds een heffing van de vermogens ineens. Dat is inderdaad een nadeel voor het economisch leven, doch men moet niet alleen naar het kapi taal zien, als het om het volksvermogen gaat. Het nationaal vermogen van ons volk bestaat ook uit gezondheid en geestelijk en zedelijk weerstandsvermogen. De regeering wilde het materieele vermogen niet aantasten. Welnu dan blijft zij ook af van dat zedelijk-geestelijk ver mogen. Want de ervaring leert dat spoedig na de crisis een geldelijk verlies ingehaald is, maar de geestelijke en zedelijke verliezen blijven druk ken. Door beknibbeling op tuberculosebestrijding liden, waarvan dat niet noodig was. Dat is niet te herstellen, evenmin als een tekort aan onder wijs bij een heel geslacht van kinderen, die je niet goed?” „Ja, ik mankeer niets vader,” ant woordde het meisje. „Hoe vindt u het stuk.” Zij hoorde zijn antwoord niet meer. Haar oogen waren even afgedwaald van het tooneel en gleden langs de achterste rijen stoelen en daar had een zonderling gelaat haar aandacht getrok ken. Het was een frappant gelaat, hoe wel Helen het niet schoon had kunnen noemen. Er was iets in de trotsche hou ding van de kin, dat haar niet beviel. De gelaatstrekken waren regelmatig, maar koud en de gewelfde lippen en rechte wenkbrauwen deden haar den ken aan een portret van Velasquez. De vrouw zat een weinig afgezonderd van de rest van het publiek, daar de plaat sen om haar heen onbezet waren geble ven. Het licht van een rood schemer lampje, achter haar aan den muur tpo- verde duizenden flonkeringen pp de juweelen in haar kapsel. Maar niet dat gelaat had de aandacht getrokken van Helen Hardwick; meer de zonderlinge gefascineerde blik, waar mee die vrouw zat te staren naar Vin cent Starr. Zij volgde al zijn bewegin gen met haar oogen, zooals een kat de bewegingen volgt van een muis. Zoo nu en dan boog zij zich een weinig naar voren en dan speelde een vreemd glim lachje om haar lippen als vermaakte zijl zich met haar eigen gedachten. Helen, die de vqouw eenigen tijd aandachtig gadesloeg ging zich afvragen of het de acteur was of de man zelf, die zoo de volle aandacht van die vrouw had ge trokken. Het kostte haar eenige moeite haar oogen van de vrouw af te wenden en haar aandacht weer te schenken aan de gebeurtenissen op het tooneel. En weer geraakte zij in bewondering voor Starr’s spel. Vaag voelde zij evenwel, dat zich daar voor haar oogen iets af speelde, dat niet normaal kon zijn. Starr wat Meer hoorde Helen nietzij had om gekeken en zag een geheimzinnig glim lachje spelen om de lippen van de I trachtte Helen een verklaring te vinden voor dat glimlachje. Na een oogenblik van aarzeling haalde de dame een zil veren potlood uit haar handtaschje en schreef daarmee iets op een blaadje dat zij' uit haar programmaboekje had ge scheurd. Zij wenkte daarna een be diende, overhandigde hem het briefje en knikte in de richting yan Helen. De bediende verwijderde zich en trad een oogenblik later Helen’s loge binnen, maakte een diepe buiging voor Starr en zei: „Een dame verzocht mjj u dit te bren- naar binnen. De man had een rood opgewonden gelaat en zag er moe uit, alsof hij al zijn kracht gelegd had in de rol, welke hij zooeven had gespeeld. In die vermoeide oogen kwam evenwel een Delangstellend licht, toen Helen hem maar Vincent Starr had ze aan- voorstelde aan haar vader. Het eerste dat aan Vincent Starr opviel waren zjjn lichte fletse oogen, die in lijnrechte tegenspraak waren met zijn levendige gebaren en opgewonden mlanier van spreken. En wanneer men in die oogen keek voelde men zich onwillekeurig on der den invloed komen van dien man, terwijl men onbewuist alle mogelijke moeite deed zich aan dien invloed te zien. De aarde, reeds vroeger gul, is tienmaal guller geworden, dank zij de wetenschap, en te midden van die rijkdom wordt er armoede en ellende geleden. En duizenden hebben leeren in zien dat er iets verkeerd is, dat het particulier initiatief, hoe nuttige rol het ook gespeeld heeft, de groote productiemiddelen niet meer beheer- schen kan. Er moet een organisatie van (het economische leven mogelijk zijn, opdat we van alles gebruik kunnen maken en niet dui renden behoeven te sterven van ellende te mie. den van overvloed. Duizenden ook in de kapitalistische kringen heb ben leeren zien, dat de socialistische ordening der productie moet komen en tienduizenden ar beiders hebben dat leeren inzien en dat is voor de R.-K., A.-R. en. C.-H. partijen het ergste, om dat deze slechts macht hebben door hun arbei dtere de liberalen hebben al geen arbeiders meer achter zich en worden straks verdeeld over Verbond tot Nat. Herstel en Colijn. Bij verlies van hun arbeiders zien bovengenoemde partijen de socialistische overwinning nabij. Bovendien heerscht er groote ontevredenheid over de maat regelen dter regeering op het platteland, waar de pachters hun lasten niet verlicht zagen en in de steden, waar de angst heerscht voor verlaging der steunuitkeering, die juist, hoe langer de cri sis duurt, eer verhoogd moet, omdat het laatste bezit in het werklooze gezin is verdwenen. Wanneer de financieele toestand' nog slechter wordt, zal een der eerste daden der regeering zijn de salarissen van haar personeel en de steun uitkeering der werkloozen te verlagen l Er kan veel meer gedaan worden aan uit voering van nuttige werken ter bestrijding der werkloosheid, doch de regeering doet het niet om de loonen omlaag te krijgen. In de bouw vakken zou de werkloosheid niet zoo groot zijn als de regeering niet haa, steun onthield aan trouwplannen om de arbeidtere te dwingen met loonsverlaging genoegen te nemen. Evenwicht tusschen uitgaven en ontvangsten in de staat moet er zijn, ook bij de vorige crisis, toen de heer Colijn aan financiën zat, hebben wij daarvoor gestreden, omdat wij een staats bankroet noch inflatie willen, die in het bijzon der de arbeiders zwaar zouden treffen. De uitgaven kunnen verminderd of de ont vangsten vermeerderd. Nu wordt de heer Colijn geprezen om wat hij in 1923 deed. Hij bezuinigde echter toen ten koste van onderwijs en sociale wetgeving en hij verhoogde niet de belastingen naar draagkracht, maar uitsluitend die, welke op de armen het zwaarst drukken: de accijnzen, sterven er menschen of komen er blijvend inva de invoerrechten e. d., hij liet de belasting op de rijken onveranderd. Toen kwam in 1926 de heer De Geer, die geen last had van tekorten doch In het eerst meende zij in verzet te moeten komen tegen de vrijheden die de man zich met haar tooneelspel had gepermiteerd, maar dan gingen al haar gedachten en al haar bewondering weer uit naar de prachtige figuulr, die Starr van Marius had gemaakt. Marius was een levende persoonlijkheid ge weest in haar gedachten, toen zijl het tooneelstuk schreef, maar niet zooi le vendig, niet zoo werkelijk als zij hem nu op het tooneel van het Thelma theater aanschouwde. Zij boog zich een weinig naar voren én sloeg den man aandachtig gade. Het was, alsof een wezen dat alleen maar in haar fantasie had bestaan, plotseling in vleesch en bloed gematerialiseerd was. Het was een beetje angstaanjagend. Gebaren, die zij wel had gevoeld, maar niet 'zop sterk, dat zij' ze op papier had kunnen brengen, wenden door dien man 'gemaakt met een vlotte geste, die wonderlijk was. Het scheen alsof de acteur 'bij het instudeeren van zijn rol gebruik had kunnen maken van de half uitgewerkte 'gedachten van de schrijf ster zelf. Onwillekeurig stak het meisje haar hand uit en legde die op de hand van haar vader. Mr. Hardwick, beheerder van het Cosmopolitan Museum scheen zijn gedachten te moeten losrukken van ieds anders, voordat hij al zijn aandacht aan zijn dpchter kon schenken. „Maar kindl” fluisterde hjj dan een beetje angstig, „wat ben je koud? Ben „U heeft mijn dochter een groote eer aangedaan,” mppipelde M,r. Hard wick. „In het geheel niet/’ antwoordde Starr glimlachend, maar Helen meende te zien, dat die glimlach niet verder ging dan zijn lippen. „Ik heb een heel groote verplichting jegens uw dochter, schade wordt nimmer ingehaald. De regeering is benauwd voor het geldelijk welzijn, wij voor het lichamelijk, zedelijk en geestelijk welzijn van het volk. En als wij moe ten kiezen, kiezen wij tegen het geld, de regee ring er voor, en dat laatste heeft groote onte vredenheid onder het volk gewekt. Waarom zijn de burgerlijke partijen bevreesd voor de verkiezingen? Staatsrechtelijk zijn zij niet verantwoordelijk voor de daden van dit extra parlementair kabinet, maar in waarheid zijn ze het wel* het zijn hun mannen die het kabinet vormen, en zij hebben het steeds ge steund, ook de liberalen, en al die partijen vrees den het vonnis der kiezers. Sedert 1922 zijn al die partijen op de terugweg: procentsgewijs ook dü R.-K.; de [C.-H. en A.-R. en liberalen, de laatste twee zelfs absoluut. Peze partijen waren bezig weg te zakken, vandaar de angst voor de verkiezingen. Toen kwam een gebeurtenis hun te hulp: de Zeven Provinciën. Zeiden is er zulk een opwinding gewekt en misbruik gemaakt van dit voorval. Het is voorgesteld alsof een greep naar de macht werd gedaan door het Indische volk, alsof we op z’n minst voor de burgeroorlog stonden, waarvan niets waards. Er is daar geen sprake geweest van revolutie. De matrozen heb ben onmiddellijk zelfs tot enkele minuten voor de bom viel, gezegd dat zij geen enkele daad van revolutie bedoelden, doch enkel protesteer den door deze demonstratie tegen de salaris verlaging, waaromtrent zij door een telegram in de waan waren gebracht dat deze verlaging niet doorging. De jeugdige Inlandsche matrozen aan boord der Zeven Provinciën waren niet politiek geschoold, wat de schuld is der Nederlanders, omdat Nederland geen vrijheid toestaat aan de Indische bevolking, doch haar slechts laat ge hoorzamen. Ongetwijfeld hebben die matrozen een verkeerde manier van protest gekozen, maar de gewaarschuwde commandant ging met 26 officieren feestvieren aan wal, toen ging het personeel er van door. Slachtoffers van het verkeerde beleid waren ze, eerst door de ver keerde regeeringsmededeeling, dan door het ver keerde optreden van het commando, en deze Rede ir. Albarda v©or de S. D. A. P. Woensdagavond trad in de Harmonie voor de S. D. A. P. op ir. Albarda. Als de partijleider de zaal betreedt wordt hij begroet met de So- cialistenmarsch, welke Morgenrood, dat op het podium verzameld is, aanheft en meegezongen wordt door het overtalrijke publiek, er zijn on geveer 800 menschen. Morgenrood zong daarna nog 3 liederen, waar na de leider der S. D. A. P. aan het woord was. Ir. Albarda zegt dat men bij deze verkie zingen tot gewichtiger beslissingen wordt ge roepen dan ooit te voren en spr. heeft overal ervaren dat de arbeidersklasse dit beseft, getuige iet vergaderingbezoek. De groote economische crisis, in 1929 in N.-Amerika begonnen, heeft elk land aangegi^pen en teistert ook ons on barmhartig, het is de zwaarste crisis in het ka pitalistische tijdperk ooit over de menschheid gekomen. Deze crisis luwt niet, dat is het erg ste; nu doen zich in Amerika enkele gunstige teekenen voor door de maatregelen door presi dent Roosevelt genomen, doch Europa reageert er niet op, het heeft de hoop verloren. Het aan tal geregistreerde werkloozen is volgens de Vol kenbond 30.000.000, in Nederland zijn over de 360.000 werkloozen. Onze industrie produceert veel meer dan in Nederland kan afgezet, land en tuinbouw evenzeer, en in het buitenland is de koopkracht verminderd en zijn tolmuren op gericht, invoerverboden en contingenteeringen afgekondigd, alle maatregelen welke de ellende vermeerderen, zooals men algemeen te Genève erkent. Tientallen millioenen moeten hier besteed aan werkloozensteun en steun aan landbouw; de uitgaven van de staat stijgen en zijn inkomsten dalen. Schier onoplosbare problemen dreigen hier; daarbij komt de toestand in het Oosten, de oorlog tusschen Japan en China; ook al zou den wij onmenschelijk genoeg zijn ons daarvan niets aan te trekken, men begrijpt dat die oor log gemakkelijk naar Europa kan overslaan, ter wijl wij als naaste buren van Japan in Indië en leveranciers van de petroleum voor zijn vloot in het bijzonder bedreigd worden. Daarbij komt roeid, en politieke en zedelijke ontaarding mee brengt. En wat de oorlog niet deed, deed de vrede van Versailles, het was de voortzetting van den oorlog door de geallieerden tegen de Centralen met andere middelen. Dat alles leidde tot op leving van het nationalisme, tot de razernij van het fascisme. In Italië en Duitschland heerscht het al, Oostenrijk staat aan de rand er van. Hitler heeft het Duitsche volk nieuw grondge bied in het Oosten beloofd, grondgebied dus ten koste van Rusland en Polen; dat deed hij al 10 jaar lang, terwijl hij weet dat dit niet kan zonder Frankrijk te verslaan, zoodat hij de aan valsoorlog tegen Frankrijk predikt. De andere mogendheden voelen dat gevaar en om het te voorkomen is het mogelijk, dat ze de eerste slag willen toebrengen en de oorlog snel ontketenen. En in zulke ernstige omstandigheden, ernsti ger dan ooit, heeft de regeering de Kamer ont bonden; de staatkundige geschiedenis van Ne derland sedert 1814 kent geen enkel feit dat in lichtzinnigheid, roekeloosheid en domheid even aart deze daad van het kabinet Ruijsch, dat zelfs al had het voortreffelijk geregeerd, daarom alleen verdiende naar huis gestuurd te worden. En de aanleiding van de ontbinding was slechts een geschilletje; niet over de gewenschtheid om op de kosten van de rechtspraak te bezuinigen, maar over de wijze waarop deze bezuiniging kon verkregen. Bij ontbinding wordt ’t geschil voor gelegd aan de kiezers en dus zullen deze moeten beslissen over de vraag of bepaalde rechtbanken moeten opgeheven I Een vraag waarover geen mensch zich druk maakt. De regeering beweert dat de uitspraak van de Kamer echter is één over het geheele bezuinigingsplan der regeering, dat over 100 millioen liep, dat de Kamer echter voor 90 al had aanvaard; dit geschil liep maar over f500.000. Deze bewering is dus evident onjuist. En dat wordt ook bewezen door het feit dat de heer De Geer, de man van het bezuini gingsplan, als Kamercandidaat op dezelfde lijst staat met de c.-h. Kamerleden, die tegen dit deel der bezuiniging stemden. De reden der ont binding is een andere, de regeering wilde ver vroegde verkiezingen; zij zag de verkiezingen van Juni evenals de burgerlijke partijen met angst tegemoet. Er is nl. wat veranderd in Ne derland gedurende de crisis, nl. in het denken van vele mannen en vrouwen, die geleerd door de feiten, nu weten hoe het in deze maatschap- nog de" politieke ontwikkeling in Centraal Europa, pij gaat, een maatschappij, rijk toegerust met productiemiddelen en vervoermiddelen, met de pakhuizen vol grondstoffen, met arbeidskracht in overvloed beschikbaar, zoodat alle voorwaar den voor welvaart en overvloed aanwezig zijn en in alle behoeften der menschheid kan voor- gen, mijnheer.” Starr mompelde iets tot Helen en haar yader en vouwde het briefje open. Zijn 'donker, glaid geschoren gelaat sprak vlan verveling en het scheen dat de man zich ergerde aan de vrijpos tigheid van de dame, die hem dat briefje had laten brengen. Maar nadat hjji een enkelen blik geworpen had op op het geschrevene, onderging zijn ge laat een groote verandering. Een uit drukking van vrees kwam in zijn oogen; maar dat duurde maar zoo kort, dat Helen naderhand niet met zekerheid durfde zeggen, dat zij zich niet vergist had. Hij kneep het briefje samen tot een propje en keek op zijn horloge. „Het is bijna tijd voor het laatste be drijf mompelde hij. „Ik hoop u straks nog even op te zoeken.” Met die woorden verdween hij. He len keek weer naar de vrouw, achter in ide zaal. Op haar gelaat lag een uit drukking van voldoening en triomph. En dan gingen de lichten weer uit voor de laatste acte. Het tooneel was geheel in duisternis gehuld, evenals de geheele zaal en het eenige licht in het groote geibouw was dat van een soort kamp vuur in een hoiek van het tooneel en de roode lampjes boven de nooduitgan gen. Marius stond midden op het too neel en heel zacht klonk een sombere muziek. De machten van het kwaad on dernamen voor de laatste maal een stormaanval op Marius. Helen voelde, dat zij beefde van op winding en kon daarvoor geen andere verklaring vilden dan de uitdrukking van vrees, di^ zij gezien had in de oogen van Starr. Zij keek nog eens naar de achterste rijen, maar het was daar nu zoo donker, dat zij van de vrouw zelf niets meer kon zien. Het eenige dat haar oog trof, was het gloeien van de juweelen in haar kapsel. had zich te zeer in zijn rol ingeleefd. Al die kleine bijzonderheden dat staren bijvoorbeeld naar zijn vingertoppen als hij' over iets nadacht al die dingen had Helen wel in haar gedachten ge zien, maar niet op papier kunnen bren gen. gevoeld en in zijn rol verwerkt. Plotseling voelde zij een schok door haar lichaam gaan. Een enkele blik om zich heen vertelde haar dat zij en die dame, achter in de zaal, blijkbaar de eenigen waren, die iets ongewoons had den gezien. Weer vlogen haïar oogen naar het tooneel en toen werd de duis ternis van haar vage gedachten ver scheurd door een helderen lichtstraal, ontworstelen, die haar alles duidelijk maakte. Vlug boog zij z'ich voorover 'naar haar vader en fluisterde hem toe: „Kijkyaderkijk dan Zij hield haar woorden even in en ging weer achterover in haar stoel zit ten. Het doek was gevallen op het eer ste bedrijf en daarmee scheen ook een eind gekomen te zijn aan haar illusie. Mr. Hardwick. Haar tooneelspel is zoo Mr. Hardwick, die zich in die omge ving niet erg op zijn gemak scheen te voelen, zette zijn lorgnet op zijn zien. U moet me straks' eensi zeggen neus en keek zijn dochter bezorgd aan. „Mijn hemel, kindl Wat heib .je toch?” „Niets, vader. Ik dacht er niet aan, dat u het toch niet zouidt begrijpen.” dame op de achterste rij. Tevergeefs Zij streek met haar hand langs haar Voorhopfd. „Vindt u het hier niet be nauwd „Ik ben bang, dat het een beetje te opwindend voor je is,” meende haar vader, die al blij was een aannemelijke verklaring te hebben gevonden voor het zonderlinge gedrag van zijn doch ter. „Dat had je moeder ook altijd. Als zij zich had opgewonden over het een of ander, zei zij altijd dingen waar ik geen touw aan vast kon knoopen en....” De gordijnen van de loge werden op- zyl geschoven en Vincent Starr trad I 5 J 3 NIEUWE SNEEKER COURANT annex SNEEKER COURANT (76e Jaargang) Het Doorzitten bij Wielrijdan en een door de Zon Verbrande Huid, verzacht en geneest men met PUROL Dooms JO-60 90 o. Tabs *0 cv Apoch. «a Drooowo I

Kranten in de gemeente Sudwest-Fryslan (Bolswards Nieuwsblad, Sneeker Nieuwsblad en Friso)

Sneeker Nieuwsblad nl | 1933 | | pagina 1