50e Jaargang
SNEEKER COURANT (77e Jaargang)
Dit No. bestaat uit 4 bladen.
No. 14 Eerste Blad Uitgave KIEZEBROiH Co. Zaterdag 18 November 1988
NIEUWSTIJDINGEN.
onderscheid. Het is een gevaarlijke waan ge
weest, toen men meende, dat de begrippen
gelijkwaardigheid en gelijkheid hetzelfde be-
teekenden. Wel is er echter in man en vrouw
een drang om de verschillen zooveel moge
lijk op te heffen, welk verlangen gepaard
gaat met een zeer sterke lichamelijke stu-
Het primaire in de geslachtsdrift,
met den Bijbel. En dan gaan wij, ver
trouwend op Hem, dat Hij! Zijn werk
niet zal laten varen. Dan zal er blijd
schap zijin, als straks gezegd kan wor
den: Zie 'hier ik en de kinderen, die
Gijl mij 'gegeven hebt.
De voorz. brengt bijzonderen dank wïng. Het primaire in de geslachtsdrift,
aan de 'sprekers en aan de vereenigin- schaamte en vrees inzake sexueele aangele
gen, die 'het comité in staat stelden genheden hangen veelal samen met eeuwen
deze avond te organiseeren. Ook den au
heer ,Van Manen wordt dank gebracht,
dat hiji met zijn koor een viertal liede-
Dat is de drang en de drijfveer ge- ren op zoo voortreffelijke 'wijze heeft
weest ook in den politieken strijd. Onze ten gehoore 'gebracht. 1
voortrekkers hebben geen scholen op- Met jjet zingen van vs. 1 en 2 van
gencm om zen suiuviijv w - dankgebed dolor dr.
dreef het besef van hun hooge roe- Dijk wordt deze bijeenkomst beëindigd.
L v. A. O.
Gisteravond hield de afd. Sneek van het
i voor
bijeenkomst in het Gerechtsgebouw, waarl
als spreker optrad Dr. H. de Vos, alhier,
met een lezing over „Moderne Huwelijks
problemen”, naar aanleiding van de over dit
onderwerp verschenen boeken van de echt
paren Wibautvan Berlekom, Pothuis
Smit e. a.
Van der Brugge noopte hem zich I behandeling
volle kracht in dien strijd te wer-
rIn 1878 met de schoolwet van
Kappeyne schenen de resultaten van
Toen werd* het
christenvolk opgewekt, toen 'is er een
en in het
de Unie-coll. kwam
uitjng, dat de vrijheids beknotting
1889 gaf door de wet Mackay eenige
tenslotte niet om de schrijvers, doch om de Ook de zgn. driehoekverhouding meent
.nhoud van hun boeken, waarbij wij mis- spr. volstrekt te moeten afwijzen. Men kan
ochien hun opvatting moeten verwerpen, als het ernstige pogen om eventueele huwelijks-
wij ernstig naar de waarheid zoeken. Wan- ellende te lenigen waardeeren, maar deze
jeer men het huwelijk als maatschappelijke oplossing is niet aanvaardbaar. Voor ons
instelling nader bekijkt, bemerkt men dat ’t Westerlingen is het monogame huwelijk nu
zeer samengesteld is. eenmaal het ware geworden. In die andere
Als grondslag onderstelt het twee perso- verhoudingen ontbreekt de algeheele over-
nen, die verschillend zijn op velerlei gebied, gave, die volledig slechts mogelijk is tus-
Lichamelijk en geestelijk is er een belangrijk schen één man en één vrouw. Er zuilen wei-
Arbeidersontwikkeling een
als spreker optrad Dr. H. de Vos, alhier,
1-g over „Moderne Huwelijks-
problemen”, naar aanleiding van de over dit
-1-1—
Wibautvan Berlekom, Pothuis
De secretaris, de heer Braaksma, opent de
Vervolgens vangt dr. De Vos aan met de
....g van zijn onderwerp. Hij wijst
er op, dat het huwelijk sterk in de aandacht
van de menschen ligt en dat daarover, on
danks de belangstelling, welke maatschap
pelijke en economische verschijnselen als
crisis en werkeloosheid tot zich trekken, nog
altijd veel geschreven wordt in boeken en
tooneelstukken. Uit de inhoud dier geschrif
ten blijkt onmiskenbaar dat er aan.het hu
welijk iets schijnt te haperen. Ook'het on
derwerp heeft zich, vergeleken bij vroeger,
beduidend gewijzigd, inplaats van naievi-|
teit en sentimenteele aandoeningen worden
thans het ongelukkige huwelijk en de echt
scheiding veeleer als gegevens genomen. Het
huwelijk is tot een probleem geworden.
Toch moeten we ons hoeden voor overdrij
ving, want er zijn natuurlijk ook verschei
dene gelukkige huwelijken. Het eigenlijke
doel is om tot het normale terug te keeren.
Men heeft er op gewezen, dat ’t huwelijk in
menig opzicht een waagstuk is en dus moei
lijkheden veronderstelt. Het plaatst den
mensch voor vragen en thans wel in ver
sterkte mate. Daarom spreken wij van mo
derne huwelijksproblemen. Veel wat vroeger
vanzelfsprekend gold, zooals de monogame
echtvereeniging bv., is nu een probleem ge
worden. Daarnaast ziet men andere vraag
stukken opduiken, als neo-malthusianisme
enz. Dat het .huwelijk die problemen op
roept hangt samen met verschillende fac
toren.
Allereerst is in dit verband de emancipa
tie van de vrouw te noemen, waardoor zij,
algemeen bezien, een gansch andere positie
i inneemt dan .vroeger. De aanwinst van ver-
kregen rechten en grooter zelfstandigheid,
l maakt haar terugslag ook merkbaar in het
r huwelijk. De opvattingen der menschen heb-
1 hebben zich gewijzigd en dat feit geeft aan
de innerlijke structuur een geheel ander ka
rakter.
Een tweede factor is de jeugd. Deze laat
zich niet meer door de ouderen bevoogden.
Zij wil zelf haar leven in de hand nemen,
en het risico van mogelijke dwalingen dur
ven -2- o„r
bepalen. Een der aantrekkelijkste eigen- verheffing, van loutering. Aan Troeïstra en
schappen van de moderne jeugd is haar ver- de Wibauts wordt wel duidelijk wat ’t doel
langen naar waarachtigheid. Ook in het hu- Van het huwelijk is. Het doel is dienen,
welijk wil men eerlijkheid en men komt op mensch zijn. En dienen veronderstelt zelf-
I tegen de dubbele moraal. Ook zijn vele oude verloochening en offer. Dit is voor het hu-
normen gaan wankelen. Hetgeen men eer- welijk uitermate belangrijk. Als men slechts
tijds vaak als goed beschouwde, wordt thans zichzelf zoekt, kan het niet gelukkig worden,
dwars verkeerd geacht" In het huwelijk hebben man en vrouw hun
Eveneens kan worden gewezen op de ar- verantwoordelijkheid jegens elkander en ten
beidersbeweging, welker strijd en streven in opzichte van de maatschappij te beseffen U
menig opzicht verheffing beteekent. En ten heeft misschien verwacht dat ik de liefde
slotte vraagt ook de maatschappij veel in- centraal zou stellen. Toch dient de verhou-
tenser de aandacht en is de uithuizigheid ding evenzeer te worden gedragen door
belangrijk toegenomen. Dat heeft een totale trouw. Nu is het niet eenvoudig, ook al is
verandering gebracht in het gezinsleven en het leidende beginsel gegeven, óm de ele-
ook het huwelijk beïnvloed. menten juist te ordenen. Daarom willen wij
Het lijkt misschien verwonderlijk, dat op onZe houding tegenover dit probleem bepa-
een avond van het I. v. A. O. over het huwe- en. Het heeft verschillende kanten. Man en
lijk wordt gesproken, maar wel bekeken is vrouw moeten ]bij elkaar passen. Als de een
het dat geenszins, daar men het socialisme hartstochtelijk is en de ander koud, dan ont-
als een cultureele beweging moet beschou- staan er moeilijkheden. Ook op geestelijke
wen, waarin het zedelijk leven een voorname verschillen moet goed worden gelet, al ver
rol speelt. Ware beschaving beteekent inner- werpen wij de gronden waarop de Kerk een
lijke verfijning. Daarom moet ook op de verbintenis afwijst. Ook te groote gelijkheid
levensproblemen onze aandacht worden ge- kan storend werken. Een naar elkaar toe-
vestigd. Het gaat niet alleen om ontwikke- groeien is echter mogelijk en noodig. Er
ling van het aesthetisch vermogen, maar ook dient onderlinge aanpassing te zijn. Man en
1 om inzicht te krijgen in verschillende proble- vrouw moeten het juiste evenwicht trachten
men. te vinden.
De beide boeken van Wibautvan Berle- jn het boek van de Wibauts wordt ook het
kom en PothuisSmit zijn ongetwijfeld in vraagstuk van de vrije verloving aan de orde
ruimere kring gelezen, want het huwelijk is gesteld, waarbij sexueel verkeer geoorloofd
actueel. Spr. is echter niet van plan deze wordt geacht, om beter te gunnen bepalen
werken nu eens minutieus onder de loupe of men bij elkaar hoort. De bedoeling is hier
te nemen, doch wil hoofdzakelijk de voor- echter weer beter dan de oplossing en spr.
-or-— - naamste tendenzen trachten te vatten, om meent met het echtpaar PothuisSmit, dat
moeien wy ons haast niet met de gees- daardoor tot zelfbepaling te komen. Per- dit middel moet worden afgewezen. Ook
teïijke opvoeding onzer kinderen. Die soonüjk staat spr. in menig opzicht tegen- wordt het sexueele hierbij te veel voorop ge-
geestelijke opvoeding kost offers. En over het echtpaar Wibautvan Berlekom en plaatst en blijft de kennismaking als mensch
die strijd is de worsteling om de kin- voelt hij zich meer aangetrokken tot de op- en geestelijk wezen meer op den achter-
deYziel Diezelfde strijd moet ook in de vattingen van Pothuis—Smit. Het gaat ons grond.
school gestreden worden. Het gaat om -
hiet hoogste 'belang van het kind, dat
de naam van Jezus 'leert, en hiet be
wustzijn dat 'het zonder Hem niet kan.
God wil uit 'hen vormen Zijn leger
scharen.
Dait legt op ouders en onderwijlzers
een zware verplichting. En daarom zul
len wij moeten strijden om den School
oude opvattingen daaromtrent, die het ge
slachtsleven stempelden tot iets dat verhei
melijkt moest worden. Het betreft echter een
natuurlijke drift, evenals de honger en daar
om dient het sexueele leven onbevangen te
worden beschouwd. Hoeveel zenuwstoornis-
sen en andere ellende uit vreesachtige of
moedwillige verdringing kunnen voorkomen
kan moeilijk worden overschat.
Het is echter niet alleen de geslachtsdrift
die man en vrouw tot elkaar drijft, doch het
beteekent ook een completeering der per
soonlijkheid en werkelijke aanvulling van
beider leven. Het doel van de natuur met dit
alles is gericht op de instandhouding van de
soort
Het huwelijk onderstelt evenwel meer,
want het is ook een maatschappelijke in
stelling. Zonder maatschappij is ook geen
huwelijk denkbaar. Hiertusschen is steeds
wisselwerking. Het is niet onwaarschijnlijk
dat het polygame huwelijk indertijd als stil
zwijgende eisch werd aanvaard van de toen
malige periode. Ook beïnvloedt het huwelijk
de maatschappij, waar het gezin de cel van
vormt. Verval van het huwelijk is een be
dreiging voor de samenleving.
Zal het echter waarlijk goed zijn, dan ver
onderstelt het geestelijke eigenschappen. Het
gaat vooral om zedelijke karakterdeugden.
Maar deze wijzen boven zichzelf uit. Het ze
delijk leven stelt eischen, normen, waarden,
die erkend en verwerkelijkt moeten worden.
En tenslotte is noodig liefde. Er is niets
moeilijker dan dit te omschrijven. Slechts
wie haar kent, weet dat zij gansch iets an
ders is dan zwoele hartstocht en drang van
donkere driften. In een goed huwelijk moe
ten al de genoemde elementen in juiste ver
houding aanwezig zijn. Er is noodig een
opperste gezichtspunt. Het gevoel is dik
wijls echter zeer uiteenloopend: het kind,
het ras (nat.-soc.) de staat (fascisme), de
winst (kapitalisme). Hiertegen zal zich het
socialisme verzetten. De mensch is doel in
zichzelf. En zeker is doel van het huwelijk
niet het aankweeken van het beneden-men-
schelijke.
Een ander antwoord is dat men gelukkig
wil zijn. Dit geluk kan echter zeer verschil
lend van aard zijn en varieert van grof-
lichamelijke tot fijn-geestelijke genietingen.
In het boek van Wibautvan Berlekom
neemt dit geluksmotief een voorname plaats
in. Zij willen dat man en vrouw zichzelf en
hun kinderen gelukkig maken en dat men
anderen geen noodeloos nadeel zal berokke
nen. Dit waardeert spr. uitermate, maar toch
moet hij zich tegen deze opvattingen verzet
ten. Het onderscheid tusschen hooger en
lager geluk veronderstelt reeds een maat
staf, terwijl ook de ontvankelijkheid tusschen
de menschen onderling verschilt.
Een zeer zwakke redeneering vindt spr.
ook het niet willen toebrengen v hed aan
anderen. Want hoé kan men ooit zuiver we-
ten zulks waarlijk te hebben gedaan? Iemand
als Troeïstra heeft zeker het geluk niet voor
i zichzelf gezocht. Dus voor anderen? Hij
vroeg van hen toch ook offers. Troeïstra
aanvaarden. Zij wil zelf haar houding zou wellicht eerder hebben gesproken van
Het hoofdmotief van de ware dir.
e stijn zoeiti uiui anjiu, --.j- tot offer bereid te zijn, j
veroordeeld is. Er is een leeg- Dat beteekent geen conservatisme. Heit
past zich aan aan alle tijden.
Er is een zware taak voor de onder
wijlzers. Het gevaar dreigt van sleur.
Doch men moet zich willen laten on-
derwijizein door Christus.
Ook de ouders moeten tot offer be
reid zijd. Wijl staan als ouders voor het
Abrahamsoffer. Wij kunnen er ons ge
makkelijk afmaken door de kinderen te
zenden naar kerk, school en catechisla-
tie. Maar wij moeten het offer brengen
van tijd en inspanning. De wereld let
op ons meer dan vroeger. Zij heeft aan
niets houvast. Wij moeten geen sta-in-
den-weg zijn om de kinderen te bren
gen tot Christus. i
Zoo zal een nieuwe stijl gebouwd
worden. God geve dat door gezin en
school en kerk een nieuwe levensstijl!
geboben worde, waarin Hij steeds
meerder worde.
Wij hebben een 'hooge en heerlijke
taak. Hoe zijn we daartoe bereid? On
diepe schalen zijn 'gauw gevuld en loo-
pen spoedig over. Hoe meer wijt vol
worden van den H.-Geest, des te beter
kunnen wij; meewerken aan het werk
Gods en voorkomen wij, dat geprutst
wordt aan de Levensstijlen.
Dr. K. Dijk vangt zijn rede aan
1 met de opmerking dat het niet zou ver-
wonderen als de vraag gesteld werd: by doop af gelegd. Dat bewijst dat
i Is het thans wei de tijd om te spreken -uu,
over het onderwerp: „De strijd, die
blijft.”
H>et vredesverdrag is immers getee-
kend, en moet men nu opgewekt wor
den tot den strijd, die blijft?
Dit schijnt echter maar zooi. Spr.
bedeelt niet te miskennen het goeide
dat God in ‘het chr. onderwijs geschon
ken heeft. Wij gedenken in groote
dankbaarheid dat Hij de druk voor
ons heeft verlicht en dat aan de over
zijde het goed recht van het bestaan
van onze scholen wordt erkend.
Wat in Jubbega gezegd is door mi
nister Marchant geeft aan een kente
ring des geestes. Wij moeten met
groote dankbaarheid daarvan kennis
nemen.
Al hebben wij de financieele gelijk
stelling gekrege^ de strijd is evenwel
niet uit. De wapens kunnen niet op
geborgen en wie dat meent vergist
zich.
Welke strijd wordt dan bedoeld De
politieke strijd om het bijzonder onder
wijs als regel erkend te zien, is nog
niet vervuld. Daarover wil spr. nu ech
ter niet spreken.
Het is de geestesstfyd die gestreden
moet worden. By 'al' de vervulling onzer
Schooldag voor het
Chr. Onderwijs.
Gisterenavond wend in het Gebouw
v. Chr. Belangen vanwege de Chr.
OnderwijSvereenigingen bovengenoem
de Schooldag gehouden, welke verga
dering zich in een druk bezoek mocht
verheugen.
D s. N. J. Hommes van Ijlst liet
by den aanvang zingen Psalm 119 53,
ging voor in gebed en las Ps. 119
1—8. Daarna zeide hij, dat het hem
een voorrecht was namens de verschil
lende organisaties aan de aanwezigen
een hartelijk welkom te mogen toeroe
pen. Door omstandigheden is de be
langstelling van velen verdeeld, omdat
op een andere plaats in deze gemeente
een vergadering wordt gehouden, waar
heen ongetwijfeld meerderen zijh ge
gaan, die anders hier waren. In het bij
zonder heet hij’ de beide sprekers wel
kom. Er wordt wel gezegd, dat de ge
meentelijke autonomie in gevaar is en
dat alles uit Den Haag wordt geregeld.
Welnu, wij willen ons dezen avond la
ten voorlichten door mannen, die nabij:
of uit Den Haag komen. Voorts heet
spr. welkom den heer Van Manen met
zijn koor.
Hierna verkrijgt dr. H. J. H on
der s van Wassenaar het woord om te J
spreken óver „Levensstijl”.
Men kan niet zeggen, zoo. merkt
spr. op, dat er niet gezocht wordt naar
een nieuwe #tijl. In ons land is men
daarmee reeds een halve eeuw bezig.’
Daar is de beweging van 1880, Waarin
gezocht werd niet alleen naar woord
muziek, maar welke beweging haar in
vloed heeft uitgebreid in het spreken
en schrijven tot op dezen dag. In de aller kritiek en
bouwkunst is men zoekende naar een ven i„ 2_
nieuwe stijf, en geen plaats is er die Een dankbare hplde past voor
aan deze beweging ontkomt. Ook in zoo velen voor L_.
het interieur zoekt men het. Het is ben gedaan en geofferd,
alleen maar jammer, dat men in dit
alles de stijf zoekt om de stijl, waar- levensstijl is:
om ze v-L i
heid, wat het best spreekt uit Merijntje j
Gijizens Jeugd, als mevrouw Walter de
kleine Merijntje door haar prachtig in
gericht huis leidt en deze de vraag
stelt: „Hebben jullie niets Van God en
zoo in huis
De kinderen zijn het, die de leegheid
der moderne, ouders aanvoelen. De
wereld wordt hoe langer hoe god-loo-
zer; er is een geestelijke anarchie. Het
ongeloof heeft triomfen gevierd en wij
zitten er mee; iedere meening heeft
immers evenveel recht van bestaan. De
communisten en socialisten willen niets
van God weten en daardoor js de sa-
menbinding uiteengevallen en typeert
een zeker schrijver dit door te zeggen,
dat de samenleving niet meer is een
plaats van samenbinding maar een
naamlooze vennootschap is. Wij weten
zooveel, zegt een Duitscher, en daarom
zijn wij zoo. dom.
De levenswaarheden worden niet al
lereerst door kennis aangekweekt. De
boom der kennis doet straks geestelijk
sterven. De jongelui worden op de
scholen volgepompt met kennis, daar
door zijn ze topzwaar geworden /en is
er geen levensstijl. Bij1 dag ,en nacht
hebben wij daartegenover open te ^taan
om de waarheiden Gods te Jeeren ver
staan, of wij er met ons verstand bij
kunnen of niet.
Ziedaar een van de groote stijlfouten
van onzen tijd. Men schakelt de ken-
nis der onzienlijke djngen uit.
De 2e stijlfout is: Wij zijn zooi stterk,
daarom zijh wijl zoo zwak. Een profes
sor heeft in een inaugureele rede ge
zegd, dat de jongelui van nu langer
zijn dan vroeger. Dat wijlst OP verzwak
king van het lichaam.
Ook op het gebied van de techniek
ziet men allerlei krachtprestaties. Sfa-
lomo zegt: Der jongelingen sieraad is
hun kracht. Bedoelt hij sportbeoefe
ning? Hij bedoelt de harmonie tus
schen vorm en inhoud. Goliaths met
innerlijke zwakte zijn niet stijlvol.
Vele grooten worden bijna dagelijks
in de courant genoemd. Wij wenschen
van hun beteekenis. niet af te doen.
Maar ook niets van de beteekenis van
zoo, talloos velen wier namen nooit ge
noemd, maar in het Boek des Levens
zijn geschreven.
Kampioenen des geestes zijn overal
te vinden in krotten, boerderijtjes, en
groote huizen.
Wel zullen wy veel Hevensschijn vin
den, waar men zich vergaapt aan de
uiterlyke schyn. Dezulken leven niet
uit den geest van God. Wiy zitten mid
den in de verdwazing van deze wereld.
Dat komt omdat men niks van God en
zoo moet hebben. j
Mr. P. J. Troeïstra schrijft in zijln le
venswerk dat de godsdiensfloosheid
elke levensstijl weggenomen heeft. Wij
kunnen hem echter niet volgen in den
weig, die hij aanwijst. Hij zoekt zijn
steunpunt in den mensch en de ge
meenschap.
Het liberalisme gaat ook uit Van de
tendenz van het individu, en daardoor
zit men nu in de chaos.
De liberale jongeren roepen nu om
gezag, tucht en orde. Dat is een betreu-
renswaardig beeld. Liever dwang dan
zoo’n vrijheid, zeggen zij.
Hoe men ook ioekt in deze rich
tingen, telkens weer zoekt men het
steunpunt in den mensch.
Wij zeggen: Hier 'ligt de groote stijl
fout van de moderne cultuur. Wij heb
ben uit te gaan van God en Zijin open
baring.
De mensch heeft de laatste 50 jaar
heel wat gewonnen. De school heeft
goed daaraan gedaan. De kerk is wat
achteraan gekomen omdat !zij op een
ander terrein werkzaam was.
De school heeft evenwel ook veel
i bedorven. En daarom arbeiden de voor-
standers van het Chr. Onderwijs, om
Gods wil en bm de ziel van het kind.
Ellen Key heeft gezegdHet chr.
onderwijs maakt de kinderen tot trek
dieren, de natuur vormt de karakters.
De ouders hebben te vragen wat de
kinderziel allereerst behoeft. Wij wen
schen niet aan de majesteit van de
kinderziel iets af te doen. Wij hebben
de grootste eerbied daarvoor en daar
om hebben wij de kinderen te brengen
tot Christus.
Is de chr. school daartoe een sta-in-
de-weg, dan hebben wij ons te stellen
onder de kritiek van Gods Woord.
Het zoeken van de chr. levensstijl
in een zware taak. Wij staan onder
L.DD i daarom moeten wij le-
in de bereidheid van het offer.
LD-- wat
het chr. ondérwijls heb-
wenschen vergeten wij zoo spoedig de
geestelijke inzet. Wij' moeten ons be
wust worden waarom het eigenlijk gaat.
Die worsteling is een onderdeel van
den grooten stry’d van alle eeuwen
om het kind. In de heilige historie treft
u reeds de worsteling om het kind. En
ook onze Heiland heeft een boodschap
tot het kind en Hij roept ze tot Zich*
Ook de apostelen vergaten het kind
niet. Die worsteling neemt daar een
hooge plaats in
lo voortreffelijke wyze heeft
ook in den politieken strijd. Onze ten gehoore gebracht. 1
gericht om zelf schooltje te spelen. Hen het Lutherlied en dankgebed door dr.
ping, dat God beslag moest leggen op
het kind. Daarom 'konden zij geen
school aanvaarden, die deze eischen instituut
niet aanvaardde. Die strijd, welke de
voortrekkers hebben gestreden, heeft
voor de tegenwoordige natie nog zeer
grocte waarde.
Spr. wijst dan op de geweldige strijd,
die gevoerd werd om scholen op te
richten, waardoor verzet gekweekt
werd, waarvoor Gr. v. Prinsterer in de
bres sprong. De schoolwet van 1857
van
met
pen.
de tot nu toe gevoerde strijd geheel te
worden vernietigd. T
schok gevaren door het volk
petitionnement en C_
tot i
niet geduld werd.
subsidie voor het chr. onderwijs waar- i
door ontplooiing kwam. i
Voorts gedenken wij dankbaar de 1
wet Kuyper van 1905. Maar de poli
tieke strijd heeft een einde genomen
toen dc wet De Visser kwam, waar
door .vurig geloofsvertrouwen niet be
schaamd wordt.
Nu staan wij vrijwel gelijk en Wij
hebben het diensthuis verlaten en God
heeft ruimte gegeven.
Doch de strijd blijft, ie Omdat wij
moeten waken dat het geestelijk ka
rakter van de scholen niet inizinkt, en
de waarachtige liefde niet mag verflau
wen. In de voorafgaande strijd stond
de school in het midden van de be
langstelling. Bij de stoffelijke verrui
ming, die nu bestaat, is er gevaar,
dat vergeten wordt waarom het gaat.
Het gaat toch om het recht de kinde
ren op te voeden naar den eisch van
Gods Woord? Wij willen niet terug
naar de oude tijd. Dat zou wezen
groote ondankbaarheid. Wij hebben het
ons zelf voor te houden, dat het gees
telijke in de opvoeding niet verloren
mag gaan. Onze 'liefde mag niet onder
doen voor de 'liefde onzer voortrekkers,
bij wien de school in het middelpunt
stond.
Wij hebben den strijd te voeren voor
onze vrijheid. Wij’ zitten nog met heel
wat banden aan de oVetheid vast en
die banden kunnen wel eens knellend
worden. De gouden ketenen mogen
voor pns nooit worden ijzeren ketenen.
Dat moet voorkomen worden en daar
om moeten wij niet inslapen, maar ons
steeds inprenten dat het gaat om de
vrije school, waarbij het personeel geen
staatsambtenaar-mag worden.
Volksonderwijs maakt propaganda
voor de openbare school. Ds. West-
mijse durft te zeggen dat in de open
bare school plaats is voor de belofte
er geen plaats is voor valsche geruist-
heid.
De strijd gaat om het waarachtllg
heil van het kind. De school is nooit
doel, maar instrument om het kind
te beugen tot Christus. Er moet sa
menwerking zijh tusschen school en
gezin, ,en het 'zenden van het kind naar
de chr. School ontheft niet van de ver
antwoordelijkheid der ouders. Dan
staan wij op een plaats waar wij niet
behooren; de eerste roeping ligt al
tijd .bij de 'ouders. Hiet kind behioprt
naar schooi te gaan, gesteund door het
gebed der ouders. Doien wij dat? Wij
laten de kinderen niet vrij, maar uit
een obgpunt van eigen gejnak be-
NIEUWE SNEEKER COURANT
annex SNEEKER COURANT (77e Jaargang)
vergadering met een kort inieldend woord.
VUtJl U VIV1VV1 o O'-' Met Jjet zingen van vs. 1 en 2 van
V J --