1
a
I
I
Beschikking betreffende verbeurdverklaren
radio-ontvangtoestellen
Verplichting tot aanmelding voor den
arbeidsinzet.
In het kustgebergte van Tunesië zetten
afzonderlijke gevechtsgroepen den strijd voort
NIEUWSBLAD VOOR HET WESTEN VAN FRIESLAND
lum
SNEEKER EDITIE
No. 19
2e Jaargang
WEERMACHTSBEBICHT
GEWESTELIJK ARBEIDSBUREAU - LEEUWARDEN
OPROEP
:k.
r
4
I
)S!
Vrijdag 14 Msi 1943
ill
WESTERGOO
eventueel door een
1
en dit op de hierna genoemde dagen in de Gymnastiekschool No. 1, Groote Kerkstraat (t.o. Meis-
Dinsdag 18 Mei 1943.
persoonlijk in de Gymnastiekschool, Groote
(C. L. F. Pax s)
van
’s-Gravenhage, 13 Mei 1943.
is op het
st
f
r<
1194
1736
Alle mannen van 1835 jaar moeten
zich melden.
Nederlanders bij de Duitsche Zeemacht. Inlichtin
gen over het dienst nemen van Nederlandsche
vrijwilligers bij de Duitsche zeemacht geven alle
Ortskommandanturen, die tevens een uitvoerige
lijst verstrekken, waarop alle hieraan verbonden
faciliteiten staan vermeid.
(2)
(3)
(3)
(4)
100 cent
6 cent
iten
■rd
k|
bij
S”
S 80
n.
het bezette Nederlandsche ge-
43-1943 betreffende de ver-
De Korpsführer van het N.S.K.K., Erwin Kraus, werd tijdens zijn bezoek aan Nederland ontvan
gen door den Rijkscommissaris, rijksminister dr. Seyss Inquart.
(SS Bildberichter FritzStapfPax s)
Bureau voor advertentiën
Grootzand 55 Tel. 3005 Giro 50748
Bureau voor abonnementen
Kleinzand 7 Tel. 2200 Giro 130000
Advertentieprijs:
e 1 tot 10 m.m.
elke m.m. meer
Verantwoordelijk voor de advertentiën
L. de Jong Sneek.
eek
ISB0
il
s 1
74.000 B.R.T. EN DEN GROND GEBOORD.
Het opperbevel van de Duitsche weermacht
maakte 8 Mei bekend:
De in een extra bericht van 5 Mei 1943 gemel
de convooislag is afgeloopen. In hardnekkige ach
tervolging van het verstrooide convooi hebben
onze duikbooten bij slecht weer en mist in zware
gevechten nog 13 schepen <net een gezamenlijken
inhoud van 74.000 brt. en 1 corvet in den grond
geboord. Twee andere schepen werden door tor-
gedo’s getroffen.
libowski, de voormalige chef van de Poolsche mi
litaire missie, voorts de ambassade-secretarissen
Arled, Gsolenski, Grawja, Gladowsky en verschei
dene attaché’s tot gevangenisstraffen veroordeeld
of uitgewezen zijn. Wysjinski verklaarde dat deze
maatregelen noodzakelijk waren omdat de Polen
een belangrijke rol speelden in de spionnage in de
Sowjetunie.
Tenslotte ontkende hij dat de Sowjet-regeering
voornemens is op Sowjet-gebied een Poolsche re-
geering te vormen. Op de vraag, onder welke
vcorwaarden de Sowjetunie bereid is de betrek
kingen met de Polen te herstellen, gat Wysjinski
te verstaan, dat de Polen voor het verbreken van
de betrekkingen verantwoordelijk zijn. Het ligt
derhalve op den weg van de Polen om concrete
voorstellen te doen en om maatregelen te nemen.
Verantwoordelijke Polen alsmede pers en radio
zouden nog steeds onjuiste verklaringen over de
PoolschSowjet-Russische betrekkingen ver
spreiden.
Het gebied van het Gewestelijk Arbeidsbureau
Leeuwarden omvat de volgende gemeenten Ter
schelling, Vlieland, Ameland, Schiermonnikoog.
Leeuwarden, Leeuwarderadeel, Het Bildt, Menal-
dumadeel. Ferwerderadeel, Idaarderadeel, Baar-
deradeel, Hemelumer Oldephaert en Noordwolde,
Gaasterland, Staveren, Hindeloopen, Workum,
Achtkarspelen, Kollumerland en Nieuw Kruis
land, Bolsward, Wonseradeel, Dokkum, Oost- en
West-Dongeradeel, Dantumadeel, Franeker, Fra-
nekeradeel, Hennaarderadeel, Harlingen, Barra-
deel, Wymbritseradeel, Rauwerderhem, Ylst,
Sneek, Tietjerksteradeel en Smallingerland.
na -
van
nk - i
jzen
&Jr
DE AANMELDINGSPLICHT VAN
18—35-JARIGEN.
In verband me<. de bovengenoemde aanmel
dingsplicht zij vermeld dat niet allen zich ter
stond moeten melden. Men moet de oproepingen
van het bevoegde Arbeidsbureau in de bladen na
gaan en 'zien of men reeds aan de beurt is. Het
Arbeidsbureau zal namelijk achtereenvolgens be
kend maken welke lichting (want de oproep gaat
per lichting) zich moet melden, voor elke lichting
komt een speciale oproep.
De eerste oproep geldt hen, die in 1921 gebo
ren zijn.
Deze oproep van het Gewestelijk Arbeidsbureau
te Leeuwarden vindt men hier op deze pagina.
Nog mag er op gewezen worden dat er een on
derscheid is tusschen aanmeldingsplicht en ar
beidsinzet. Het doel van de maatregel is niet de
tot aanmelding verplichten in te schakelen, maar
eenvoudig om de lichtingen na te gaan om uit te
maken of de arbeiders zoo te werk gesteld zijn,
als in overeenstemming is met den totalen oorlog
en om hun eventueel als dat niet het geval is, een
andere werkplaats aan te wijzen. Niet allen moe
ten dus persé naar Duitschland, doch ook hier te
lande zal men de arbeiders rationeeler over de
verschillende bedrijven verdoelen
Allen, die tot een bepaalde lichting behooren
moeten zich als de oproeping in de bladen komt,
echter melden, voorzoover zij niet uitgezonderd
zijn in de beschikking. Ook degenen die een z.g.
Bescheinigung hebber van bevoegde verzorgende
Duitsche instanties. De Bescheinigung noet bij de
aanmelding worden overgelegd. Ook de Rijksduit-
schers zijn niet uitgezonderd van de aanmelding,
voor zoover dit niet speciaal blijkt uit de be
schikking. Zij moeten zich aanmelden bij den
Duitschen deskundigen adviseur van het bevoegde
Arbeidsbureau.
DE STRIJD IN TUNESIE.
Maarschalk Rommel in Duitschland.
Het opperbevel van de Duitsche Weermacht
maakte Dinsdag bekend
Toen de Engelschen in October 1942 hun groo
te offensief tegen de stelling van El Alamein be
gonnen bevond generaal-veldmaarschalk Rommel
zich in Duitschland. Het lange verblijf in Afrika
had tot zoo ernstige nadeelen voor zijn gezond
heid geleid, dat de toen steeds weer uitgestelde
medische behandeling niet langer uitgesteld kon
worden. Nadat de eerste berichten over den
Engelschen aanval waren ontvangen, brak de
veldmaarschalk, tegen den zeer dringenden raad
zijner doktoren in, de nauwelijks begonnen kuur af
en keerde naar Afrika terug. Na de landing van
de Engelsch-Amerikaansche strijdkrachten in
Fransch-Noord-Afrika werd het slechts tijdelijk
gedachte oponthoud bij zijn leger verlengd. Onder
voortdurende aanvallen op een numeriek supe
rieuren vijand leidde de maarschalk zijn leger in
een historisch weergalooze ontwijkende manoeu
vre tot naar Tunesië terug.
Toen de gezondheidstoestand van den veld
maarschalk steeds slechter werd besloot de
Führer, in overeenstemming met den wensch van
den Duce, maarschalk Rommel bevel te geven na
het bereiken van de stelling bij Gabès onmiddel
lijk naar Duitschland terug te keeren voor het
zoo noodzakelijke herstel van zijn gezondheid. Op
11 Maart 1943 meldde veldmaarschalk Rommel
zich in het hoofdkwartier van den Führer en ont-
personen, die in dienst zijn bij de Nederlandsche
Spoorwegen, bij het Staatsbedrijf der P.T.T. en
bij de Nederlandsche Bank.
4) . Leden der voormalige Nederlandsche zee-
en landmacht, voor zoover zij krachtens de be
kendmaking van den weermachtsbevelhebber in
Nederland van 29 April 1943 onderworpen zijn
aan de terugroeping in de krijgsgevangenschap.
5) . De personen die reeds ingevolge art. 9 der
beschikking no. 30/1943 betreffende de sluiting
van bedrijven, tot aanmelding verplicht zijn.
6) . Geestelijken, alsmede personen, die tot een
orde behooren.
(2). De Rijkscommissaris voor het bezette Ne
derlandsche gebied (commissaris-generaal voor
bijzondere aangelegenheden) kan andere vrijstel
lingen van de verplichting tot aanmelding inge
volge 1 toestaan.
Op grond van de beschikking van den Rijkscommissaris voor
bied (commissaris-generaal voor bijzondere aangelegenheden) no.
plichting tot aanmelding voor den arbeidsinzet, worden bij dezen
alle mannen, geboren in het jaar 1921,
wonende in het gebied van het Gewestelijk Arbeidsbureau in Leeuwarden opgeroepen om in de
periode vanaf 12 Mei 1943 een aanmeldingsformulier bij het Arbeidsbureau in ontvangst te nemen
romb van: SNEEKER NIEUWSBLAD
C (Drijfhout’s Nieuwsblad en
Nieuwe Sneeker Courant) en
iong’s NIEUWSBLAD, Bolsward.
Verschijnteiken Vrijdagavond.
Leestreid ƒ0.75 per kwartaal bij vooruit-
SU Losse Bummers 10 ct-
Hoofdredacteur: L. Kiezebrink, Sneek.
piaatsverv. hoofdredacteur: C. Smit, Sneek
K. 2242
jes H.B.S.) te Leeuwarden persoonlijk weer ingevuld af te geven.
In Januari en Februari 1921 geb., melden zich op Vrydag 14 Mei 1943.
In Maart en April 1921 geb., melden zich op Maandag 17 Mei 1943.
In Mei en Juni 1921 geb., melden zich op Dinsdag 18 Mei 1943.
In Juli en Augustus 1921 geb., melden zich op Woensdag 19 Mei 1943.
In September en October 1921 geb., melden zich op Donderdag 20 Mei 1943.
In November en December 1921 geb., melden zich op Vrijdag 21 Mei 1943,
in den tijd van 912 en 25 uur.
meege-
Bij de afgifte van het aanmeldingsformulier moet de distributiestamkaart worden
bracht.
Zij, die tot aanmelding verplicht zijn, dienen
Kerkstraat te Leeuwarden te verschijnen.
Het gebied van het Gewestelijk Arbeidsbureau Leeuwarden omvat de volgende gemeenten
Terschelling, Vlieland, Ameland, Schiermonnikoog, Leeuwarden, Leeuwarderadeel, Het Bildt, Me-
naldumadeel, Ferwerderadeel, Idaarderadeel, Baarderadeel, Hemelumer Oldephaert en Noordwol
de, Gaasterland, Staveren, Hindeloopen, Workum, Achtkarspelen, Kollumerland en Nieuw Kruis
land, Bolsward, Wonseradeel, Dokkum, Oost- en West-Djongeradeel, Dantumadeel, Franeker, Fra-
nekeradeel, Hennaarderadeel, Harlingen, Barradeel, Wymbritseradeel, Rauwerderhem, Ylst,
Sneek, Tietjerksteradeel en Smallingerland.
Zij moeten desverlangd alle noodzakelijke bescheiden overleggen, alsook alle noodzakelijke in
lichtingen verstrekken. Indien tot aanmelding verplichte personen in dienstbetrekking zijn, moet
de werkgever de verklaring van den tot aanmelding verplichten persoon aangaande den duurder
dienstbetrekking op het formulier door onderteekening en eventueel door plaatsing van een firma-
stempel bevestigen.
Tot aanmelding verplichte personen en werkgevers, die in strijd met de bepalingen van boven
genoemde beschikking handelen, of deze trachten te ontduiken, dus b.v. hun verplichting tot aan
melding niet, of niet behoorlijk nakomen, met opzet of uit nalatigheid onjuiste opgaven doen enz.,
worden gestraft, insgelijks uitlokking, mededaders en medeplichtigen.
Aanmelding kan uitsluitend plaats vinden op bovenvermelde data in de Gymnastiekschool
Nr 1 Groote Kerkstraat Leeuwarden tegenover de Meisjes-H.B.S.dus niet bij de bijkantoren.
Aanmeldingsformulieren kan men zoowel op het hoofdbureau als op de bijkantoren bekomen.
3.
(1) . De tot aanmelding verplichte personen
dienen in beginsel persoonlijk op het Arbeidsbu
reau (bijkantoor) te verschijnen en op verzoek
alle noodzakelijke bescheiden over te leggen, als
mede alle vereischte inlichtingen te verstrekken.
(2) . Voor zoover tot aanmelding verplichte per
sonen op arbeidscontract wprkzaam zijn, moet de
werkgever de verklaring van den tot aanmelding
verplichten persoon betreffende den duur van de
arbeidsovereenkomst op het formulier bevestigen
door zijn onderteekening en eventueel door een
firmastempel.
zijnde Polen uitgesproken beschuldiging van
spionnage is niet alleen ongemotiveerd, maar
„volkomen ondenkbaar”. „In iedei geval”, zoo be
sloot Raczynski, „is zulk een veronderstelling
krachtig in tegenstelling met onze opvatting om
trent juiste wederzijdsche betrekkingen onder Ge
allieerden, die tegen een gemeenschappelijken vij
and strijden”.
POLEN VERWERPT MOSKOU’S
BESCHULDIGINGEN.
Volgens den Br’ .schen bei cbtendienst verklaar
de Raczynski, dat de Sowjet-verklaring niet zeer
zal bijdragen tot de zoozeer gewenschte harmonie
in de betrekkingen tusschen Polen en de Sowjet
unie of tusschen de Geallieerde landen in het al
gemeen.
De evacuatie van het Poolsche leger uit de
Sowjet-Unie is niet geschied >p verlangen van de
Polen maar krachtens een eenzijdig besluit van de
Sowjet-regeering. De door Wisjinski tegen be
paalde in de Sowjet-Unie werkzaam geweest
HET POOLSCH—SOWJETRUSSISCHE
CONFLICT.
Een verklaring van Wysjinski.
Het D.N.B. meldt uit Berlijn
De plaatsvervangende commissaris van bui-
tenlandsche zaken Wysjinski heeft op 6 Mei voor
vertegenwoordigers van de Britsche en Ameri-
kaansche pers te Moskou een lange verklaring
afgelegd over de Poolsch-Russische betrekkingen,
die eenig licht werpt op de dramatische tragiek
van het Polendom in de Sovjetunie.
Wysjinski probeert te bewijzen, dat de Polen,
die na de ineenstorting van Polen in de Sowjet
unie zijn gekomen, de weldaden van de Sowjet-
regeering met ondank hebben beloond. Zoo heeft
het op Sowjetgebied krachtens het verdrag met
Sikorski gevormde Poolsche leger geweigerd naar
het Sowjet-Russisch-Duitsche front te gaan en
aan den anderen kant hebben de in de Sowjetunie
toegelaten Poolsche diplomatieke vertegenwoor
digingen de verdenking gewekt sabotage en spi
onnage te plegen. Onder deze omstandigheden
was de Sowjetregeering gedwongen sancties te
nemen, die ten deele hebben bestaan in gerechte
lijke vonnissen, ten deeie in deportaties, ten deele
in het niet verstrekken van levensmiddelen voor
de militaire formaties. Zoo deelde Wysjinski o.a.
mede, dat sedert 1 April 1942 nog slechts 44.000
man van het oorspronkelijk 96.000 man sterke
Poolsche leger levensmiddelen hebben gekregen.
Hr aantal Poolsche officieren, dat voor de nieu
we Poolsche formaties kon worden gerecruteerd,
bedroeg slechts 2630 man, omdat, aldus Wysjins
ki, er niet meer te vinden waren.
Hierdoor wordt naar Duitsche opvatting van
toonaangevende Sowjetzijde toegegeven, dat de
overige 10.000 Poolsche officieren verdwenen zijn,
m.a.w. de moord van Katyn, waar deze 10.000
militaire personen zijn gevonden, wordt indirect
bevestigd.
In de verklaring van Wysjinski is ook de pas
sage opmerkelijk waar hij zegt, dat alle bewerin
gen, dat de Sowjet-autoriteiten den Poolschen
staatsburgers „wier aantal niet groot was” belet
zouden hebben de Sowjetunie te verlaten, onjuist
zijn. Hiertegenover staat, naar van toonaan
gevende Duitsche zijde wordt verklaard, dat vol
gens Poolsche z(jde het aantal Poolsche burgers,
dat vermoedelijk in de Sowjetunie is, ten minste
1.5 millioen bedraagt, onder wie zich niet minder
dan 400.000 kinderen hebben bevonden. Wanneer
Wy^inski verklaart, dat nauwelijks meer dan
12.000 Poolsche burgers de Sowjetunie hebben
verlaten en wel in verband met de wegleiding
van Poolsche soldaten naar Iran, kan men terecht
de vraag stellen: wat is er dan van de overigen
geworden De verklaring van Wysjinski, zoo ver
klaart men te Berlijn, laat er geen twijfel over
bestaan, dat Katyn een uiting is van een prin
cipe, dat nog veel vreeselijker bijzonderheden doet
vermoeden dan men totdusver kon veronderstel
len
Wysjinski verklaarde verder, dat generaal Wo-
In het verordeningenblad van vorige week
Vrijdag is opgenomen een beschikking van den
Rijkscommissaris voor het bezette Neder
landsche gebied (commissaris-generaal voor bij
zondere aangelegenheden) betreffende de ver
plichting tot aanmelding voor den arbeidsinzet.
Hierin wordt bepaald
1.
(1) . Alle mannen in den leeftijd van 18 tot 35
jaren die wonen in het bezette Nederlandsche ge
bied en die niet behooren tot de onder 2 genoem
de personen, moeten zich aanmelden bij het voor
hun woonplaats bevoegde Gewestelijk Arbeids
bureau (in het vervolg „Arbeidsbureau” ge
noemd), respectievelijk bij het bevoegde bijkan
toor, in overeenstemming met bijzondere oproe
pingen der Arbeidsbureaux.
(2) . De tot aanmelding verplichte personen
van Duitsche nationaliteit moeten zich aanmel
den bij den Duitschen „Fachberater” van het voor
hun woonplaats bevoegde Arbeidsbureau.
(3) . De aanmelding geschiedt op een bijzonder
formulier, dat beschikbaar wordt gesteld door
de Arbeidsbureaux (bijkantoren).
2.
(1). Van de aanmelding ingevolge 1 zijn vrijge
steld:
1) . Personen van Duitsche nationaliteit, die in
dienst zijn van bureaux van den Rijkscommissa
ris voor het bezette Nederlandsche gebied, van
het Arbeidsgebied van de Nationaal Socialistische
Duitsche Arbeiderspartij in Nederland, haar on-
derdeelen of aangesloten organisaties.
2) . Personen van Duitsche nationaliteit, die in
dienst zijn van bureaux der Duitsche weermacht,
der „Waffen-SS", der Duitsche politie of van den
Rijksarbeidsdienst.
3) . De ambtenaren en arbeidscontractanten
van het rijk, de provincies, de gemeenten en de
overige publiekrechtelijke lichamen alsmede de
Op grond van artikel 64 der verordening openbare orde 1943 beschik ik met het oog op de
handhaving der openbare orde en veiligheid, onder verwijzing naar het door den Rijkscommis-
saris voor het bezette Nederlandsche gebied afgel<«'-’digde politiestandrecht
Artikel 1. (1) Alle zich in het bezette Nederlandsche gebied bevindende radio-ontvangtoestel
len, -toebehooren en -onderdeden zijn met onmiddellijke werking verbeurdverklaard.
(2) Dit is niet van toepassing op radio-ontvangtoestelllen, -toebehooren en -onderdeden,
waarvan de voor den bouw van radio-ontvangtoestellen, -toebehooren en -onderdeelen toegelaten
fabrikanten eigenaar of houder zijn.
(3) Ieder beschikken over verbeurdverklaarde radio-ontvangtoestellen, -toebehooren en -on
derdeden, alsmede de beschadiging daarvan is verboden.
Artikel 2. (1) De verbeurdverklaarde radio-ontvangtoestellen, -toebehooren en -onderdeelen
moeten, voor zoover de hoogere S.S.- en politieleider niet anders bepaalt, door den houder bij
den ter plaatse bevoegden politiegezagdrager worden Ingeleverd, die zich hierbij van de medewer
king van het Staatsbedrijf der P.T.T. bedient. Plaats en tijdstip van de inlevering worden binnen
tien dagen na afkondiging van deze beschikking door den politie-gezagdrager door middel van
een bekendmaking in de dagbladpers of op de ter plaatse gebruikelijke wijze bekend gemaakt.
(2) Hij, op wien de inleveringsplicht rust, diéht de in te leveren voorwerpen van een daar
aan stevig bevestigd cartonnen kaartje, groot 10 x 15 cm. te voorzien, onder bijvoeging van
de ingevulde voorgeschreven formulieren, bevattende het fabrikaat, het type en het nummer der
voorwerpen, alsmede den naam, het beroep en het adres van dengene, op wien de Inleverings
plicht rust.
De inlevering geschiedt tegen bewijs van ontvangst.
Handelaren (groot- en kleinhandelaren), die handel drijven in radio-ontvangtoestellen,
-toebehooren en -onderdeelen, dienen deze voorwerpen, waarvan zij op het tjjdstip van afkondi
ging van deze beschikking eigenaar of houder zijn en die zij in voorraad hebben, op lijsten te
registreeren en deze lijsten in drievoud binnen drie weken na afkondiging dezer beschikking bij
den ter plaatse bevoegden politiegezagdrager in te leveren. Deze vaardigt verdere beschikkingen
betreffende de inlevering van deze voorwerpen uit.
Artikel 3. (1) Voor tot gebruik geschikte, tijdig en in overeenstemming met de voorschriften
(artikel 2, leden 2 en 4) ingeleverde radio-ontvangtoestellen, -toebehooren en onderdeelen wordt
een passende schadeloosstelling toegekend. Nadere voorschriften, in het bijzonder betreffende de
schadeloosstelling aan de handelaren, worden door een uitvoeringsbeschikking uitgevaardigd.
(2) Het in artikel 2, lid 3, genoemde bewijs van ontvangst betreffende tot gebruik geschik
te, tijdig en in overeenstemming met de voorschriften ingeleverde radio-ontvangtoestellen,
-toebehooren en -onderdeelen geeft in de toekomst recht op levering bij voorrang van zoodanige
voorwerpen.
Artikel 4. (1) De uitgereikte luistervergunningen bljjven rusten van het tijdstip der inleve
ring af.
(2) De luisterbijdragen moeten worden betaald tot het einde van de maand, waarin de in
levering plaats vindt. Vooruitbetaalde bijdragen worden gerestitueerd.
(3) Tegen dengene, die in overeenstemming met deze beschikking een radio-ontvangtoestel
inlevert, wordt geen vervolging ingesteld inzake van ontdoken luisterbijdragen. Bereids aange-
vangei' vervolgingen worden gestaakt.
Artikel 5. De ingeleverde radio-ontvangtoestellen, -toebehooren en -onderdeelen worden, voor
zoover niet anders wordt bepaald, door de politie gezagdragers bewaard, die zich hierby van de
medewerking van het staatsbedrijf der P.T.T. bedienen.
Artikel 6. Antennes worden niet verbeurd verklaard en behoeven niet te worden in geleverd
deze moeten binnen drie maanden na het in werking treden van deze beschikking door den hou
der worden verwijderd.
Artikel 7. (I) Het vervaardigen, het afstaan en het in houderschap nemen van radio-ontvang
toestellen, -toebehooren en -onderde.elen is verboden. De hoogere SS- en politieleider kan uit
zonderingen toestaan. Hij kan deze van voorwaarden afhankelijk stellen.
(2) De bepalingen van de verordening, houdende het verbod om te beschikken over radio-
ontvangtoestellen (no. 222 1941) blijven onaangetast.
Artikel 8. De bepalingen van deze beschikking zyn niet van toepassing op de aansluitingen
op de radiodistributiecentrales met inbegrip van den bij deze aansluiting behoorende, uitsluitend
hierbij te gebruiken luidspreker.
Artikel 9. (1) Deze beschikking is niet van toepassing op de bureau’s van het Duitsche rijk,
van de Duitsche weermacht, van de „Waffen-SS”, van de Duitsche politie en van het arbeidsge
bied van de Nationaal-Socialistische Duitsche Arbeiderspartij in Nederland, alsmede op het op
deze bureau’s werkzame personeel van Duitsche' nationaliteit.
(2) De hoogere SS- en Politieleider kan voor de in lid 3 genoemde personen op hun desbe
treffend verzoek ten aanzien van de toepassing van de bepalingen van deze beschikking een uit
zondering toestaan. Hij kan deze van voorwaarden afhankelijk stellen.
(3) De verzoeken tot het toestaan van een uitzondering moeten binnen den in artikel 2, lid
1, der bekendmaking bedoelden termijn worden ingediend en wel door personen van Duitsche
nationaliteit bij den ter plaatse bevoegden „Orts gruppenleider der N.S.D.A.P.”; door leden der
Nationaal-Socialistische Beweging der Nederlanden en harer onderdeelen langs den hlerarchleken
weg bij den ter plaatse bevoegden distrlctsleider der N.S.B.; door de verwanten van de vrijwillig
bij de Duitsche weermacht dienende Nederlanders bij den commissaris-generaal voor bestuur en
justitie, afdeeling voor aangelegenheden van personen van Duitsche nationaliteit, en door de ver
wanten van de vrijwillig bij de „Waffen-SS” of het vrijwilligerslegioen Nederland dienende Ne
derlanders bij den „SS-Fürsorgeoffizier”.
De instanties, bij welke de verzoeken moeten worden ingediend, reiken den verzoeker een be
wijs ter zake van het ingediende verzoek uit. De hoogere SS- en politieleider beslist over de ver
zoeke i.
(4) Voor personen, die een verzoek als bedoeld in de leden 2 en 3 tijdig en in overeenstem
ming met de voorschriften hebben ingediend, en die in het bezit zijn van het in lid 3 genoemde be-
wij’, worden de verbeurdverklaring en de plicht tot inlevering volgens de bepalingen van deze
beschikking eerst van kracht van den dag van toezending van een afwijzende beslissing af.
Artikel 10. (1) Hij, die in strjjd handelt met de bepalingen van deze beschikking, met de op
grond daarvan uitgevaardigde beschikking of met de in overeenstemming met de artikelen 7
en 9 gestelde voorwaarden, dan wel tracht deze te ontduiken, wordt gestraft met gevangenis
straf van ten hoogste vyf jaren en met geldboete tot een onbeperkt bedrag of met een dezer straf
fen, voorzoover niet volgens andere bepalingen een zwaardere straf is verbeurd.
Uitlokkers, mededaders en medeplichtigen worden als daders gestraft.
Het nemen van maatregelen op het gebied van de Sicherheitspolizei blijft onaangetast.
Der höhëre SS- und Polizeiführer
RAUTER.
SS-Gruppenführer und Generalleutnant
der Pollzei.
ving hij daar, als waardeering voor zijn unieke
verdiensten in den tweejarigen veldtocht in
Noord-Afrika, van den Führer het eikenloof met
de zwaarden en brillianten behoorende bij hef
ridderkruis van het ijzeren kruis.
Generaal-veldmaarschalk Rommel
oogenblik aan de beterende hand.
De Führer zal hem na volledig herstel van
zijn gezondheid met een nieuwe taak belasten.
Voorts wordt gemeld dat generaal von Arnim
de slotphase van den strijd in Tunesië leidt.
Het Duitsche leger in Afrika heeft volkomen
aan de verwachtingen beantwoord.Het doel en
den zin van den terugtocht van El Alamein naar
Tunis zijn bereikt en met een bevredigend resul
taat bekroond. Hadden de vijf in Afrika staande
Duitsche divisies niet zoo lang tegen de over-
machtige Amerikaansche en Britsche troepen
stand gehouden, dan zou het wellicht reeds dezen
zomer of nog eerder tot'een invalspoging van de
geallieerden zijn gekomen. Dit is verhinderd. De
krijgsplannen van de geallieerden hebben een ge
weldig verlies aan menschen, materiaal en
vooral aan tijd moeten boeken. Thans is men in
Europa zoo ver, dat men een invasie, waar dan
ook en met welke concentratie aan troepen en
materiaal ook, met een gerust hart tegemoet kan
Op de Noordelijke Ijszee brachten Duitsche
jagers een vrachtschip van 3000 brt tot zinken
en schoten een vijandelrjke motortorpedoboot in
brand.
Britsche bommenwerpers deden in den nacht
van 12 op 13 Mei zware aanvallen op West-
Duitsch gebied. In eenige plaatsen, vooral in het
stadsgebied van Duisburg, ontstond aanzienlijke
schade door brisant- en brandbommen.
Volgens de tot dusver ontvangen berichten zijn
33 der aanvallende vliegtuigen, overwegend 4-
motorige bommenwerpers, door nachtjagers en af
weergeschut van het luchtwapen neergeschoten.
Sterke formaties snelle Duitsche gevechtsvlieg
tuigen hebben gisteren tweemaal aanvallen ge
daan op de Oostkust van Engeland, en installa
ties der stad Lowestoft en patrouillebooten voor
de kust gebombardeerd.
Alle vliegtuigen zijn op hun steunpunten te
ruggekeerd.
4.
(1) . Tot aanmelding verplichte personen en
werkgevers, die in strijd handelen met de bepa
lingen dezer beschikking of trachten deze te ont
duiken, dan wel opzettelijk of door schuld on
juiste opgaven verstrekken, worden gestraft vol
gens art. 4 der verordening no. 16/1943, voor zoo
ver niet op grond van andere bepalingen een
zwaardere straf is verbeurd.
(2) . Uitlokkers, mededaders en medeplichtigen
worden op gelijke wijze gestraft als de dader.
Deze beschikking is 8 Mei in werking getreden.
zien. Volgens den vertegenwoordiger van het op
percommando der weermacht op de conferenties
van buitenlandsche journalisten, is een invasie in
Europa thans niet meer mogelijk, zonder dat de
aanvaller daarbij ontzettende bloedige verliezen
lijdt. Afgezien daarvan houdt men te Berlijn, een
invasie vrijwel voor uitgesloten en spreekt men
met vertrouwen over de uitgebreide verdedigings
maatregelen, welke in den loop der afgeloopen
maanden zijn genomen. Overal staan in het zui
den, zuidoosten en westen achter de verdedigings
systemen groote operatieve reserves klaar om
zoo noodig snel en afdoende in te grijpen.
UIT HET HOOFDKWARTIER VAN DEN
FÜHRER, 13 Mei. Het Opperbevel der Weer
macht maakt bekend
Op het Bruggenhoofd van Tunis hebben de
DuitschItaliaansche troepen ook gisteren met
uiterste verbitterdheid gestreden tegen den in
superieure sterkte frontaal en in den rug aan
vallenden tegenstander. Na uitputting der laatste
munitie en vernietiging van alle oorlogstuig is
ook in vrij groote sectoren van het Zuidelijke
front de tegenstand gestaakt.
Daarent’egen zetten in het kustgebergte van
Tunis afzonderlijke gevechtsgroepen, voorzoover
zij nog over munitie beschikken, in voorbeeldige
soldateske plichtsvervulling hun weerstand voort.
Aan het Oostelijk front zijn vijandelijke aan
vallen op het Koeban-bruggenhoofd en ten Noor
den van Llssitsjansk afgeslagen.
Het luchtwapen viel voor het front en in het
achterwaartsche gebied van den vijand talrijke
troependeelen en belangrijke spoorwegverbindin
gen aan.
y