Woensdag 1 November 1988
RUK Co.
No. 9 Eerste Blad
Uitgave KIE!
Dit No. bestaat alt 3 bladen.
Uit onze Raadzaal.
Sue Jaargang
NIEUWSTIJDINGEN.
1».
No. VI 07.352.65(1).
Rapport van de Commissie voor rekeningen
en begrootingen inzake onderzoek der reke
ning van het legaat van wijlen de Wed. W.
J. Jorritsma over 1932.
SNEEK, BO September 1933.
Aan de Gemeenteraad.
De Commissie voor Rekeningen en Begrootingen ont
ving ter adviseering de rekening en verantwoording over
1932 betreffende het legaat van win. Wed. W. J. Jorritsma.
De ontvangsten bedroegen341.97%
De uitgaven a 25525
zoodat een saldo aanwezig was van 86.72y2
De Commissie heeft pen en ander vergeleken met de
bijgevoegde bewijsstukken, de rekening in orde bevonden
en adviseert tot goedkeuring daarvan,
Namens de Commissie:
D, ZUIDERBAAN, Voorzitter.
U« SIJTEMA, Rapporteur.
No. VI P7.352.1 (1)
Rapport van de Commissie voor rekeningen
en begrootingen inzake onderzoek der reke
ning van het Burgerlijk Armbestuur over 1932.
SNEEK, 30 September 1933.
Aan de Gemeenteraad.
De rekening van het Burgerlijk Armbestuur over 1932
werd gesteld in handen van jde Commissie voor Rekeningen
en Begrootingen om advies.
Deontvangsten en uitgaven van het Armhuis bedroe
gen 17780.77, die van den algemeenen dienst 114396.91.
De gemeente subsidieerde met een bedrag van 101030.79.
De commissie heeft op deze rekening geen op- of aan
merkingen en adviseert tot goedkeuring daarvan.
Namensi de Commissie^
D. ZUIDERBAAN, Voorzitter.
U. SIJTEMA, Rapporteur.
No. 1.754.21 (11a).
Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot onderhandsche verpachting van het recht
van inning van de voor het gebruik van het
parkeerterrein op het Oud-Kerkhof geheven
wordende rechten voor het plaatsen yan per
sonenauto’s.
SNEEK, 18 October 1933.
Aan de Gemeenteraad.
De archiefbewaarplaats onder het stadhuis is nog altijd
vochtig. Aanvankelijk werd de hoop gekoesterd, dat bij
geregeld ventileeren, vooral bij droog weer, in deze toe
stand op den duur wel verbetering zou intreden. Deze hoop
is niet verwezenlijkt. Ook een proef met electrische ver
warming door middel van zoogenaamde straalkacheltjes
beantwoordde niet aan de verwachtingen. Het resultaat
was gering, de kacheltjes in het gebruik te duur.
Er zullen dus andere, meer afdoende maatregelen moe
ten worden getroffen om te voorkomen, dat het archief
door vocht ingrijpend wordt aangetast en na verloop van
tijd zou worden vernietigd. Waar met het oog op brand
gevaar toepassing van gewone kachelwarmte is uitgesloten,
blijft er maar één oplossing: aanleg van centrale verwar
ming.
Volgens een door den Directeur der gemeentewerken
gemaakte raming zal de aanleg van een centrale verwar-
mingsinstallatie voor de archiefbewaarplaats, waarvan
de ketel is gedacht in de ruimte tusschen het archief en de
zgn. blauwe gang de kosten van bijbehoorende werken
inbegrepen, een uitgaaf vorderen van f430.een vrij
hoog bedrag, wat echter begrijpelijk is als er op wordt
gelet, dat ook voor deze eenvoudige opzet een stookplaats
moet worden ingericht en een warmtebron moet worden
geplaatst. Indien de installatie zou worden uitgebreid, zoo
danig, dat ook de beide afdeelingen van de secretarie, de
secretariskamer, het trapportaal, de conciërgewoning
(alleen de keukenkamer), de bodekamer en de W.C.-ruim-
ten zouden worden verwarmd, dan komen de kosten op
f 1230.bij welke begrooting evenmin als bij die van
f 430.geen rekening is gehouden met de omzetbelasting,
die, nu zij door de Tweede Kamer is aangenomen, waar
schijnlijk wel de weg naar het Staatsblad zal vinden.
Wij geven, nu toch iets zal moeten worden gedaan om
het archief te beveiligen, uit een oogpunt van efficiency
aan het meer uitgebreide project de voorkeur en stellen
U mitsdien voor te nemen het volgende besluit:
De Raad der gemeente Sneek;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders
d.d. 18 October 1933, no. X 07.351.512(4);
Oud-Kerkhof geheven wordende rechten voor het plaatsen
van personenauto’s.
Aldus enz.
No. 1.813.11(2).
Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot openbare verpachting van het recht tot
inning der gelden voor het gebruik van wate
ren, kaden en wallen in de gemeente Sneek.
SNEEK, 11 October 1933.
Aan de Gemeenteraad.
Op 31 December 1933 loopt af de termijn van één jaaf,
waarvoor door ons, na gehouden openbare inschrijving,
aan L. Tijhuis te Rijssen voor de som van f5190.is
verpacht het recht tot inning ,der gelden, verschuldigd voor
het gebruik van wateren, kaden en wallen in deze ge
meente.
Wij geven U in overweging opnieuw tot openbare ver
pachting van dit jrecht over te gaan, thans weder vooi
de tijd van drie jaren, en stellen U voor daartoe het vol
gende besluit te nemen:
De Raad der gemeente Sneek;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders
van 11 October, 1933, no. 1.813J1(2);
tegen den schrijver van de stukkien en
tegen den drukker van het blad.
40-urige arbeidsweek.
Bij' B. en Wi. te Amsterdam is, met
het oog op het bestrijden der werkloos
heid, in onderzoek de mogelijkheid, in
de bestekken voor gemeentewerken een
40-urige werkweek voor te schrijven.
Met de bij de uitvoering van gemeente
werken betrokken organisaties van
werkgevers en werknemers wordt om
trent dit denkbeeld overleg gepleegd.
Bij dit overleg staat op den voorgrond,
dat de verwezenlijking van het denk
beeld niet mag leiden tot een verhoo-
ging van de kosten der werken.
J achtongeluk.
Zondag had de heer J. F. van Rooy
uit Eindhoven, op jacht zijlnde biji Stip
hout (N. Br), het ongeluk zijn eigen
drijver bij het aanlieggen op een haas
in het linkeroog te schieten. De man
is per auto naar het ziekenhuis te Eind
hoven vervoerd. Hij zal het oog moe
ten missen.
SNEEK, 18 October 1933,
Aan de Gemeenteraad.
De doodgraver is volgens art. 6 der voor fiem geldende
„Bijzondere Voorschriften”, gehouden kinderlijkjes naar
de algemeene begraafplaats over te brengen,
Het was hem tot dusver vergund voor het beschikbaar
stellen van een mantel, die hij tijdens de vervulling van
die taak behoort te dragen en van een kleed, waarin het
lijkkistje moet worden gewikkeld, van belanghebbenden
een redelijke vergoeding te vorderen.
Deze regeling kan ons niet meer bevredigen. Het lijkt
ons niet juist dat aan een lid van het gemeentepersoneel
wordt toegestaan, voor door hem als zoodanig verrichte
diensten, rechten te heffen ten eigen bate.
Nu de tegenwoordige doodgraver de dienst 1 Januari
a.s. met pensioen gaat verlaten, zouden wij met ingang
van die datum de bestaande regeling willen wijzigen in
die zin dat mantel en kleed door dë gemeente beschikbaar
worden gesteld en voor de overbrenging van kinderlijkjes,
ten bate van de gemeentekas, een vergoeding wordt ge
heven van 'f2.per geval.
Voor het verleenen van een wettelijke grondslag aan
deze heffing, is aanvulling van de Verordeningen op de
heffing en de invordering der begrafenisrechten noodig.
Nog op een ander punt is aanvulling wenschelijk ge
bleken.
Eenige tijd geleden werd ons de vraag gesteld, of iets
betaald moet worden voort
a. het plaatsen van een betonnen bak in (op) één of
meer grafruimten en
b. het plaatsen in die hak van urnen met asch van
verbrande lijken.
Overbrenging kinderlijkjes.
8. Voor elke overbrenging van een kinderlijkje naar
de algemeene begraafplaats door den doodgraver of diens
plaatsvervanger moet f2.worden betaald.
Plaatsing urnen,
9. Voor het plaatsen van urnen met asch van verbrande
lijken in of op een grafruimte op de algemeene begraaf
plaats moet per urn f7.50 worden betaald.
II. de Verordening op de invordering van begrafenis-
SNEEK, 27 September 1933.
Aan de Gemeenteraad.
Bij Uw besluit van 29 Augustus 1932, no. 5, werd beslo
ten het recht van inning van de voor het gebruik van het
parkeerterrein op het Oud-Kerkhof geheven wordende
rechten voor het plaatsen van personenauto’s voor het
tijdvak van 28 September ;1932 tot 1 Januari 1934 onder
hands te verpachten aan W. Hoppe en J. Wuring voor de
som van f 562.50, hetgeen overeenkomt met een pachtsom
van f450.per jaar.
Genoemde pachters hebben gevraagd voor 1934 dit recht
wederom te mogen pachten voor een som van f400.
Hoewel dit bedrag f50.lager is dan de pachtsom over
het vorige jaar, meenen wij onder de tegenwoordige tijds
omstandigheden toch te moeten adviseeren dit Bod te
accepteeren, aangezien gedurende de verloopen maanden
van 1933 nog steeds een teruggang in het aantal parkee-
rende auto’s viel waar te nemen, zoodat zeer zeker bij
publieke verpachting geen hooger bod zou zijn te ver
wachten.
Wij stellen U dan ook voor hei volgende besluit te
nemen:
De Raad der gemeente Sneek;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders
van 27 September 1933, no. 1.754.21 (11a);
BESLUI T:
onder voorbehoud van de goedkeuring van de Gedepu
teerde Staten voor het jaar 1934 aan W. Hoppe en J.
Wuring, garagehouders te Sneek, onder door Burgemeester
en Wethouders te stellen voorwaarden onderhands te ver
pachten voor de som van f400.bet recht van inning
SNEEK, 23 October 1933.
Aan de Gemeenteraad.
Bij Uw besluit van 3 April 1933, rro. 28, werden 37
woningen onbewoonbaar verklaard. De termijn van ont
ruiming jwerd gesteld qp 6 maanden te rekenen van de
dag, waarop de termijn van voorziening zou zijn ver
streken of indien beroep werd ingesteld genoemd
besluit zou zijn gehandhaafd.
Tegen de onbewoonbaar verklaring van 24 in de Nieuw-
buurt gelegen woningen werd beroep ingesteld; tegen de
onbewoonbaar yerklaring van de overige 13 woningen
werd door belanghebbenden niet opgekomen. Voor laatst
genoemde woningen' loopt de termijn van ontruiming 7
November a.s. af. Vier dezer woningen nl. de perceelen
Prins Hendrikkade nos. 29 en 31, het perceel Zuidend no.
6 en het perceel Boschstraat no. 26 zijn thans onbewoond.
Het is niet te verwachten, dat de overige 9 woningen
op genoemde datum ontruimd zullen zijn. Wij geven U
daarom in overweging de ontruimingstermijn voor de
woningen Prins Hendrikkade nos. 27, 28, 30, le Steenklip-
straat nos. 99 en 101, le Oosterkade no. 29 en Boschstraat
nos. 13, ,15 en 24 met een jaar te verlengen, en stellen II
mitsdien voor het volgend besluit te nemen:
De Raad der gemeente Sneek;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders
d.d. 23 October 1933, no. 1.778.522(5);
Gelet op het advies der Gezondheidscommissie gezeteld
te Sneek, d.d« .12 October 1933, no. 51;
B E S L U I TJ
onder voorbehoud van de goedkeuring der Gedeputeerde
Staten de bij raadsbesluit van 3 April 1933, no. 28 gestelde
termijn van ontruiming te verlengen tot 8 November
1934, voor zooveel betreft de onbewoonbaar verklaarde
woningen Prins Hendrikkade no. 27 (bewoonster mej, P.
Hendrik.?jia\ Prins Hendrikkade no. 28 (bewoner M.
Hofstra), Prins Hendrikkade no. 30 (bewoner J. Groenen
dal), le Steenklipstraat no. 99 (bewoner W. Zoethout),
le Steenklipstraat no. 101 (bewoner W. Wester), le
Oosterkade no. 29 (bewoonster wed. S. van Meekeren),
Boschstraat no. 13 (bewoner J. IJ. Jeltema), Boschstraat
no. 15 (bewoner J. Jorritsma) en Boschstraat no. 24 (be
woner J. van der Meer.
Aldus, enz.
No. 1.776.1(2).
Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot aanvulling en wijziging van de Verorde
ningen op de heffing en invordering yan
begrafenisrechten.
11, aan te vullen en te wijzigen als volgt:
1. artikel 3, onder a. wordt gelezen:
a. die bedoeld in het 2e lid door den persoon, die het
uitsluitend recht tot begraven heeft gevraagd of op wiens
naam dat recht in de grafregisters staat geboekt en moeten
worden betaald onmiddellijk nadat met het maken van
de grafkelder of de urnenbewaarplaats is aangevangen.
2. aan artikel 3 worden toegevoegd twee nieuwe leden,
luidende;
e. die bedoeld in het 8e lid door den persoon, die de
overbrenging heeft aangevraagd en moeten worden betaald
onmiddellijk nadat de teraardebestelling heeft plaats
gehad,
f. die bedoeld in het 9e lid door den persoon die de
urn plaatst of tot die plaatsing opdracht heeft gegeven
en moeten worden betaald onmiddellijk nadat die plaatsing
is geschied.
3. de cijfers 258 en 262 voorkomende in artikel 4, wor
den vervangen door onderscheidenlijk de cijfers 291 en
295;
Aangezien de heffingsverordening in dit geval niet
voorziet, zou het antwoord ontkennend moeten luiden,
een vrijgevigheid, waarvoor naar onze meening geen aan
leiding bestaat
Tot dusver zijn nog slechts enkele urnen op de Alge
meene begraafplaats begraven, waarvoor het in art. 2,
4e lid, der heffingsverordening genoemd recht is geheven,
wijl de doodgraver een, zij het minder dan normale, hoe
veelheid graafwerk had te verrichten.
In het geval hiervoor onder b. bedoeld, behoeft echter
niet te worden gegraven en zal art. 2, 4e lid, bezwaarlijk
toepassing kunnen vinden.
Teneinde deze kwestie tot een oplossing te brengen,
lijkt het ons gewenscht, dat voor het plaatsen van een urn
met asch van verbrande lijken, in een grafruimte op de
algemeene begraafplaats alhier, een uniform tarief wordt
vastgesteld van f 7.50 per urn, onverschillig of al dan niet
graafwerk moet worden verricht en dat voor het maken
van een urnenbewaarplaats als hiervoor onder a. bedoeld,
een bedrag wordt geheven van f20.voor elke graf
ruimte die zij inneemt, mits die bewaarplaats niet het
karakter draagt van een grafkelder, als bedoeld in art
2, 2e üd, der heffingsverordening.
Het verdient aanbeveling tegelijk mét Het aanbrengen
van de hiervoor bedoelde aanvullingen, de redactie van
art. 4 der invorderingsverordening met de nieuwe num
mering der Gemeentewet in overeenstemming te brengen.
Wij stellen II voor daartoe te nemen hei navolgend be
sluit;
De Raad der gemeente Sneek;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders
van 18 October 1933, no. 1.776.1(2);
BESLUIT!
I. behoudens de Koninklijke goedkeuring, de Verorde
ning op de heffing van begrafenisrechten, yastgesteld bij
raadsbesluit van 6 Juni 1921, no. 11, aan ie vullen als
volgt;
1. aan artikel 2, lid 2, wordt toegevoegd een tweede
volzin, luidende;
III. te bepalen dat de onder I en II genoemde wijzi
gingen in werking zullen treden 1 Januari 1934 of zooveel
later als de onder I genoemde Koninklijke goedkeuring
ter kennis komt van Burgemeester en Wethouders.
Aldus, enz.
No. X 07.351.512(4).
Voorstel van Burgemeester en Wethouders
om hen te machtigen tot de aanleg van een
centrale verwarmingsinstallatie, omvattende
de archiefbewaarplaats, de beide afdeelingen
der secretarie, de secretariskamer, het trap
portaal, de conciërgewoning (gedeeltelijk), de
bodekamer en de W.C.-ruimten in het stadhuis.
BESLUIT;
Burgemeester en Wethouders te machtigen op de door
hen vast te stellen voorwaarden opnieuw voor de tijd van
B. eu W. bieden den raad de’volgende voorstenen aan; drie iar®n’ ?n?aand! J Januari l?34’ ia?et °PenJaar.
verpachten het reci!t tot inning der gelden, verschuldigd
voor het gebruik van wateren, kaden en wallen in de
gemeente Sneek.
Aldus enz.
No. 1.778.522(5),
Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot verlenging van de ontruimingstermijn yan
9 onbewoonbaar verklaarde woningen.
Urnenbewaarplaats.
Voor het stichten van een urnenbewaarplaats, geen
grafkelder zijnde, moet, behalve het recht volgens het le
lid, worden betaald voor elke grafruimte die door die
bewaarplaats geheel of gedeeltelijk wordt ingenomen,
f20.—.
2. aan artikel 2 worden toegevoegd twee nieuwe leden
luidende:
GEVONDEN VOORWERPEN.
Aanwezig aan het bureau van politie,
Martiniplein, en aldaar te bevragen op alle
werkdagen tusschen 11;% en 12% uur, de i
navolgende voorwerpen als gevonden ge-
deponeerd op 2930 Oct. 1933: beursje met
inh.; oorbelletje; witte muts; sleutel.
Aanwezig en te bevragen bij de navolgen
de ingezetenen, onderstaande voorwerpen,
als gevonden aangegeven op 2930 Oct.
1933: transportfiets, E. de Haan, Oosterdijk;
damesbeursje, F. Kuik, le Oosterkade 43;
dameshandschoen, J. Poiesz, Bothniakade
13; zilveren oorknop, Van Wieren, Bosch
straat 29; boodschapmand, L. Hofmeester,
le Woudstraat 11; zilveren speldje, H. Hen-
driksma, Joh. W. Frisostraat 25; ring, Gem.-
reiniging, Lemmerweg; dop van benzine
tank, Tj. Hemaamt, Julianastraat 8; witte
muts, J. Groninger, Scharnestraat 11.
Weer twee distilleer-
tt Gestellen ontdekt.
Het was ial eenigien tijd in het Oosten
der gemeente |Opsterland een publiek
geheim, dat Ier frauduleus sterke drank
gefabriceerd werd. u
Ook de (fiscus-ambtenaren en politie
mannen hadden er wel van gehoord,
spe tien en zochten, maar zonder suc
ces, zelfs wanneer men meende bijl huis
zoekingen wei zijn slag te zullen slaan.
Thans is men gelukkiger geweest.
Bij! een inval door politie en kommlie-
zen biji den winkelier S. T. te Siegers-
woude, werd onder de toonbank verbor
gen een toestel voor distilleeren gevon
den en een dergelijk instrument werd
opgespoord in den tuin van den heer
R. de V. in hetzelfde dorp.
Hier was het verstopt in een hoop
zand.
De V. verklaarde van niets af te we
ten, hij vermoedt, dat anderen ’t toestel
uit vrees voor ontdekking heime
lijk in zijn tuin hebben verstopt, om al
dus de schuld van zich af te wenden.
Beide toestellen zijn in beslag geno
men en de verdachten zijn gehoord.
Op beide plaatsen werden ook ver
borgen vuurwapenen gevonden, die na
tuurlijk ook meegenomen werden.
V, h, Nb
Vreeselijk ongeluk.
Zondagmorgen isi te Twijzel een vree-
selijk ongeval gebéurd, dat in het dorp
diepe ontroering heeft verwekt. De 16-
jarige dochter van den heer D. Riemer-
sma. smid aldaar, was na kerktijd bezig
bet petroleumstel, dat brandde, bijl te
vullen. De vlam sloeg in de vloeistof
met het gevolg, dat het gelaat van het
meisje zeer ernstig werd gewond. Ook
geraakten de kleeren in brand. D e vlam
men werden spoedig door de huisge:
nooten gedoofd. Het meisje was echter
al zoo zwaar gewond, dat het gister
nacht na hevig lijden is overleden.
De deelneming met de zwaar getrof
fen ouders is groot. L. Ni.
Opruiende lectuur.
De officier van justitie te Groningen,
mr. A. Rombach, heeft gisteren op
grond van een strafvervolging, die is in
gesteld wegens publicatie van opruiende
geschriften, een inval gedaan in de
drukkerij De Volharding aan de Hoen-
diepskade 12 te Groningen.
Het betreft hier de uitgifte van het
weekblad De Arbeider, een orgaan op
communistischen grondslag, waarin in
den Jaatsten tijd stukken hebben ge
staan, die zouden opruien tot dienstwei
gering.
De pers, waarop het blad werd ge
drukt, 'en de zetmachines zijn onbruik
baar gemaakt door in beslagneming
van enkele onderdeden. r
De vervolging zal worden ingesiteld van de voor het gebruik van het parkeerterrein op het
NIEUWE SNEEKER COURANT
annex SNEEKER COURANT (77e Jaargang)