DE FÜHRER SPREEKT
df*«
IIW1
SNEEKER EDITIE
XIELWSBLAO VOO» HET WJESTEM VAM F»I ES I, AJT»
bij de opening Winterhulp werk 1942—’43
Ie Jaargang.
No. 5.
Vrijdag 2 October 1942
1RT12 SI112 R
ik zou
«t
zeten.
Dat wij hem uit den Balkan hebben gewor
pen, dat wij Griekenland hebben veroverd en
Kreta bezet, ,dat zij in Noord-Afrika verdreven
zijn, dat alles is niets. Maar als er ergens een
paar man landen om een eenzamen voorpost te
overrompelen, dan zijn dat daden, dat zijn
prestaties.
Hulde aan weermacht.
Hitler'herdacht vervolgens degenen, aan wie
de successen van wereldhistorische beteekenis
gedurende de laatste maanden te danken zij'n.
Hij bracht in herinnering hoeveel menschelijk
heldendom maar ook menschelijke smart en leed
achter de laconieke, korte mededeelingen der
weermachtsberichten is verborgen. Als men zich
de prestaties voor dén geest stelt, die achter
de korte mededeelingen omtrent ridderkruisen
e.d. staan, moet men erkennen, dat bij alles wat
het vaderland rrioge doen, dit zijn soldaten nooit
genoeg kan danken.
Dat geldt niet alleen voor onze soldaten, maar
ook voor die der met ons verbonden volken.
Daartrij valt te vermelden, dat de Duitsche
weermacht bij haar optreden niet handelt als
bijvoorbeeld de Engelschen, dat wij niet anderen
steeds sturen naar de plaatsen waar het bij
zonder gevaarlijk is, maar dat wij het onzen
vanzelfsprekenden plicht, dat wij het onze eer
achten, onzen bloedigen last behoorlijk ruim ge
meten zelf te dragen.
Wij strijden met onze geallieerden als vol
strekt trouwe bondgenooten van eer. Wij ach
ten dit evenwel noodzakelijk, want slechts uit
dezen misschien moeilijksten strijd uit onze ge
schiedenis zal ten slotte datgene ontstaan, wat
ons, nationaal-socialisten uit den eersten wereld
oorlog, steeds voor oogen stond,-namelijk dit
groote rijk van een in leed en vreugd nauw
verbonden volksgemeenschap. Want een licht
zijde heeft deze oorlog eerst recht, nl. de groote
kameraadschap. Alle Duitsche stammen dragen
hun deel. De stichting van het Groot-Duitsche
Combinatie van:
SNEEKER NIEUWSBLAD
(Drijfhout’s Nieuwsblad en
Nieuwe Sneeker Courant) en
DE JONG’s NIEUWSBLAD, Bolsward
(Verschijnt eiken Vrijdagavond.
Leesgeld f 0.75 per kwartaal bij
.vooruitbetaling. Losse nummers 10 ct,
Hoofdredacteur:. L. Kiezebrink, Sneek.
Plaatsverv. hoofdred.C. Smit, Sneek,
Het groote offensief.
Daarop volgde toen het begin van ons eigen
groote offensief. Het doel was in de eerste
plaats den tegenstander de laatste gtoote tarwe-
gebieden te ontnemen, in de tweede plaats hem
de laatste rest der steenkolen te ontnemen,
waarvan cokes gemaakt kan .worden, in de
Tegen het bolsjewisme.
Duitschland en Italië, evenals Spanje en een
geheele -reeks andere Europeesche vonten, Roe-
mgnië, enz., hebben met net bolsjewistische
probleem aigerekend. Ut de overige wereld
daarmee eveneens zal atrekenen, zaï eerst uit
dezen oonog blijken. Maar uat deze overige
wereld het niet niet ons klaarspeelt, daarvan kan
zij overtuigd zijn. Ais wij al onze oonugenooten
en degenen, die aan onze zijde strijden, Roe
menen. en Hongaren, kromten en Siovaken en
vooral -in het Noorden de binnen en voorts de
bpanjaaraen enz., als wij hen allen bijeen ne
men, Kunnen wij wentënjK zeggen: het is thans
reeds een kruistocht van Europa.
Uaaroij komen, ue uermaansche vrijwilligers
van onze Vv'atien-b.S. en- éigen legioenen van
aizonuenijke Europëesche stagen. net werkelijke
Europa, uat Z.cn nier heen vereenigd, evenals
eens tn ouue tijden tegenover de Hunnen ol de
aanstormende Mongolen.
En nu is, nauat ik de laatste maal tot u sprak,
japan eveneens tot dezen oonog toëgetreden.
Het is tnans een wereiuomvaiienu bonugenoot-
senap, met alleen van ue haveiuozen, maar van
aiie volKen, uie stnjuen voor eer en fatsoen en
uie besloten zijn ue laagnartigste coalities, die
ue wereiu oo.t heelt gezien, uit den weg te
ruimen.
ue riihrer behandelde nogmaals de bewerin
gen van oen tegenstander over de Duitsche
uUiKbooisuccessen. unze tegenstanders, zoo zei
hij, verKlaren: Vvij hebben ontzaglijke aiweer-
imudeien. Vvij heooen nieuwe memoden, waar
mee wij het gevaar aan banden zuilen leggen,
ik kan uiaar een uing zeggen: de Duitsche geest
rust ook niet.
Wij heooen om’te beginnen met onze duik-
booten aile prestaties van den tegenstander
verre overtroffen.
Uat zal ook niet anders worden. Dok bij ons
woruen onaigeuroken, niet alleen wapens ver
vaardigd, rnaar vooral nieuwe wapens gefabri
ceerd. i ot uusvei zijn wij thans elk jaar met
een nieuw wapen voor den dag gekomen, waar
tegen ue vijand njet was opgewassen. Dat zal
ook in ue toekomst zoo blijven.
De Führer herinnerde in zijn rede in de eerste
plaats aan het feit, dat het een jaar geleden
Was, dat hij voor het laatst op deze plaats voor
het Duitscne volk kon spreken. In dien tijd
heeft hij zich meer met handelen en daden moe
ten bezighouden. Wat thans uitgesproken moet
woiden, wordt bovenefien door onze soldaten
gezegu. t
Ik acht het niet juist, zoo verklaarde hij, mij
reeus tnans bezig te houden met de gedaante
van datgene, wat eens zal zijn, maar ik acht
het beter, dat wij ons bezighouden met datgene,
wat de tijd momenteel van ons verlangt.
Een atlantic charter aan elkaar te lijmen is
natuurlijk zeer eenvoudig. Deze onzin zal overi
gens ook slechts weinige jaren van kracht zijn
eh dóór de harde feiten eenvoudig ter zijde ge
schoven worden. Ook om een andere reden is
het voor onze tegenstanders gemakkelijk te
praten, want zij hebben nu na Jarenlange ver-
geetsche moeite plotseling ons partijprogram
ontdekt en wij zien met verbazing, dat zij de
wereld voor de toekomst ongeveer dat beloven,
wat wij ons Duitsche volk reeds hebben gege
ven en waarvoor ons ten slotte door de anderen
deze oorlog jp aangedaan*.
Het is wel erg geestig, aldus merkte de
Führer ironisch op, wanneer b.v. een president
zegt: wij willen, dat voortaan iedereen het recht
heeft geen gebrek meer te lijden of iets derge-
lijks. Daarop kan men slechts zeggen, dat het
waarschijnlijk veel eenvoudiger zou zijn ge
weest, wanneer deze president, in plaats van
jn een oorlog te duiken/de gfiieele'werkkracht
.van zijn land had gebruikt om tot nuttige pro
ductie te komen en vooral om voor zijn eigen
volk te zorgen, zoodat niet in een. gebied, dat
per vierkanten kilometer slechts tien menschen
heeft te herbergen, gebrek en ellen'de heerscheh
en uerti^n millioen menschen werkloos moeten
Zijn.
wanneer deze heeren thans een hooge borst
opzetten en plotseling tegenover de wereld als
redder optreden en verklareA:wij zullen er
voortaan voor zorgen, dat de nood van het ver
leden met terugkeert, dan zég ik, dat deze
bezitters van wereldrijken daarvoor reeds lang
vóór ons in hun eigen landen hadden kunnen
zorgen.
Wanneer ik daarbij .hoor, dat iemand nu zegt
ik geloof, dat het de heer Eden is, maar men
weet nu eenmaal niet welke nul daar aan den
overkant aan het praten is dat zij werkelijk
gelooven aan datgene, wat zij voorgeven te ge-
looven, dan hadden zij dit geloof vroeger kun
nen belijden. Wij hebben in ieder geval niet al
leen iets geloofo, maar óok gedaan wat wij ge
loofden.
En thans gelooven wij, dat wij de vijanden
tot de definitieve overwinning moeten verslaan.
Dat gelooven we en moeten we ook doen. Na
tuurlijk kunnen wij met deze lieden over het
begrip geloof in het geheel niet debtttteeren.
,Wie bijvoorbeeld gelooft, dat Namsos een over
winning was of Andalsnes, of wie zelfs gelooft,
dat Duinkerken de grootste overwinning der
wereldgeschiedenis was, of dat mijnentwege
een expeditie, die negen uur duurt, een verwon
derlijke, bemoedigende uiting van een zegevie
rende natie was, met hem. kunnen wij ons niet
onze bescheiden successen natuinlijk niet ver
gelijken.
Want wat zijn onze ovërwinningerudaartegen-
;over eigenlijk? Als wij bijvoorbeeld de laatste
maanden tot den Don konden doordringen,
stroomafwaarts deze rivier volgend ten slotte
de Wolga bereiken, Stalingrad bestormen en het
ook zullen nemen waarop zij zich kunnen
Verlaten dan is dat in het geheel niets.
Als wij doordringen tot den Kaukasus, dan is
ook dat niets. Als wij de Oekraïne bezetten, als
Wij de Donetzkolen in bezit nemen, dan is dat
alles niets. Als wij 65 of 70 van het Russische
•ijzer krijgen, dan is dat volstrekt niets. Ais wij
het grootste graangebied ter wereld practisch
ontginnen voor het Duitsche volk en daarmee
.voor Europa, dan is 'dat in het geheel niets. Als-
.wij ons van de oliebronnen verzekeren, is dat
ook niets.
Dat alles is niets, maar als Canadeesche voor
hoeden met een klein Engelsch. staartje als
aanhangsel naar Dieppe komen en zich daar
moeizaam negen uur vermogen te handhaven
.om daarop definitief te worden vernietigd, dan
is dat een bemoedigend, wonderbaarlijk blijk
van de onuitputtelijke, zegevierende kracht, dié
ibet Britsche imperium eigen is.
Reeds in 1939 waren wij niets, want destijds
blies Churchill zich reeds op en zeide: Ik kan
de heuglijke mededeeling doen, dat het duik-
bootengevaar als definitief afgewend kan wor
den beschouwd. Wij hebben meer duikbooten
vernietigd dan de Duitschers ooit hebügjj fee-
DOEL VAN DUITSCHE OFFENSIEF EN BEREIKTE RESULTATEN IN HET OOSTEN.
BRITSCHE BOMBARDEMENTEN ZULLEN VERGOLDEN WORDEN.
BERLIJN, 30 Sept. (D.N.B.). Tijdens een machtige, grootsche betooging der N.S.D.A.P in
het Sportpalast alhier is de tiende winiernuipactie van het Duitsche volk, de oorlogswinter-
huipactie 1942/ 43, door den Führer geopend, die in een groote, meesleepende rede het Duit-
BChe voik opriep tot een nieuw offer voor het grootste sociale werk dat de geschiedenis kent.
Minister Göbbels, die tevoren rapport uitbracht over de laatste oorlogswinterhulpactie, kon
nogmaals op een geweldige stijging van deze sociale gemeenschapsprestatie wijzen.
ue door pers en radio verspieioe aankondiging, dat de Führer, die bij de gedenkwaardige
Rijksdagbijeenkomst van 26 April j.l. voor de laatste maal tot het Duitsche volk had gespro
ken in het Sportpalast het woord zou voeren, had een groote menschenmenigte op de been
georacht. Nog vooruat Göbbels gereed was met zijn rapport, bleek uit het gejuich, dat van de
s.raat naar binnen kionK, dat de Führer aangekomen was. Terwijl de tienduizenden zich van
de plaatsen verhieven en met opgeheven rechterarm Hitler groetten, betrad deze de zaal, ver-
gezeia van Reichsïünrer S.S. Himmler en Oberbefehlsleiter Hilgenfeldt. Hij schudde generaai-
veidmaarschalk Rommel, die in gezelschap van minister Göbbels was binnengekomen, onder
het gejuoel van tienduizenden de hand.
1 EKST DER REDE.
bureau vue advertentie.
Grootzano oó - Te’ 30Q - Ciro uJTéft
Bureau voor abonnementen:
Kleinzand 7 - Tel. 2200 - Giro 130000
A d v e rt e n 11 c p r ij s i
1 tot 10 m.m. 100 cent
elke m.m. meer 6 cent
Verantw. voor de advertenties:
*- L. de Jong Sneek
derde plaats zijn oliebronnen te bereiken en ze
te nemen of althans af te sluiten. De aanval zou
dah in de vierde plaats worden voortgezet om
zijn laatste groote verkeersader, de Wolga, af
te snijden.
Hier werd als doel gesteld de streek, die tus-
schen de bocht van den Don en de Wolga zelf
ligt en als plaats Stalingrad, niet omdat dit de
plaats met den naam van Stalin is, maar uitslui
tend omdat dit een strategisch belangrijke stad
is en omdat ons duidelijk voor oogen stond, dat
door de uitschakeling van Dnjept, Don en Wol
ga als verkeerswegen voor Rusland hetzelfde of
iets ergers geschiedt als voor Duitschland het
geval zou zijn, wffimeer we den Rijn, de Elbe,
Oder en Donau zouden verliezen.
Want alleen op dezep reusacht'gen stroom, de
Wolga, worden in zes maanden ongeveer der
tig millioen ton goederen vervoerd. Dat is even
veel als per jaar op den Rijn. Dit is afgesneden
en wel reeds gerüimen tijd. Thans wordt er
vooral ook een eind gemaakt aan de positie van
Stalingrad. Daardoor wordt deze grendeling be
reikt en versterkt en u kunt oveuuigd zijn, dat
geen mensch ons van ueze pieK lui wegKiijgen.
Overige ouguieiken.
Wat nu de overige oogmeten uctic.i-, u zuil
wel oegi-jpcii, uat .k uauiuver met spreeK, om-
uat hei uoguieiKen zijn, u.e op net' uugeiiuiiK
woruen nugejaagu. Maar het moiueiit zal Ko
men, waai op nut Duitscne voik vuutuige op-
neluenng omtrent ueze nieuwe ooguiernen zal
verKrijgeii.
Ik inag u echter wel zeggen, dat wij ons na-
tuurnjK ue organisatie van uit gigauuscne ge-
oieu, uat wij mans oeneersciitu,, ais nieuwe taaK
neouen gesieiu. ur is ons icis aan genten m teiie
uit, reusuimnge geoieu veilig te sieueu voor onze
oorlogvoering en in runneten zm met aueen
voor ue voeuing van ons voik en ue waaroor-
g.ug van onze gronustonen, maar ook voor ue
.nmaiiuiiouun'ig van geueel liuropa.
ie uien euiue moest om te, oegüinen het vei-
Keer in orue woruen geuracht. ur z.jii uenuui-
zeiTuen Kilometers spumójiien, uie v. >j uu Hel
stenen of wel seuert lang lieuoen heipieid. un
reusachi.ge venteersnet, uat tnans reeus vooi
net groüiste ueel op uuropeesene spoororeeute
is georacnt, was voiKOiiien verwoest. Lieen hon-
ueiuên, maar uuizenuen bruggen moesten op
nieuw woruen •geoouwd. Lnt aues is tnans in
enkele maanuen gesemeu ol zal Duinen enkele
weKen vonuoiu zijn.
Hu zijn er aan uen kant van onze tegenstan
ders nitiiseneii,' uie zeggen: waaruru stoepen ze
piotseungr wei, omum we vuo zicnug zijn, orn
aat we i.et zuoiang eigens biipen lui wc onzen
eiappemenst geüeci m oiue ueuuen. Vvij orga
niseren achter net trant net veiKeer en uen
lanuüouw. net gcóieu moet woruen ontgunnen,
net gaat er om, uat we een ueel mervan geneei
opnieuw nipeien. onenleeiem-wat nier is ge-
piesteerd, is gewóón 'ontzaglijk.
en ais uan z.oo n stjiaapsnop, ik kan het mei
anuers unuiuKKeii, zooais mijnentwege. Uüii
uooper ot Eden zegt: uat was een grouie fout,
uat ue Uunscners ue UeKrame ot 'net tvoeban-
geoieu zijn Dinnengeurongen uan zal hij nog
wel zien, of net een tout was, dat wij ue verste
geDieuen zijn oiniiengeurongcii.
Ue jeérste, zij net ook nog Gescheiden resul-
tateif van uit optreden heuuen wij tot onze
vreugue voor net uuitsene volk toegaiikenjK
kunnen maken. Maar u Kunt er van overtuigd
zijn: wij zijn daar nog maar aan het peg.n.
voigena jaar al zal un geoied geheel anueis
georganiseerd zijn. r.n einuenjk Komt uaarna ue
organisatie van het aigerncene economische
leven en daarna komt ue nujnoouw. Ook nij
moet woruen ontgonnen. Daarna komt ue elec-
tnsche stroom, ais u kon zien nöe uaar worut
gewend, zou u begrijpen, uat ook in een tijd,
uat er schijnbaar niets worut gedaan, ueson-
uanks iets ge weinigs wordt tot sianu georaclit.
Daarbij komt nu, dat ue bevoiKing worut oe-
vnjd van den druic uer bolsjewistuche macht,
die ook thans nog millioenen menschen ginds
psychisch gevangen houut in een versaaguheni
en men mag wei zeggen in een angst, waarvan
men zich m Duitscniand en in andere landen
haast geen voorstelling kan maken. Dit isde
angst voor den commissaris, voor de Gepeoe,
voor het geheele bewind, waarvan millipeneu
menschen vervuld zijn, uat alles moet lang'-
zamerhand verdwijnen en het verdwijnt ook.
bevolking reeds ten gefhle van millioenen Tnet
oijs meewerkt ën er zijn andere geoieuen, waar
zij reeds in onze gelederen, en aan onze zijde
strijdt. De resultaten van -deze reusachtige be
drijvigheid zijn ontzaglijk.
Terwijl wij ons in nel Noorden van Europa,
in het W esten en aan alle andere fronten in den
afweer bevinden, vervullen wij daardoor een der
geweldigste voorwaarden voor de organisatie
van Europa ten oorlog en voor dezen oorlog.
Hecht bondgenootschap.
'Daarbij komt nu voorts aan onzen kant nog
de verdere uitbreiding van onze bondgenoot
schappen, hier aan de spits de samenwerking
met onzen oudsten bondgenoot, Italië. Niet
slechts aan één front strijde» wij .gemeenschap--
pelijk, maar heden ten dage reeds aan een ge
heele reeks fronten.
i
Hieruit blijkt, dat alle verwachtingen van
onze tegenstanders, die meenen, dat zij dit
bondgenootschap kunngn losmaken, idiotieën
zijn. Wij weten heel precies, wat het lot van
het Duitsche en Italiaansche volk zou zijn, maar
bovendien weten wij ook nog, wat het lot van
Europa zou zijn, als de andere wereld ooit een
overwinning «ou kunnen bevechten.
Als zij thans -zeggen: ja, natuurlijk, dan ne
men wij de bescherming van Europa tegen het
bolsjewisme op ons dan kan ik slechts ten
antwoord geven: Engeland mag wel oppassen,
dat het in staat is zichzelf tegen het bolsjewis
me te beschermen. Als in een land aartsbis
schoppen heilige missen lezen en op hun altaar-
kleed aan den eenen kant het bolsjewistische
embleem en aan de andere zijde hun nationale
emblemen hebben, zie ik het donker voor een
dergelijk land in.
Het tweede front.
Wie derhalve dergelijke dipgen gelooft, zal
ons geloot met begrijpen, ons geioui nooit be
grijpen, Overigens neoben zij natuunijK tegen
over deze dauen ook wissels op de toekomst.
Zij zeggen: het tweede front zaï komen. Daar
omtrent wil ik niet zeggen, dat wij ons met ojf
een tweede front vooroereiden. Ais de heer
Unurchill zegt, wij willen thans aan ue Duit
schers overlaten in hun angst te piekeren, waar
.en wanneer wij dat troiit vormen, ’dan kan ik
slechts zeggen: meneer Churcfiiil, angst hebt u
mij nog niet ingeboezemd. Maar dat wij moeten
piekeren, daarin hebt u gelijk, want ais ik een
tegenstander van militair formaat had, kon ik
ongeveer uitrekenen, waar hij moet aanvallen.
Maar als» men militaire idioten tegenover zich
heeft, kan men natuurlijk niet weten waar zij
aanvallen.
Of de heer Churchill de eerste plek, waar hij
het tweede front wilde beginnen handig uitgeko
zen heeft of niet, daarover zijn zelfs in Enge
land de meeningen verdeeld. Maar geheel alge-
zien van de plaats, die hij den volgenden keer
uitzoekt, mag hij overal van geluk spreker., als
hij negen uur aan wal blijft.
De afgelcopen winter.
Hitler vervolgde o.a.: In mijn oogen heelt het
jaar 1942 reeds de zwaarste beproevingen achtei
zich. Dit was de winter 1941/42. Ik mag wel
zeggen, dat i» dezen winter het Duitsche volk
en inzonderheid zijn weermacht door de Voor
zienigheid gewogen zijn: Iets ergers kan en zal
er met mefer komen. Het was een zeer moeilijke
zeer harde beproeving. Desondanks hebben wij
dezen moeilijksten tijd niet alleen overleefd, maar
wij hebben’het klaar gespeeld de aanvalsdivisies
opnieuw op te stellen, resp. te vormen, die be
stemd ’iv'arén tot opening van het nieuwe of
fensief.
Dit offensief verloopt nu niet zöoals onze te
genstanders hadden gedacht, ik geloof, dat wij,
als wij een terugblik werpen, tevreden kunnen
zijn met de acuter ons liggende drie jaar. Steeds
was de doelstelling zeer nuchter, dikwijls zeer
vermetel, waar zij zulks moest zijn, dikwijls wel.
overwogen, waar zij wel overwogen- kon zijn,
vaak bedacht^am, waar wij tijd nadden, voor
zichtig waar wij geloofden onder alle omstan
digheden zeer voorzichtig te moeten zijn. Maar
wij zijn ook zeer stoutmoedig geweest, waar
stoutmoedigheid alleen ons kon redden.
Voor dit jaar hebben wij een heel eenvoudig
program opgesteld:
1Onder aile omstandigheden datgene vast
te houden, wat vastgehouden moet worden,
d.w.z. den ander te laten aanstormen, waar wij
zelf niet voornemens zijn op té rukken, stevig
stand te houden en'af te wachten wie hier nu
het eerst vermoeid raakt.
2) Onvoorwaardelijk daar aan te vallen,
waar de aanval ondt^- alle omstandigheden
noodzakelijk is. Het doel is daarbij volkomen
duidelijk: vernietiging van den rechterarm van
deze internationale samenzwering van kapita
lisme, plutocratie en bolsjewisme.
Hier hebben wij ons nu eenige oogmerken ge
steld. Ik mag ze zeer in het kort, in een woord
samengevat, vermelden om u tot het besef te
brengen, om speciaal het Duitsche volk tot het
besef te brengen, wat nu in deze weinige maan
den is gepresteerd.
Het eerste doel was de beveiliging .van onze
domineerende stelling bij de Zwarte' Zee en
de definitieve zuivering van het schiereiland de
Krim. Twee slagen, die om Kertsj en die om Se
bastopol hebben hiertoe gediend. Nadat wij dit
in orde hadden gebracht, scheen het ons nood-
zakelijk een buil weg te Sverken, die aan de
Wolkof was ontstaan. Zij werd afgesnoerd eL
de tegenstander vernietigd, resp. gevangen gé-
nomen.
Toen kwam de volgende taak: voorbereiding
van de doorbraak naar de Don. Intusschen had
de tegenstander van zijn kant als oogmerk een
groot offensief gekozen, namelijk van Charkof
uit door te breken naar den oever van den
Qjijepr om daardoor ons geheele Zuidelijke front
te doen instorten.
U zult u wellicht nog herinneren met welk een
geestdrift onze tegenstanders deze operaties
volgden. Zij eindigden in drie slagen met de
volledige vernietiging van meer dan 75 divisies
van onzen Russischen tegenstander.
rijk zou anders slechts een staatsrechtelijke
daad zijn geweest. Nu is het een met het bloed
van allen onderteekende eeuwige oorkonde,
maat vooral ook een oorkonde, die aan de^en
staat niet slechts den uiterlijken rSachtsvorm,
maar ook de innerlijke stevigheid geeft.
Er bestaat bij ons nog slechts een enkele
waardeering -én wel voor den dapperen trouwen
man, voor den bekwamen man, voor den vast
beraden, den stoutmoedigen man, die in staat
is leider, van zijn volk fe zijn. Er is werkelijk
een oude wereld tot instorting gebracht. Uit
dezen oorlog ontstaat,'door bloed bezegeld, de
volksgemeenschap, veel sterke} nog dan wij,
nationaal-socialisten, na den oorlog eenvoudig
door onze geloofsbelijdenis aan de natie konden
verschaffen.
Dit is volkomen zeker: dezen oorlog overleeft
geen burgerlijke staat. Hier moet ieder vroeg of
laat kleur bekennen. Slechts wie zijn volk niet
alleen politiek, maar 09k maatschappelijk tot
een eenneid vermag aaneen te ^neden, zal uit
dezen oorlog als overwinnaar te voorschijn
komen.
Gelooft u, dat de een of andere Duitscher
den soldaten, die thans uit dezen oorlog zege
vierend terugkeeren, een ander Duitschland zou
kunnen aanoieden dan het nationaal-socialiS-
tische in den zin van een werkelijke vervulling
van onze denKbeelden omtrent een ware volks
gemeenschap? Dat is onmogelijk, en dat zal in
de toekomst zeker misschien de gezegendste
bajit van dezen oorjog zijn.
Front en vaderland.
hier evenwel met willen verzuimen
tegenover het front ook op het vaderland te
wijzen, ik moet onder de aandacht brengen, dat
de Duitsche werKman ontzaglijk veel presteert
én dat hij den huidigen staat, zijn leiding en
vooral den soldaten' trouw is. Ik moet er op
wijzen, dat ook het landvolk juist zoo zijn plicht
vervult, dat vooral millioenen Duitsche vrouwen
’zich in dit arbeidsproces hebben ingeschakeld.
En ten slotte moet ik nog de. aandacht vestigen
op het feit, dat ook onze beroepen, die geeste
lijken arbeid vérrientén, zich volkomen opoife-
ren in hun afzonderlijke beoefenaars, dat mil
lioenen en millioenen ook hier alles schenken
in den geest, m hun denken, in het uitvinden
en in het werk om het volk te bewapenen en
om het front nooit meer het voorbeeld van 1918
te geven.
Als ik derhalve thans tot het vaderland kan
zeggen, dat het volkomen gerust kan zijn, want
dat zoowel in het Oosten als in het Westen/in
het Noorden en in het Zuiden het front van onze
Duitsche soldaten onwrikbaar stand houdt, dah
kan ik evenzoo tot het front zeggen; Duitsche
soldaat, ge kunt gerust zijn, achter u staat een
vaderland, dat u nooit in den steek "zal laten.
Week in, week uit, maand in,'maand uit wor
den de goeden van ons volk uit alle lagen steeds
meer aaneengesmeed tot een ohverbreekbare
gemeenschap. En deze gemeenschap zal ook
weer in het bijzonder in het licht treden pij de
I groote hulpactie, die wij dezen winter hebben te
volbrengen.
Ik moet echter het front ook nog iets anders
verzekeren, nl, noe grenzenloos dapper dit Duit
scne vaderland den oorlog zelfs daar, waar het
er mettle ergste hardheid door wordt getrof
fen, aanvaardt en duldt. Ook hier worden tal-
•looze heldendaden verricht, niet alleen door
mannen maar ook door vrouwen. En niet alleen
door vrouwen, maar ook door jongens. Zij of
feren zich met hun geheele leven op in het be
sef, daf wij in dezen oorlog een enkel eedge
nootschap vormen, dat nauwkeurig weet, dat
wij ofwel dezen oorlog allen zegevierend door
staan of gemeenschappelijk tot uitroeiing zijn
bestemd.
De Führer besloot: Unze tegenstanders mo
gen dezen oorlog voeren zoolang zij daartoe in
staat zijn. Wat wij kunnen doen om hen te ver
slaan, zullen wij doen. Dat zij ons ooit verslaan,
is onmogelijk en uitgesloten. Het nationaal-
socialistische Duitschland en de daarmee ver
bonden staten zullei^als jonge naties, als wer
kelijke volken en volksstaten met een roemrijke
overwinning uit dezen oorlog te voorschijn ko
men. -
LEVENSVATBAARHEID DuR LANuBUUW-
BEDRIJVEN GEWAARBORGD.
In hel verordeningenblad is een wijziging
verschenen van het besluit nr. 219/1940,
houdende regelen mei betrekking tot hei
vervreemden van ^andbouwgrouden.
1) . Niet alieen voor, een eigendoinswisse-
lirig is toestemming vereischt, doch ook!
bij vestiging, 'wijziging of overdracht vaijj
de rechten op den grond.
De rechten op den grond zijn hel recht
van erfpacht, opstal, beklemming, vrucht
gebruik of eenig ander gebrutks- of bewo,-»
iiingsrecht.
2) . Niet alleen bij verkoopeu, schenkin
gen of .bij veilingen moet het besluit wor
den toégepast, doch ook bij een aantal an
dere belangrijke rechlsuandelingen, waarbij
de eigendom of een zakelijk recht verkre
gen wordt.
Tol deze rechtshandelingen, die dus zon
der toestemming van de Grondkamer geeR
rechtskracht hebben, behooren:
a) . Scheiding van een nalatenschap en;
van iedere andere onverdeeldheid, onver
schillig of het bijv, gaat om een familie-,
rechtelijke of maatschappijrechteiijke onver
deeldheid. Dergelijke scheidmgen moeien
bovendien, Wanneer in de boedelbesc hr li
ving landbouwgronden of een zakeiijk recht
voorkomen, in een nolarieele akte worden
vastgelegd, waarop dan de notaris de toe
stemming van' de Grondkamer moet zien
te verkrijgen.
b) . Boedelverdeelingen in den zin van
art. 1167 van het burgerlijk wetboek, wan
neer daarin landbouwgronden of een zake
lijk recht worden verstrekt.
c) . Iedere testamentaire bepaling, waar
door landbouwgrond .of een zakeiijk recht
wordt gesplitst. In dit geval kan de toe
stemming ook na het openvallen der nala
tenschap worden aangevraagd.
De bommenoorlog.
Nu heeft men overigens behalve het tweede
front nog eèu ander middel: de man, die den
oommeuooi-.. o tegen de onschuldige burger-
Devoiking uitgevonden, heeft verklaard,
uat deze boiinnenooHog binnenkort nog uiter
mate veel kracntiger tegen Duitschland enz. zaï
worden gevoerd.
ik zou slechts éen ding willen zeggen: in Mei
194U heelt de neer Churchill de eerste bommen
werpers op de Duitscne burgerbevolking afge
stuurd. Ik heb hem destijds gewaarschuwd.
Bijna vier maanden lang tevergeefs overigens.
1 oen hebben wij toegeslagen en wgl zoo gron
dig, dat hij plotseling verklaarde, dat dit een
baioaarschheid waS en Engeland daarvoor
wraak zou nemen.
De man, die dit alles op zijn geweten heeft,
als ik atzie van den oorlogsophitser-generaal
van dezen oorlog, Roosevelt, de schuldige van
alles, heeft het'dus gewaagd zich als een on-
schuldigé-voor te stellen. Zij voeren thans weer
dezen oorlog. Het uur zal ook ditmaal slaan, dat
wiLzullen antwoorden. Dan moeten de voor
naamste twee misdadigers van dezen oorlog en
de joden, die achter hen staan, niet beginnen te
jammeren .en te grienen, als het emde voor En
geland vreeselijker zal zijn dan Ij^t begin.
Ik heb destijds, op 1 September 1939, tijdens
de zitting van den Rijksdag twee dingen ge
zegd: 1. dat wapengeweld en ook de tijd ons
er nimmer onder zulien krijgen, nu men eenmaal
dezen oorlog opgedrongen had en 2. dat er
voor het g/eval, dat het jodendom een inter
nationalen wereldoorlog tot uitroeiiftg van de
Arische volken van Europa, om maar iets te
noemen, aanstichf, niet de Arische volken zullen
worden uitgeroeid, maar het jodendom.
Degenen, die bij dien geesteszieke 'in het
Witte Huis aan de touwtjes trekken, hebben het
inderdaad klaar gespeeld het eene volk na het
andere bij dezen oorlog te betrekken. Maar 111
dezelfde mate spoelde een anti-joodsche goli
over het eene volk na het andere. Zij zal zich
voortzetter. De eene staat na den anderen, die
tot «dezen oorlog is toegetreden, zal op zekeren
.dag als anti-semietische staat te voorschijn ko
men.
De joden hebben eens ook in Duitschland om
rrjijn prophetieën gelachen. Ik weet niet, of zij
•^Er. zijn daar veie gebieden, waar de geheele thans nog lachen, dan wel of hun ’t lachen reeds
«ui- js vergaan Maar ik kan slechts verzekeren, dat
hun het lachen overal zal vergaan. Ik zal ook
met deie prophetieën gelijk krijgen.