Tiny Carteret
No. 58 Eerste Blad
Uitgave KIEZEBRINK Co.
Dit No. bestaat uit 3 bladen.
Zaterdag 21 April 1934
50e Jaargang
FEUILLETON
NIEUWSTIJDINGEN.
deel, ook Nederland kreeg een
mingsstation in Noord-Siberië,
SAPPER
8.
-
r
door
Derhalve
over haar
„hij de man, met wie Lady Mary
RSdgeway 0e® weken geleden in Negen
en vijftig gesoupeerd heeft.”
„Genadige Hemel I” mompelde Tiny.
„Weet u dat zieker, sir?”
„Jebson de man, die gisternacht
vermoord werd had weliswaar niet
in hun kamer bediend, maar zorgde
toch dat hij in de buurt was, toen ,Blake
vertrok. Hij had hem zien binnenkomen
had gezien, 'dat een dame hem verge
zelde, maar geen gelegenheid gehad om
haar gezicht waar te nemen. Toen rij'
vertrokken, gelukte het hem: riji was
Lady Mary.”
„Maar, bij George! Kolonel wat.
bijl alle duivels, kan dat beteekenen?
Probeert hij haar af te persen Zooi ja,
uit welken hoofde? Ik bedoel ze is
een vroolijlk zieltje; doet bij tijden ver
bazend dwaze dingen. Maar Mary af-
peTs.n. Ik kan het niet gelooven.”
„Is er iets maeilijker te getooyen dan
alleen de waarheid, dat rij daar was
„Zou u denken dat zöji brieven, of iets
van dien aard, geschreven heeft? En
dat hij die in handen heeft weten te
krijgen Omdat, als dat zoo is, jk ieder
beentje in het lichaam van den schurk
zal vermorzelen.”
Gillson lachte flauwtjes.
„Een zeer natuurlijke ingeving, Car
teret maar eene, die je zult moeten
onderdrukken, vrees ik. Ik heb begre-
dat niemand het paard had kunnen na
deren, lof hij1 zou er wakker van gewor
den rijln. En hoewel een massa men-
schen bleven beweren, dat er met het
paard iets gebeurd moest zijin, werd
na verloop van tiijid de meening uitge
sproken dat het gestorven was aan een
plotselingen en onverkflaarbaren aan
val ‘van hartverlamming.”
„Nog even geduld, koilonefli. Laat dat
vergif geen sporen achter?”
„Geen chemische sparen. Maar het
tast de hartspieren aan, strekt ze tot
het uiterste, en veroorzaakt dn nietnme-
dische termen acute krampen. Vandaar
de doodsstrijd van de slachtoffers, even
voordat de dood intreedt.”
„Dat klinkt verbazend opwekkend,”
mompelde Tiny. „Mag ik me nog een
glas likeur inschenken Maar, wat ik
niet begrijpen kan, is dit. Als de op
passer de waarheid sprak; als de deur
van de losse box gesloten was hoe
tan het vergif dan toegediend zlijh?”
„Vraag mij' dat niet, Carteretwaar
lijk, ik weet het met. Het raampje
stond open; de bovenste helft van' de
deur bestand uit staven, zooals gewoon
lijk. Wanneer bij die gelegenheid een
pijltje gebruikt was, zouden wij dat tus-
schen het stroo nooit hebben kunnen
vinden, zelfs' wanneer iemand er naar
gezocht had. Evenwel laten we voort
gaan. Het is waarlijk van geen be
lang of het dier op idle manier of an
ders stierf; er rijln andere, véél bellang-
rijker dingen mee gemoeid. En mis
schien is het belangrijkste van deze,
dat er na dien tijd een kleine wijziging
in de werkzaamheden van de bende
op te merken viel een wijziging,
nig als een vrouw.Is een menschelijk
wezen eenmaal in zijn klauwen beland,
dan kan de rampzalige alle hoop ge
rust vaarwel zeggen. Hiji is lid van deze
bende, en een vooraanstaand lid boven
dien. En” hjj hield weer even op
Martiniplein, en aldaar te bevragen op alle
werkdagen tusschen ll'/z en 12/g uur, de
navolgende voorwerpen als gevonden ge
deponeerd op 1720 April 1934: schroef dop
van auto; sleutel; sleutel; mantelceintuur.
Aanwezig en te bevragen bij de navol
gende ingezetenen, onderstaande voorwer
pen, als gevonden aangegeven op 1720
April 1934: sleutel van melkkraan, S. v.
Vellinga, le Oosterkade 10; duimstok, H.
Wesselius, Bloemstraat 26; armband, A
Feikema, Groenedijk 2; bril in étui, J. Kok,
Waterpoortsgracht 1; melkbus, L. Óppen
huis, 2e Boschdwarsstraat; tennisbal, Mej.
Gorter, Ged. Pol; vulpotlood, U. Weissen
bach, Ki. Palen 2.
Jaarverslag van de afd. Sneek van het Centraal
Genootschap voor Kinderherstellings- en
Vacanüekolonies over het jaar 1933.
Het Bestuur der afd. onderging in het
afgeloopen jaar eenige verandering, daar
mevr. Stam en mevr. Ovaa als leden be
dankten, terwijl als nieuw lid werd verkozen
mevr. Hordijk.
De werkzaamheden bepaalden zich hoofd
zakelijk tot het inzamelen van gelden en het
uitzenden van kinderen. Als bronnen van
inkomsten kunnen we beschouwen, evenals
het vorige jaar: contributie van leden, bon-
netj esverkoop door kinderen, vlaggetj es
verkoop op Pinkster 3. We misten de gelden
als subsidie van het O. B. W. en van de
Ver. tot bestrijding der T.B.C. Hierdoor was
PIJN IN DE LENDENEN.
Als gij niet slapen kunt van de pijn in uw
rug, als gij bij uw werk ook voortdurend ge
kweld wordt door doffe of stekende spierpijn,
en gij last hebt van een afgemat gevoel, hoofd
pijn, duizeligheid en dergelijke verschijnselen,
is dit een teeken, dat de organen, welke het
urinezuur uit Ihet bloed dienen af te voeren,
traag werken of verzwakt Izijn. Dit urinezuur
kan zich dan naargelang van het gestel van
den lijder afzetten in verschillende deelen van
het lichaam en verschijnselen als de boven
staande veroorzaken.
Grijpt gij niet spoedig in om het kwaad in
zijn aanvang te stuiten, dan kan het zich steeds
verder uitbreiden en wordt gij een slachtoffer
van chronische rheumatiek of andere onge-
wenschte verwikkelingen.
Neemt bijtijds uw maatregelen en gebruikt
het middel, dat reeds zoo- talloos velen geholpen
heeft en dat, wetenschappelijk samengesteld,
reeds jarenlang bewezen heeft aan zijn doel
te beantwoorden: Foster’s Rugpijn Nieren Pillen,
Personen uit uw eigen omgeving zullen u -be
vestigen, dat zij inderdaad hun gezondheid
volkomen herkregen door het gebruik van dit
alom bekende middel. Stelt het niet langer uit,
doch haalt vandaag nog een doos - gij zult
ons dankbaar zijn voor dien raad.
die Stainrifeh en mdji er nauwer mee in
contact -bracht. Tot zoover was de zaak
uitsluitend een politi-e-aangelegenhedid
geweestnu begon de bende ook in po
litieke aangelegenheden belang te stel
len. W-eilifswaar alleen, wanneer er grof
geld beschikbaar bleek te rijn, maar
het was een nieuwe richtingslijn, en
-een lijn, die die zaken een veel ernstiger
aanzien gaf.”
Hij. hield -op om een sigaret aan te
steken; toen richtte hiji zich plotseling
tot Tiny.
„Heb je ooit gehoord van Felton
Blake
„Nooit naar mijn beste weten
niet,” antwoordde Tiny.
„Fielton Blake is- een van de volmaak
te voorbeelden van den mis'dadj-gen
gTest van tien huidigen dag. Naar zijn
uiterlijjk, zou je hem voor een voorspoe
dig advocaat of dokter houden. Hiji is
een gladgeschoren, donker, knap uit
ziend man van ongeveer vijfenveertig.
Hiji bezit een groot huis in Hampstead,
waar hiji rijkieHijk en goed onthaalt. Als
de vraag ter sprake komt, zegt hiji dat
hiji groothandelaar is, en hij heeft dan
ook, ergens in de City, een kantoor. Ge
heel alleen voor den schijn, natuur
lijk -in werkelijkheid is de man de
gevaaJrilijlkste afperser van geheel Euro
pa. Hiji is ten eenenmale ontbloot van
med-élijldenbij hem vergeleken is- de
hardvochtigste woekeraar zoo zachtzin- pen, dat je Lady Mary nogal goed van
nabijl kent, niet waar?”
„Dat is. zoo,” zei Tiny, en toen aar
zelde hij’. „Hoor eens-, kolonel1,” kwam
hij daarna ineens los, „u is tamelijk
openhartig tegen» mijl geweestik zal
u met gelijke munt betalen. In uw bu-
eenige belangrijke gebeurtenissen uit het
verleden van „Dicendo”, die hij af en toe
verduidelijkte met citaten uit de notulen.
Er waren vele felicitaties van curatoren,
leeraren en oud-leden binnen gekomen, die
verhinderd waren deze feestavond bij te
wonen. Van de Gymn.bond van het Geref.
uymn. van Leeuwarden was een prachtige
mand met bloemen gekomen. Naar de mu
zieknummers Erlkönig van Schubert en Jeru
salem van Adam werd met genoegen ge
luisterd.
Daarna begon de heer Theun de Vries te
Sneek zijn lezing over: Dirk Coster en de
Nederlandsche letterkunde na den oorlog.
Coster schreef voor 1914 critieken in de Gids
en komt dan met Willem Kloos, redacteur
yan de jNieuwe Gids ïn conflikt De tach
tigers waren van opvatting, dat een werk
schoonheid bevatte wanneer het bij zijn
lezers ontroering opwekte. De wereldoorlog
heeft een grooten invloed op de literatuur
gehad. De twintigers 1920) maakten
zich heelemaal geen illusies meer en zagen
alles in reëel verband. De kunst van 1925
daarentegen is gevoelloos. De generatie van
Coster en die van 1920 en 1925 kunnen
elkaar waardeeren, niet begrijpen. Tusschen
hen is een diepe kloof gekomen, die niet te
overbruggen is. Aan ’t slot van zijn lezing
las De Vries een sombere oorlogsnovelle
van Albert Teiling voor.
Na de pauze speelden J. van de Ven en
A Wolke Ave Maria van Schubert. Daarna
werd opgevoerd: Een reuze idee, van Willy
Corsari, een blijspel in twee bedrijven. Dit
stuk is, ofschoon de spelers voor de eerste
keer speelden, heel goed tot zijn recht ge
komen. Sommigen speelden zelfs hun rol
heel goed.
Nadat de rector Dr. C. M. Buizer nog
eenige woorden gesproken had, sloot de
praeses omstreeks 12 uur deze gezellige en
goedgeslaagde feestavond door het „lo
vivat” te laten zingen.
„Dicendo Discimus” kan met dankbare
herinnering op deze feestavond terugzien.
GEVONDEN VOORWERPEN.
„Ja,R sei Tiny, yax keert het heele
geval weer in mijn geheugen terug.
Toen de oppasser in een toestand was
om ondervraagd te worden, zwoer hij
op den Bijbel, dat hjj geen geluid ge
hooid had, tot het paard in de box
begon te trappen 'en te slaan- Toen was
hij toegesinel/d, en had zelf een trap
opgeloopen. Zoo was het immers, niet
waar
„Zoo was het. En ik heb het geval
opgehaald, alleen omdat ik nu over
tuigd ben dat het vergif toen voor de
eerste maal gebruikt werd, hoewel we
dat te dien tijde niet wisten. Destijds
was het iets nieuws voor ons; niemand
kwam op de gedachte om naar een
wandje te zoeken, -en idat zou op» een
paardehuid in ieder geval zeer moei
lijk te ontdekken geweest zijn. De paar
denarts was er kompleet beduusd van,
maar het paard was dood, -en meer viel
er niet van te zeggen. De oppasser
werd later aan een kruisverhoor onder
worpen, maar bleef bliji zijn eerste ver
klaring. Hij- zied, dat hij alls gewoonlijk
bij de deur van de box had liggen sla
pen, dat hjj- een zeer licht slaper was, en
mingen op deze wijze te Soesterberg doet.
Onze minister van defensie was gelukkig
een vooruitstrevend man die, toen wij er
om vroegen, direct opdracht gaf plannen
en een kostenberekening over te leggen.
Vliegtuigen naar het ons toegewezen station
op Groenland zenden bleek te duur, en
waar Ijsland een zeer belangrijk punt in
de circulatie is, besloot men na onderzoek
door eenige officieren bij Reykjavik, waar
de IJslandsche regeering gratis een terrein
beschikbaar stelde, een station te vestigen.
18 Juli 1932 vertrok It. v. Giessen daar
heen, 13 Augustus de rest der bezetting van
het station met spreker.
Spr., die ook te voren reeds een aantal
lichtbeelden had getoond, welke het ge
sprokene illustreerden, gaf nu een aantal
kiekjes van hangar, vliegtuigen en instru
menten, waarmede op dat station is ge
werkt. Onder aan het opstijgende vliegtuig
was een toestel verbonden met zelfregistree-
rende barometer, thermometer en hygro
meter, alle waarnemingen werden op één
strook geregistreerd. Na ’t dalen werd deze
uitgewerkt en de verkregen gegevens in
codecijfers getelegrafeerd naar het centrale
punt. De vliegtuigen hadden herhaaldelijk
met moeilijkheden te kampen; zware stor
men komen dikwijls op Ijsland voor; op 12
Nov. hadden we er een met een uurgemid-
delde van 30 M. per seconde, een kracht,
welke hier in Nederland alleen met een
enkele stoot voorkomt; op één station op
Ijsland had men een kracht van 55 M. per
sec.
Spr. deelde ten slotte nog iets mede over
de weersomstandigheden gedurende het jaar
der onderzoekingen op Ijsland, waarna hij
bij mooie kiekjes van Ijsland een en ander
over dit merkwaardige eiland en z’n natuur
schoon vertelde.
Dr. Nieuwkamp, waarnemend voorzit
ter, vertolkte de dank der aanwezigen voor
de interessante voordracht.
Natuurkundig Genootschap.
Voor het Natuurkundig Genootschap
sprak Dinsdagavond in hotel Hanenburg
dr. H. G. Cannegieter van de Bilt over „Het
tweede Internationale pooljaar”.
Spr. ging eerst aan de hand van de vraag,
welke rol de poolstreken in de weersontwik
keling spelen, na, hoe men reeds sedert vele
jaren weerkaarten kon maken, dank zij de
telegrafie die in staat stelt weerswaarne-
mingen uit tal van gebieden op één plaats
te concentreeren en dank zij het feit dat al
lange jaren hier gegevens omtrent het weer
verzameld zijn en daaruit gemiddelden bere
kend, zoodat men afwijkingen van die ge
middelden kan beoordeelen. Sedert men
regelmatig weerkaarten maakt, heeft men
ontdekt dat er zekere regelmaat in de cir
culatie is. Een Amerikaansche geleerde rede
neerde omstreeks 1870, uitgaande van een
ideale aarde reeds dat bij de aequator de
warme lucht moest opstijgen, deze naar de
Polen stroomde, waar ze afgekoeld werd en
dan langs het aardoppervlak strijkend weer
naar de aequator terugkeerde.
Het spreekt dat men deze theoretische be
schouwing wel eens wilde contröleeren, men
beschikte in die jaren al over verschillende
waarnemingsstations, doch waar men ook
meer en meer verlangde na te gaan de in
vloed van het Poolklimaat op het klimaat
in het noordelijk halfrond, werd in een in
ternationale bijeenkomst van meteorologen
besloten tot het houden van een pooljaar
in 1882’83, men zou in dat jaar in de
poolstreek een aantal waarnemingsstations
bezetten en daar gegevens verzamelen.
10 Staten met 12 stations namen er aan
deel, ook Nederland kreeg een waarne
mingsstation in Noord-Siberië, doch de
expeditie er heen bereikte nooit haar doel,
het schip werd in het ijs gevangen en de
opvarenden brachten er met moeite het le
ven af. Aan de hand van de in dat jaar
verzamelde gegevens zijn vele studie’s ge
maakt. Maar toch ontbraken nog recht-
streeksche waarnemingen in de hoogere
luchtlagen. Van 1880 tot 1900 hebben de
meteorologen zich veel bezig gehouden met
wetenschappelijke ballon-vaarten om gege
vens uit die hoogere lagen te krijgen, min
der kostbaar en zonder gevaar waren de
zelfregistreerende toestellen, welke eerst in
vliegers later in ballons werden geplaatst.
De toen verzamelde gegevens bewezen dat
de circulatie niet zoo ideaal verliep als
men zich dacht, en toen nog de geheim
zinnige stratosfeer ontdekt was en men te
weten kwam dat na 12 K.M. de temperatuur,
niet meer afnam, doch gelijk bleef of steeg,
was wel aangetoond dat de theorie van
den bedoelden Amerikaan zeker niet zonder
meer voor het gebied van aequator tot pool
gold.
Zij bleek zich inderdaad te beperken tot
het tropengebied tusschen de aequator en
35 br., tusschen 35 br. en de pool bleek
een eigen circulatie-systeem te bestaan, dat
feitelijk opgebouwd is uit vier weer meer
beperkte circulaties, welke als kamraderen
in elkaar grijpen.
Na den oorlog zijn vele hulpmiddelen ons
in staat komen stellen in het poolgebied
goed geoutilleerde stations te krijgen. Door
de radio kunnen deze stations en ook sche
pen elke dag weerberichten zenden en de
weerkaarten behoeven niet meer te eindigen
daar waar de telegraaflijn ophoudt; al
bleven we wel gebonden aan de vaste
scheepvaartroutes.
Behalve voor studies, betreffende het
weer, waren de poolstreken ook belangrijk
voor de studie van het Noorderlicht en het
verband daarvan met het aardmagnetisme.
Al deze dingen leidden er toe dat men in
1928 begon te overwegen om een tweede
internationale pooljaar te houden. Men
wilde het nu zoeken in een veelheid van
posten, elk bezet met 3 of 4 menschen, me
teorologen en magnetici. Een internationale
commissie onder leidini
dingen en met spr. aft secretaris, bestu
deerde deze zaak en nadat de Rockefeller
foundation 30.000 dollar voor het magne
tisch gedeelte, 10.000 dollar voor het aero-
logisch gedeelte had beschikbaar gesteld,
kon het tweede pooljaar doorgaan.
De noodige instrumenten voor alle sta
tions gelijk, werden aangemaakt, daaronder
ook een serie versnelde, welke in staat stel
den storingen gemakkelijk te kunnen volgen.
Er werd besloten 40 stations te stichten
binnen 50 breedte, de zuidelijke staten
zouden tegelijkertijd in de aequator streken
magnetische stations bezetten om aanslui
ting te krijgen tusschen het Noordelijk en
Zuidelijk halfrond.
Voor het aerologisch gedeelte zouden ook
een aantal bergstations in de poolstreek
bezet worden, doch wegens transportmoei
lijkheden kwam daarvan niet veel terecht.
Hoe groote belangen overigens verbonden
zijn aan goede waarnemingen in het pool
gebied, blijkt uit het feit dat aft het tot
groot luchtverkeer, van continent tot con
tinent komt, de kortste verbindingen alle
loopen over het poolgebied. Aan de aerolo-
gische stations heeft men zich hoofdzakelijk
beperkt tot windwaarnemingen, terwijl men
met radio-sondes, ballons waaraan een
toestel verbonden is met zelfregistreerende
thermo- en barometer, die bij het stijgen
radiografisch temperatuur- en drukverschil
len melden temperatuur en luchtdruk tot
de stratosfeer naging. Voor het onderzoek
der lagere luchtlagen werd het denkbeeld
geopperd vliegtuigen te gebruiken, de
impuls daarvoor kwam van Nederland, dat
sedert den oorlog elke dag weer waarne-
ig van prof v. Ever
ts
neau heb ik er over gezwegen, maar
bij.nadere beschouwing leiden die halve
vertrouwelijkheden tot niet®. Het is na
tuurlijk mogelijk, dat er niets bizonders
achter te zoeken is.. Ik danste gisteren
avond met haar, en den geheelen avond
was zij erg in zdchzelve gekeerd. To
taal anders alls gewoonlijk ik plaag
de haar er zelfs mee. En toen wendde
zijl om half twaalf zooiiets als hoofdpijn
voor en verdween. Bovendien gaf ze mij
een flinken snauw, toen ik aanbood
haar 'thuis te brengen.”
„Ik ben blij dat je me dat verteld
hebt, Carteret,” zei Gilteon kaltn. „Zoo
als je zei, behoeft er misschien, niets
achter gezocht te worden, maar het
bewijst ons tevens, dat zij daarheen kan
gegaan zijin.”
„Maar, hemeltje wat zóu zij daar
moeten uitvoeren?” viel Tiny uit.
„Dat te weten, zoul mij een boel waard
zijn,” antwoordde Giilfeon. „Wij kunnen
in ieder geval één ding aannemen;
zij ging niet uit vrijen wil daarheen
zij. ging omdat zij moest,
oèfent Blake eenige macht
uit; of
„Of wat?” vroeg Tiny.
„Of zij deed het terwiÓé van iemand
anders.”
„Dat klinkt waarschijnlijker,” merkte
Tiny op. „Zij is het goedhartigste schep
seltje op de wereld; zijl heeft voor een
vriend of een vriendin alles over.”
De ander keek voorzichtig om zich
heen; toen boog hij zich verder voor
over, en zijn stem was nauwelijks méér
dan een gefluister.
Wordt vervolgd.
het getal kinderen dat kon worden uitge
zonden niet zoo groot aft we voor eenige
jaren gewend waren.
Op 8 Juli vertrokken evenwel nog 16 kin
deren naar het Zeehuis te Bergen aan Zee,
waarvan op 10 Augs. 9 terugkeerden en 7
voor verlengd verblijf waren aangewezen.
Deze (kwamen na een verblijf van 2 perioden
van 5 weken op 14 Sept, terug.
Aft een buitenkansje kregen we van de
Stichting Bio-Vacantie-oord een aanbieding
om 2 landeren voor haar rekening uit te
zenden naar het Vacantie-oord Russenduin
te Bergen aan Zee, dat ook door het Cen
traal Genootschap wordt geëxploiteerd. Be
doelde 2 kinderen vertoefden daar van 9
Augs. tot 11 Sept.
Van de doktoren kregen we een opgave
van 25 kinderen, waaruit door het Bestuur
het aantal werd aangewezen.
Van de 9, die één periode in de kolonie
vertoefden, was de gewichtstoename bij 1
nihil; 3 bij 1; 7 bij 1; 8 bij 3; 9
bij 1; 10 bij 1 en 12 bij 1; en van de
7, die een verlengd verblijf hadden 6 bij
1; 7 bij 2; 9 bij 1 en 11 bij 3.
De inkomsten bedroegen f 1719.84, de uit
gaven f 1658.08, batig saldo f61.76.
Stormschade.
Eenige hevige windstooten, welke Woens
dagmiddag uit een onweersbui kwamen,
hebben hier ter stede vrij veel schade aan
gericht aan eenige huizen. Het landhuisje
van den heer Lootsma a/d Wandelweg
(Leeuwarder Trekweg) heeft het erg moe
ten ontgelden. Een hooge schoorsteen woei
om en de neervallende steenen beschadig
den het dak vrij ernstig, dat ook heel wat
pannen moest afstaan.
In het Kloosterhof is almede heel wat
schade aangericht.
Waterschap „De Lemstersluis”.
Gedeputeerde Staten hebben in Januari
1933 vernietigd wegens strijd met het alge-
belang een besluit van volmachten van het
waterschap „De Lemstersluis”, waarbij tot
secretaris-ontvanger werd benoemd S. Lui-
Aanwezig aan het bureau van politie, king, aan wien tevoren in dezelfde vergade
ring eervol ontslag was verleend, met de be
doeling, hem naast zijn jaarwedde in het
genot te stellen van ouderdomspensioen.
Zoowel volmachten aft S. Luiking voor-
noemd gingen van dit besluit van Ged.
Staten in beroep bij de Kroon, aanvoerende
o. m., dat geen algemeen belang zou zijn
geschaad.
Bij besluit van 9 April jl. heeft de Kroon
deze beroepen ongegrond verklaard, daarbij
overwegende:
dat Ged. Staten bovenvermeld besluit
van de vergadering van volmachten van het
waterschap „De Lemstersluis” terecht in
strijd hebben geoordeeld met het algemeen
belang;
dat met de uitdrukking „algemeen be
lang” in art. 22 der Waterstaatswet 1900,
blijkens de geschiedenis van deze wetsbepa
ling, weliswaar is bedoeld het belang van
het geheel in tegenstelling met dat der dee
len, doch dat het inderdaad met het belang
van het geheel geacht moet worden in strijd
te zijn, wanneer de Pensioenwet wordt ge
hanteerd zooals hier is geschied, en een
ontslagen en in het genot van pensioen ge
stelde ambtenaar onmiddellijk na het ont
slag wordt herbenoemd, met de klaarblij
kelijke bedoeling hem naast zijne jaarwedde
van, zijn pensioen ter zake van dezelfde,
door hem tot dusverre uitgeoefende functie,
te doen genieten;
dat Ged. Staten mitsdien terecht het voor
melde besluit van de vergadering van vol
machten hebben vernietigd.
Sneeker Gymnasiastenbond
Dicendo Discimus.
Men schrijft ons:
Verslag van de feestavond ter gelegen
heid van het 4e Lustrum van de Sneeker
Gymnasiastenbond „Dicendo Discimus”,
gehouden Vrijdag 13 April 1934 in de „Har
monie” te Sneek.
Den 7den Febr. jl. was het 20 jaar gele
den, dat te Sneek voor de 2e keer een gym-
nasiastenvereeniging opgericht werd. De
feestelijke herdenking h van heeft wegens
allerlei omstandigheden pas Vrijdagavond
1.1. kunnen plaats hebben.
Nadat de heeren J. van de Ven en A.
Wolke de feestmarsch gespeeld hadden,
opende de praeses D. H. H. Hettema om
ruim acht uur deze feestavond. Hij heette de
aanwezige curatoren, leeraren, afgevaardig
den van de Gymnasiastenbond van ’t Geref.
Gymnasium te Leeuwarden, oud-leden,
leden, ouders van de leerlingen van het
Gymnasium en verdere belangstellenden
hartelijk welkom. Vervolgens legt spreker
uit wat het doel van „D. D.” is nl. om door
het houden van lezingen, memorisaties en
voordrachten de leden te oefenen om hun
gedachten nauwkeurig onder woorden te
brengen. Deze winter zijn o. a. de volgende
onderwerpen behandeld: Prof. Quack, Schu
bert, Fridjoff Nansen, Albrecht Dürer, Har-
men Sijtstra en Een reis naar de maan. De
vergaderingen zijn altijd heel gezellig en
onder de leden heerscht een prettige geest.
Na ’t zingen van het clublied „Vocibus
magnis” werd den ab-actis P. U. Huistra
het woord gegeven om een kort verslag van
de jubileerende vereeniging over de afge
loopen 20 jaar te geven. Spreker vertelde
r
Verkrijgbaar bij
apothekers en dro
gisten af 1.-, f 1.75
en f 3.per doos,
omzetbelasting in-
begr. Letvoorslop
den juisten naam.
NIEUWE SNEEKER COURANT
annex SNEEKER COURANT (77e Jaargang)