Officieel Orgaan
der Gemeente Sneek
r
1 I
No. 2 Eerste Blad
Uitgave KIEZEBRINK Co.
Zaterdag October 1934
51e Jaargang
Dit No. bestaat uit 4 bladen.
Alle Advertentie» worden in beide bladen opgenomen
Regelprijs 9 cent. Abonnementen belangrijke korting»
NIEUWSTIJDINGEN.
AAN NIET-ABONNEES.
SNEEKER COURANT
AAN ADVERTEERDE!,S.
De advertenties in de
I
4
V r ij d a g s te Hommerts, Jutrijp, Tirns, Goënga, Gauw, Sijbrandaburen, Offingawier, Terzool, Abbega,
Oosthem, Deersum, Scharnegoutum, Roodhuis, Gaastmeer, Balk, Stavoren, Wyckel, Langweer, Bozum.
AAN ABONNEES OP DH
„NIEUWE SNEEKER COURANT”:
Met klachten over het niet geregeld ontvan
gen van de
NIEUWE SNEEKER COURANT
In haar volgende bundel „Het feest der
Gedachtenis” is dat nog maar ten deele het
geval, zooals spr. aantoont, maar dat neemt
SNEEKER COURANT
welk blad gratis bij niet-abonné’s op de „Nieuwe
Sneeker Courant" aan huis wordt bezorgd. Wij
garandeeren dus een huis-aan-huis-verspreiding
van alle advertenties voor deze bladen opge
geven.
Wij verzoeken beleefd doch dringend vroeg
tijdige inzending van advertenties.
DE UITGEVERS.
-
NIEUWE SNEEKER COURANT
opgenomesn, worden kosteloos overgenomen fa
de
spr. na de pauze behandelt.
De NIEUWE SNEEKER COURANT is een abonnementsorgaan, verschijnt Dinsdags en Vrijdags. Abonnementsprijs in de stad f2.50, naar buiten fr. per post f3.60. De SNEEKER COURANT is een Advertentieblad
en wordt gratis bezorgd bij allen die te Sneek geen abonné zijn op de Nieuwe Sneeker Courant en bovendien huis-aan-huis verspreid:
D i n s d a g s te Woudsend, Heeg, Nijezijl, Folsgare, Nijland, Oppenhuizen, Uitwellingerga, Oudega (W.),
IJsbrechtum, Wolsum, Harich, Hemelum, Bakhuizen, Nijemirdum, Sondel, Sloten, Tjerkgaast, Spannen
burg, Poppingawier, Warns, Rauwerd
Controle op de oplaag toegestaan.
Het Nut.
a.s. komt Charlotte Kohier voor
de Harmonie voordragen: Het
me en ontkenning op religieus gebied, wordt
het denken en willen er weer op gericht in
de menschelijke ziel het verbondene met een
hoogere wereld op te wekken, wat zij bv. in
de laatste zin van „Communisme en Moi^al”
als volgt omschrijft: Alle menschelijke
kracht ontaardt als ze niet voortdurend ge
reinigd wordt door de kracht van het
eeuwige.
Ze legt er de nadruk op van hoe groote
waarde het persoonlijke in de strijd is, in
verband waarmee spreker iwijst op haar
boek over Garibaldi, den Italiaanschen vrij
heidsheld.
Als dichteres heeft zij zich ook gewaagd
aan het schrijven van tooneelstukken, al is
ze geen dramaturg daar ze daarvoor van
een te impulsief karakter, en ook te lyrisch
is. Dat neemt echter niet weg dat ze too-
neelwerken van groote schoonheid geschre
ven heeft, Thomas More bijv.
Dan komt de tijd, waarin zij tracht aan
het socialistisch leven meerdere vorm te
geven door het schrijven van haar leekespe-
len. Nadat spr. ook hier even bij stil ge
staan heeft, geeft hij een opsomming van
de werken die sedert 1895, toen zij haar
eerste bundel sonnetten en verzen schreef,
van haar hand zijn verschenen, aan de hand
waarvan spreker iets toonen wil van de
groei van haar innerlijk leven, wat in haar
verzen tot uiting komt.
niet weg, dat in deze bundel verrassend
schoone gedeelten voorkomen. Spr. leest
hiervan voor het visioen, waarin zij het
groote feest der socialistische maatschappij
bezingt, maar, zegt spr., onwillekeurig komt
de vraag op of zij niet te veel verwacht van
die socialistische maatschappij, en de vraag
komt naar voren of het egoisme in de men-
J schen inderdaad onderdrukt kan worden en
o„.41
zij staat nimmer stil, ze gaat steeds verder voe[f ze zeif ook, maar dan wijst ze telkens
en zet haar ontdekkingstocht in het leven weer op groote kracht van de liefde, die
voort. Daardoor zijn haar verzen vaak ook wijding geeft aan ane arbeid.
i..i. „a „i Maar als dat zoo is, dan is er ook meer
noodig dan de machtsstrijd van de arbei-
ders-organisaties en de maatschappelijke
actie, waarmee de S.D.A.P. de maatschap
pelijke omstandigheden wil veranderen, zegt
spr. Dan is noodig een nieuwe mensch en
een psychische bereidheid om het socialisme
te brengen.
Dat komt zoo mooi tot uiting in haar
bundel „Verzonken Grenzen”. Daarin ziet
ze het nieuwe leven aan daarin gaat voor
haar de nieuwe wereld open. „Leven is
drang omhoog, ’t werken van God omhoog”,
aldus drukt ze het in een van haar verzen
uit.
Maar nog altijd is er in haar leven die
tweeheid van droom en daad; dat droomen
in de eenzaamheid, waarnaar haar hart
altijd getrokken wordt, maar daarnaast ook
weer de drang van de daad, zooals spr. met
gedeelten uit haar werk aantoont. En die
daad moet dan zijn de daad van de liefde,
want het wezen van alle dingen, zegt ze,
is de liefde; op haar moet het eeuwige rijk
worden gebouwd.
Dat heeft ze zelf ook ondervonden toen
de dood haar ontnam, wat haar zoo lief was
geweest: haar moeder. Maar in haar gedich
ten drukt ze ’t uit dat de dood niet het einde
is, en zelfs spreekt ze over de stralende
dood en de offerdood. En dan hebt ge hier
meteen de nieuwe moraal, die noodig is
voor de vernieuwing van de wereld. Hier
heeft ze gevonden de eenheid van droom en
daad, daar waar haar ziel het geheele leven
om geworsteld heeft: de eenheid van droom
en daad in het offer! Daarin wordt droom
en daad tot één herboren!
En dat is eigenlijk toch ook geen nieuwe
moraal, want het is de oude moraal van het
Christendom, waar ook Henriette Roland
Holst niet boven uitkomt. En eigenlijk is ze
hierdoor Christinne geworden, al noemt ze
dat zelf niet zoo.
De bundel „Vernieuwing” is haar dichter
lijke belijdenis van haar groei van het mar
xisme naar het religieus socialisme. Ze be
kent hierin dat ze gedwaald heeft toen ze
een marxistisch socialiste was. Wat zij wil,
hier wordt getuigd van het gemeenschaps
ideaal, de droom van het Godsrijk. Waar dat
verloren ging kwam zwakheid en onder
gang, wat ook zij begrepen heeft en uitge
beeld in haar spel „De Moeder”. Aan de
hand hiervan betoogt spreker dat Henriette
Roland Holst niet meer alleen de dichteres
is, maar ook de Profetes! Wat zich bewust
in haar voltrokken heeft is de groei door
een rationalistische wereld heen naar een
religieuse wereldbeschouwing. Maar nu ze
ouder geworden is komt telkens weer in haar
de worsteling tusschen droom en daad, wat
ze zoo treffend uitdrukt in haar laatste bun
del „Van tijd en eeuwigheid”.
Spr. leest hieruit eenige van hare schep
pingen voor, en betoogt tenslotte, alles sa
menvattende: ze is meer dan een dichteres,
ze is een profetes, waarin zich heel bewust
voltrekt de worsteling van de moderne
menschheid in deze moderne wereld. En als
zoodanig zal zij en haar werk haar blijvende
waarde hebben.
Aan ’t eind dankte Dr. de Vos ds. Bakker
voor zijn mooie lezing die onder groote stil
te werd aangehoord.
Dierendag.
De afdeeling Sneek der Ned. Ver. tot Be- 1
scherming van Dieren ontving gisteravond,
ter gelegenheid van Dierendag, haar leden
en geïntroduceerden in Aere Perennius.
De voorzitter de heer Lust heette daar
de aanwezigen welkom, betreurde de be- 1
trekkelijk geringe opkomst en vertrouwde
dat deze herdenking van de dierendag, op
de sterfdag van Franciscus van Assisie, die
grootste aller dierenvrienden, de belangstel
ling voor het dier in het algemeen zal ten
goede komen.
Spr. wenscht thans iets over Dierenbe
scherming te vertellen. Er zijn nog velen, die
van dierenbescherming niet het minste be
grip hebben, of smalend spreken over deze
zaak van hooge zedelijke waarde. Over
dreven sentimentaliteit of ziekelijke week
heid noemt men dierenbescherming ook wel,
waarbij men denkt aan oude juffrouwen
met kanariepietjes. Dat wij hier op aarde
jegens de dieren een plicht te vervullen heb
ben, beseffen velen niet en zelfs zij, die vol
eerbied zijn voor den Schepper van hemel
en aarde, schieten in liefde tegenover het
dier vaak te kort. Is dierenbescherming sen
timentaliteit en weekheid? Er bestaat in Ne
derland een bond van politie-ambtenaren tot
bescherming van dieren; door hun positie
kunnen politieambtenaren op dit gebied
vaak daadwerkelijk ingrijpen als het noodig
is. En zouden onze politie-ambtenaren wee-
kelingen zijn en zich overgeven aan verre
gaande sentimentaliteit? Neen, als zij be
gaan zijn met het lot van het dier, beseffen
zij dat er nog zooveel op dit gebied te doen
is. Elk mensch wenscht liefde te geven en te
ontvangen en is het verkeerd, als de mensch,
vaak teleurgesteld in zijn medemensch, enkel
zijn liefde geeft aan een dier? En wat zou
beter zijn: te veel zorg of in het geheel geen
zorg? Spr. prefereert nog altijd het eerste.
Anderen zeggen: „zoolang er door de
menschen nog zoo geleden wordt, kan ik mij
met de dieren niet bemoeien”. Dit is een
misverstand. Wie gevoelig is voor het leed
van anderen, is het zoowel voor het leed van
de mensch als van het dier. De mensch kan
zijn leed bekend maken en vindt overal nog
verdedigers, het lijdend dier is aan ons
overgeleverd en daarom hebben wij de plicht
ons zijn lot aan te trekken.
Dierenbescherming zegt dr. Miedema, is
een onderdeel van de praktijk der naasten
liefde. Een R.K. priester wijst in „Katholie
ken en Dierenbescherming” er op, dat de
meerderheid van de mensch het hem tot
eere-plicht maakt het dier met koninklijke
edelmoedigheid te behandelen.
In ieder mensch schuilt goed en kwaad;
zaak is het ’t goede te ontwikkelen en het
kwade te bedwingen, ook in het belang van
het dier. Vandaar dat bij de opvoeding zoo
veel kan worden gedaan voor deze zaak.
Wat een taak ligt hier voor de onderwijze
ressen en onderwijzers om de kinderen lief
de tot het dier bij te brengen. Verdient het
dier die liefde? Kunnen wij ons trouwer
vriend denken dan de hond; als menschen
u in de steek laten, blijft uw hond u trouw;
de meesterhand, vaak niet in staat de hond
voedsel te verschaffen, zal die hond nog
lekken en als de dood zijn meester opeischt,
blijft de hond hem nog aan de groeve trouw.
Het redelooze dier brengt inderdaad wel in
praktijk het „getrouw tot in de dood”. Moe
ten >vij menschen ons dan niet vaak scha
men, wij, die meenen zoover boven het dier
te staan?
Tegenover het nut der dieren stellen wij
voorts maar al te vaak ondankbaarheid in
de vorm van wreedheid en moordlust. We
denken hierbij aan de modegrillen, bv. dan
de hoedenveer; om de aigrettes worden de
moederreigers gedood juist in de tijd dat
de jongen de moederliefde noodig hebben.
En het bont? Het persianer krijgt men alleen
als men de lammeren der steppenschapen
ter wereld doet brengen kort voor de na
tuurlijke geboorte en ze dan direct vilt; moe
der en kind worden daarbij vermoord. Spr.
zou oneindig veel meer gruwelen kunnen
vertellen, doch men behoeft elke dag maar
rond te zien om te constateeren, dat het dier
nog lang niet krijgt waarop het recht heeft.
Daarom is de internationale Dierendag
ingesteld, waarvan de instelling alleen al
bewijst, dat hij noodig is.
Moge er eenmaal een tijd komen, dat hij
niet meer noodig is, omdat ieder mensch
zich bewust is van zijn plicht jegens de
naaste, of deze mensch of dier zit De weg
daarheen is lang, maar eenmaal’zal door
het duister het licht breken van de nieuwe
tijd ook voor het dier. In dat vertrouwen i
verrichten wij leden der afd. Sneek van de 1
Nederl. Ver. tot Besch. van Dieren onze i
taak. Die grootste aller dierenbeschermers
Franciscus van Assisie ging ons voor, hij i
wijdde zijn leven aan alle leven, zich niet
bekommerend om ’t oordeel van de mensch,
maar dienend God alleen. Moge zijn voor
beeld en boodschap steeds beter gevolgd en
begrepen worden.
Na deze opwekkende rede, welke warme -
toejuiching vond, volgde een pauze, gedu-
rende welke verschillende zaken werden
besproken, o. a. werd van bestuurszijde ge
adviseerd dieren, welke men wil doen af
maken, liever naar den veearts te brengen
dan naar het gashokje.
Na de pauze heeft de heer P. Henstra i
na een korte inleiding een filmpje van het
uitbroeden van het koekoeksei gegeven en
een filmpje over „Voorjaarsleven rond
Sneek”.
De heer Rutgers gaf een causerie en
lichtbeelden over tal van dieren: de steen
bok, gems, neushoorn, marmot, rendier ehz.,
waarbij hij gelegenheid had een en ander
mee te deelen over instinct, de strijd om het
bestaan in de natuur enz. Met groote aan
dacht volgden de aanwezigen hetgeen werd
gegeven.
De heer Lust heeft ten slotte de hh.
Henstra en Rutgers bedankt en allen opge
wekt „Dierenbescherming” moreel en finan
cieel te steunen.
Instituut voor Arbeiders-Ontwikkeling.
Donderdagavond hield ds. D. Bakker van
Drachten voor het I. v. A. O. in de kleine
zaal van de Harmonie een lezing over „Hen
riette Roland Holst als socialistisch dichte
res”.
Na een kort openingswoord van dr. H. de
Vos, die de niet talrijke aanwezigen en den
spreker verwelkomde, was het woord aan ds.
Bakker.
Als men het leven van een mensch wil be
kijken, kan men het op tweeërlei manieren
doen, aldus spr. In de eerste plaats door
een reeks getallen uit zijn leven op te noe
men, en dus een soort kroniek- te geven,
maar ook kan men het doen door te ver
tellen, hoe zoo’n mensch innerlijk is ge
groeid.
Bij Henr. Roland Holst zal spr. deze twee
combineeren, al is het in hoofdzaak om het
laatste begonnen.
Zij werd geboren in 1869 in Noordwijk-
Binnen en huwde in 1896 met den kunst
schilder Roland Holst. In 1893 publiceerde
ze haar gedichten in de Socialistische Gids
en een jaar later heeft ze zich met Gorter
aangesloten bij de S.D.A.P.
Want in die jaren was ze een overtuigd
socialiste, niet een salon-socialiste, neen, ze
trok er op uit, gaf cursussen, sprak op ver
gaderingen enz. Maar ze was niet alleen
socialiste, maar ook overtuigd marxiste. Nu
kan men er zich over verwonderen, dat zoo
iemand zich geheel verloor in een maat
schappelijk stelsel, maar het is toch heel
wel mogelijk. Van Dostojewski citeert spr.
de uitspraak: gij hebt niet de idee, maar de
idee heeft U, en dat is ook eenigszins op
haar van toepassing. Ze stond op de uiterste
linkervleugel van de S.D.A.P. en heeft in
1911 voor het lidmaatschap bedankt, waar
na zij zich aansloot bij de S.D.P., de tegen
woordige Communistische Partijs—
Ook hierin nam zij een werkzaam aandeel.
Ze schreef o. a. prachtige artikelen in de
Tribune, maar ook in deze partij is ze erg
teleurgesteld. Daarom heeft ze ook de C. P.
verlaten en thans is ze practisch partijloos.
Vele werken zijn van haar hand versche
nen. Kort na de oorlog verscheen haar be
kende werk „Revolutionnaire massa-actie”,
in welke studie een wijziging bezig is zich
te voltrekken. Deze voltrok zich geheel in
„Communisme en moraal”, waarin zij het
communisme loslaat, en uit laat komen dat
voor de komst van het socialisme psychische
bereidheid yan den enkeling van buitenge
wone beteekenis is, en niet minder de mo-
reele krachten een «rol zullen moeten spelen.
Na „Communisme en Moraal” schrijft ze
„De weg tot eenheid”, daar het steeds haar
ideaal is geweest eenheid onder de arbei
ders te brengen. Ze staat hierin sterk onder
de invloed van Hendrik de Man, die geheel
„met het Marxisme heeft gebroken, en in haar
boek laat ze dan ook duidelijk uitkomen,
dat ze geheel met het marxisme gebroken
heeft, en staat op het standpunt van het
religieuse socialisme.
Spr. toont aan dat het Marxisme onaf
scheidelijk met de 19e eeuwsche rationalis
tische maatschappijleer van oorzaak en ge-
volg is verbonden. Thans echter is met deze
leer gebroken en moet ook bij allerlei mo-
derne wetenschappen rekening worden ge
houden met doelstellende krachten. Uit het
tijdvak van verstoffelijking, van rationalis-1 schreden van de droom tot de daad, maar
gelieve men zich onmiddellijk tot ons buren
te wenden.
van de
Maandag
het Nut in
bal, van Irene Nemirowsky.
BIOSCOOPNIEUWS.
Amicitia-theater.
In deze tijd van techniek-aanbidding is het
vanzelfsprekend dat ook de filmindustrie zich
steeds gretiger werpt op dat terrein voor de
keuze harer onderwerpen. Dat zijn dan in
de regel technisch-fantastische onderwerpen,
zooals de Ufa in haar film „Goud” er een
koos. De atoom-splitsing, de bijna ondenk
baar geweldige krachten, welke daarvoor
noodig zijn, en dan inplaats van lood: goud,
welk dankbaarder onderwerp kan men het
filmpubliek voorzetten, en tot welk een vond
sten voor de regie kan zoo’n film aanleiding
geven: de geweldige electrische machinerie,
de geheimzinnige sfeer waarin het proces zich
voltrekt
Karl Hartl, de regisseur van „Goud”, heeft
van de mogelijkheden, welke zoo’n film biedt,
inderdaad partij getrokken, technisch is deze
film buitengewoon indrukwekkend. Maar de
filmliefhebber wil toch ook meer dan techniek,
hij wil wat menschelijkheid en wat liefde en
ook daarvan krijgt men in deze superfilm,
welke nu in het Amicitia-theater gaat, zijn
deel. Immers Hans Albers die de ingenieur
in dit stuk is, wiens chef, de eigenlijke ont
dekker van het goudprocedé, door zijn tegen
standers gedood wordt en die daarom die
tegenstanders met onderzeesch laboratorium
en al in de lucht laat vliegen, als zij s op het
aldus spr., is ’n humanistisch Christendom; punt staan volgens het gestolen procédé goud
te maken heeft de keus tusschen twee meisjes.
De eene is Brigitte Helm de ander Lien
Deijers en het is een vreugde deze speelsters
in rollen te zien, welke haar uitstekend liggen.
Een buitengewone filmHet Vaderland
schrijft er van een bijzonder boeiende film
van ongemeen technische prestatie, bij een
pijnlijk nauwkeurige verzorging en uitstekend
spel. Men ga vooral zien 1
GEVONDEN VOORWERPEN.
Aanwezig aan het bureau van politie,
Martinlplein, en aldaar te bevragen op alle
werkdagen tusschen ïl/2 en 12/2 uur, de-
navolgende voorwerpen als gevonden ge
deponeerd op 24’October: Rozen
krans Sleutel1.
Aanwezig en te bevragen bij de navol
gende ingezetenen, onderstaande voorwer
pen, als gevonden aangegeven op 24
October: Speldje, Th. Tuinstra, Kr.
Broederstr. 75; Parapluie, A. Koens,
R. Bockemakade 6; Spatlap, J. Faber,
Tulpstraat 6; Kindersandaaltje, S. Wa
genmakers, W. de Zwjjgerstr. 46; Rtf-
R.K. Leesbibliotheek St. Martinus.
Deze bibliotheek vangt Zondag a.s. weer
met de uitleening aan. Men zie de adv. in
dit nr.
in haar is steeds gebleven dat diepe zachte
verlangen naar die schoone bergtoppen van
voorheen, steeds weer een zoeken naar een
heid tusschen die beiden: tusschen droom
en daad!
Er komen oogenblikken voor waarin het
lijkt dat ze het ideaal los gelaten heeft, maar
in de donkerste oogenblikken breekt dat
ideaal steeds weer door, waarvoor zij als ’t
moet het offer van haar leed wil brengen.
Want zoo voelde ze het in die jaren, omdat
ze altijd gevoeld heeft dat in het lijden een
groot mysterie was verborgen; ze moet, al
dus toont spr. aan, door smart gelouterd
worden. En nu is ’t maar de vraag of zij,
smart gelouterd en smart gestaald, tot die
menschheid is teruggekeerd, een vraag die -
snr. na de nauze behandelt. I Met klachten over het niet geregeld ontvangen
gelieve men zich otmuddellijk tot ons bureau
te wenden.
Met nadruk zegt spr. „gegroeid”, want of zup{ een heilstaat mogelijk kan zijn. Dat
en zet haar ontdekkingstocht in het leven weer Op de groote kracht van de liefde, die
moelijk te verstaan, al schrijft ze in gewone
taal, in afwijking van cX Tachtigers, die er
een dichterlijke taal op na hielden.
De hoofdzaak is bij haar het rhythme, en
als men dat aanvoelt voelt men ook dat
haar gedichten biechten van haar ziel zijn.
Dat begint al met haar sonnetten en ver
zen. Dan is ze nog een heel jonge vrouw,
de mysticus, een gevoelsmensch, die met
dichte oogen de wereld aanschouwt. Dan is
de groote dichter Dante haar leidsman, wat
spr. door het voorlezen van een harer ge
dichten uit deze periode demonstreert.
Wat zij altijd heeft gehad en gehouden
is haar groote eerlijkheid; ,,’t is of haar ziel
in haar gedichten zoo bloot op haar hand
ligt”, zegt spr. met een variant op een ge
dicht van Guido Gezelle. Naast die eerlijk
heid komt ook heel sterk tot uiting haar
gemeenschapsgevoel. Hierin verschilt ze heel
sterk van de Tachtigers, die alleen voor
zich zelf om der wille van de kunst dichtten.
Zij wil geven wat zij zelf heeft ontvangen,
en wat zelf haar eigen blijde zin is. Een
derde trek, die ook typeerend voor haar is,
is dat ze reeds in haar eerste bundel zeer
bewust is, en daarin reeds schouwt ze als
diepste menschelijkheid: de liefde. En daar
bij dacht ze, zooals Lenin het uitdrukte,
„continent”, hare gedachten omspanden de
geheele menschheid, en daarom werd zij
socialiste.
In dat socialisme werd zij wedergeboren,
en dus is ’t niet toevallig, dat haar volgende
bundel „De Nieuwe Geboort” heette. Uit
voerig staat spr. bij haar bekeering stil, een
bekeering, die niet met schokken ging; haar
heele leven is een gang door de wereld om
de waarheid te ontdekken, waarvan het slot
van haar laatste bundel ook weer getuigt.
Steeds gaat ze verder om de waarheid te
ontdekken en dat doet ze met een geweldige
wilskracht, die uit haar heele wezen straalt.
Ze laat het oude telkens achter zonder al
te felle pijn, en ofschoon er tragische mo
menten in haar leven zijn, kan men niet
zeggen, dat haar leven een tragedie is.
In „Kentering der Tijden” drukt ze de
kentering van haar eigen ziel uit. Wat haar
socialisme betreft, verwacht ze de verlossing
van de wereld uit wat zij noemt „de bene
denlaag”, en nog sterker drukt ze haar so
cialistisch ideaal uit in de volgende bundel
„Op nieuwe wegen”, waarin ze als geloof
uitspreekt, dat de mensch voortleeft in de
menschheid.
Zoo is er in haar leven na den strijd iets
van de vrede gekomen.
Haar geheele leven had ke ingesjeld op
broederschap, maar ze werd teleurgesteld
in die kringen, waarin ze die broederschap
wilde beleven: in de Communistische Partij.
Ze wilde nl. niet transigeeren, ze wilde het
ideaal niet schenden en werd daarom uit
gedreven door de makkers. Ze trad uit de
Comm. Partij, maar heeft zich afgevraagd
of ze haar offer tevergeefs heeft gebracht;
ze dwaalt door het Avoud van de eenzaam
heid, en zoo heet haar volgende bundel „De
vrouw in het woud”, waarin ze telkens uit
klaagt de pijn van het alleen zijn. Maar één
ding in haar hart is onoverwinnelijk: de
liefde, en zoo komen telkens als een soort
tusschenspel de schoonste gedichten uit
haar leven naar voren. Ze was voortge-
■I
I
I
I
NIEUWE SNEEKER COURANT
annex SNEEKER COURANT (78e Jaargang)