annex SNEEKER COURANT (81e Jaargang)
Uit onze Raadzaal.
I
Ho. 47 Eerste Blad
Uitgave KIEZEBKINK Co.
Zaterdag 12 Maart 1938
54e Jaargang
Dit No. bestaat uit 3 bladen.
A
NIEUWSTIJDINGEN.
Aldus enz.
d.
ai
Aldus enz.
^11
V
B. en W. bieden de raad de volgende voorstellen aan:
No. 1.778.41.
Voorstel van Burgemeester en Wethouders
nopens het bezwaren van de onroerende be
zittingen van de Naamloze Vennootschap
„Zwembad Sneek” te Sneek met hypotheek
ten behoeve der gemeente.
No. X 07.351.11(43/72).
Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot aankoop van de percelen weiland, kadas
traal bekend gemeente Sneek, Sectie D, nos.
959, 107, 211, 210 en 205, gelegen aan de
Leeuwarderweg en tussen de Sneeker Oud-
vaart, de Houkesloot en het Jachthaven
kanaal.
No. X 07.351.12(27).
Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot verkoop van een stukje grond, gelegen
aan de 3e Woudstraat, alhier.
:b
m
it
,b
n
3
ui
Dl
,4
sri
b
b
SNEEK, 1 Maart 1938.
Aan de Gemeenteraad.
Op het uitbreidingsplan der gemeente is een verbinding
geprojecteerd van de Leeuwarderweg, in het verlengde
van de Jachthavenstraat, naar de over de Sneeker-Leeu-
wardertrekvaart te leggen brug, aansluiting gevende tot
de Kapelstraat. De grond, waarop de straat zal worden
aangelegd, maakt deel uit van het kadastrale perceel,
gemeente Sneek, Sectie D, no. 959, toebehorende aan de
familie Nijdam. In het uitbreidingsplan heeft dit perceel
de bestemming gekregen van bouwterrein. In het belang
van een goede en regelmatige uitvoering van het uitbrei
dingsplan achten wij het gewenst, dat de gemeente de
beschikking krijgt over het bovenaangeduid perceel, dat
langzamerhand te midden van de bebouwde kom is komen
te liggen. De eerste daartoe aangewende pogingen, welke
geen gunstig resultaat hebben opgeleverd, dateren reeds
van 1928. In 1934 zijn weer onderhandelingen met de
eigenaren gevoerd, welke echter zijn afgestuit op het
tussen de eigenaren en ons bestaande verschil over de
waardering van het onderhavige terrein. In de loop van
het vorige jaar hebben wij ons nogmaals in verbinding
gesteld met den vertegenwoordiger van de familie Nijdam.
Het resultaat daarvan is geweest, dat de eigenaren zich
bereid hebben verklaard het perceel, dat een oppervlakte
heeit van 1.59.20 H.A., aan de gemeente te verkopen voor
de som van ƒ30.000.Per m2. berekend bedraagt de
rijs dan 1.88. Deze prijs is wel zeer hoog. Na ernstig
beraad waren wij Aanvankelijk dan ook geneigd het bod
van de hand te wijzen. De volgende factor is ten slotte
voor ons aanleiding geweest op deze zienswijze terug te
komen. In de gevoerde onderhandelingen zijn ook betrok
ken een viertal eveneens aan de familie Nijdam toebeho
rende percelen weiland, gelegen tussen de Sneker Oudvaart,
de Houkesloot en het Jachthavenkanaal, kadastraal bekend
Sectie D, nos. 107, 211, 115 en 210, respectievelijk groot
1.05.70 H.A., 1.60.20 H.A., 2.51.30 H.A. en 1.63.10 H.A. of
te zamen 6.80.30 H.A. 18’/2 X 36% are). Ook deze
percelen liggen in het uitbreidingsplan der gemeente en
zijn op den duur bestemd voor straataanleg en bouwter
rein. Wel ligt het niet in de bedoeling onmiddellijk tot
uitvoering van het uitbreidingsplan in dit stadsdeel over
te gaan, maar toch achten wij nu reeds de tijd gekomen
de gronden, welke t.z.t. voor uitvoering noodig zullen zijn,
aan te kopen. Opgemerkt zij, dat alle andere door de
genoemde kanalen omsloten percelen, reeds in eigendom
aan de gemeente toebehoren.
Wordt met de aankoop gewacht totdat ten behoeve van de
stadsuitbreiding aan de overzijde van de Oudvaart, wer
ken zijn uitgevoerd, dan zal de waarde van de onderhavige
grond inmiddels belangrijk zijn gestegen. Daarom verdient
het aanbeveling de zich nu voordoende gelegenheid om de
grond voor een redelijke prijs in handen te krijgen, aan
te grijpen. De eigenaren zijn bereid gevonden, de hier
boven nader aangeduide vijf percelen, gelegen aan de
Leeuwarderweg en nabij de Sneeker Oudvaart, in eigen-gemeente Sneek, Sectie C, no. 3050, op de bij dit besluit
behorende tekening, gemerkt B, met een gele kleur aan
geduid, groot ongeveer 28 M2., voor de prijs van 4.
per M2. en verder onder nader door Burgemeester en
Wethouders met den koper overeen te komen voorwaar
den.
SNEEK, 8 Maart 1938.
Aan de Gemeenteraad.
Sedert jaren wordt door de gemeente verhuurd aan
vankelijk aan den heer J. Kuperus en na het overlijden
van dezen aan zijn weduwe, wonende Woudvaartkade
no. 26, alhier, een doodlopend stukje grond,- groot onge
veer 57 M2., gelegen achter bedoelde woning en de erven
der beide naastliggers en uitkomende op de 3e Woud
straat.
Een onlangs ingekomen verzoek van genoemde huurster
om de huur, welke ƒ5.’s jaars -bedraagt, te verlagen,
is voor den Directeur der .Gemeentewerken aanleiding
geweest tot het voeren van onderhandelingen met de eige
naars der aanliggende erven, teneinde vermeld stukje
grond, dat voor de gemeente van geen of zeer onder
geschikt belang is, te verkopen.
Het resultaat hiervan is geweest, dat de heer J. de Vries,
caféhouder, alhier, eigenaar van het pand Woudvaart
kade no. 24, bereid is een gedeelte van het betreffende
stukje, groot pl.m. 28 M2., in eigendom van de gemeente
over te nemen voor de prijs van ƒ4.per M2. en dat de
Weduwe Kuperus genegen is eveneens tegen genoemde
prijs een gedeelte ter oppervlakte van ongeveer 29 M2.
bij haar erf te voegen.
Daar de geboden prijs o. i. behoorlijk ts te noemen en
de gemeente bij het onderhavige perceeltje grond weinig
of geen belang heeft, stellen wij U voor tot de verkoop te
besluiten.
Wij verzoeken U het volgende besluit te nemen:
De Raad der gemeente Sneek;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders
van 8 Maart 1938, no. X 07.351.12(27);
BESLUIT:
behoudens goedkeuring van de Gedeputeerde Staten:
I. te verkopen aan Tietje Twijnstra, weduwe van Jouke
Kuperus, zonder beroep, wonende te Sneek, een gedeelte
van het perceel kadastraal bekend gemeente Sneek,
Sectie C, no. 3050, op de bij dit besluit behorende teke
ning gemerkt A, met een gele kleur aangeduid, groot
SNEEK, 1 Maart 1938.
Aan de Gemeenteraad.
Volgens het bepaalde onder IV, ten vierde en V, ten
vijfde, van Uw besluit van 7 Februari 1938, no. 3, tot het
verlenen van financiële medewerking aan de stichting van
een zweminrichting alhier, kan de gemeenteraad verlangen
dat, tot meerdere zekerheid van de voldoening van hetgeen
de gemeente van de N.V. „Zwembad Sneek” te Sneek
heeft te vorderen ter zake van het uit de gemeentekas te
lenen bedrag van 1200.ten behoeve van de uitvoering
van de bovenbouw van de zweminrichting in steen en
eventueel zal krijgen te vorderen ter zake van de jaar
lijkse bijdrage in de exploitatiekosten dier inrichting, de
onroerende bezittingen dier naamloze vennootschap ten
behoeve der gemeente met hypotheek worden bezwaard.
Wij stellen U voor van de toegekende bevoegdheid ge
bruik te maken en daartoe te nemen het hieronder in
ontwerp opgenomen besluit.
Ook de vorderingen, welke de gemeente op de N.V. kan
krijgen wegens het garanderen van rente en aflossing van
een door haar aan te gane geldlening en wegens de door
de gemeente te verstrekken geldlening van ten hoogste
20.000.(zie het bepaalde onder 111 en VI van boven
aangehaald raadsbesluit) zullen door hypotheek worden
gedekt.
De Raad der gemeente Sneek;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders
van 1 Maart 1938, no. 1.778.41;
BESLUIT:
op grond van het bepaalde onder IV, 4o en V, 5o, van
het raadsbesluit tot het verlenen van financiële medewer
king aan het oprichten van een zweminrichting te Sneek
van 7 Februari 1938, no. 3, goedgekeurd door de Gedepu
teerde Staten van Friesland op 16 Februari 1938, onder
no. 140, te verlangen dat het recht van opstal op de grond,
bedoeld onder I van het aangehaald raadsbesluit en de
daarop te stichten gebouwen ten behoeve der gemeente
met hypotheek worden bezwaard, tot meerdere zekerheid
van de voldoening van hetgeen de gemeente van de naam
loze vennootschap heeft te vorderen ter zake van het uit
le gemeentekas te lenen bedrag van ten hoogste 1200.
en van de uit de gemeentekas als renteloze voorschotten
te verstrekken jaarlijkse bijdragen in de exploitatiekosten
Veil de te stichten zweminrichting.
Aldus enz.
9500.—
- 2500.—
12000.—
No. X 07.351.32(66).
Voorstel van Burgemeester en Wethouders
nopens onttrekking aan de huur van een
gedeelte van het aan J. Kuipers, alhier, ver
huurde open terrein, gelegen aan het einde
van de Jachthavenstraat, kad. bekend ge
meente Sneek, Sectie D, no. 880.
krachtig aan te
Napoleon en I
mogen worden. Toen dan ook het ziekte
proces, vlak na het begin van de Neder-
Landsche onafhankelijkheid, tot het verle
den behoorde, verschenen de verschillende
droo-gmakings-plannen voor de Zuiderzee.
Kloppenburg en Fadegon publiceerden
een plan öot indijking en droogmaking tot
vergroeiing van de kracht van scheep
vaart, landbouw en handel. Ook zij wilden
de droogmaking door particulieren doen
geschieden, evenals dat in het latere plan
van van Diggelen het ge.val was.
De landbouw begon zich in die tijd sterk
te ontwikkelen terwijl het opkojpende li
beralisme, zooals dat met elke nieuwe po
litieke richting het geval is, sterk op de
fantasie werkte. Het verkeer rukte de
landbouw uit Zijn isolement en deed de
behoefte aan cultuurgrond grooter wor
den dan ooit.
De Maatschappij voor Grondcrediet, die
in 1866 een onderzoek instelde kwam ech
ter tot de conclusie, dat de droogmaking
financieel en economisch niet moge, ijk
was.
Beyerink ontwierp in die tijd een af
sluitdijk van lonkhuizen over Urk naar
de IJselmond. In i860 werd hiervoor con
cessie aangevraagd, zoo dat ook hier van
een particuliere onderneming sprake ge
weest zou zijn; de concessie werd echter
niet verleend, want het departement van
waterstaat was van oordeel dat de nood
zakelijke winsten bij de uitvoering niet ge
maakt zouden kunnen worden.
In 1870 werd een nieuwe maatschappij
opgqxicht, die zich speciaal bezig hield met
het zuidelijk deel van de Zuiderzee. Het
rapport van de staatscommissie hierom
trent luidde gunstig.
Het was het ministerie van Heemskerk
dat voor het eerst van de droogmaking
een regeeringszaak maakte door een des
betreffend wetsontwerp in te dienen, dat
echter door een volgend ministerie weer
werd ingetrokken.
Het Friesche Kamerlid A. Burna dien
de in 1882 een wetsontwerp en een motie
in met betrekking tot deze kwestie en
richtte tevens de Zuiderzee-vereeniging op.
Er werd bovendien een technisch bureau
ingesteld met aan ’t hoofd ir. Lely, van
wiens hand van 1887—1891 een achttal
nota’s kwam, waaruit ten slotte het plan in
zijn tegenwoordige vorm is gegroeid. Ook
de afsluitdijk heeft ir. Lely ten naaste bij
ontworpen.
In 1892 volgde een staatscommissie om
het pian-Lely nader te onderzoeken. In
1894 verscheen het gunstig luidend rap
port. In 1901 en 1907 verschenen wets
ontwerpen, die later weer werden ingetrok
ken. In 1916 werd ir. Lely opnieuw mi
nister van Waterstaat, terwijl in 1918 de
No. 1.811.111.2(35).
Voorstel van Burgemeester en Wethouders
nopens doortrekking en verbetering van de
weg naar het paviljoen aan het Sneeker meer.
SNEEK, 8 Maart 1938.
Aan de Gemeenteraad.
Bij Uw besluit van 3 Mei 1937, no. 14, werd besloten
tot aanleg in werkvérschaffing van een weg van de
Groenedijk naar het paviljoen aan het Sneeker meer. De
voor die aanleg benodigde grond werd toen tevens aan
gekocht.
Zoals blijkt uit ons voorstel, dat tot het nemen van
vorenbedoeld besluit heeft geleid, lag het in de bedoeling
het weggedeelte ter lengte van 1050 M., dat de laatste
schakel zal vormen van de verbinding tussen de weg
OffingawierGoënga en het paviljoen, te verharden met
straatpuin. De verharding zou een breedte krijgen van
3.50 Meter, terwijl ter weerszijden een strook van 1 Meter
onverhard zou blijven. De weg, geheel door „bütlan”
lopende, zou volgens het opgemaakte plan worden opge
hoogd tot 80 a 90 c.M. boven Fries Zomerpeil. De daar
voor benodigde 6500 M3. zand kan in de nabijheid van het
uit te voeren werk worden gevonden. Daartoe werd in
Uw vergadering van 28 Juni 1937, no. 6, besloten tot
aankoop van een perceel land van den heer H. de Boer.
Ook de ophoging van e'en terrein ter grootte van pl.m.
500 M2. bij het paviljoen, dat is gedacht als parkeer
gelegenheid voor auto’s, was in het plan begrepen.
De kosten, zonder de koopsom van de grond, waarop
de weg zal worden aangelegd, zijn in ons voorstel van 2 A
April 1937 (bijlage no. 32) als volgt begroot:
werklonen en daarmede gelijk te stellen
kosten
andere kosten van uitvoering
Samen
In de uit te betalen lonen kon een bijdrage
uit het Werkloosheidssubsidiefonds worden
verwacht van 68.7 van ƒ9500.of rond
Ten laste der gemeente zou mitsdien blijven 5500.
SNEEK, 8 Maart 1938.
Aan de Gemeenteraad.
Bij raadsbesluit van 24 Februari 1936, no. 4, goedge
keurd door de Gedeputeerde Staten bij besluit van 11
Maart d.a.v., no. 11, werd aan ons o. m. machtiging ver
leend de gebouwen met open terrein, staande en gelegen
aan het einde van de Jachthavenstraat, kadastraal bekend
gemeente Sneek, Sectie D, no. 880 te verhuren voor een
prijs van ƒ260.per jaar.
Gebruik makende van deze machtiging hebben wij be
doelde gebouwen etc. tot wederopzegging verhuurd aan
J. Kuipers, scheepsbouwer, alhier.
De Directeur der Gemeentewerken heeft er onze aan
dacht op gevestigd, dat een gedeelte van vorenbedoeld
terrein zeer geschikt is als opslagplaats voor materialen
van gemeentewerken, zoals zand, straatpuin, enz. en dat
dit gedeelte momenteel reeds, na met den huurder gepleegd
overleg, door gemeentewerken voor dit doel wordt ge
bruikt. Hij acht het gewenst het betreffende gedeelte, dat
ongeveer 600 M2. groot is, aan de huur te onttrekken en
het als opslagplaats ter beschikking van de dienst der
gemeentewerken te stellen, zoolang het geen andere be
stemming krijgt. De heer Kuipers heeft hiertegen geen
bezwaar, mits de huur, welke ƒ260.per jaar bedraagt,
met ƒ52.wordt verminderd.
Wij kunnen ons met het voorstel van den Directeur wel
verenigen, terwijl ook de gevraagde huurverlaging ons
billijk voorkomt.
Ten einde bevoegd te zijn bedoeld terreintje aan de
huur te onttrekken, verzoeken wij U het in de aanhef ver
meld besluit in te trekken en ons te machtigen vorenaan-
geduide gebouwen met open terrein te verhuren voor een
prijs van ƒ208.per jaar en het houten gebouwtje,
staande op het ten behoeve van de dienst der gemeente
werken in gebruik te nemen gedeelte, voor de som van
ƒ25.per jaar.
Wij stellen U voor het volgende besluit te riemen:
De Raad der gemeente Sneek;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders
van 8 Maart 1938, no. X 07.351.32(66);
BESLUIT:
I. in te trekken het raadsbesluit van 24 Februari 1936,
no. 4;
II. behoudens goedkeuring van de Gedeputeerde Staten
Burgemeester en Wethouders te machtigen:
1. de gebouwen met open terrein, staande en gelegen
aan het einde van de Jachthavenstraat, kadastraal bekend
gemeente Sneek, Sectie D, no. 880, te verhuren voor een
prijs van ƒ208.per jaar;
2. het op genoemd kadastraal perceel staand houten
gebouwtje c. a. te verhuren voor een prijs van ƒ25.per
jaar;
een en ander volgens nader door Burgemeester en Wet
houders te stellen voorwaarden en bepalingen.
Aldus enz.
I. v. A. O.
Voor het Instituut voor Arbeiders Ont
wikkeling sprak gisteravond in het Ge
rechtsgebouw dr. E. v. Hinte te Harlin
gen over de demping der Zuiderzee.
De voorz. de heer Jonker sprak het
openingswoord en verleende het woord
aan den spreker.
Spr. begint met het ge. ven van een over
zicht van de historie van deze droogjrpa-
•king.
De Nederlander heeft zijn land door de
eeuwen heen zelf moeten winnen; zonder
zijn landaanwinning zou ons land nimmer
iets beteekend hebbenniet Nederland,
doch de Nederlander is geschapen, zooals
een Fransch spreekwoord zegt. Ons land
heeft dan ook steeds tot de landen be
hoord, die zonder veroveringen hun grond
gebied konden vergrooten.
Voor wegenaanleg en stedenbouw is
jaarlijksch een oppervlak van 2000 H.A.
noodig; in 10 jaar tijds beteekent dit een
oppervlak als van de Wieringeymeer.
Nu vooral acht spr. landaanwinning van
belang, ook om de productieve kracht van
ons land te vergrooten. Toch zijn er te
genstanders en zij baseeren hun standpunt
op de geringe landopbrengst. Spr. noemt
dit typisch on-Nederlandsch; immers een
groot deel van ons land is op het water
ge/wonnen. Men zal het dan ook over jaren
als de natuurlijkste zaak beschouwen, dat
de Zuiderzee droog is en misschien zal
men dan ook ernst gaan maken met het
droogmaken van de Waddenzee, een streek
die vroeger ook droog en bewoond moet
zijn geweest.
Spreker noemt dan eenige plassen in
Noordholland, die in de 17e eeuw werden
drooggelegd, n.l. de Beemster (1632), de
Wormer (1642), de Purmer (1626) en de
Schermer (1Ó32). Deze landaanwinningen
geschiedden door particulieren, men zocht
een belegging voor de rijkdommen van de
gouden eeuw; vooral Amsterdamsche re
genten staken hun geld in deze oqderne-
mingeji.
In die tijd heeft men ook al plannen ge
maakt tot droogmaking van de Zuiderzee
floor particulieren. In dit verband kan Si
mon Stevin genoemd worden.
Leeghwater van de Rijp gaf in 1672
zijn bekend Haarlemmermeerboekje uit,
waarin hij op droogmaking van dit meer
aandrong.
Echter dat alles bleef toen nog fantasie;
in 't begin van de 19e eeuw begon jnetn
pakken, in welk verband
Lodewijk Napoleon genoemd
ongeveer 29 M2., voor de prijs van 4.per M2. en verder
onder nader door Burgemeester en Wethouders met de
koopster overeen te komen voorwaarden;
II. te verkopen aan Jakob de Vries, caféhouder, te
Sneek, een gedeelte van het perceel, kadastraal bekend
dom aan de gemeente over te dragen voor ƒ50.000.in
totaal, met dien verstande, dat de koopsom voor het land
aan de Leeuwarderweg wordt gesteld op ƒ30.000.en
voor de vier andere percelen op ƒ5000.per perceel of
20.000.— in totaal.
Deze door de verkopers gewenste verdeling van de
totale koopsom, waartegen bij ons overigens geen bezwaar
bestaat, wijkt eenigszins af van onze waardering van de
waarde van de in de transactie te betrekken gronden. In
onze gedachtengang, welke ons ten slotte heeft geleid tot
het doen van dit voorstel, hebben wij de waarde van de
van de aan de overzijde Van de Sneeker Oudvaart gelegen
landerijen, mede gelet op het doel waarvoor de gemeente
tot aankoop overgaat, gesteld op 1350.per 36% are
of in totaal, berekend naar 18.5 pondemaat, op ƒ24975.
36J/2 cent per M2.). De koopsom voor het perceel land
aan de Leeuwarderweg, groot 1.59.20 H.A., bedraagt dan
ƒ25.025.— of per M2. ƒ1.57.
Hoewel o. i. nog aan de hoge kant, is deze prijs voor
de gemeente te aanvaarden, daar een op de gebruikelijke
manier opgezette exploitatierekening heeft aangetoond,
dat bij deze inbrengwaarde van de grond nog een exploi
tatie mogelijk is, wélke bij een enigszins vlotte bebouwing
geen financiële risico’s voor de gemeente in zich bergt.
Aangezien wij van het voeren van een onteigenings
procedure, welke niet onbelangrijke kosten zal mede
brengen, geen gunstige resultaten voor de gemeente ver
wachten, stellen wij U, onder overlegging van de op deze
aangelegenheid betrekking hebbende stukken voor, het
volgend besluit te nemen:
De Raad der gemeente Sneek;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders
van 1 Maart 1938, no. X 07.351.11(43/72);
BESLUIT:
behoudens goedkeuring van de Gedeputeerde Staten aan
te kopen van Mevrouw Johanna Maria Schilte, weduwe
van Assuerus Henricus Nijdam, zonder beroep te ’s Gra-
venhage en consorten:
lo. het perceel weiland, kadastraal bekend gemeente
Sneek, Sectie D, no. 959, gelegen aan de Leeuwarderweg,
groot 1.59.20 H.A. voor de som van dertig duizend gulden
30.000.—)
2o. de percelen weiland, kadastraal bekend gemeente
Sneek, Sectie D, nos. 115, 107, 210 en 211, gelegen tussen
de Sneeker Oudvaart, de Houkesloot en het Jachthaven
kanaal, respectievelijk groot 2.51.30 H.A., 1.05.70 H.A.,
1.63.10 HA. en 1.60.20 H.A., voor de som van ƒ5000.
per perceel of in totaal voor twintig duizend gulden
(ƒ20.000.onder de volgende voorwaarden:
a. de aanvaarding van het gekochte zal geschieden op
de dag van de ondertekening der akte van overdracht;
b. de betaling van de koopsommen vindt op die dag
plaats;
c. de huurpenningen van de aanvang van het lopende
huurjaar tot de dag van aanvaarding komen ten goede
aan verkopers;
de lasten op het gekochte rustende komen van de
dag van aanvaarding af ten laste van de gemeente;
e. de kosten, op de overeenkomst van koop en verkoop
vallende en die van de levering van het goed, komen voor
rekening van de gemeente,
en verder onder de bedingen als door burgemeester en
wethouders met de verkopers zullen worden overeengeko
men.
1-
1 I
NIEUWE SNEEKER COURANT
J
o
in
it
6500.—
i
z
si
id
>b
Is
«iy.
on-i
- j